51
ALINA RILDE EN IK BETWIJFELDE OF HET ALLEEN VAN DE KOU was.
‘Ik ging naar de keuken.’
Dus de deur stond open of ze had een sleutel.
‘En daar heb je iets te drinken genomen?’
‘Ja. Cola.’ Alina veegde nerveus in haar gezicht en streek een van haar dreadlocks achter haar oor.
‘Je weet hoe de fles eruitziet?’
‘Witte letters op een rode ondergrond. Iedere blinde herkent een cola als hij ervoor staat.’ Ze lachte en trok TomTom iets dichter naar zich toe.
‘En het was een blikje. Vier stuks in het zijvak. Ik heb er een van gepakt.’
‘En?’
Ze haalde haar schouders op. ‘Niks “en”. Meer kan ik me niet herinneren.’
Mijn blik ging weer naar Frank, die aan Alina’s lippen had gehangen.
Ik maakte gebruik van de pauze in het gesprek om hem duidelijk te maken dat hij zo snel mogelijk terug naar de redactie moest.
‘O, toe!’ kreunde hij teleurgesteld. ‘Niet nu, het wordt net zo spannend.’
‘Sorry, jochie, maar op de redactie is vast en zeker de pleuris uitgebroken en het valt op als uitgerekend mijn onmisbare stagiair tijdens de crisis niet te bereiken is.’
Ik gaf hem ten afscheid een klopje op zijn magere schouder. ‘Maar geen woord tegen Bergdorf. En blijf in de buurt van de telefoon, voor het geval ik nog een keer je hulp nodig heb!’
Frank maakte een saluerend gebaar en maakte zich uit de voeten, nadat hij afscheid van Alina had genomen.
Ik keek op mijn horloge en begon te rekenen. Volgens informatie van de politie tegenover de pers waren de kinderen van Traunstein in de vroege ochtend ontvoerd. Charlies lijk was pas later, tegen negen uur, door haar echtgenoot in de achtertuin gevonden, vlak voor de stopwatch automatisch begon te lopen, exact om 9.20 uur.
Aangezien de ogenverzamelaar op dat tijdstip vast en zeker allang niet meer op de plaats van het misdrijf was, lieten mijn overwegingen geen conclusie toe over de tijd waarop de psychopaat zijn eerste pitstop in de bungalow had gemaakt.
Als hij dat al had gedaan.
Hoofdschuddend keek ik Frank na, die onderweg was naar de taxistandplaats op de volgende hoek. Alleen al het feit dat ik weer afging op de visioenen van een blinde maakte dat ik aan mijn verstand ging twijfelen.
Na een paar meter draaide Frank zich nogmaals om, schudde een paar sneeuwvlokken uit zijn haar en trok de capuchon van zijn donsjack over zijn hoofd.
En dat was het beslissende moment.
Als hij dat niet had gedaan, was de waanzin hier misschien afgelopen. Ik was naar mijn zoon gegaan voordat ik me aan Stoya overgaf en verder was mijn leven anders gelopen. Maar het piepkleine ogenblik waarin mijn stagiair voor de etalage van de galerie was blijven staan, veranderde alles.
Mijn volgende stappen. Mijn lot.
Mijn leven.
Als in trance liep ik Frank achterna, die, zonder zich nog een keer om te draaien, al bij de volgende kruising was aangekomen.
‘Ik heb het trouwens alweer,’ hoorde ik Alina zeggen, die dacht dat ik nog voor de auto in de inrit stond, terwijl ik al op de plaats stond waar Frank zijn capuchon over zijn hoofd had getrokken.
Vlak voor de etalage.
Alina wachtte een paar meter verderop voor de hoofdingang van haar huurwoning en wilde net de sleutel in het slot steken.
‘Wat is er?’ vroeg ik afwezig. Ik zette nog een stap dichter naar de etalage en stond er daarmee zo dichtbij dat het glas besloeg. Op het beeldscherm van de televisie, dat eerder nog een testbeeld had getoond, schitterde nu het silhouet van een ongeschoren, donkerharige man, die met hobbelende bewegingen naar een onzichtbare camera in de galerie wuifde. Ik zag mezélf!
‘Dorst,’ antwoordde Alina eindelijk. Ze glimlachte licht toen ik me naar haar toe draaide. Met haar kaarsrechte lichaamshouding en gesloten ogen zag ze eruit als een jong meisje dat bij het afscheid op een kus van haar geliefde hoopt. Ik wendde me af en staarde mezelf recht in het gezicht.
Het was geen zinsbegoocheling.
Het beeld op de televisie was al eens even veranderd toen het paartje langs de galerie was gelopen. En zojuist, toen Frank zich omdraaide, had ik het voor het eerst bewust gezien.
De kunstinstallatie filmt de voorbijgangers!
‘Komt er nog wat van, Mr. Star Reporter? Kom je nog voor een drankje mee naar boven?’ vroeg Alina, nu al iets ongeduldiger.
Ik greep naar mijn nek en verbaasde me er even over dat mijn hoofd geen pijn meer deed. Toen herinnerde ik me de pijnstiller die ik had ingenomen. Het perspectief van waaruit ik mezelf op het beeldscherm zag, liet alleen de logische conclusie toe dat de camera schuin boven mijn hoofd moest zijn aangebracht, en inderdaad ontdekte ik de knipperende diode in een schuine hoek links boven me aan het plafond van de galerie.
Vervolgens deed ik een stap opzij en toen nog een, net zolang tot ik uit het gezichtsveld van de camera was verdwenen. Het duurde slechts twee seconden, toen sneeuwde het weer op het beeldscherm.
‘Oké, bedankt voor het gesprek,’ zei Alina, maar ik negeerde haar verder.
In plaats daarvan testte ik de bewegingsmelder nogmaals, om mijn verdenking te controleren. Daarvoor ging ik weer naar rechts, en weer reageerde de televisie.
‘Wanneer was de ogenverzamelaar gisteren bij je, Alina?’ vroeg ik ademloos, maar nu was zij het die mij geen antwoord meer gaf.
Toen ik naar het portiek keek, waren Alina en TomTom in het trappenhuis verdwenen.