Hoofdstuk 14

‘Voordat je me iets anders gaat vertellen én zonder erover na te denken,’ commandeerde Jenny, terwijl ze de Starbuckszakjes en kranten uitpakte die ik had gekocht om mijn nachtelijk uitstapje te verbloemen. ‘Hoe was de seks?’

‘Geweldig,’ verzuchtte ik. ‘Echt, ik wist dat mijn seksleven al een tijdje behoorlijk flut was, maar Tyler was echt ongelooflijk. Tja, hij is sterk, hij is groot, gaat regelmatig naar de sportschool…We hebben het drie keer gedaan en ik…mijn god, ik weet het niet meer.’

‘Oké, daarmee heb je mijn volgende drie vragen ook al beantwoord,’ zei ze, waarna ze haar tanden in een donut zette. ‘Wanneer zie je hem weer?’

‘Ach, jij!’ Ik pakte ook een donut en schudde mijn hoofd. ‘Hij moest vroeg weg.’

‘Geen probleem—als hij je vandaag of morgen maar belt,’ zei ze, me net zolang aankijkend tot ik mijn ogen neersloeg. ‘Maar ik geloof niet dat jij je daar zorgen over maakt. Je wéét al dat hij je gaat bellen, hè? Maar wat is er dan? Waarom sta je nu niet te stuiteren van geluk?’

‘Oké, niet boos worden, hoor, maar ik zat op de terugweg zo te denken…Weet je, ik heb het alleen nog maar met Mark gedaan enne…’ Ik plofte op een kruk en trok mijn haar in een slordige paardenstaart. ‘Je gaat me nu vast een stomp verkopen, maar eh…ook al was het de hele tijd geweldig, toch voelde het vanochtend een beetje alsof ik…nou ja, alsof ik hem had bedrogen. Ik weet het, ik weet het!’ Ik stak mijn handen omhoog, om aan te geven dat ik nog niet klaar was. ‘Ik weet dat het nergens op slaat. Hij heeft tenslotte niet eens gewacht tot het uit was, voor hij met een ander naar bed ging. Maar zo voelt het nu eenmaal.’

‘Nee goed, dat gaat buiten jou om,’ knikte ze. ‘Maar dat gaat je er toch niet van weerhouden opnieuw met hem af te spreken? Hoe dan ook, lieverd: je zult een paar kerels moeten uitproberen!’

‘Ik weet het niet, hoor: als dat rare gevoel nu niet ophoudt? En Alex? Een etmaal geleden vroeg ik hem nog mee naar boven; nu ben ik naar bed geweest met Tyler. Ik ben er nog maar amper aan gewend dat ik twee mannen tegelijk date, laat staan dat ik met allebei naar bed ga.’

‘O, da’s een makkie,’ zei Jenny, mijn handen wegslaand en het knopen van mijn paardenstaart van me overnemend. ‘Wil je Alex nog een keer zien?’

Ik knikte.

‘En wil je Tyler nog een keer zien en misschien nog een keer met hem naar bed?’

Ik knikte.

‘Prima! Je hoeft helemaal niet te kiezen, tot je eruit bent.’ Ze pakte haar koffiemok en nog twee donuts. ‘Trouwens: drie keer in één nacht, een appartement aan Park Avenue én een zwarte Amex? Jij spreekt verdikkeme zeker-te-weten nog een keer met die vent af…anders geef je mij zijn telefoonnummer maar!’ Toen leunde ze over de bar en gaf me een kus op mijn wang. ‘En nu ga jij je klaarmaken voor die bespreking met Mary en ik ga naar bed.’

Die afspraak met Mary betekende dat ik echt geen tijd had om alles uit-en-te-na opnieuw te beleven, al wist ik wel nog even tijd te vinden voor een snelle zelfanalyse, tijdens het aanbrengen van mijn mascara (Razor zou trots op me zijn).

