11
Heel voorzichtig, zodat Mags niet wakker zou worden, kroop Ray uit bed. Hij had zijn vrouw een werkvrij weekend beloofd, maar als hij nu opstond, kon hij al zijn e-mails wegwerken en nog wat aan Operatie Break werken voordat ze beneden kwam. Er zou in beide nachtclubs gelijktijdig een inval worden gedaan. Als ze hun bronnen mochten geloven, zouden ze daar niet alleen grote hoeveelheden cocaïne aantreffen, maar ook documenten die lieten zien hoe de witwasserij in elkaar stak via de zogenaamde legale zaken die de clubs deden.
Hij trok zijn broek aan en ging op koffie uit. Terwijl hij wachtte tot het water kookte, hoorde hij iemand op blote voeten de keuken binnen komen. Hij keek om.
‘Papa!’ Lucy sloeg haar armen om zijn middel. ‘Ik wist niet dat je op was.’
‘Hoelang ben je zelf al op?’ vroeg hij. Hij bevrijdde zich uit haar omhelzing en bukte zich om haar een zoen te geven. ‘Sorry dat ik gisteren niet op tijd thuis was om je in te stoppen. Hoe was het op school?’
‘O, goed. Hoe was het op je werk?’
‘O, goed.’
Ze grinnikten naar elkaar.
‘Mag ik tv-kijken?’ Lucy keek hem smekend aan en hield haar adem in. Mags had strenge regels omtrent het televisiekijken, maar vandaag was het zaterdag. En het zou Ray de gelegenheid geven een uurtje te werken.
‘Vooruit dan maar.’
Ze haastte zich naar de woonkamer voordat hij van gedachten zou veranderen. Even later hoorde hij het plopje waarmee de televisie aanging, gevolgd door de hoge stemmetjes van tekenfilmfiguurtjes. Hij pakte zijn BlackBerry en ging ermee aan de keukentafel zitten.
Tegen achten had hij het grootste deel van zijn e-mails beantwoord. Hij schonk net een tweede kop koffie in toen Lucy kwam zeggen dat ze omviel van de honger.
‘Slaapt Tom nog?’ vroeg Ray.
‘Ja, de luilak.’
‘Luilak? Ik ben al lang op!’ riep een stem verontwaardigd boven aan de trap.
‘Luilak! Luilak!’ riep Lucy.
Bonkende voetstappen op de overloop en toen kwam Tom de trap af denderen, met een nijdig gezicht en rechtopstaand haar. Zijn voorhoofd was de laatste tijd ontsierd door vurige jeugdpuistjes. ‘Stom kind!’ riep hij en hij gaf zijn zusje een harde duw.
‘Au!’ Lucy kreeg tranen in haar ogen en haar onderlip trilde.
‘Stel je niet zo aan.’
‘Het deed pijn!’
Ray zuchtte en vroeg zich af of het in alle gezinnen zo toeging. Hij stond op het punt de vechtende kinderen uit elkaar te halen toen Mags beneden kwam.
‘Tom mag op zaterdag best uitslapen, Lucy,’ zei ze kalmpjes. ‘Maar Tom, jij mag je zusje niet slaan.’ Ze pakte de koffie die Ray net had ingeschonken. ‘Is dit voor mij?’
‘Ja.’ Ray zette nog een ketel water op en keek naar zijn kinderen, die aan de tafel waren gaan zitten en het over de plannen voor de zomervakantie hadden. Hun ruzie was vergeten tot de volgende uitbarsting. Mags slaagde er altijd in dergelijke brandjes te blussen. ‘Hoe krijg je dat toch elke keer voor elkaar?’
‘Dat heet opvoeden,’ zei Mags. ‘Je zou het eens kunnen proberen.’
Ray hapte niet. De laatste tijd kibbelden zij zelf ook vaak en hij had geen zin in het zoveelste twistgesprek over fulltime werken tegenover fulltime kinderen opvoeden.
Terwijl ze haar koffie dronk, begon Mags de tafel te dekken, brood te roosteren en sinaasappels uit te persen. ‘Hoe laat ben je gisteren thuisgekomen? Ik heb je niet gehoord.’ Ze bond een schort voor en begon eieren te klutsen. Ray had haar die schort jaren geleden voor Kerstmis gegeven. Het was bedoeld als een grapje – hij zou net zo’n sul zijn als de mannen die hun vrouw een pannenset of een strijkplank cadeau geven – maar Mags gebruikte hem nog steeds. Er stond een afbeelding op van een huisvrouw uit de jaren vijftig, met het onderschrift: Ik kook graag met wijn – soms doe ik zelfs een scheutje in het eten. Ray herinnerde zich opeens dat hij vroeger vaak zijn armen om haar heen sloeg als ze bij het fornuis stond en haar dan met schort en al tegen zich aan drukte. Het was lang geleden dat hij dat voor het laatst had gedaan.
