10

Tegen de tijd dat Terri Collins eindelijk op de harde schijf van Jennifers laptop zat en alles wat daarop stond kon kopiëren zonder het tegelijkertijd te wissen, was het laat in de ochtend en zelfs van een dutje op een bank voor een verhoorkamertje knapte ze niet op. De kamer om haar heen was tot leven gekomen. De drie andere rechercheurs van het kleine korps zaten achter hun bureaus te telefoneren of waren op een andere manier bezig met lopende zaken.

Haar baas had haar laten weten dat hij tussen de middag over het verloop van het onderzoek bijgepraat wilde worden, dus probeerde Terri een snelle analyse te maken van Jennifers verdwijning. Om de zaak aan te kunnen houden, moest ze minstens de indruk wekken dat er een misdrijf had plaatsgevonden, anders zou de baas haar opdracht geven te gaan doen wat ze al gedaan had – een foto en beschrijving laten uitgaan naar de federale en nationale politiekorpsen – en daarna verder te werken aan zaken die wel tot arrestaties en veroordelingen zouden leiden.

Met een schuldgevoel keek ze naar de stapel dossiers op een hoek van haar bureau. Het waren drie seksuele mishandelingszaken, een gewone mishandeling – een zaterdagavonds Yankees-Red Soxgevecht in een kroeg – een mishandeling met een dodelijk wapen – wat moest die tweedejaars student uit de chique voorstad Concord van Boston überhaupt met een stiletto? – en een stuk of zes drugszaken, uiteenlopend van een paar gram marihuana tot een student die op de universiteit was gearresteerd toen hij een kilo cocaïne aan een undercoveragent wilde verkopen.

Elk dossier had recht op aandacht, zeker de seksuele mishandelingen, aangezien die min of meer op hetzelfde neerkwamen. Het ging om meisjes die misbruikt waren nadat ze te veel gedronken hadden in een studentenhuis of op een slaapfeest. In alle gevallen vonden de slachtoffers dat ze zelf ook schuld hadden. En misschien was dat ook wel zo, dacht Terri. Na excessief drankgebruik verdwenen de remmingen en werd er uitdagend gedanst en misschien hadden ze gehoor gegeven aan de brallende versie van Show us your boobs! die altijd op campusbijeenkomsten werd aangeheven.

Maar ze droegen nooit alle schuld. Elk dossier wachtte op de uitslagen van de drugstest en het zou haar niets verbazen als ze allemaal positief scoorden op ecstasy. De zaken begonnen allemaal met: ‘Hé, liefie, zal ik een drankje voor je halen...’ in een volle kamer met dreunende muziek en op elkaar gepakte lichamen, zodat het meisje de rare bijsmaak niet zou proeven als ze haar plastic bekertje leegdronk. Een deel wodka, twee delen tonic, een prachtige date-rapedrug.

Ze vond het verschrikkelijk als de seksuele aasgieren vrijuit gingen, terwijl de beschaamde en ontnuchterde meisjes en hun even beschaamde ouders al haar zorgvuldig opgestelde aanklachten lieten vallen. Ze wist dat de betrokken jongens ongegeneerd over hun avontuurtjes zouden opscheppen als ze zich inschreven op Wall Street of bij medicijnen of een andere studie. Ze achtte het haar plicht als agent om ervoor te zorgen dat die klootzakken er niet zonder kleerscheuren mee wegkwamen.

Terri schonk haar vierde mok koffie in. De lange nacht beloofde over te gaan in een lange dag. Ze nam een slok en proefde de bittere smaak. Terri kende de wegloperstatistieken maar al te goed. Ze kende zelf maar al te goed de noodzaak om weg te lopen, dat zou ze nooit vergeten. Je bent zelf ooit weggelopen. Waarom denk je dat dit een ander geval is?

Ze beantwoordde haar eigen vraag: ik was geen zestien. Ik was volwassen en had twee baby’s. Of bijna volwassen.

Een mishandelende echtgenoot is niet hetzelfde. Maar je bent weggelopen, toch? Je bent gevlucht. Net als Jennifer.

Ze plofte in haar stoel en draaide die naar haar bureau, terwijl ze probeerde te bedenken waarom Jennifer was weggelopen. Ze nam nog een grote slok koffie. Op haar mok stond een groot rood hart en ‘De allerbeste moeder van de hele wereld’, een voorspelbaar moederdagcadeautje van haar kinderen. Ze betwijfelde of de tekst klopte, maar ze deed haar uiterste best.