Terwijl ik zo naar mezelf zat te kijken, probeerde ik terug te glimlachen naar die nieuwe ik die me aanstaarde. En dat nieuwe betrof niet alleen mijn kleding, mijn kapsel of zelfs maar het kleurtje dat ik de afgelopen week had opgedaan: hoewel allemaal splinternieuw, kon ik me gewoon niet heugen wanneer ik vóór New York voor het laatst aandachtig in een spiegel had gekeken. En dan bedoel ik niet zomaar een blik, maar mezelf echt recht in de ogen kijken. Op zijn best was het een schichtige blik opzij geweest als ik uit de douche stapte, om te zien hoe mijn Weight Watchers-kwel-ling opschoot. En nu keek zo’n vreemde meid me aan: een meid die met twee mannen tegelijk aan het daten was, voor de website van een modeglossy schreef en in New York woonde. Yek!

Op weg naar buiten pakte ik mijn mobieltje en keek in het telefoonboek. Jenny, Erin, The Look, Tyler en wie stond er bovenaan? Alex.

Ik had beloofd hem nog te bellen en wilde dat echt heel graag. Maar het voelde zo raar om iemand te bellen met wie ik naar bed wilde, terwijl ik net uit het bed van een ander kwam! En hoe vaak Jenny me ook verzekerde dat het niet zoveel om het lijf had, dat de datingregels in New York heel anders lagen (daar had je De Regels weer!): het voelde gewoon niet goed. En als ik heel eerlijk was—hoe onfeministisch misschien ook—ik wilde gewoon dat iemand die met mij naar bed wilde, dat ook alleen met mij deed. Daar dan, het was eruit: ik was eigenlijk best puriteins…

De grootste kans dat ik zijn voicemail kreeg, was als ik vroeg belde, zo redeneerde ik. Zo’n sexy bleke huid kreeg je vast niet van vroege hardlooprondjes langs de rivier. Mezelf inprentend dat hij toch niet opnam, haalde ik diep adem en koos zijn nummer.

Hij nam na de eerste keer al op.

‘Ja, hallo?’ Hij klonk schattig slaperig.

‘Hoi, Alex.’ En toen schoot ik al in de paniek. Ik had namelijk niets anders voorbereid dan een luchtig berichtje dat ik het later nog wel eens probeerde.

‘Ja?’ Hij had mijn stem nog niet herkend.

‘Met Angela,’ zei ik, mezelf in stilte vervloekend. ‘Angela Clark.’

‘O, hoi.’ Hij gaapte luid. Dit ging echt niet goed! ‘Ik vroeg me al af wanneer je zou bellen.’

‘Ik had het toch beloofd,’ zei ik verdedigend. Het was nog maar een dag geleden: had ik dan nog eerder moeten bellen? Erin had het over drie dagen gehad. Stomme Erin. ‘Maar eh…nou ja, zaterdag was echt leuk…bedankt nog.’

‘Mm-mm,’ antwoordde hij. ‘Sorry hoor, ik ben net wakker. Ik ben niet zo’n ochtendmens.’

‘O, ik ook niet, hoor,’ zei ik, terwijl ik me richting Times Square haastte. ‘Maar ik had een afspraak, dus toen dacht ik, ik bel Alex even enne…sorry, ik had je later moeten bellen.’

‘Nee nee, geeft niet,’ zei hij en gaapte nog eens uitvoerig.

Ik vroeg me af hoe hij er nu uitzag. Zijn haar stond vast één kant op, allemaal vouwen in zijn wangen…

‘Maar eh…zullen we woensdag samen iets gaan doen? Naar het MoMA bijvoorbeeld?’ zei hij.

‘Klinkt goed,’ zei ik, opgelucht dat ik dan twee dagen had om alles op een rijtje te krijgen én erachter te komen wie ‘Moma’ was.

‘Cool! Wat zullen we doen: om drie uur bij de hoofdingang?’

‘Prima. Nou, tot dan dan maar!’

In plaats van te zoeken naar het gebouw van Spencer Media, betrapte ik me erop dat ik liep ik te bedenken waar Alex in zou slapen. Misschien liep hij wel in zijn blootje door zijn appartement…Hmm, geen goede gedachte voor dit moment. Stoute Angela!

