14
Van Jenny mocht ik haar telefoon gebruiken om Alex te bellen, onder voorwaarde dat ik onze laatste avond in Vegas niet geheel zou besteden aan ketsen met mijn vent. Aangezien ik geen idee had wat ketsen was, beloofde ik dat vurig en belde hem vervolgens.
Na drie keer nam hij op. ‘Hallo?’
Als ik door een onbekende werd gebeld, staarde ik naar het display tot het afhaakte en negeerde vervolgens het voicemailicoontje op het scherm, tot het aantal berichten in de dubbele getallen terecht was gekomen. Alex had echter een verlammende fobie voor voicemails en nam bijna altijd op. Gezien het feit dat hij in een vorig leven alles pakte waar een gat in zat, leverde dat soms vrij genante gesprekken op om drie uur ’s morgens. Nu vraag ik je: wie bewaart het nummer van een scharrel nu twee jaar lang? Niet dat ik ooit een nummer van een scharrel had gehad om levenslang in mijn mobiel op te slaan, maar toch: ik vond het vreemd.
‘Hé, met mij, ik bel met Jenny’s telefoon.’ Ik bestudeerde mijn nagels en fronste. Het was hoog tijd voor een manicure, zo kon er geen trouwring aan deze handen.
‘Fijn dat ik nu haar nummer heb,’ antwoordde Alex. ‘Die meid kun je eigenlijk niet alleen los laten rondlopen.’
‘Vertel mij wat.’ In stilte gaf ik mezelf een standje en stopte mijn hand in de zak van mijn jeans. Niet op de zaken vooruit lopen. ‘Je krijgt de groeten.’
‘Ze is bij jou? Dan zal ik niet vragen wat er vannacht is gebeuren. Ik bewaar het wel voor vanavond. Zien we elkaar toch nog?’
Nummer driehonderdtweeënveertig op de Lijst van Redenen waarom ik van Alex Hou: hij hield stiekem van roddelen. Hij deed uiteraard alsof hij daarboven stond en keurde US Weekly geen blik waardig, maar dat blad vond niet uit zichzelf steeds de weg naar de wc en ik nam ’m echt niet mee. Nou ja, niet vaak.
‘Jep, en er zijn een paar dingen waar we het even over moeten hebben.’
Zoals: hoeveel fooi moeten we de conciërge voor kerst geven en ook of je wel of niet met me wilt trouwen. Onmiddellijk, als het even kan.
‘Heb je tachtig miljoen gestolen?’
‘Nee.’
‘Ben je met Elvis getrouwd?’
‘Nee.’
‘Heb je Mike Tysons tijger gejat?’
‘Inderdaad, maar dat is niet waar ik het over wilde hebben.’
Het visioen van Alex in een wit Elvis Presley-pak met een enorme kuif drong zich aan me op. Een kuif zou hem uitstekend staan.
‘Waar wil je afspreken?’ vroeg hij, en hij verjoeg zo mijn fantasie. ‘Is er iets wat je per se nog wil zien?’
In gedachten werkte ik mijn lijstje af. Haaien in het Mandalay Bay zeeaquarium. Leeuwen bij het mgm. Witte tijgers in het Mirage. De Forum-winkels van Caesars Palace. Het onbeperkt-opscheppen-buffet waar dan ook. Hoe meer ik er over nadacht, hoe duidelijker het me werd dat mijn ideale plek om vakantie te vieren het café in de souvenirshop van de Bronx Zoo was. Tenzij…
‘Het Venetian?’ stelde ik voor. Was er een betere plek om een aanzoek voor een verstandshuwelijk te doen dan een casino dat was gemodelleerd naar de meest romantische plek op aarde? Een frauduleus huwelijk in een bedrieglijk Venetië. Volmaakt. En uitmuntend positief denken van mijn kant.
‘Te gek, ze hebben daar een fantastisch casino.’
Ik was even vergeten dat hij een geheime liefde voor gokken had. Helemaal losgaan met black jack was niet echt wat ik voor ogen had.
‘Niet dat we de hele avond gaan spelen, natuurlijk,’ voegde hij er haastig aan toe. ‘Hoewel ik het gevoel heb dat je me wel eens geluk zou kunnen brengen.’
