31
Het had  ‘s nachts flink gesneeuwd, zoals ook was voorspeld. Toen Jack de slaapkamergordijnen opentrok, moest hij zijn ogen dichtknijpen, zo fel was het licht. Alles lag onder een witte deken. Langs de rivier hingen takken af onder het gewicht van de sneeuw en aan de strakblauwe hemel scheen de zon neer op de intense pracht van de dag. Jack had het hele weekend vrij; zijn dochters waren tot zondagavond bij hem en die middag ging hij met hen naar zijn nieuwe huis kijken. En hun nieuwe huis, al was dat dan maar voor een deel van de tijd.
Er was bijna een maand verstreken sinds hij een bod had gedaan op de flat van Adele Waterman en tot dusverre verliep alles zonder vertraging. Als alles volgens plan ging, zou hij er de tweede week van februari in kunnen trekken. Als makelaar had hij de beste plannen zien mislukken, maar hij had er alle vertrouwen in dat zijn eigen verhuizing zonder haperingen zou verlopen. Hij verheugde zich erop: een huis kopen was een stap in de goede richting. Hij wist hoe belangrijk het was dat zijn dochters geloofden dat hij gelukkig was, en gisteravond, toen hij hen had opgehaald, had hij veel over de nieuwe flat gepraat. Terwijl ze aanvielen op de pizza die ze onderweg naar huis hadden gehaald, had hij benadrukt hoe fijn het zou zijn als hij eenmaal helemaal van hem was. Maar daar had hij wel hun hulp bij nodig. 'Ik wil dat jullie behang voor jullie slaapkamer uitzoeken en al dat soort dingen,' had hij gezegd. 'Dat kunnen jullie beter dan ik.' Lucy had gretig toegehapt, maar Amber was minder enthousiast geweest. Ze had hem aangekeken alsof ze dacht dat hij hen manipuleerde. En dat was natuurlijk ook zo.
'Wat is er, Amber?' had hij gevraagd.
Ze had haar schouders opgehaald en in haar pizza geprikt.
Dat nam hij niet van haar. 'Vooruit, Amber, dat is geen antwoord. Wil je niet zelf beslissen hoe jullie slaapkamer eruit gaat zien? Als je het aan mij overlaat, wordt het vast goed waardeloos, zoiets als... eh... Walt Disney.'
Ze legde met een stuurse blik haar vork neer. 'Laat je ons dan echt kiezen?'
"Tuurlijk. Dat zei ik toch?'
Ze leek niet overtuigd. En hij begreep waarom, toen ze zei: 'Mama en Tony zeiden dat we mochten kiezen hoe we onze kamer wilden inrichten, maar telkens als ik zei wat ik wilde, zei mam dat ik het niet kon krijgen. Ze zei aldoor dat het niet bij de rest van het huis paste.'
'Nou, hier gaat het heel anders dan in Prestbury. Zolang Lucy en jij het eens kunnen worden over wat jullie allebei leuk vinden, kunnen jullie krijgen wat je maar wilt. Dat beloof ik. Plechtig.'
Ze kwamen een beetje aan de late kant en enigszins buiten adem bij Maywood Park Road 10a aan. Ze hadden de auto onder zijn sneeuwdek laten staan en waren gaan lopen. Alleen was het een kwestie geweest van twee stappen vooruit en één stap terug. Zoals de meeste kinderen beschouwden Amber en Lucy sneeuw als iets wat ze nog nooit eerder hadden gezien, al hadden ze er bijna de hele ochtend in gespeeld. Als ze elkaar, of hem, niet met sneeuwballen bekogelden, liepen ze te gieren van het lachen. Hun plezier was aanstekelijk: hij kon zich niet herinneren wanneer hij voor het laatst zo vrolijk en ontspannen was geweest.
Hij belde aan en terwijl hij wachtte tot Adele zou opendoen, keek hij naar zijn dochters: ze stonden aan weerskanten van hem omhoog te kijken naar het huis. Hij probeerde het pand door hun ogen te zien, zodat hij hun reactie kon peilen. Het was belangrijk dat ze het mooi zouden vinden. Alsof Lucy zijn gedachten kon lezen, zei ze: 'Het ziet er oud uit, papa.'
Hij interpreteerde dat als een negatieve opmerking en zei: 'O, niet erg. Maar een jaar of honderd.'
'Het is best donker,' zei ze verder, en ze stapte onder het portiek uit om naar de bakstenen muren te kijken, die scherp afstaken tegen alle wittigheid om hen heen. 'Denk je dat het er spookt?'