Zuchtend haalde ze de USB-stick met kopieën van de harde schijf erop uit Jennifers laptop en stak hem in haar eigen computer. Toen ging ze makkelijker zitten om te proberen het leven van een zestien jarige te bestuderen in de hoop dat er een soort plattegrond van op het scherm voor haar zou verschijnen.

Ze vond een wachtwoordenbestand waardoor ze in Jennifers Facebook kon komen. Daar wachtte haar een verrassing. Jennifer was met maar heel weinig klasgenoten bevriend en had meerdere rock- en popsterren aangegeven, uiteenlopend van – heel verrassend – Lou Reed, die ouder was dan haar eigen moeder, tot de Tex-Mex rockband Six Juans en twee garagebands – FugU en MomandDadHateUs – die, zo vond Terri nadat ze de clips had bekeken, zich vooral ten doel stelden zo veel mogelijk afgrijselijke geluiden te maken. Terri had de Jonas Brothers en Miley Cyrus verwacht, maar Jennifer had bepaald geen doorsnee muzieksmaak. Onder de categorie ‘Houdt van’ had ze ‘Vrijheid’ getikt en onder ‘Houdt niet van’ stond ‘Aanstellers’. Terri vermoedde dat dat woord op heel wat mensen in Jennifers wereld van toepassing was.

In haar Profielgedeelte had Jennifer ene Hotchick99 geciteerd, die op haar eigen Facebookpagina had geschreven: ‘... iedereen op onze school haat dit meisje...’

Jennifer had gereageerd met: ‘Ik vind het een eer om door mensen als zij gehaat te worden. Ik wil nooit worden zoals zij wil dat ik word.’

Terri glimlachte. Een rebel in hart en nieren, dacht ze. Ze voelde wat onprofessioneel respect voor het vermiste meisje, waardoor ze extra verdrietig werd toen ze bedacht wat Jennifer nu gedaan had. Haar vlucht leek ineens niet meer zo zinnig. Hopelijk is ze zo slim om naar huis te bellen, hoe erg dat ook leek te zijn.

Ze bekeek het browsergeheugen op de harddisk. Jennifer had een paar spelletjes geprobeerd, op Wikipedia dingen opgezocht en via Google dingen bekeken die op het eerste gezicht bij haar lessen aansloten. Er was zelfs een ‘Vertaal deze pagina’, waar ze iets had opgezocht waarvan Terri vermoedde dat het iets Spaans was. Verder leek Jennifer niet bijzonder computergericht. Ze had een Skype-account, maar daar stonden geen namen op. De belangrijkste informatie stond waarschijnlijk op Jennifers mobiel, en die was met haar verdwenen en was niet meer gebruikt sinds ze was weggelopen.

Terri scrolde door een geschiedeniswerkstuk over The Underground Railroad, over de slavenbevrijding in Amerika en een werkstuk voor Engels over Great Expectations van Charles Dickens, dat ze onder Documenten had gevonden. Ze verwachtte half en half dat ze waren gekopieerd en geplakt vanaf websites, maar merkte tot haar plezier dat dat niet zo was. Blijkbaar maakte Jennifer de meeste schoolopdrachten zelf, wat haar tot een uitzondering op de regel maakte.

Ze leek ook van versjes te houden. Ze had werk gedownload van Shel Silverstein en Ogden Nash, wat een opmerkelijke keus was voor een tienermeisje van deze tijd. Ze vond het bestand 6 gedichten voor Meneer Teddybeer, waar rijmpjes en haiku’s in stonden die ze voor haar teddybeer had geschreven. Sommige, het waren er veel meer dan zes, waren zo grappig dat Terri er om moest lachen. Slimme meid, dacht ze weer.

Ze bleef zoeken. Jennifer was regelmatig naar Veganwebsites gegaan en naar new-age-achtige blogs. Waarschijnlijk pogingen om haar moeder en haar stiefvader-slash-vriend beter te begrijpen.

Eigenlijk hoopte Terri wat hartverscheurende, loslippige tienerontboezemingen te vinden, maar die vond ze niet. Of een document over Jennifers plannen, maar als dat al bestond, vond ze dat ook niet. Ze vond wel opgeslagen foto’s. Op de meeste stond Jennifer met een paar vriendinnen te lachen, te hangen of gek te doen op slaapfeestjes of andere feesten, hoewel Jennifer er niet helemaal leek bij te horen.

