34

Kelly keek naar de telefoon op haar bureau en zette zich schrap om te gaan bellen. Ze had het al verschillende keren geprobeerd, maar steeds opgehangen voor de telefoon overging en een keer toen er opgenomen werd. Voor ze van gedachten kon veranderen pakte ze de telefoon weer en toetste het nummer. Met de hoorn tussen haar schouder en oor wachtte ze tot hij overging; eigenlijk wilde ze de voicemail horen, maar tegelijkertijd wilde ze het ook achter de rug hebben. Nick had gezegd dat iedereen over tien minuten in de briefingruimte moest zijn, dus voorlopig zou er geen tijd meer zijn voor persoonlijke zaken.

‘Hallo.’

Bij het geluid van Lexi’s stem wist Kelly niet meer wat ze moest zeggen. Om haar heen maakte iedereen zich klaar om naar de briefingruimte te gaan; ze pakten blocnotes en bogen zich over hun bureau om een laatste mail te lezen. Kelly overwoog later terug te bellen.

‘Hallo?’ En toen nog eens, geërgerd: ‘Hallo?’

‘Ik ben het.’

‘O. Waarom zeg je niks?’

‘Sorry, er was geloof ik iets mis met de verbinding. Hoe gaat het met je?’ Ze hoorde een e-mail binnenkomen en opende die met haar muis. Hij was van de inspecteur.

Hoor ik daar het water koken? Door de open ruimte zag Kelly Nick op zijn BlackBerry kijken.

Hij keek op, grinnikte en maakte een drinkgebaar met zijn vrije hand.

‘Goed. En met jou?’

‘Goed.’ Ze knikte naar de inspecteur en hield haar wijsvinger in de lucht om aan te geven dat ze er zo aan kwam, maar de inspecteur keek al niet meer.

Het geforceerde gesprek ging verder tot Kelly er niet meer tegen kon.

‘Eigenlijk belde ik om je een fijne dag te wensen, morgen.’

Het bleef even stil. ‘Morgen?’

‘Dan heb je toch een reünie? In Durham?’ Klonk ze enthousiast? Kelly hoopte van wel. Hoe vreselijk ze het idee ook vond dat Lexi terugging naar die campus; hoe zeker ze ook wist dat ze dat zelf nooit zou doen, ze moest accepteren wat Lexi haar nu al jaren aan haar verstand probeerde te brengen. Het was niet haar leven.

‘Ja.’ De stem van Lexi klonk wantrouwig.

Kelly kon het haar niet kwalijk nemen. ‘Nou, ik hoop dat het leuk is. Sommige mensen zijn vast niets veranderd. Met wie woonde je ook alweer samen in het tweede jaar? Die alleen maar worstjes at?’ Ze sprak te snel en de woorden vielen over elkaar heen in een poging luchtig te klinken en ondersteunend, zoals ze meteen had moeten reageren toen Lexi zei dat ze naar Durham ging voor de reünie.

‘Gemma, geloof ik.’

‘Ja, die bedoel ik, zo gek als een deur.’

‘Wat is er aan de hand, zus? Waar bel je echt voor?’

‘Om sorry te zeggen. Omdat ik me met jouw leven heb bemoeid en je keuzes heb veroordeeld.’ Ze haalde diep adem. ‘Maar vooral omdat ik die avond niet aan de telefoon ben gebleven.’

Lexi maakte een geluidje. Een onderdrukte kreet achter in haar keel. ‘Niet doen, Kelly, alsjeblieft. Ik wil niet –’

Ze klonk zo overstuur dat Kelly het bijna opgaf, zo erg vond ze het om Lexi pijn te doen. Maar ze had al te lang gewacht met het zeggen. ‘Wil je alsjeblieft naar me luisteren, dan beloof ik je dat ik het er daarna nooit meer over zal hebben.’ Ze vatte de stilte van Lexi op als instemming. ‘Het spijt me dat ik heb opgehangen. Je was bang en ik heb je in de steek gelaten en er gaat geen dag voorbij dat ik me daar niet schuldig over voel.’

Het bleef zo stil dat Kelly dacht dat Lexi had opgehangen, maar uiteindelijk begon ze te praten.

‘Het was niet jouw schuld, Kelly.’

‘Maar als ik –’

‘Het is niet gebeurd omdat jij hebt opgehangen en het is niet gebeurd omdat ik alleen door het bos naar huis ben gegaan. Ik neem jou niets kwalijk en ik neem de politie niets kwalijk.’

‘Ze hadden jouw meldingen serieus moeten nemen.’

‘Ik ben die avond verkracht, Kelly, omdat er een man was die had bedacht dat hij dat ging doen. Ik weet niet of hij het eerder had gedaan en of hij het daarna nog heeft gedaan en of het nou goed is of niet, mij kan het niets schelen. Het is één avond, één uur van mijn leven, en ik heb er duizenden meer die gevuld zijn met vreugde en geluk.’