Hij lachte. 'Vergeet het maar.'
'Ik vind het mooi.'
Dat kwam van Amber.
'Echt?'
Ze knikte. 'Ja. Het ziet er... wel knus uit. En vriendelijk.'
Voordat hij kon reageren, ging de deur open en daar stond Adele, in een plooirok en een blouse met kanten ruches en een lichtpaars vestje. Opeens besefte hij dat het zijn dochters en hem - met rode wangen en nat van het sneeuwballen gooien - eigenlijk niet paste bij deze keurige dame op visite te gaan. Als zij dat ook vond, liet ze er niets van merken, maar ze heette hun welkom en vroeg of ze hun natte schoenen en laarzen wilden uitdoen. Daarna bood ze aan de jassen en de natte handschoenen van de meisjes in de keuken op de radiator te hangen. 'Laten we maar eens kijken of we ze droog kunnen krijgen tegen de tijd dat jullie weer weggaan,' zei ze.
Lucy, die altijd wat brutaler was dan haar zusje, zei: 'Mijn sokken zijn ook nat.'
'O ja? Dan kunnen we die ook maar beter drogen. Hoe zit het met de jouwe, Amber?'
'Het spijt me dat we zo'n beroep op je doen,' zei Jack toen ze in de keuken met zijn hoge plafond stonden en alle natte spullen waren uitgetrokken. Toen zag hij de theespullen die op het tafeltje in de hoek stonden uitgestald. Er stonden sierlijke kop en schotels, schalen koekjes en sandwiches zonder korst, afgedekt met folie. Er stond ook een hoge étagère met een keur aan taartjes en cakejes, waar Lucy begerig naar keek. Hij wisselde een blik met de oude dame en zei: 'We zullen je niet lang ophouden, Adele, ik zie dat je bezoek verwacht.'
Ze keek hem verbaasd aan. 'O.' Ze lachte. 'Wat dom van me. Ik had het natuurlijk moeten zeggen: ik dacht dat je misschien thee wilde blijven drinken als je je dochters de flat hebt laten zien. Tenzij jullie iets anders te doen hebben.' Ze keek van Jack naar Amber en Lucy.
'Ik wil graag blijven, juffrouw Waterman. En mijn zusje ook.'
Tot Jacks verbazing was het Amber die dat had gezegd. Wat klonk ze volwassen en beleefd.
'Uitstekend,' zei Adele. 'Gaan jullie dan maar met je vader mee, dan zet ik water op. Of hebben jullie liever een sapje? Of anders melk? Ik ben bang dat ik geen frisdrank heb.'
'Thee is lekker, graag,' antwoordde Amber, waardoor Lucy geen kans kreeg om iets te zeggen, en ze liep naar de deur.
Ze hadden niet lang nodig om de flat te bekijken en Jack eindigde hun rondleiding in wat hun slaapkamer zou worden. Net als de andere kamers stond hij bomvol, met een grote kast die een hele muur besloeg, een hoge ladekast, planken met porseleinen beeldjes, een passpiegel op een mahoniehouten voet, een tweepersoonsbed met een bewerkt houten hoofdeinde, een halfhoge boekenkast met rijen verschoten boeken en een paar nachtkastjes.
'Wat denken jullie, meiden? Kan het ermee door?'
'Staan al deze meubels er nog als we hier komen wonen?' vroeg Lucy onzeker, en ze tilde het deksel van een naaimandje op om erin te kijken.
'Nee. Die zijn van juffrouw Waterman en ze neemt ze allemaal mee.'
Lucy verlegde haar aandacht van het naaimandje naar de ladekast en een verzameling ingelijste foto's. 'Waar gaat ze wonen? Is het er net zo leuk als hier?'
'Ze gaat naar een verzorgingstehuis, waar een heleboel mensen zijn om haar gezelschap te houden.'
Amber wendde zich af van het raam, waar ze naar de tuin en het park had staan kijken. "Volgens mij kan ze beter hier blijven. Dit is haar thuis. Het lijkt niet goed dat jij haar eruit zet.'
'Dat doet je vader helemaal niet,' zei een ferme maar vriendelijke stem bij de deur. Adele kwam de kamer in en ging naast Amber bij het raam staan. Met een gebaar waarvoor Jack dacht dat Amber zou terugschrikken, legde de oude dame een hand op de schouder van zijn dochter. 'Maar je hebt gelijk: dit is mijn thuis en ik ben hier erg gelukkig geweest. Nu wordt het tijd dat iemand anders er plezier van krijgt. En daarbij komen jullie van pas. Ik moet namelijk weten of jullie drieën het hier leuk vinden en of jullie er wel goed voor zullen zorgen.'