‘Tegen enen,’ zei hij. Er was een gewapende roofoverval gepleegd op een benzinestation aan de rand van de stad. De politie was erin geslaagd de vier daders binnen een paar uur op te pakken en Ray was al die tijd op het bureau gebleven, zij het meer uit solidariteit dan dat het noodzakelijk was.
Hij nam een slokje van zijn te hete koffie en verbrandde zijn tong. Zijn BlackBerry zoemde. Hij keek naar het schermpje. Het was een mail van Stumpy dat de vier verdachten waren voorgeleid voor de weekendrechter en nu in voorarrest zaten. Ray tikte snel een mailtje voor de hoofdinspecteur.
‘Ray!’ zei Mags. ‘Je zou vandaag niet werken.’
‘Sorry. Dit moest even. Een update over gisteravond.’
‘Ze kunnen best een weekend zonder jou.’ Ze zette de pan met roerei op de tafel en ging zitten.
‘Pas op,’ zei ze tegen Lucy. ‘De pan is heet.’ Ze keek Ray aan. ‘Wil je iets eten?’
‘Nee, dank je, misschien straks. Ik ga eerst onder de douche.’ Hij bleef eventjes tegen de deurpost geleund staan kijken naar zijn gezin.
‘We moeten maandag de poort openlaten voor de glazenwasser,’ zei Mags. ‘Zul je eraan denken om hem morgenavond vast van de knip te doen als je de vuilnisbakken buitenzet? O, en ik ben met de buren gaan praten over de bomen. Ze zeiden dat ze ze binnenkort zullen laten snoeien, maar dat geloof ik pas als ik het zie.’
Ray was benieuwd of er in de Post al iets stond over de roofoverval. De krant was er ook altijd als de kippen bij als het ging om zaken die de politie níét wist op te lossen.
‘Dat klinkt goed,’ zei hij.
Mags legde haar vork neer en staarde hem aan.
‘Wat?’ zei Ray. Hij liep naar boven en stuurde vanaf zijn BlackBerry een berichtje naar de persagent, want het zou jammer zijn dit succes niet uit te buiten.
‘Bedankt voor vandaag,’ zei Mags. Ze zaten samen op de bank en geen van beiden had voorgesteld de televisie aan te zetten.
‘Hoe bedoel je?’
‘Dat je niet hebt gewerkt.’ Mags legde haar hoofd tegen de rugleuning en sloot haar ogen, waardoor haar kraaienpootjes bijna verdwenen. Meteen zag ze er een stuk jonger uit. Ray besefte nu pas hoe vaak ze tegenwoordig fronste en vroeg zich af hij dat zelf ook deed.
Mags had wat Ray’s moeder ‘een gulle lach’ noemde. Mags had gegrijnsd toen ze dat voor het eerst had gehoord. ‘Met andere woorden: ik heb een veel te brede mond.’
Ray glimlachte om de herinnering. Ze lachte tegenwoordig niet meer zo vaak, maar ze was nog steeds dezelfde Mags. Ze vond het vreselijk dat ze na haar zwangerschappen niet was afgevallen, maar Ray vond dat ze er prima uitzag. Hij hield van haar zachte, ronde buik en haar volle borsten, maar omdat ze dergelijke complimenten niet op prijs stelde, zei hij dat nooit meer.
‘Ja, het was een fijne dag,’ zei hij. ‘We moeten dit vaker doen.’ Ze waren de hele dag thuisgebleven en hadden in de tuin cricket gespeeld omdat het zulk mooi weer was. Ray had zelfs de oude swingballset uit de schuur gehaald en daar hadden de kinderen zich de rest van de middag mee vermaakt, hoewel Tom herhaaldelijk had opgemerkt dat het een stom spel was.
‘Het was fijn om Tom weer eens te zien lachen,’ zei Mags.
‘Ja, dat doet hij de laatste tijd niet vaak.’
‘Ik maak me zorgen om hem.’
‘Vind je dat we nog een keer op school moeten gaan praten?’