‘Ken je me dan helemaal niet?’ Ik haalde een hand door mijn haar. Getver, helikopterhaar. Het moest gewassen worden. ‘Is vroeg op de avond oké wat jou betreft? Ik heb Jenny beloofd dat we later samen uitgaan, omdat het onze laatste dag is en zo.’
‘Aha, ik ben dus het voorprogramma, mooi is dat.’ Er klonk een lach in zijn stem die er hopelijk nog zou zijn als we het Gesprek hadden gehad. ‘Nee, joh, is helemaal oké. De mannen hebben een of ander waanzinnig programma gepland en als ik er niet bij ben, zal zijn getuige me vast opsporen en afmaken. Die gast schrikt nergens voor terug.’
‘Dus, half acht? Voor het Venetian?’
‘Ik kan niet wachten. Ik zal er zijn.’
‘Dus jullie hebben afgesproken voor het Venetian?’ zei Jenny toen ik haar telefoon teruggaf. ‘Goede keuze. Als je hem gevraagd hebt, kunnen we het vieren met een etentje bij Bouchon.’
Sinds ze alles had opgebiecht, was Jenny een ander mens. Eerlijkheid was blijkbaar niet alleen goed voor de ziel, maar ook voor de teint, want ze straalde, stuiterde rond in de suite en probeerde kleren van het rek dat Ben had gebracht, terwijl ik de spiegel naast me probeerde te vermijden. Jenny’s biecht noch de helikoptervlucht was goed voor mijn ziel of teint geweest. Ik zag eruit als een lijk en de schier eindeloze hoeveelheid designer ensembles bezorgden me hartzeer. Vooral omdat ik besefte dat we ze allemaal moesten achterlaten als we weggingen.
‘Is het wat jou betreft echt oké dat ik even weg ben voor Alex?’ Ik zuchtte bij de aanblik van een lange zwarte jurk en snikte in stilte om mijn afgeslachte blauwe.
‘Tuurlijk.’ Ze viste iets nauwsluitends in knalroze uit de stapel waarvan alleen de aanblik al volstond om me mijn buik in te laten houden. ‘Ik heb even tijd nodig om me voor te bereiden op vanavond. Het is lang geleden dat ik drie avonden achter elkaar uit ben geweest. Als ik niet even bijslaap, stort ik vermoedelijk in.’
‘En als Jeff belt?’
‘Dan zal ik met hem praten.’ Ze ruilde het roze voor een smaragdgroen kimonomodel. Mmm, lekker ruim, volmaakte jurk voor een kerstdiner. ‘Zoals jij met Alex gaat praten. Weet je al wat je gaat zeggen?’
‘Nee.’
‘Weet je dan tenminste wat je aan gaat trekken?’
Eindelijk, een vraag die ertoe deed.
‘Ik denk die blauwe die ik gisteren heb gepast.’ Liefdevol nam ik de zijde, het satijn en het chiffon aan het rek door. Zo. Ontzettend. Veel. Lovertjes. ‘Die vond ik prachtig. En volgens mij kan ik daar aardig veel in eten zonder al te dik te lijken.’
‘Allemaal dingen om rekening mee te houden,’ beaamde Jenny bloedserieus. ‘Maar wat vind je van deze?’
Ze haalde de mooiste jurk die ik ooit had gezien tevoorschijn.
‘Tibi. Vind je het wat?’ Ze liet de koraalroze zijde voor me heen en weer ruisen. Verfijnde plissés vielen vanuit een hoge taille neer in een zucht van couture. Ik wilde ermee trouwen. In die jurk zou ik met mezelf willen trouwen. Hopelijk had het hetzelfde effect op Alex.
‘Sadie heeft een paar nude Jimmy Choo’s die er perfect bij passen.’ Ze overhandigde mij de jurk en rommelde rond in een wit katoenen beschermhoes. ‘En je moet dit avondtasje erbij dragen.’
Het was niet zomaar een avondtasje, het was een kunstwerkje. Lang en dun, van donkerblauw fluweel, met een zilveren doodshoofdje als gesp. Met precies de juiste vorm om iemand mee dood te kunnen slaan, voor het geval ik een wapen nodig had. Het had alles wat ik begeerde in een avondtasje.
