31
Ze bleven bij een splitsing van het pad staan. ‘Hoe voel je je?’ vroeg Cat.
‘Rot,’ antwoordde Meg. ‘Ik heb eerder mensen doodgeschoten zien worden. Ik heb zelfs executies meegemaakt. Op de Filippijnen heb ik gezien hoe communistische rebellen zes mannen lieten knielen en door het achterhoofd schoten. Maar ik heb het nog nooit zo koelbloedig, zo achteloos gedaan zien worden. Volgens mij is Bochco gek en – maar dat hoef ik je dacht ik niet te vertellen – zeer gevaarlijk.’
Cat knikte. ‘Het had voor hetzelfde geld Jinx kunnen zijn.’
‘En dat zal ook zeker eens met haar gebeuren als je haar hier niet weghaalt.’
‘Ik weet het. En dat ga ik morgen doen. Maar wat nu betreft, lijkt het me het beste dat jij teruggaat naar het chalet en wat probeert te slapen. Ik ben nog niet aan mijn bed toe.’
‘Wees voorzichtig,’ zei ze, en gaf hem een vluchtige kus. Daarna liep ze door naar het huisje.
Cat bleef haar even na staan kijken; toen draaide hij zich om en liep in de richting van de discotheek, een gebouw dat op zo’n honderd meter van het hoofdgebouw achter een groepje bomen stond. Het kostte hem moeite om kalm te blijven. De woede die hij zo angstvallig in bedwang had gehouden sinds de entering van zijn jacht, dreigde nu de overhand te krijgen en de koelbloedige moord op het meisje had de druk alleen maar vergroot. Diep in zijn hart had hij vanaf het begin al geweten dat hij eens zou doen wat hij vanavond ging doen, maar het besef verbaasde hem toch.
Hij deed de deur van het gebouw open en er kwam een muur van lawaai op hem af. Misschien was het muziek, dat kon hij niet zeggen, maar het geluidsniveau was overdonderend. Hij drukte zijn handen tegen zijn oren en kneep zijn ogen toe. Er was een soort lichtshow aan de gang en die leek afgestemd te zijn op de muziek, maar niemand danste. Op treden die afliepen naar de dansvloer stonden mensen, voor het merendeel mannen, naar iets te kijken. Cat liep op de menigte toe en ging op zijn tenen staan om over de mensen heen te kijken.
Op een mat op de dansvloer dansten twee fors geschapen Indianen met een beeldschoon blond meisje. Terwijl Cat toekeek, ging een van de mannen op de grond liggen en knielde het meisje tussen zijn benen. Ze boog zich over hem heen en nam zijn penis in haar mond, waarbij ze haar onderlichaam omhooghield. De andere man smeerde een glijmiddel op zijn reusachtige, gezwollen lid en ging van achteren bij haar naar binnen. Het drietal bewoog, verbonden in een bizarre, seksuele dans.
Cat wendde zijn blik af, bijna misselijk. Het meisje was niet ouder dan Jinx en was zowel bang als onder invloed van een of ander middel. Een paar mensen in de menigte schreeuwden aanmoedigingen over de afgrijselijke muziek heen.
Cat dwong zich de gezichten in het publiek te bekijken en vond wie hij zocht, vooraan in de menigte. De show leek net begonnen te zijn en Cat had het gevoel dat deze nog wel even doorging. Hij wilde het gebouw wat beter bekijken. Hij schuifelde langs de kijkende mannen en liep om een pilaar een schemerige gang binnen, die aan het eind werd afgesloten door een deur. Hij liep snel de gang door, passeerde een damestoilet en kwam vervolgens bij een herentoilet. In het toilet waren vier urinoirs en twee hokjes. Tegen de muur ertegenover waren vier wasbakken. Er was veel geld aan de inrichting van de ruimte besteed en het was er even schemerig als in de gang. Cat verliet het toilet en ging de gang weer in. Aan het eind, aan zijn linkerhand, was een dubbele klapdeur die naar de keuken leidde. Er waren een paar in witte uniformen gestoken mensen aan het werk.
Hij deed de deur aan het eind van de gang open, keek in de donkere ruimte en vond het lichtknopje. Het was een grote provisiekamer, met een grote voorraad blikjes en houdbare etenswaren. Hij stapte de kamer binnen. Tegen de verste muur, naast een zak aardappelen en een zak uien, stonden twee identieke tonnen. Een van de tonnen was recentelijk opengemaakt en zat vol gedroogde bonen, in de andere lag nog maar een laagje bonen van een paar centimeter op de bodem. Hij deed het licht uit, verliet de provisiekamer en keerde terug naar de zaal.
De show was nog aan de gang, maar met andere mensen. Nu waren er twee meisjes, beiden blanke types, en een reusachtig geschapen jonge Latino. De toeschouwers waren nog altijd even geboeid. Cat keek en zag dat de man nog altijd op dezelfde plaats stond, maar nu een verveelde indruk maakte. Plotseling draaide hij zich om en begon zich door de luidruchtige menigte een weg naar de gang te zoeken. Cat bewoog zich zijwaarts naar de pilaar en zag de man naar het toilet gaan. Cat liet zijn blik over de toeschouwers dwalen om vast te stellen of niemand de man volgde, maar het hele gezelschap ging op in de show. Dit is te goed om waar te zijn, dacht Cat. Er moet iets misgaan. Hij ontdekte dat hij sneller ademde.