Alsof het gerepeteerd was hoorde Kelly haar neefjes op de achtergrond lachen; een aanstekelijke slappe lach waar ze vrolijk van werd. ‘Het was zijn schuld, en niemand anders, Kelly.’

‘Goed.’ Meer kon Kelly niet uitbrengen, uit angst dat ze zou gaan huilen. Ze wilde nu dat ze Lexi met haar mobiel had gebeld, zodat ze niet vastzat achter haar bureau, waar iedereen haar kon zien. Ze sloot haar ogen en legde een hand tegen haar voorhoofd. Op de achtergrond speelden Fergus en Alfie verder, hun gegiechel zo nu en dan onderbroken door een verontwaardigde kreet over het eigenaarschap van een of ander stuk speelgoed. In gedachten zag Kelly Lexi in de keuken staan tussen de legostenen, de jongens nog onvermoeibaar, ondanks een lange dag op school en de crèche. Niets in het leven van Lexi werd door haar verleden gedefinieerd; ze leefde in het moment. Het werd tijd dat Kelly dat voorbeeld volgde. Ze beheerste zich en tegelijk begonnen ze te praten.

‘Wat zal ik aandoen?’

‘Wat doe je aan naar de reünie?’

Kelly glimlachte en dacht terug aan de tijd op school, toen ze elkaars zinnen afmaakten. Lexi beweerde altijd dat ze speciale tweelingkrachten bezaten, maar het kwam doordat ze zo veel tijd samen doorbrachten. Ze waren elkaars beste vriendin.

‘Ik moet eigenlijk ophangen,’ zei Kelly toen ze zag dat Nick zijn drinkmime herhaalde. ‘Ik heb een vergadering. Laat me horen hoe het is geweest. En of Gemma tegenwoordig wel iets anders eet dan worstjes.’

Lexi schoot in de lach. ‘Bedankt voor je telefoontje. Ik hou van je, dat weet je.’

‘Ik hou ook van jou.’

Achteruit liep Kelly de briefingruimte in. Ze duwde met haar billen de deur open en hoopte dat ze het blad, dat krom was en angstwekkend wiebelde bij elke stap die ze zette, niet zou laten vallen. ‘We hebben bijna geen theezakjes meer, Lucinda, dus ik heb van die kruidendingen van jou gebruikt, is dat goed?’

De analiste reageerde niet; eigenlijk keek helemaal niemand op. ‘Er is iets gebeurd, of niet?’ vroeg Kelly.

‘Cybercriminaliteit heeft net bericht gekregen van een nieuw profiel,’ zei Nick. Hij verschoof zijn stoel om ruimte te maken voor haar en Andrew Robinson maakte een gebaar naar de laptop die voor hem stond.

‘Nadat Nicks lidmaatschap was beëindigd hebben we op zijn opdracht een nieuwe account aangemaakt,’ zei Andrew. ‘Een kwartier geleden kreeg ik dit.’

De e-mail was kort; een regel bovenaan en daaronder de foto van een blonde vrouw.

‘Waren de andere ook gratis?’ vroeg Kelly.

‘Alleen voor gouden leden. Geen van de profielen is ooit voor minder dan tweehonderd pond aangeboden en dit is de eerste keer dat we bericht krijgen van een nieuw profiel. Voor zover we weten ging de enige berichtgeving via de advertenties in de Gazette.’

Kelly las het profiel.

‘Dit hebben alle leden gekregen,’ zei Andrew. Het bleef even stil terwijl iedereen de consequentie overdacht als het hele adressenbestand van findtheone.com – hoe groot dat ook was – op de link klikte van het profiel van deze vrouw en het downloadde. Hoeveel mannen zaten nu al achter hun computer, of keken op hun telefoon en lazen hetzelfde wat Kelly net had gelezen? En hoeveel van hen zouden, in de wetenschap dat ze haar weg door Londen zou volgen zonder te weten dat ze bekeken werd, een stap verder gaan?

‘Kun je die foto vergroten?’ vroeg Kelly.

Andrew deed wat ze vroeg en vulde het scherm met een vergroting van het pasfotootje dat ze net hadden gezien.

Het was een selfie en de tiener tuitte haar lippen naar de camera; een massa blond haar viel deels over haar ogen. De soft focus deed vermoeden dat de foto van Instagram of een andere socialmediasite was gehaald.

De foto was Kelly onbekend, maar het meisje niet. Ze kende haar van een andere foto, die Kelly had gekregen omdat daar een kleiner beeld af was gehaald. Kelly had elke letter van het Operatie FURNISS-dossier gelezen. Ze wist dat ze dit meisje eerder had gezien. Hetzelfde blonde haar. Dezelfde getuite lippen.

Ze wendde zich tot Nick. ‘Ik ken haar. Dit is de dochter van Zoë Walker.’