‘Van McQueen,’ sprak Jenny plechtig, alsof dat alles moest verklaren. ‘Het is meer waard dan je leven.’
‘Oooh.’ Ik hield beide handen uit. ‘Geef maar.’
Met de jurk, de tas en Sadies schoenen was mijn outfit compleet. Ik glimlachte naar mezelf in de spiegel. Nu hoefde ik alleen nog te tobben over de juiste woorden. Hoe moeilijk kon dan zijn? Ik was tenslotte schrijver van beroep.
Een paar uur later arriveerde ik op mijn paasbest – al was bijna-kerstbest toepasselijker - in het Venetian. Mijn haar was zacht, glanzend en half opgestoken, mijn make-up zacht maar stralend, en mijn jurk te mooi voor woorden. Het feit dat ik niet echt kon lopen op Sadies tien centimeter hoge bleekgouden Choo’s deed het totaalplaatje enig geweld aan, maar zolang ik er geen Vierdaagse op hoefde te marcheren, zou het wel lukken.
Ik oefende mijn beste Lady Penelope-loopje toen ik iemand waarderend naar me hoorde fluiten. Zo snel als mijn schoenen het toestonden, keerde ik me om en ik wou dat ik mijn camera bij me had. Jezus, wat was mijn vriend een knappe vent. Hij leunde tegen een pilaar in een pak waarvan Don Draper een beetje zou gaan kwijlen. Scherp gesneden, hip, leigrijs, compleet met vest en borstzak. Ik voelde mijn knieën knikken. En voelde nog veel meer, wat aanzienlijk minder damesachtig was.
‘Hallo, schoonheid.’ Hij slenterde op me af en kuste me op de wang alsof we altijd voor hotels afspraken, verkleed als personages uit Mad Men. Op een gewone dag zagen we elkaar voor de badkamer gekleed als de personages uit Happy Days en zo gedroegen we ons dan ook.
‘Hoi.’ Hij bood me zijn arm aan en ik stak de mijne er blozend doorheen. Iets aan zijn pak en mijn jurk speelde me parten. ‘Jij ziet er ook geweldig uit, wat een mooi pak.’
‘Dank je wel.’ Hij veegde een onzichtbaar stofje van zijn revers. ‘Vandaag gekocht.’
De hoekige schouders lieten hem wat breder lijken en zijn taille zo mogelijk nog smaller en toen hij me losliet om een rondje voor me te draaien, zag zijn kont er ronduit aanbiddelijk uit. ‘Heb je vet gewonnen of zo?’ vroeg ik.
‘Zoiets,’ antwoordde hij geheimzinnig. ‘Laat ik het zo zeggen: we hoeven ons deze maand geen zorgen te maken over de huur.’
‘Ooh, ga je iets moois voor me kopen?’ Ik was niet iemand die zich kansen of clichés liet ontglippen – gangsterliefje zou een goede carrière voor me zijn.
‘Zo te zien heb je al iets moois voor jezelf gekocht,’ zei hij met een waarderend knikje naar mijn jurk. ‘Bijna net zo mooi als jij.’
‘Dat zal wel…’ Lachend (en stralend!) schudde ik mijn hoofd.
Hij wachtte even, legde toen zijn handen om mijn gezicht en kuste me echt. ‘Je ziet er prachtig uit,’ fluisterde hij. ‘Of je dat nu wilt of niet. Oké?’
‘Oké,’ mompelde ik terug. ‘Dank je wel.’
Ik was genetisch belast met gebrek aan talent om complimentjes te accepteren.
Toen we eenmaal hadden vastgesteld dat we er allebei fabuleus uitzagen, nam Alex zijn positie als heer weer in en leidde me aan zijn arm mee naar god mocht weten waar.
‘Ik weet niet wanneer ik ooit leigrijs in Brooklyn zal kunnen dragen, maar een pak is een pak, nietwaar? Er is altijd een goede reden om een goed pak in de kast te hebben.’
‘We zullen naar een heleboel vreselijk hippe cocktailbars in Manhattan moeten om het regelmatig uit te laten,’ stelde ik voor. ‘Of eens een feestje geven of zo.’