‘Ik denk niet dat het veel zin heeft,’ zei Mags. ‘Het is bijna vakantie. Volgend jaar krijgt hij een andere klassenleraar. Hopelijk gaat het dan beter. Bovendien hoort hij dan niet meer bij de jongsten. Misschien geeft dat hem wat meer zelfvertrouwen.’
Ray probeerde zich in te leven in zijn zoon, die de tweede helft van het schooljaar had uitgezeten met hetzelfde gebrek aan geestdrift als waar zijn klassenlerares zich sinds het begin van het jaar zo veel zorgen over had gemaakt.
‘Ik wou dat hij ons vertelde wat hem dwarszit,’ zei Mags.
‘Hij houdt vol dat alles in orde is,’ zei Ray. ‘Ik hou het op normaal pubergedrag, al hoop ik dat hij er snel overheen groeit, want als hij net zo weinig uitvoert als hij straks in de examenklas zit, zakt hij als een baksteen.’
‘Het ging vandaag trouwens erg goed tussen jullie,’ zei Mags.
Ze hadden inderdaad een hele dag met elkaar kunnen optrekken zonder elkaar in de haren te vliegen. Ray had een paar brutale opmerkingen genegeerd en Tom had niet de hele dag smalend gekeken. Ja, het was een fijne dag geweest.
‘En zo erg was het toch niet om de BlackBerry uit te zetten?’ vroeg Mags. ‘Je hebt geen last gehad van hartkloppingen? Koud zweet? Bevende handen?’
‘Haha. Nee, het viel mee.’ Niet dat hij zijn BlackBerry had uitgezet. Hij had hem aldoor in zijn zak voelen vibreren en zich uiteindelijk op het toilet teruggetrokken om te zien wat er allemaal was binnengekomen, zodat hij er zeker van kon zijn dat hij niets dringends miste. Hij had een mailtje van de commissaris over Operatie Break beantwoord en een bericht van Kate over de Fishponds-zaak gezien, en zat nu te popelen om dat te gaan lezen. Wat Mags niet besefte was dat als hij een heel weekend zijn BlackBerry uitzette, hem op maandag zo veel extra werk wachtte dat hij twee dagen nodig had om dat allemaal weg te werken in plaats van zijn tijd aan nieuwe zaken te kunnen besteden.
Hij stond op. ‘Maar nu ga ik toch maar even iets doen.’
‘Wat? Je zei dat je het hele weekend vrij zou houden.’
Ray begreep haar niet. ‘Ja, maar de kinderen zijn nu toch naar bed?’
‘Ja, maar ik…’ Mags zweeg en schudde kort en heftig haar hoofd, alsof ze iets in haar oor had.
‘Wat?’
‘Niks. Ga maar. Ga doen wat je doen moet.’
‘Een uur. Langer niet. Erewoord.’
Ongemerkt waren er twee uren verstreken toen Mags zijn studeerkamer binnen kwam. ‘Ik dacht dat je misschien wel zin had in een kopje thee.’
‘Dank je wel.’ Ray rekte zich uit en vertrok zijn gezicht toen er in zijn rug iets knakte.
Mags zette de mok op zijn bureau en keek over zijn schouder naar de paperassen die hij aan het lezen was. ‘Ben je bezig met de nachtclubs?’ Ze bekeek het bovenste document. ‘Jacob Jordan? Is dat niet het jongetje dat vorig jaar is doodgereden?’
‘Ja.’
Mags keek verbaasd. ‘Ik dacht dat die zaak was afgesloten.’
‘Dat is ook zo.’
Ze ging op de armleuning van de fauteuil zitten die ze in de studeerkamer hadden gezet omdat hij niet kleurde bij het nieuwe tapijt in de woonkamer. Ray had er eigenlijk niet genoeg ruimte voor, maar weigerde hem weg te doen, omdat hij zo lekker zat. ‘Waarom werken jullie daar dan nog steeds aan?’
Ray zuchtte. ‘We werken er niet aan,’ zei hij. ‘Het dossier is gesloten, maar nog niet gearchiveerd. We kijken er af en toe nog even naar, met een frisse blik, voor het geval we iets over het hoofd hebben gezien.’
‘We?’
Ray aarzelde. ‘Het team.’ Hij wist niet waarom hij Kate’s naam niet noemde, maar het zou raar zijn om dat nu alsnog te doen. Hij kon haar er trouwens beter buiten houden, voor het geval dit de commissaris ter ore mocht komen. Het zou jammer zijn als Kate zo vroeg in haar carrière al een smet op haar staat van dienst zou krijgen.