Hij liep, regelmatig over zijn schouder kijkend, de gang door naar het herentoilet en ging naar binnen. Denny stond bij een van de urinoirs. Cat begaf zich naar de wastafels en begon zijn handen te wassen. De muziek klonk nog steeds hard, zelfs hier. Met bevende handen gooide hij wat water in zijn gezicht. Het moment waarop hij niet had durven hopen, was aangebroken. ‘Een opmerkelijke show, hè?’ zei Denny luid.
Cat schrok. Hij had niet gedacht dat hij iets zou zeggen. ‘Ja.’ Denny ritste zijn broek dicht en kwam naast Cat aan een wastafel staan. Hij draaide de kraan open en begon zijn handen te wassen. ‘Ik heb die meisjes zelf uitgekozen.’ Hij klonk dronken. ‘Stuk voor stuk. De Anaconda houdt niet van Latinos. Wil alleen maar blanke meisjes en die moeten jong zijn en klasse hebben. Ik zorg ervoor dat hij die krijgt.’ Hij boog zich diep over de wastafel, maakte zijn gezicht nat en wreef krachtig.
Cat deed een stap terug, draaide zich naar Denny, trok zijn knie op en ramde zijn hak met alle kracht die hij kon opbrengen in de lende van de jongeman. Denny’s gil werd half gesmoord toen zijn kin tegen de rand van de wasbak sloeg, maar door het lawaai in de disco zou toch niemand hem gehoord hebben. Hij viel op zijn rug, nog steeds gillend, en spuugde bloed en tanden uit.
Cat trok de Heckler & Koch uit de schouderholser.
Denny’s gezicht was vertrokken tot een masker waaruit alleen maar ongeloof sprak. Hij hield opeens op met gillen. ‘Klootzak!’ siste hij tegen zijn beul. ‘Ik voel geen flikker in mijn… Jezus, ik kan mijn benen niet bewegen!’
Cat haalde demonstratief het magazijn uit het pistool, controleerde het en schoof het even demonstratief terug in de kolf. ‘Dat komt omdat je verlamd bent.’
‘En wie ben jij, verdomme?’ brabbelde Denny. ‘En waarom moet je mij hebben. ’
Cat haalde de geluiddemper uit zijn zak en begon die op de loop van het pistool te draaien. ‘Je bent kort van memorie, Denny,’ zei hij. ‘We hebben elkaar een paar maanden geleden ontmoet – toen ik nog een leuk jacht had, dat de Catbird heette, toen ik nog een vrouw had en een dochter. Je kreeg van mij een lift naar Panama, weet je nog? We zijn er weliswaar nooit aangekomen…’
Op Denny’s gezicht was opeens alleen maar pure doodsangst te lezen en hij probeerde zich met zijn handen weg te trekken, waarbij hij zijn benen achter zich aan sleepte.
Cat greep hem bij de kraag, trok hem terug en zette hem in een hoek met zijn rug tegen de muur. ‘Niet weggaan, Denny. Je bent de laatste keer al weggegaan, toen ik dacht dat je me met mijn eigen jachtgeweer had doodgeschoten, nadat je mijn vrouw en dat meisje had vermoord. Wie was dat meisje trouwens? Waarom hebben jullie haar vermoord en op de boot gelaten?’
Denny staarde hem sprakeloos aan.
Cat sloeg de geluiddemper hard tegen de brug van Denny’s neus, die brak. Bloed spoot over Denny’s overhemd. ‘Geef antwoord of ik blijf je pijn doen,’ zei Cat.
‘Dat was Pedro’s vriendin,’ snotterde Denny, maar al te behulpzaam nu. ‘Hij was haar zat en hij vond dit een goeie gelegenheid om van haar af te komen. Ze had gedreigd de politie te vertellen dat hij coke dealde.’
‘O, dat was allemaal goed bekeken, hè? Je schiet haar gewoon een kogel door haar hoofd en laat haar zinken met mij, mijn vrouw en de Catbird. ’ Cat greep hem bij zijn haar en sloeg zijn hoofd tegen de muur. ‘Wat heb je met Jinx gedaan? Waarom spreekt ze alleen maar Spaans?’
Denny schreeuwde en bracht zijn handen naar zijn hoofd, ‘Ik heb haar niks gedaan, dat zweer ik je. Ik heb haar niet eens geneukt! De Anaconda wil ze zo fris mogelijk. Maar ze zei geen woord, reageerde zelfs niet op haar naam. Ik heb haar met Pedro naar Cartagena gebracht en ze lag de hele weg opgerold als een baby achter in de boot. Ze wilde wekenlang niets zeggen. De Anaconda liet haar verzorgen door een vrouw die constant Spaans tegen haar praatte. Toen ze uiteindelijk uit haar crisis kwam, sprak ze alleen maar Spaans. Ik zweer bij God dat ik haar niks gedaan heb.’