‘Ja, ooit zal er wel eens iemand gaan trouwen.’ Hij hield een deur voor me open. ‘En dan kan ik toch moeilijk in een jeans opdraven.’
Dat het t-woord viel, was genoeg om mijn polsslag te verdubbelen. Ik stond op het punt een paniekaanval te krijgen en we waren nog niet eens echt binnen.
‘Ik denk dat we onze opwachting op Jeffs bruiloft moeten maken,’ vervolgde hij, volkomen onbewust van mijn aanstaande beroerte. ‘Nu ik tot zijn wolvenroedel behoor.’
‘Zo noemde hij het niet!’
‘Toch wel,’ bevestigde Alex treurig. ‘Een uit de roedel had zelfs t-shirts laten drukken, maar we hebben collectief de beslissing genomen om die niet te dragen. Omdat, nou ja, je weet wel, we geen eenentwintig meer zijn.’
‘Boys on Tour.’ Ik kon me net zo min Alex voorstellen in een t-shirt voor een vrijgezellenfeest als Jenny in een roze cowboyhoed met glitters, behangen met L-bordjes en versierd met penisspeldjes. Oké, dat was gelogen, zoiets zou ze te gek vinden. ‘Vonden ze het niet vervelend dat je met mij hebt afgesproken?’
‘Zoals ik al zei: we zijn geen eenentwintig meer,’ antwoordde hij. ‘En ja, de getuige mokte een beetje, maar Jeff had er geen problemen mee. Hij wilde ook graag even tijd voor zichzelf.’
‘Zolang het daar maar bij blijft.’ Ik dacht even aan Jenny’s Grand Canyon meltdown. ‘Het is nu al een zootje.’
‘Wil je daarmee zeggen dat het niet een eenmalige actie van hen was?’ vroeg Alex toen we door het casino slenterden.
Ik deed net alsof ik zijn ogen niet van speeltafel naar speeltafel zag vliegen. ‘Nee, het speelt al een tijdje.’ Ik probeerde zelf niet ook afgeleid te raken. ‘Hoe wist jij het?’
‘Vrouwelijke intuïtie. En Jeff heeft het me vanmorgen min of meer verteld.’
‘O ja? Wat zei hij?’ Ik was gefascineerd door zijn kant van het verhaal. Het was net zoiets als een geheim gesprek afluisteren, je kon er nooit een touw aan vastknopen.
‘Dat ze samen een geschiedenis hebben, dat ze het een en ander moesten uitzoeken. Ik heb gezegd dat ik geen details hoefde te weten en daar hebben we het bij gelaten.’ Hij leek erg tevreden met deze conclusie. ‘Jeff zat er duidelijk mee.’
Godnogantoe, Alex was echt niet nieuwsgierig genoeg. Hoe kon hij nu geen details willen weten? Ik pruilde even in stilte. ‘Nou ja, we hoeven het er niet over te hebben.’
‘Precies.’
‘Precies.’
Terwijl we door het hotel liepen, kon ik mijn ogen niet afhouden van de mensen in het casino. Het was net alsof de hele wereld in het Venetian was samengekomen om te gokken. Rij na rij glanzende fruitautomaten werd bemand door vrouwen met een glazige blik, één hand boven de shuffleknop, grote cocktail in de andere, gigantische beker muntjes tussen hun knieën.
De speeltafels waren een heel ander verhaal. Het duurde even voor ik doorhad waarom de kleding chiquer werd naarmate de tafels kleiner werden, maar toen begreep ik dat op de kleinere tafels om grotere bedragen werd gespeeld. Bij de tafels met een lage inzet dromden gokkers samen in jeans, t-shirts en heuptasjes. Rond de tafels voor high-rollers was meer ruimte: zelfs vroeg op de avond was iedereen er keurig gekleed en hoewel er niet veel vrouwen waren, speelden ze wel. Hoe hoger de inzet, hoe dieper het decolleté leek de spelregel te zijn. Maar of er nu dubbeltjes of duizenden dollars op het spel stonden, het gejoel en gejouw was universeel. In vergelijking was Planet of the Apes een beschaafde aangelegenheid. Misschien hoefde ik toch niet naar de dierentuin.