‘O, Ray.’ Mags’ stem klinkt zacht. ‘Heb je niet al genoeg werk aan de lopende zaken zonder dat je er oude zaken bij neemt?’
‘Deze is niet oud,’ zei Ray. ‘En ik blijf erbij dat we veel te vroeg gedwongen zijn het dossier te sluiten. Elke keer dat je opnieuw naar zo’n zaak kijkt, is er een kans dat je iets ontdekt.’
Even bleef het stil. Toen zei Mags: ‘Het is niet hetzelfde als Annabelle, Ray.’
Hij klemde zijn hand om de mok.
‘Niet doen, Mags.’
‘Je moet jezelf niet straffen voor elke zaak die je niet weet op te lossen.’ Mags leunde naar voren en legde haar hand op zijn knie. ‘Dan word je stapelgek.’
Ray nam een slokje thee. Annabelle Snowden was de eerste zaak die hij had behandeld na zijn promotie tot hoofd van de recherche. Annabelle was na school niet thuisgekomen. Haar vader en moeder waren gek van angst geweest. Althans, die indruk hadden ze gewekt. Twee weken later had Ray de vader gearresteerd op verdenking van moord, nadat Annabelle’s lijk was gevonden in het onderstel van een divanbed in zijn flat, waar de vader haar meer dan een week had verborgen.
‘Ik wist van het begin af aan dat er iets niet goed zat met Terry Snowden.’ Hij keek Mags aan. ‘Ik had erop moeten aandringen hem te laten oppakken zodra het meisje als vermist was opgegeven.’
‘Er was geen bewijs,’ zei Mags. ‘Intuïtie is heel leuk en aardig, maar daar kun je een onderzoek niet op baseren.’ Ze deed Jacobs dossier dicht. ‘Andere zaak,’ zei ze. ‘Andere mensen.’
‘Maar weer een kind,’ zei Ray.
Mags pakte zijn handen vast. ‘Hij is dood, Ray. Al zou je hier alle uren aan besteden die God je gunt, dan nog kun je aan dat feit niets veranderen. Zet het van je af.’
Zonder antwoord te geven draaide Ray zich naar zijn bureau en deed het dossier weer open. Hij had er nauwelijks erg in dat Mags de kamer verliet om naar bed te gaan. Toen hij zijn mailprogramma opende, zag hij een kersvers bericht van Kate. Hij tikte snel een antwoord.
Nog wakker?
Ze reageerde binnen een paar seconden.
Ik probeer Jacobs moeder op Facebook te vinden. Ondertussen houd ik een bod in de gaten op eBay. Jij?
Ik lees rapporten over uitgebrande auto’s in naburige districten. Voorlopig zit ik hier nog wel.
Mooi, dan kunnen we elkaar wakker houden.
Ray stelde zich haar voor op de bank, met aan de ene kant haar laptop en aan de andere kant een schaaltje lekkers.
Ben and Jerry’s?
Hoe raad je het?!
Ray grinnikte. Hij sleepte het venster naar een hoek van het scherm, zodat hij het meteen zou zien als er een nieuw bericht binnenkwam en begon de ziekenhuisrapporten te lezen.
Had je Mags niet beloofd dit weekend niet te werken?
Ik heb ook niet gewerkt. Maar nu de kinderen slapen, kan ik wel een uurtje rapporten lezen. En iemand moet jou gezelschap houden…
Zeer vereerd. Ik weet geen betere manier om mijn zaterdagavond te besteden.
Ray lachte.
Al iets gevonden op Facebook?
Een paar mogelijkheden, maar er staan geen profielfoto’s bij. Moment, telefoon. Zo terug.
Met enige tegenzin sloot Ray het chatprogramma om zich op de ziekenhuisrapporten te concentreren. Jacob was nu al een paar maanden dood en een vervelend stemmetje in zijn hoofd zei dat al dit extra werk zinloos was. Het kapje van de mistlamp van de Volvo was uiteindelijk getraceerd naar een huisvrouw die door de gladheid was geslipt en een van de bomen langs de rand van de straat had geraakt. Alle uren die ze daaraan hadden besteed, waren voor niets geweest. Toch gingen ze hardnekkig door. Ray speelde met vuur, want hij negeerde een bevel van zijn meerdere en stond Kate toe hetzelfde te doen. En al zou hij willen stoppen, dan nog zou hij niet kunnen want hij zat er nu al te diep in.