55
Gregg mocht dan een kamer vol mensen in zijn macht hebben, hij had geen idee wat hij met hen moest doen. Hij was hier naartoe gekomen voor Cameron. Het was niet de bedoeling geweest om het pistool te trekken, maar dat had hij wel gedaan en dat betekende dat hij diep in de shit zou zitten als dit voorbij was.
Het probleem was dat ze allemaal wisten hoe hij heette omdat hij – eikel! – hen dat zelf had verteld. En dat hij Rijke Pik in zijn gezicht had geslagen met een pistool, zou ongetwijfeld geweldpleging worden.
Fuck! Dit was allemaal Camerons schuld. Die bitch was verantwoordelijk voor alles. Hij kon maar het beste iedereen vastbinden en dan maken dat hij weg kwam. Ja, dat was de oplossing. Pleite gaan en haar meenemen.
Terwijl Gregg zijn eerstvolgende stap aan het uitdokteren was, probeerde Cameron de bloedende wond op Dons jukbeen te stelpen.
Don zag kans haar een zwak lachje te schenken. ‘Je had wel eens even mogen zeggen dat je getrouwd was,’ zei hij hoofdschuddend. ‘Moest je ook weer voor jezelf houden, hè?’
‘Ja,’ antwoordde ze berouwvol. ‘Het spijt me.’
‘Wie ís die vent?’
‘Iemand uit een ander leven. En je moet weten dat ik nooit heb geprobeerd hem te doden.’
‘Dat was dan een vergissing van je.’
Intussen probeerde Ryan Mandy ervan te overtuigen dat het allemaal goed zou komen.
‘Raak me niet aan!’ spuugde ze hem toe. ‘Ik word misselijk van je! Ik haat je!’
‘Het is allemaal één grote vergissing,’ hield hij vol, vastbesloten om het uit te leggen, hoewel hij geen idee had hoe hij dat kon doen zonder Anya te verraden.
‘Papa heeft al die tijd gelijk gehad,’ zei Mandy, vervuld van een mengeling van woede ten opzichte van Ryan en angst vanwege hun hachelijke situatie. ‘De hemel zij dank dat we nooit kinderen hebben gekregen.’
‘Dat is niet eerlijk. We hebben het toch geprobeerd?’
‘O ja?’ zei ze giftig. ‘Mijn eerste miskraam? Ik was niet eens zwanger, man. En de tweede? Dat was een abortus. En weet je, Ryan, ik heb er niet eens spijt van.’
Haar woorden sneden dwars door zijn ziel. Ze had hun kind laten weghalen? Al die tijd had ze tegen hem gelogen en hij had haar geloofd en medelijden met haar gehad. Hij was zelfs bij haar gebleven omdat hij haar niet in de steek had willen laten, na alles wat ze had meegemaakt.
Golven verdriet en spijt maakten zich van hem meester. Opeens was het niet moeilijk meer om te zeggen wat hij op zijn hart had. ‘Zodra we hier weg kunnen, gaan we uit elkaar,’ zei hij.
‘Ja, Ryan,’ siste ze terug. ‘Dát kun je wel stellen.’
Gregg leunde tegen de tafelrand en wiegde van voor naar achteren, nog altijd al zijn opties overwegend.
Cameron kende hem goed genoeg om te weten dat het voor ieders bestwil was als ze haar mond hield. Gregg zat vast en dat was geen goed teken.
Ze wierp een verstolen blik op Ryan die in een verhitte fluisterruzie met Mandy verzeild was geraakt.
Hamilton zat kaarsrecht op, zijn gelaat drukte niets dan ijskoude razernij uit.
Zijn jonge vrouw staarde voor zich uit, de blik in haar lichtblauwe ogen was leeg.
Cameron zag dat het meisje niet bang was en vond dat vreemd. Een gewapende kerel bedreigde hen, hun leven was in gevaar, ze zou doodsangsten uit moeten staan, maar dat was niet zo.
Phil had zijn arm beschermend om Lucy heen geslagen.
Verdomde Gregg. Hoe kon hij dit nu doen? Hoe haalde hij het in zijn hoofd om zomaar haar leven weer binnen te wandelen en alles te verpesten?
Iedereen schrok op van de telefoon.
‘Niet opnemen,’ beval Gregg.
Maar de telefoon bleef maar rinkelen.
Hij wees met het pistool naar Lucy. ‘Shit! Opnemen en afpoeieren! En snel een beetje!’
Lucy stond op en liep naar de telefoon. De hemel zij dank dat de kinderen niet thuis waren, dat was het enige waar ze aan kon denken. Ze nam op. ‘Hallo?’
‘Mevrouw Standard?’ vroeg een mannenstem.
‘Ja.’
‘U spreekt met inspecteur Saunders. Is alles in orde?’
‘Nee.’
‘Is er een gewapende persoon bij u in huis?’
‘Ja.’
‘Ophangen!’ blafte Gregg.
‘Ik wil hem spreken,’ zei de politieman.
Lucy overhandigde Gregg de telefoon. ‘Het is voor jou,’ zei ze, en toen werd alles zwart.