‘Dus ze hebben echt een affaire?’ vroeg Alex.
Ik schrok op uit mijn gedachten.
‘Hij heeft niet gezegd hoe lang het al gaande was.’
Há, ik wist wel dat hij zou breken – hij was nieuwsgieriger dan hij wilde toegeven. ‘Er is wel iets gaande, ja.’ Ik haatte het woord affaire. Het was alleen maar een chique uitdrukking voor ontrouw, waarmee iets vreselijks werd aangekleed als romantisch, gepassioneerd en begrijpelijk. ‘Al denk ik niet dat Jenny het zo zou noemen.’
‘Dus ze weet hoe het zit, maar ze gaat wel naar bed met een bijna-getrouwde man?’ Alex maakte een afkeurend klokgeluidje wat mijn moeder niet zou misstaan. ‘Stijlvol, hoor.’
Soms konden jongens echt enorme klootzakken zijn. Ik voelde mijn stekels omhoog gaan. ‘En Jeff heeft hier helemaal geen schuld aan?’
‘Hij had natuurlijk nee kunnen zeggen, maar zij is degene die achter hem aan naar Vegas is gehold.’
‘Ze is niet achter hem aan naar Vegas gehold,’ zei ik voor de vorm, hoewel ik wist dat het eigenlijk wel zo was. ‘Ze heeft het hier echt moeilijk mee, weet je.’
‘Waarom kapt ze er dan niet mee?’ vroeg hij. ‘In plaats van misbruik te maken van zijn koudwatervrees.’
Ik kon mijn oren niet geloven. ‘Dus dit is allemaal Jenny’s fout? We hebben het hier over een man die verloofd is met een andere vrouw, maar intussen wel achter zijn ex aanzit, tegen haar zegt dat hij van haar houdt en voorstelt dat hij zijn huwelijk zal afzeggen als zij haar relatie beëindigt. En die zou hier helemaal geen rol in hebben?’ Ik was me ervan bewust dat mijn stem erg schril en misschien ook een pietsie psychotisch klonk, maar dat kon me niet schelen. Dit was echt onzin.
‘Is dat wat zij beweert?’ vroeg hij lachend. ‘En jij gelooft haar?’
‘Natuurlijk geloof ik haar.’ Ik hield mijn pas in en stampvoette, waardoor ik bijna een Jimmy Choo verloor.
‘Ik wil maar zeggen: Jeff gaat nog altijd trouwen, ik ben hier voor zijn vrijgezellenfeest, weet je nog wel?’
Alex legde twee geruststellende handen op mijn schouders, maar ik schudde ze van me af. Ik wilde niet gerustgesteld worden, ik wilde dat hij zijn excuses aanbood omdat hij zich als een eikel gedroeg.
‘En Jenny is nogal een ongeleid projectiel als het op mannen aankomt. Zeker waar het Jeff betreft.’
‘Omdat jij je altijd onberispelijk hebt gedragen als het aankwam op je hart en je lul achterna lopen?’ Ik sloeg hem hard op zijn arm.
‘Wow.’ Alex deed een stapje terug, zijn Don Draper-haar raakte los en viel voor zijn nu boze blik. ‘Gaan we het nu daar over hebben?’
Er was geen tijd om naar alle stemmen in mijn hoofd te luisteren of tot tien te tellen voor ik iets zou zeggen. Ik wilde helemaal geen ruzie maken over Jenny, over Jeff, over Alex’ ranzige verleden of wat dan ook, maar ik kon het ook niet laten om mijn vriendin te verdedigen. Hij ging zijn boekje volledig te buiten.
‘Nee.’ Ik wreef over mijn voorhoofd en probeerde achteruit uit deze doodlopende straat vol bullshit te komen. ‘Maar denk je nu echt dat het in dit geval zo onvoorstelbaar zwart-wit ligt? Je kunt niet alleen Jenny hier de schuld van geven.’
‘Ze is gek op drama, dat weet je zelf ook wel.’ De lach was bijna helemaal uit zijn stem verdwenen. ‘En wat levert nu meer drama op dan een affaire met een bezette man?’