Ze bekeek ook de andere fotobestanden en kwam bij een zestal foto’s die Jennifer van zichzelf had gemaakt. Ze konden niet veel langer dan een jaar geleden zijn gemaakt. Terri vermoedde dat ze haar digitale camera op een stapel boeken had gezet en er toen voor poseerde. Ze waren niet echt sexy, het was alsof Jennifer de veranderingen van haar lichaam had willen vastleggen. Ze was mager en had amper borsten. Ze had lange benen en ze had ze preuts over elkaar geslagen, zodat er maar een vermoeden van haar schaamhaar zichtbaar was, alsof ze zich schaamde voor wat ze deed, ook al was ze alleen in haar kamer. Op twee foto’s stond ze met de tienerversie van een sexy uitdagende blik, wat haar alleen maar jonger en kinderlijker maakte.

Terri bekeek ze stuk voor stuk nauwkeurig. Elke foto opende ze op het scherm voor haar en ze verwachtte elke keer dat er een naakte jongen zou verschijnen. Het moedergevoel in haar wilde graag geloven dat kinderen van Jennifers leeftijd niet seksueel actief waren. Maar het geharde rechercheursgevoel in haar wist dat ze vaak al ervarener waren dan hun ouders zich konden voorstellen. Orale seks. Anale seks. Groepsseks. Ouderwetse seks. De kinderen kenden het allemaal en hadden er al uitgebreid mee geëxperimenteerd. Terri was blij dat op de wat uitdagender foto’s op Jennifers laptop alleen zijzelf stond.

Ze bedacht dat er iets verdrietigs over de foto’s lag. Jennifer werd gefascineerd door wat ze aan het worden was, maar door haar naaktheid zag ze er nog eenzamer uit.

Ze wilde bijna ophouden, toen haar oog viel op twee Google-zoekopdrachten. Een voor Lolita van Nabokov, waarvan Terri zeker wist dat het op geen enkele middelbareschoolboekenlijst stond, en de ander voor ‘mannen die zichzelf blootgeven’.

Jennifer had er maar twee aangeklikt: Yahoo Answers en een website met een psychologisch forum en een link naar een artikelenreeks van de psychologische faculteit van de Emory University over de psychologische implicaties van exhibitionisme en voyeurisme. Dat stond vol medisch jargon dat veel te ingewikkeld was voor een zestienjarige, maar blijkbaar had dat Jennifer niet gestoord.

Terri ging achterover zitten. Meer hoefde ze niet te weten. Pal voor haar neus zag ze een misdaad die niet bewezen kon worden. Het zou Jennifers woord tegen dat van Scott zijn en zelfs haar moeder zou helaas eerder hem geloven, maar het maakte de wegloopactie volkomen verklaarbaar.

Ze ging terug naar de versjes voor Meneer Teddybeer. Een begon met: jij ziet wat ik zie...

Misschien wel, dacht Terri, maar een teddybeer kan nou eenmaal niet getuigen in de rechtszaal.

De telefoon op haar bureau rinkelde. De baas die zijn update wilde hebben. Ze wist dat ze bijzonder voorzichtig moest zijn met wat ze vertelde. Scott stond goed bekend en had machtige vrienden in het plaatselijke gemeentebestuur. Waarschijnlijk had hij de halve gemeenteraad onder behandeling gehad, hoewel ‘behandeling’ een woord was dat Terri sceptisch wenste te gebruiken. ‘Ik kom eraan,’ zei ze.

Ze pakte haar aantekeningen en was al halverwege de kamer toen haar telefoon weer rinkelde. Zacht vloekend liep ze snel terug en pakte de hoorn toen de telefoon voor de vijfde keer overging, pal voor die naar de voicemail zou doorschakelen.

‘Met rechercheur Collins.’

‘Met Mary Riggins,’ hoorde ze. Snikken. Zuchten.

‘Ja, mevrouw Riggins. Ik sta op het punt naar mijn baas...’

‘Ze is niet weggelopen. Jennifer is ontvoerd, rechercheur,’ perste de moeder aan de andere kant half snikkend uit haar keel.

Terri vroeg niet direct naar de details of hoe Mary dat wist. Ze luisterde naar de moederlijke angst die via de telefoon tot haar kwam. Ze kreeg het gevoel dat er een nachtmerrie was begonnen. Ze wist alleen nog niet precies welke.