14 Depressie en dieren
Misschien is het een beetje vreemd om dieren als
antidepressivum te noemen. Net zomin als je een kind moet nemen om
je huwelijk te redden, zou je een dier alleen maar moeten
aanschaffen omdat je depressief bent.
Toch is het een gegeven dat het zorgen voor en omgaan met dieren
een heilzame invloed kan hebben op de (zieke) mens.
Onderzoeker Jan Hassink van de Universiteit Wageningen zegt: ‘Een
koe is een dromerig, warm beest. Depressieve mensen voelen zich bij
het borstelen of voeren rustig worden.’
Uit eigen ervaring kan ik melden dat
koeknuffelen erg ontspannend is. Even telt er niets anders dan het
contact tussen de koe en jou en dan het landelijke, trage leven in
de wei. Je bent helemaal in het nú en na afloop verlaat je je
koeienvriendin warm en rozig. Het een antidepressivum noemen gaat
echter te ver, maar het is wel een heel ontspannende ervaring,
waarbij je bovendien een nieuwe kant van jezelf leert kennen
(www.koeknuffelen.nl). Ook het contact met andere dieren werkt
natuurlijk positief.
Ouderen met een huisdier voelen zich niet zo eenzaam en raken –
aantoonbaar – veel minder gauw in een depressie. Ook hebben ze
minder last van een hoge bloeddruk of een verhoogd
cholesterolgehalte. In Amerika worden in sommige gevangenissen
dieren gehouden, omdat de gevangenen niet zo gauw tot
zelfbeschadiging en suïcide neigen als zij een dier in hun omgeving
hebben.
Ook de universiteit van Zürich erkent het belang van dieren voor
depressiepatiënten, vooral omdat dieren niet oordelen en hun mens
onvoorwaardelijk accepteren.
Ik ervaar dagelijks dat poezen mij vrolijker
maken en dat ze mij tot steun zijn als ik mij niet goed voel. Ik
leef altijd op als ik ze zie. Wanneer mensen het een beetje laten
afweten, omdat ze het steeds moeilijker vinden om je te verdragen,
zit een poes nog steeds warm, zacht en liefdevol op je schoot,
zonder vragen of eisen te stellen. Afgezien van dat blikje Whiskas
natuurlijk, maar de verantwoordelijkheid voor het voortbestaan van
een ander wezen is tevens een vorm van zingeving en daarom een
antidepressivum bij uitstek. Het feit dat ik altijd veel katten om
mij heen heb gehad, beschouw ik als een vorm van zelfmedicatie.
In een periode dat het weer minder met mij ging, besloot ik mijzelf een hamster cadeau te geven. Ik heb de verleiding kunnen weerstaan om haar prozacje te noemen. Ze heeft een mooie Friese naam gekregen. Een sterke positieve prikkel kan je in de goede richting duwen. En aandacht die naar buiten in plaats van naar binnen is gericht, werkt heel vaak antidepressief.
Dieren kunnen zelf overigens ook depressief worden, iets wat aangetoond kan worden aan de hand van de in hun bloed aanwezige stoffen, zoals de cortisolspiegel. Ze vertonen dan meer in zichzelf gekeerd gedrag, stressreacties en passiviteit en kunnen, net als mensen, niet meer genieten (anhedonie). De universiteit van Gent heeft een proef gedaan met de toediening van prozac aan honden. Het bleek dat ze er minder agressief van werden (dat valt dan weer mee). Een ontroerend voorbeeld van een dier met depressie is de kleine chimpansee Flint uit Gombe, Tanzania, die na de dood van zijn moeder Flo helemaal wegkwijnde en uiteindelijk stierf.