‘Dit is goed, Angela,’ zei Mary, met mijn dagboek in haar handen door haar kantoor ijsberend. ‘Het is echt goed. Het heeft vaart, het is grappig—op een bepaalde manier dan—en ik denk dat ik als lezer best geïnteresseerd zou kunnen zijn in die mannen waar jij mee uitgaat. Heb je nog steeds contact met hen allebei?’

‘Ja,’ zei ik, haar gespannen bestuderend en verlangend naar de koffie die me bij binnenkomst was beloofd. ‘Dat wel, maar ik heb er niet zo’n goed gevoel meer bij. Ik weet het niet, misschien moet ik nog maar met eentje afspreken, of met de ander wat langzamer aan doen, of misschien wel met allebei…’

‘Lijkt mij niet,’ zei Mary, terwijl ze eindelijk achter haar bureau plaatsnam. ‘Als jij deze blog wilt, zul je moeten blijven daten. We geven deze kerels een bijnaam, zodat ze ons niet aanklagen—ik zou zeggen Wall Street en Brooklyn—maar zij zijn je thema, tot er iets of iemand anders op je pad komt.’

‘Mmm…oké dan,’ zei ik traag. Ik bedacht dat ik die stukjes eigenlijk nog eens had moeten doorlezen na de roes van al die Starbucks-koffie. Maar ja, ik wilde dit baantje zo graag…’Ik zie Alex woensdag weer, maar ik heb nog geen nieuwe afspraak met Tyler.’

‘Nou, maak die dan maar gauw.’ Mary riep haar secretaresse binnen en gaf me haar visitekaartje. ‘Goedje mailt mij je stukje dagelijks vóór vier uur. Zorg vooral voor details over de locaties, maar hou je een beetje in over de activiteiten. We willen de lezer boeien met waar jij op je dates naartoe gaat en voor welke ventje uiteindelijk kiest, niet opgeilen met je seksleven.’

‘Oké,’ knikte ik driftig. ‘Zal ik op letten.’

‘Ik vergader donderdag met de redactie en de afdeling marketing. Als jij je stukjes op dit peil blijft inleveren, zal ik ze dan aan het team voorleggen.’

‘Goh, dank je wel,’ stamelde ik, half in shock. ‘Ik zal je niet teleurstellen, Mary.’

‘Nee, dat kun je maar beter niet doen,’ zei ze, zich alweer naar haar computer draaiend. ‘Kom vrijdag om vier uur maar weer langs. Dan praat ik je bij en hebben we het verder over de lancering van De avonturen van Angela.’

De avonturen van Angela? Ik schuifelde achterwaarts het kantoor uit, onhandig zwaaiend en met een brede grijns op mijn gezicht. ‘Tot vrijdag dan. Nogmaals bedankt, Mary.’

Buiten stond ik even met mijn ogen te knipperen tegen het felle zonlicht—niet helemaal bevattend wat me zojuist was overkomen, maar er aardig zeker van dat de bespreking gunstig was verlopen. Staand voor de angstaanjagende, neonverlichte kolos genaamd Toys R Us, duurde het zeker een minuut voor ik me realiseerde wat dat getril tegen mijn heup toch was en begreep dat ik mijn mobieltje na dat gesprek met Alex in mijn zak moest hebben gestopt. Er was al ruim een week verstreken zonder SMS’jes: ik was haast vergeten dat je die ook nog had (wie had dat ooit gedacht!).

Hoi. Lunchafspraak gecanceld, heb res voor Tao—zonde om te laten lopen. Zin om samen mijn bedrijfsrekening te misbruiken, 1 uur?

Het was van Tyler.

Ook al had ik gezworen dat ik vandaag eindelijk op het Empire State Building zou belanden, ik had nu andere dingen aan mijn hoofd dan mijn toeristische verlanglijstje.

Mijn column!

Mary had gezegd dat ik opnieuw met Tyler moest afspreken, nietwaar? Zij dwong me dus praktisch hierop in te gaan. En ik had ook al eens van Tao gehoord: dat moest fantastisch zijn. En dus, denkend aan mijn carrière en mijn maag, SMS’te ik Tyler dat ik op zijn aanbod inging.