‘En het feit dat hij haar emotioneel probeert te chanteren om met Sigge te breken?’ We hadden nu officieel de fase bereikt waarom we met onze handen in onze zij stonden.
‘Whatever.’ Alex serveerde mijn argument af met de meest irritante uitdrukking ooit. ‘De man gaat trouwen. Hij heeft het het hele weekend al over niets anders dan zijn verloofde.’
‘Behalve dan wanneer hij mijn beste vriendin sufneukt?’ informeerde ik.
Alex ademde hoorbaar uit, sloot zijn ogen en opende ze weer. Daarna pakte hij mijn handen van mijn heupen en hield ze in die van hem. ‘Moet je horen, laten we afspreken dat ze allebei achterlijk zijn en dat wij geweldig zijn en dan deze avond even opnieuw beginnen.’
Het was alles behalve een verontschuldiging. Hij gaf niet toe dat hij een bepaalde grens had overschreven. Maar aangezien ik van plan was om hem ten huwelijk te vragen, leek zijn voorstel me een goed idee. Je kon het niet maken om eerst iemand een eikel te noemen en hem dan vervolgens een aanzoek te doen.
‘Oké.’ Ik gaf hem een kneepje en knikte naar iets wat eruitzag als daglicht, wat overigens onmogelijk was, omdat de zon al drie uur onder was. ‘Zullen we gaan?’
Alex schonk me zijn beste scheve grijns en knikte. ‘We gaan zeker.’
Vrijwel meteen nadat ik de Grand Canal shopping mall binnenstapte, verloor ik mijn verstand. Zonder de staat Nevada te hebben verlaten, waren we op magische wijze naar Italië getransporteerd. Compleet met kasseien, helderblauwe hemel, pilaren, bogen en een echt kanaal. Het hielp waarschijnlijk dat ik a) een levendige verbeelding heb en b) nooit in Italië was geweest, maar toch: wauw. Snel keek ik even over mijn schouder. Daar lag nog altijd een casino. Verbazingwekkend.
We dwaalden rond en Alex leek al even sprakeloos als ik. Het was onvoorstelbaar, alsof iemand een groep toneelstudenten een ongelimiteerd budget en een Rough Guide to Venice had gegeven met de opdracht: ‘We willen dat, maar dan met een Banana Republic.’
Ik was er vrij zeker van dat deze versie van Venetië niet helemaal accuraat was. Om te beginnen stonk het er niet en ik had van ervaringsdeskundigen toch echt gehoord dat het Grand Canal rook als een beerput. Bovendien was er vast geen Nathan’s Famous Hot Dogs of een Panda Express in Venetië. Waarschijnlijk waren er wel evenveel toeristen met honkbalpetjes op, maar hopelijk minder levende beelden.
Het effect van het geheel was nogal vervreemdend en aangezien ik toch al wat gespannen was, had ik het gevoel dat deze locatie een test voor mijn geestelijke gezondheid was. Tot zover waren we in hotels geweest die weliswaar super-de-luxe waren, maar niet zozeer een thema hadden. Ik was nu al bang om New York City binnen te lopen. Wat zouden we daar aantreffen – een Pizza Express midden in Central Park?
Het enige wat mijn gekwelde ziel troostte, was de overvloed aan kerstbomen. Ik had geen kans om te verifiëren of het in Italië gebruikelijk was om een zes meter hoge Nordmann die schuil ging onder de linten, lichtjes en kerstballen op elke straathoek te hebben, maar het Venetian kon duidelijk niet zonder.
‘Gekke plek,’ merkte Alex op.
‘Zeg dat wel,’ stemde ik in.
‘Je vindt het geweldig, hè?’
‘Nou en of,’ bevestigde ik.
Het Venetian was nep en verrukkelijk. Niets maakte me zo gelukkig als überkitsch en van alles wat met kerst te maken had, wilde ik de Vogeltjesdans doen. We hadden mijn spirituele thuishaven gevonden.
‘Jij bent niet meer te redden, daar ben je je toch hopelijk van bewust?’ Alex trok me weg bij een groep operazangers en wandelde met me verder langs het water. ‘Ik had beter moeten weten dan je in Vegas los laten lopen. Je wordt vast zo’n oude vrouw die in het Tropicana serveert met een peuk tussen haar lippen en aan iedereen vertelt dat de stad haar ziel heeft gestolen.’