‘Nee, niks,’ zei Cat, terwijl hij het pistool op Denny richtte, ‘behalve dan dat je haar ouders vermoordde en die achterliet op een zinkende boot en haar verkocht aan een sadistische maniak die…’ Cat wilde er niet aan denken wat het was dat Bochco met Jinx gedaan kon hebben dat Jinx ertoe had gedreven zich zó af te sluiten voor haar eigen persoonlijkheid dat ze zelfs haar moedertaal niet meer wilde spreken. ‘Slijmerig onderkruipsel,’ zei Cat zachtjes tegen Denny. Hij spande het wapen, bracht een kogel in de kamer.
‘O, Jezus,’ jammerde Denny, ‘alsjeblieft, nee… o, Jezus.’
‘Voor Jezus is het nu wat te laat, Denny,’ zei Cat kalm. ‘Vannacht slaap je in de hel.’ Cat wachtte even om dat tot Denny door te laten dringen en liet zijn woorden volgen door één schot in het voorhoofd. Het pistool maakte het geluid van een klap met de vlakke hand tegen een leren koffer. Denny slaakte een zucht en zijn hoofd viel naar rechts. Cat schoot opnieuw, ditmaal door de slaap.
Cat bleef even naar het lijk staan kijken voordat hij naar de deur liep en snel de gang in keek. In de disco ging het feest onverminderd voort en de gang was verlaten. Cat liep terug en greep Denny bij een pols, trok hem van de muur weg en overeind, en zwaaide hem op zijn heup. Gebogen onder zijn last gluurde hij de gang in en droeg het lijk toen snel naar de provisiekamer. Eenmaal in de kamer knipte hij het licht aan en liep met Denny naar het bijna lege bonenvat. Met enige moeite kreeg hij het lijk met de voeten naar voren in het vat en duwde het in een soort foetushouding. Daarna rolde hij het vat een stukje opzij, rolde het volle vat op de lege plaats en rolde toen Denny’s vat naar waai het volle vat had gestaan. Hij pakte een schep van de plank boven de vaten en begon gedroogde bonen van het volle vat in het vat met het lijk te scheppen. Weldra was Denny’s vat tot de rand toe gevuld en was het lijk onder de bonen verdwenen.
Cat deed het licht uit en liep de gang weer in. Die was nog steeds verlaten. Hij keerde terug naar het herentoilet, pakte een paar papieren handdoekjes en veegde het bloed van de tegelmuur. Daarna trok hij de prullenmand onder de wastafels uit en zette die op de bloedvlek in de vloerbedekking.
Hij deed een paar passen terug en bekeek het resultaat. Met een beetje geluk zou niemand er voorlopig achter komen dat hier iemand vermoord was. Tenzij er opeens veel meer bonen werden gegeten. Cat liep langs de joelende menigte en ging het gebouw uit, terwijl hij het zweet van zijn voorhoofd en uit zijn nek veegde. Hij trok zijn boord los en sloeg het pad naar het chalet in. Hij had net iemand doodgeschoten en hij vroeg zich af waarom hij zich daar niet vreselijk over voelde. Hij voelde geen vreugde; hij had er ook geen plezier aan beleefd om Denny te doden, maar toch had hij het bevredigde gevoel dat komt na het volbrengen van iets belangrijks. Anderzijds had hij niet het gevoel dat hij klaar was. Er wachtte hem nog één taak: Bochco. Voordat het morgenochtend licht werd zou hij Barry Hedgers wonderradio aanzetten en zou het een paar uur later helikopters en soldaten regenen. Tegen die tijd had hij zich met Jinx, Meg en Dell in Bochco’s appartement verschanst. Tegen die tijd was Bochco dood. Cat vroeg zich af of er een langzamere manier was om dat te bewerkstelligen dan Denny’s dood.
Hij kwam bij het chalet en ging naar binnen. Tot zijn verbazing lag Meg niet te slapen; ze zat in een stoel in de zitkamer en alle lichten waren aan. Er lag een vreemde blik in haar ogen. ‘Wat is er?’ vroeg hij.
‘Toen ik thuiskwam, bleek hier ingebroken te zijn,’ zei ze. ‘Dat zou je niet zeggen, maar elk plekje is afgezocht.’
Cat liet zijn blik door de kamer gaan. Die leek er nog net zo bij te liggen als voorheen, ‘Is er iets gestolen?’ vroeg hij. ‘Je camera of je tapes?’
Meg schudde haar hoofd, ‘Ik geloof dat ik hem verrast heb. Het slaapkamerraam stond open. Voor zover ik het kan bekijken zijn er maar twee dingen weg.’
‘Welke twee dingen?’
‘Om te beginnen heeft hij de valse bodem in je tas gevonden. Bluey’s revolver is weg.’
‘En wat verder?’
Meg zuchtte. ‘Barry Hedgers radio,’ zei ze.