Ondertussen deed ik mijn best niet aan onze marathon van afgelopen nacht te denken—geen gemakkelijke opgave. Dwalend door Midtown om de tijd te doden, bleef mijn brein maar details naar boven halen: zijn zachte handen, zijn stevige lichaam, de warmte van zijn zoenen en hoe ik tijdens die paar zalige uurtjes geen rol had hoeven spelen, maar er gewoon helemaal bij had gehoord. Geen rampzalig leven in Engeland, geen zorgen rond dubbele afspraken in New York…niets dan Tyler en ik. Een zeer welkome afwisseling, een bevrijding.

Een klein deel van me was bovendien blij geweest dat ik me toch nog wel wat herinnerde van waar we mee bezig waren. Het was net fietsen, zei ik grijnzend tegen mezelf. O, dat moest ik in mijn column zetten! Of misschien beter van niet: geen porno.

Tegen enen had ik bij Saks op 5th Avenue vijfhonderd dollar aan lingerie uitgegeven, daartoe aangespoord door de onlangs ontwaakte seksgodin in mij. Niets pikants: gewoon een paar hele mooie beha’s met bijpassende ‘slipjes’ (het woord ‘onderbroek’ kon in New York echt niet en ‘directoire’ kreeg ik er niet uit zonder als een klein kind te gaan giechelen).

Tien minuten te vroeg (ikke!) kwam ik bij Tao aan. Ik werd naar een tafeltje gebracht, waaraan Tyler al op zijn BlackBerry zat te tikken. Zou het me ooit lukken eerder dan de man op een date te verschijnen? Ach, misschien was te laat komen wel een van mijn nieuwe eigenschappen.

Er trok een scheut post-coïtale opwinding door mijn lijf toen ik hem gedag kuste—niets obsceens: gewoon een warme, stevige kus op de mond.

‘Hai,’ zei hij en trok een stoel voor me naar achteren. ‘Wezen winkelen?’ Hij knikte naar mijn tassenverzameling.

Ik realiseerde me ineens hoe het eruit moest zien: eerst verslind ik hem bijna midden op straat, de volgende dag verschijn ik bij de lunch met tassen vol gloednieuw ondergoed…

Wat een slet!

‘Eh…dat zijn allemaal cadeautjes,’ zei ik.

Wat een leugenaarster!

‘Aha, cadeautjes,’ glimlachte hij. ‘Maar hoe ging je bespreking? Ben je al hoofdredacteur?’

Dankbaar voor de verandering van onderwerp (in iets waarover ik kon praten zónder hem oververhit, bezweet en naakt voor me te zien) besloot ik me niet langer achter de menukaart te verstoppen. Ik schudde mijn hoofd.

‘Het ging prima,’ zei ik. ‘Ze was tevreden over de stukjes die ik had geschreven en heeft me opgedragen haar dagelijks vijfhonderd woorden te sturen. Vrij dag hebben we weer een afspraak. Maar het is allemaal nog lang niet rond, hoor. En het stelt ook niet zoveel voor.’

Nou, écht wel!

‘Ben je gek?’ zei hij, terwijl hij zijn menukaart neerlegde en mijn handen beetpakte. ‘Dat is fantastisch! Dat moeten we vieren!’

Ik glimlachte.

Ik was dol op feestjes.

Ik was dol op Tyler.

Algauw had ik—om één uur ‘s middags—al twee glazen Lau-rent-Perrier achter de kiezen en zat ik wild te gebaren over mijn toekomstige carrièreplannen.

‘Want ik bedoel uiteindelijk…’—ik zwaaide met beide handen en sloeg de ober bijna onze tweede fles uit de hand—‘…zou ik graag willen schrijven. Echt schrijven: voor een tijdschrift of een boek, dat maakt niet zoveel uit. Niet per se diepzinnig en gewichtig. Nee, gewoon iets waar mensen van kunnen genieten. Iets waar ze een uurtje mee kunnen gaan zitten om te ontspannen, te ontsnappen aan…weet ik veel, wat-het-ook-maar-is waaraan ze willen ontsnappen.’