‘Dan toch wel met getoupeerd haar en te veel rouge?’ Ik keek verrukt naar een gigantisch filiaal van Madame Tussauds en liet Alex me leiden, in het volste vertrouwen dat hij me niet in het water zou duwen.
‘Absoluut. En je vertelt aan iedereen die het wil horen dat je kwam voor een weekend, maar nooit meer weg bent gegaan.’ Hij sloeg een arm om mijn schouders en zuchtte. ‘Omdat Vegas precies was wat je al die jaren al miste.’
‘Het maakt een compleet mens van me.’
‘Nu ben ik beledigd.’
‘Echt waar?’
‘Nee, het is Vegas, baby.’ Hij kuste mijn haar en leek onze aanvaring te zijn vergeten. ‘Je zei dat we ergens over moesten praten, wat is er aan de hand?’
Ieks. Ik was absoluut nog niet klaar voor dit gesprek. Sterker nog, ik was banger dan toen ik Jenny moest vertellen dat ik rode wijn over haar nieuwe kasjmier trui had gemorst. En dat ik die trui zonder het te vragen had geleend.
‘Nou?’
In paniek keek ik om me heen. Er moest toch wel ergens een afleidingsmanoeuvre te vinden zijn? Toch minimaal een man die aanbod om binnen twintig minuten een meisje naar onze kamer te laten komen? Als je al niet op een pooier in Vegas kon rekenen, waar moest het dan heen in deze wereld? Bij gebrek aan hoeren, koos ik voor de op één na beste optie: gondels.
‘Als ik zweer dat ik niet in het water zal vallen, kunnen we dan alsjeblieft een gondeltochtje maken?’ vroeg ik met puppyogen aan Alex. ‘Napels zien en dan sterven, en zo?’
‘We zijn niet in Napels, we zijn niet eens Italië.’
Ik wisselde mijn puppyblik in voor mijn Doe wat ik zeg!-blik die ik meestal bewaarde voor momenten waarop hij naar de winkel moest om tampons voor me te kopen. Ik was bereid om mijn zwaarste geschut in te zetten, maar ik was dan ook in opperste staat van paraatheid. Bovendien: wat was er nu romantischer dan varen in een gondel in Venetië?
Na mijn verzoek veel te lang te hebben overwogen, kuste hij me op mijn voorhoofd en wuifde naar de boten. ‘Wat ik al niet voor je over heb,’ verzuchtte hij op klagende toon.
Geen goed voorteken, gezien het volgende verzoek wat ik hem zou doen. Maar ik kreeg tenminste mijn boottochtje. En hopelijk geen natte bips.
Ik klom aan boord vanaf een namaak San Marco-plein en zag af van de impuls om een aria over de Cornetto af te steken, omdat dit niet aan mijn Amerikaanse vent besteed zou zijn. Amerika had veel, maar geen Cornetto’s. Bovendien was het al lastig genoeg om op zeer hoge hakken een wiebelende gondel in te stappen, laat staan dat het mogelijk was op zeer hoge hakken in een wiebelende gondel te stappen zonder je slipje te flashen. Met Alex om mijn zedigheid te bewaren achter me, lukte het beide, wat me enorm verbaasde.
‘Welkom in het Canal Grande van Venetië, mijn naam is a-Guido,’ zei de gondelier met het slechtste Italiaanse accent ooit. Vergeleken met hem klonk de cast van Jersey Shore alsof ze elke zomer in Toscane doorbrachten. ‘Ik zal u geven een mooie a-rondvaart over onze beroemde a-kanalen.’
‘Als ik je tien dollar geef, hou je dan je mond?’ Alex hield een bankbiljet omhoog, ik hield mijn adem in. Guido had het in een mum van zijn in zijn zak zitten. ‘Grazie, signor.’ Hij keek zowaar opgelucht.
‘Wat hebben jullie eigenlijk allemaal gedaan wanneer jij niet aan het paaldansen was en Jenny niet aan het krikken was met haar ex?’ Alex schoof naast me op de bank aan de achterkant van de gondel. Het zat niet erg lekker.