Ze dronken thee in de zitkamer, voor de ouderwetse gashaard die siste en de meisjes fascineerde. Toen Jack zag dat Amber en Lucy Adele steeds aardiger gingen vinden, besefte hij hoe jammer het was dat ze geen grootouders hadden. Gezien de spanning tussen Maddie en hem was neutraal volwassen gezelschap misschien wel precies wat ze nodig hadden.
Toen Lucy onrustig begon te worden, vroeg Adele of ze soms buiten wilden spelen. 'Jullie zouden een sneeuwman voor me kunnen maken,' zei ze, alsof ze haar daar een enorm plezier mee zouden doen. 'Ik heb er al jaren geen meer in mijn tuin gehad. Volgens mij vinden de vogels dat ook wel leuk. Weer eens iets anders om naar te kijken. Ik heb misschien nog wel een wortel voor de neus, maar jullie zullen buiten iets moeten zien te vinden voor de ogen.'
Toen de meisjes in hun opgewarmde jassen en handschoenen waren gepakt en hun laarzen weer aan hadden, liet Adele hen naar buiten en zette nog een pot thee. Toen Jack en zij weer in de zitkamer zaten en door het raam naar Amber en Lucy keken, zei Adele: 'Het zijn heerlijke meiden, Jack, je zult wel trots op hen zijn.'
'Dat ben ik ook,' zei hij eenvoudig. 'Ze betekenen alles voor me.'
'Dat zie ik. En je bent een heel bijzondere man dat je begrijpt hoe belangrijk ze zijn. Niet iedere vader heeft zo'n band met zijn kinderen.'
'Dat heb ik eigenlijk altijd al gehad, maar... maar toen ik hen bijna kwijtraakte toen Maddie wegging - nou, laten we zeggen dat die ervaring me er nog eens met mijn neus bovenop heeft gedrukt.'
Ze gaf hem zijn kopje aan. 'Je klinkt verbitterd, Jack.'
Hij slikte. 'Dat ben ik ook. Sorry als dat kleinzielig klinkt.'
'Helemaal niet hoor. Het is alleen doodzonde. Suiker?'
Hij reikte naar de pot die ze hem toestak en de zilveren suiker- tang.
'En Maddie, je vrouw, is nu toch met je oudste en beste vriend - Tony, als ik het me goed herinner uit een van onze vorige gesprekken?'
Een beetje stekelig zei hij: 'Dat herinner je je goed.' Maar wat ze toen zei, maakte hem nog kriegeliger.
'Ik begrijp heel goed hoe verraden en gekwetst je je voelt. Jack, vooral jegens Tony, en vergeef een oude dame alsjeblieft haar onbeschaamdheid, maar mag ik je een goede raad geven? Of eigenlijk: je iets heel persoonlijks vragen?'
Hij ging ongemakkelijk verzitten. 'Ik heb waarschijnlijk niet veel keus, hè?'
Ze glimlachte en nam een slokje thee. 'Denk eens terug aan de tijd voordat Maddie bij je wegging, toen Tony al die jaren je beste vriend was. Als jou toen iets was overkomen, wie had je dan gewild dat Maddie zou helpen om voor Amber en Lucy te zorgen?'
Om haar doordringende blik te ontwijken keek hij langs haar heen naar de tuin, waar zijn dochters in de sneeuw speelden. Hij wist niet of de oude dame paranormaal begaafd was, maar jaren geleden hadden Maddie en hij in hun testament laten opnemen dat als hun beiden iets zou overkomen, Tony niet alleen hun executeur-testamentair zou zijn, maar ook de wettige voogd van Amber en Lucy zou worden.
Het duurde lang voordat hij iets zei. 'Ik geloof niet dat dat een faire vraag is. De omstandigheden zijn veranderd.'
'Dat zijn ze inderdaad... voor jullie allemaal. Maar ik kan me voorstellen dat Tony voor die twee heerlijke meiden alleen het beste zou willen. Dat moetje toch minstens van hem geloven? Het zal je verbazen hoeveel gemoedsrust die gedachte je kan geven. Vertel me dan nu eens iets over je schrijven. Beth zegt dat je helemaal de aankomende ster van de groep bent.'