Tyler knikte en nam een slok van zijn water. Hij dronk geen alcohol, omdat hij de hele middag nog moest vergaderen.

En hoe tipsier ik werd, hoe akelig nuchterder hij leek…Van af-en-toe-een-glaasje-wijn-bij-het-eten was ik schrikbarend vlug overgeschakeld op de-meeste-avonden-van-de-week-teut en nu-zelfs-ook-al-op-maandagmiddag. Tot nu toe had ik vandaag dus ontdekt dat ik was: (a) een schrijfster, (b) een wellustige seksgodin en blijkbaar ook (c) best een zuipschuit.

‘Als we hier klaar zijn, vind ik dat we iets moeten gaan doen om deze gedenkwaardige dag echt nooit te vergeten,’ zei hij. ‘Voor het geval je je deze lunch later niet meer herinnert…’

Ik keek naar mijn bord. Nog vol. En mijn glas. Helemaal leeg.

Tyler betaalde de rekening en voor ik het goed en wel in de gaten had, verlieten we het prachtige, luxe restaurant en wandelden weer de stad in.

‘Waar gaan we heen?’ vroeg ik.

Tyler pakte mijn hand en leidde me door de drukke straten. Mid-town was nu echt een gekkenhuis.

‘Gewoon, ergens…’ zei hij met een geheimzinnige glimlach, waarna hij stilhield voor een grote winkel op 5th Avenue. O mijn God: Tiffany’s! ‘Voor iets bijzonders, ter herinnering aan een bijzondere gebeurtenis.’

Hij kuste me vol op de mond, wat me eraan herinnerde dat ik me eigenlijk had voorgenomen het wat langzamer aan te gaan doen. Maar natuurlijk niet op de stoep van Tiffany’s, dat zou wel erg bot zijn…

Tyler trok me mee naar binnen en liep regelrecht door naar de lift achter in de zaak.

Ik deed intussen verwoede pogingen zo snel mogelijk weer nuchter te worden, zodat ik van elke seconde kon genieten. Een mooie man die geen limiet op zijn creditcard leek te hebben nam me mee naar Tiffany’s—dat moest me voor altijd bijblijven!

Alles waar we langs liepen, glansde en glinsterde me toe: diamanten, robijnen, saffieren en elke andere waardevolle edelsteen die je maar bedenken kunt, lagen te sprankelen in hun doosjes onder de zorgvuldig afgestelde belichting. Toen de liftdeuren dicht gleden, knipoogden de diamanten me vaarwel terwijl wij naar boven zoefden.

De lift plaagde me meedogenloos: op bijna elke verdieping opende ze haar deuren en schitterden de juwelen, snuisterijen en andere schatten me tegemoet…maar wij bleven staan. Ik begon net te denken dat Tyler me hier alleen mee naar binnen had gesleept om gebruik te maken van het toilet (wat gezien mijn drankinname geen slecht idee zou zijn), toen de deuren openden op de geschenkafdeling en wij uitstapten.

Tyler leek precies te weten waar hij naartoe wilde: zwijgend glimlachend trok hij me mee. Als ik niet zo had gesmacht naar (a) een toilet en (b) iets verpakt in een klein blauw doosje, had ik zijn houding waarschijnlijk ergerlijk zelfgenoegzaam gevonden. Bovendien vroeg ik me af hoe het kon dat hij zo goed de weg wist in dit labyrint vol kostbaarheden.

‘Hier is het,’ zei hij, eindelijk stilhoudend bij een vitrine. Erin lagen tientallen zuiver zilveren voorwerpen: visitekaartjeshouders, briefopeners, de ene sleutelhanger na de andere en—eindelijk zag ik waarnaar hij wees—schitterende zilveren pennen. ‘Welke vind je het mooist?’

