19
Derde Hoofdstuk.
Pietje's eerste Schooljaren.
T oen de kleine Pieter Bell zes jaar geworden was, ging hij voor 't eerst naar de lagere school. Hij was nu een fl inke jongen geworden. Zijn baren en oogen leken nog zwarter dan vroeger. Hij had een dóór en dóór gezonde kleur en een breeden lach op zijn gezicht. Er was eigenlijk maar één ding, waar Pietje voortdurend aan dacht: pret maken. Zoolang hij niet op school ging, had hij daar den heelen dag tijd voor, maar nu was het uit met de vrijheid. Jan Plezier had altijd pret met zijn jongen gehad en lachte om al zijn dwaze grappen. Dat was misschien niet heelemaal goed van den schoenmaker, maar hij kon niet anders. Hij was veel te goedlachs. De drogist had hem vaak genoeg gezegd, dat het met Pietje nog
Chr. van Abkoude, Pietje Bell, of de lotgevallen van een ondeugenden jongen