Ik was zo overweldigd (én zo in de ban van mijn volle blaas), dat ik even helemaal niets kon uitbrengen. Ik kon me niet herinneren dat iemand ooit zo attent voor me was geweest. Zelfs Marks huwelijksaanzoek was minder goed doordacht geweest en daar waren nog wel (zo beweerde hij althans) maanden van voorbereiding aan voorafgegaan. Maar ja, ‘Wil je met me trouwen?’ klinkt gewoon niet meer zo feestelijk, als je net over vijf euro hebt staan bakkeleien met een Sevilliaanse ponywagenmenner.

‘Heus, dat hoeft toch niet,’ mompelde ik tenslotte, terwijl ik zijn arm greep. Ik voelde me opeens heel erg vrouwelijk. Misschien deden ze hier wel iets in de airco, wat je vatbaarder maakte voor romantische gebaren, dacht ik.

‘Maar ik wil het graag,’ zei hij en wees de verkoopster een fijne zilveren ballpoint aan. ‘En ik ga het doen ook.’ Het meisje knikte en pakte de pen.

Ik keek verlegen opzij en glimlachte blij (en nog steeds een beetje aangeschoten). Ik zou echt makkelijk kunnen wennen aan dit soort aandacht. Maar eerst moest ik het toch met hem hebben over’het langzaam aan doen’: het was immers niet eerlijk om dure cadeaus en luxueuze etentjes aan te nemen, terwijl ik me nog steeds schuldig voelde omdat ik met hem naar bed was geweest. Maar ik wilde hem ook niet voor het hoofd stoten.

‘Ik moet eventjes naar het toilet, hoor,’ fluisterde ik, toen de verkoopster terugkwam met mijn subliem ingepakte geschenk. O, dat witte lint bij dat beige kartonnen tasje! Mijn hart bonsde in mijn keel.

Tyler pakte het tasje aan en knikte. ‘Dan wacht ik buiten op je, oké? Ik moet toch nog een paar telefoontjes plegen.’

Het damestoilet was precies zo prachtig als ik had verwacht. Maar ik moest zo nodig, dat ik ook genoegen had genomen met een gat in de grond. Wat een opluchting!

Terwijl ik mijn handen stond te wassen, nam ik de tijd om na te denken over de kwestie-Tyler. Ik wist niet of het de feromo-nen waren (waarvan ik zeker wist dat ze die bij Tiffany’s de lucht in pompten) of de champagne die nog steeds door mijn lijf raasde, maar het trof me ineens dat ik dat hele Tyler⁄Alex-gedoe inderdaad veel te serieus nam. Jenny had gelijk: we hadden het gewoon leuk met elkaar, meer niet. Tyler had een pen voor me gekocht, geen verlovingsring! En ik was nog maar één keer met Alex uit geweest. Nee, het was op dit moment helemaal niet nodig om meer tegen Tyler te zeggen dan:’Heel erg bedankt’. Ik zou toch zeker wel gek zijn als ik zo’n gulle, attente (en rijke, sexy) vent als hij zomaar liet schieten! Daarbij leek hij zich in Tiffany’s zo op zijn gemak te voelen: misschien kocht hij hier wel vaker cadeautjes voor zijn vrienden. Het zou gewoon onbeleefd van me zijn als ik er een hoop heisa van maakte: het was maar een pen!

Vastbesloten Tyler voor donderdagavond mee uit eten te vragen, ging ik terug naar beneden. Het was simpel, prentte ik mezelf in: ik zou hem vragen of hij zin had om met me uit te gaan en als hij vroeg of ik dat met meer mannen deed, zou ik ja zeggen. Daten was in wezen niets meer dan één stapje meer dan ‘gewoon vrienden’: vrienden met bepaalde extraatjes—daar had ik over gelezen en dat leek me prima.

Met enige weemoed verliet ik Tiffany’s en keek zoekend rond naar Tyler. Om de een of andere reden maakte de zon hem niet warm, bezweet en rood als een kreeft, zoals de rest van de mensheid, maar deed ze zijn donkere haardos glanzen en accentueerde zijn gebruinde huid. Hij was het Kentucky Derby-renpaard na mijn strandboulevard-ezel uit Blackpool.

‘Ah, daar ben je,’ zei hij en gaf me het tasje en een kus op mijn wang. ‘Het spijt me heel erg…maar ik moet terug naar kantoor. Er is iets gebeurd waar ik echt naar moet kijken.’

‘O, balen is dat altijd, hè?’ zei ik.

Het was dus nu of nooit: tijd voor mijn eerste date-voorstel aller tijden. ‘Eh…heb je soms zin om donderdag met mij te gaan eten?’ brabbelde ik.

‘Pardon?’ zei hij, terwijl hij een duur uitziende zonnebril uit zijn borstzak trok.

‘Donderdagavond?’ zei ik, iets rustiger nu. ‘Zou je dan met me uit eten willen?’

‘Nee, donderdag kan ik niet,’ zei hij, rondkijkend naar een taxi. ‘Wat dacht je van woensdag?’

‘Mmm, woensdag lukt mij weer niet,’ zei ik, biddend dat hij niet zou vragen waarom. ‘En morgen?’

‘Zullen we anders zaterdag doen?’ stelde hij voor. ‘Ik heb nogal een hectische week. Kunnen we gaan picknicken in het park. Misschien een beetje druk, maar altijd leuk.’

Nog voor ik iets had kunnen zeggen, gaf hij me een kus op de wang (eigenlijk niet meer dan een kusje), sprong in een taxi (die gedwongen door de drukte stapvoets voorbijkwam) en maakte het universele ‘we bellen’—gebaar naar me.

Ik zwaaide en keek hoe hij wegreed, meteen alweer aan de telefoon.

‘Ik geloof niet dat het een slecht teken is,’ zei Jenny, met haar mond vol lasagne.

Ik had, tegen haar zin, geëist dat we die avond thuisbleven en zelf kookten. Ze wist de maaltijd die we ‘samen’ hadden klaargemaakt echter aardig snel weg te werken.

‘Hij stelde eerst woensdag voor, maar toen kon jij niet. Vijf dagen is echt niet zo lang tussen twee dates, zeker niet als je elkaar nog maar net kent. En nu: kom op met die pen!’

Ik had haar mijn nieuwe pen niet willen laten zien, voor we Tylers daden van duizend verschillende kanten hadden bekeken en besproken. De lunchuitnodiging: goed. Hij had ook iemand anders kunnen vragen, maar hij koos mij. Het bezoek aan Tiffany’s: heel goed, hoe je het ook bekeek. Het picknickvoorstel: schattig, echt iets voor een date, niet voor ‘zomaar een vriendin’. Het verstrooide afscheid—hij was vast gewoon bezorgd over zijn werk—daar moest ik niet te veel achter zoeken.

‘Ik had alleen gedacht dat hij me…ik weet niet, dat hij me vóór het weekend ook nog een keertje zou willen zien,’ zei ik schouderophalend, terwijl ik met mijn mes en vork een brokje mozza-rella als een elastiekje uitrekte. ‘Vanwege gisternacht en zo…’

‘Wat nou? Denk je dat je zó goed in bed was, dat hij niet kan wachten tot hij voor de tweede keer mag?’ grijnsde Jenny en ze schoof weer een hap pasta naar binnen.

‘Technisch gesproken zou het zelfs de vierde keer zijn…’ zei ik, mijn tong naar haar uitstekend. Toen haalde ik eindelijk het Tif-fany’s-tasje tevoorschijn. ‘Nee, dat niet, alleen…Ach, misschien was het ook weer niet zo geweldig als ik denk. Ik ben er ook al zó lang uit…’

‘Nou…zo erg zal dat anders niet zijn!’ riep Jenny uit. Ze had het zijdepapier uit het tasje getrokken en hield nu een schitterende witgouden lassoketting met een met diamanten bezette ster eraan omhoog.

‘Hè? Waar is mijn pen?’ hijgde ik, starend naar de ketting, die ik niet eens durfde aan te raken. ‘Heb ik iemand anders’ tasje meegenomen? Zo dronken was ik toch niet?’

‘Nee hoor: je pen zit er ook in,’ zei Jenny, terwijl ze het tasje omkeerde. Ik kromp ineen toen de pen uit zijn verpakking op tafel stuiterde. ‘En d’r zit een briefje bij. Lezen, lezen!’

Ik pakte het papiertje en begon te lezen.

‘HARDOP!’ gilde Jenny, terwijl ze op tafel begon te roffelen.

‘Een ster voor mijn rijzende ster, Tyler,’ las ik voor. Wat romantisch! Hij…

‘Niet denken: praten!’ riep Jenny, het briefje uit mijn handen grissend.

‘Die moet hij hebben gekocht toen ik naar het toilet was,’ hijgde ik. Ik was al helemaal ondersteboven van die pen, maar dit…? ‘Ik kan het gewoon niet geloven. Ik moet hem bellen!’

‘Sms’en!’ zei Jenny, de ketting nog steeds in haar handen.

Ik had het gevoel dat hij zodra ik hem van haar overnam, zou wegsmelten.

‘Niet overdrijven. Je ziet hem zaterdag pas weer, dus zeg ik: SMS’en. Kort en flirterig: Dank je, kan niet wachten tot jij zaterdag mag uitpakken —zoiets.’

‘Jenny!’ riep ik geschokt uit (en nog steeds gehypnotiseerd door het gefonkel). ‘Dat kan ik toch niet zeggen; da’s echt te erg! Ik zeg gewoon bedankt of zoiets.’

Jenny trok een gezicht.

Ik ook.

Toen trok ze een ander gezicht, rukte mijn telefoon uit mijn handen en sprintte ermee naar de badkamer.

‘Jenny, trut, geef terug, verdomme!’ riep ik door de dichte deur.

Met een triomfantelijke blik kwam ze weer naar buiten en gaf me het telefoontje. ‘Wat zou jij toch zonder mij moeten, pop!’

‘O…zeg me dat het niet waar is.’

‘Dit is niet de tijd voor preutsheid, lieverd.’ Ze slofte door de woonkamer, liet zich op de bank vallen en stak haar hand in de open Dorito’s-zak die daar nog lag.

Ik durfde bijna niet naar mijn verzonden berichten te kijken. Maar aangezien er toch niets meer aan te doen was…Hoi, erg blij met mijn cadeau, misschien heb ik ook gauw iets wat jij mag uitpakken, Angela xxx. Ik schudde mijn hoofd. Jenny gluurde giechelend naar me over de rugleuning van de bank. ‘Ach, niet eens zo sletterig als ik dacht,’ zei ik zuchtend, legde het telefoontje weg en plofte naast haar op de bank.

Met haar buik vol eten en haar hoofd vol andermans romantiek, viel zij tenslotte voor de tv in slaap. Toen ik zeker wist dat ze sliep, sloop ik met de pen, de ketting en het briefje naar mijn kamer en spreidde alles uit op mijn bed. Dit was absoluut het allerliefste dat iemand ooit voor mij had gedaan.

Ik probeerde terug te denken aan enkele van Marks romantische acties, maar moest tot mijn verdriet algauw concluderen dat ik er uit die tien jaar—naast dat halfbakken huwelijksaanzoek—niet meer dan een handvol kon bedenken. Op de eerste Valentijnsdag die we niet samen konden doorbrengen, had hij bij mijn lezing een bos rozen laten bezorgen; toen we gingen samenwonen, had hij in elke ruimte van het huis bloemen neergezet. En elk jaar stopten we, op de dag dat we verkering hadden gekregen, een zonnebloemzaadje in de grond van de tuin van ons appartement. Het duurde niet lang voor ik er een lijn in ontdekte; even daarvoor had ik me al gerealiseerd dat we dat zonnebloemritueel al drie jaar niet meer hadden uitgevoerd. Zolang had Mark het dus waarschijnlijk al te druk met andere zaadjes…

Na wel een kwartier schaamteloos gapen naar Tylers cadeaus, wikkelde ik ze voorzichtig weer in het zijdepapier en stopte ze terug in het tasje. Daarna gleed ik even voorzichtig tussen de lakens en mocht ik van mezelf nóg een kwartiertje schaamteloos terugdenken aan enkele van Tylers andere gaven…