Ik overwoog zijn vraag en besloot zijn sneer naar Jenny tijdelijk te negeren. ‘Eigenlijk hebben we ons alleen bezig gehouden met paaldansen en foute seks,’ verklaarde ik. ‘Maar verder heb ik ook nog boven de Grand Canyon gevlogen, tussen de Bellagio-fonteinen gelegen, geshopt en mezelf klem gegeten aan het ontbijtbuffet.’ Nu ik het zo hardop zei, klonk het allemaal reuze opwindend.
‘Klinkt alsof het leuk was.’ Hij pakte mijn arm en omsloot mijn pols met zijn handen. ‘Ik zou me aan jou moeten boeien, zodat ik niet nog eens naar een ontbijtbuffet van een stripclub hoef.’
‘Geintje, hoop ik?’ Ik legde mijn hand op die van hem. ‘Al is het geen slecht idee. Misschien kun je je aan mij vastmaken. Als ze mij dan uitzetten, moet je wel met me mee.’
‘Kinky.’ Hij snuffelde in mijn hals en verbrak even mijn concentratie. Hij was gewoon te lief voor woorden en hij rook ook nog eens goddelijk.
‘Nu we het toch over deportatie hebben,’ zei ik zo luchtig mogelijk. ‘Ik heb niet zulk goed nieuws.’
‘O?’ Hij trok zich terug. Jammer, want zijn nabijheid maakte me een beetje rozig. En als ik me rozig voelde, was ik minder bang. En minder angst praatte weer wat makkelijker. Shit.
‘Ja…’ Ik haalde diep adem, rolde met mijn ogen en trok mijn schouders op. Volkomen relaxed, zogenaamd. ‘Ik heb niet één klus gekregen naar aanleiding van alle verhaalvoorstellen die ik heb gedaan. En die ik nodig zou hebben om in aanmerking te komen voor een media visum, dus dat is een beetje pech.’
‘Hoeveel pech is een beetje pech?’
‘Een heleboel,’ zei ik nog altijd luchtig. Min of meer dan toch.
‘Wat wil dat zeggen?’ Alex klonk helemaal niet luchtig, eerder streng, als een kruising tussen een boze wiskundeleraar en een jonge politieagent.
‘Nou, eh, ik heb eigenlijk geen opties meer om nog een visum te kunnen bemachtigen.’ Ik keek recht voor me uit en focuste op een tiener die stond te kitsen vanaf de brug waar wij zo dadelijk onderdoor zouden varen. Als hij op mijn jurk zou spuwen, zouden de Verenigde Staten van Amerika een gegronde reden hebben om me uit te zetten, zwoor ik bij wijze van heilige eed.
‘Jezus christus.’ Hij leunde voorover en liet zijn goed geklede ellebogen op zijn goed geklede knieën rusten. Ik zag nu pas hoe glimmend zijn schoenen gepoetst waren. Het beviel me maar niets. ‘Er moet toch wel iets zijn wat we kunnen doen? Het wemelt in de buurt van de Britten.’
Ik schonk de jongen op de brug mijn vuilste blik. Hij ging schichtig rechtop staan en stak zijn handen in zijn zakken. Fantastisch, ik had mijn telepathische gaven aan de verkeerde jongen verspild.
‘Nou, of die weten iets wat ik niet weet of ze hebben buitengewone capaciteiten waardoor ze hier mogen blijven,’ zei ik en dwong mezelf om adem te blijven halen. ‘Lawrence de Advocaat zegt dat ik niet buitengewoon ben.’
‘Wat weet Lawrence de Advocaat daar nou van?’ Alex legde een geruststellende hand op die van mij. Het was een lief gebaar, maar het maakte me er uitsluitend bewust van hoe zweterig mijn handpalmen waren. Sexy, hoor. ‘We verzinnen wel wat, laten we eerst maar zorgen dat we kerst achter de rug hebben.’
Niets aan dit antwoord beviel me. Om te beginnen was kerst niet iets wat je maar beter ‘achter de rug’ kon hebben. Het diende eindeloos te worden gevierd tot je voedselvergiftiging van de restjes kalkoen had, ergens half januari. En ten tweede was Alex’ nonchalance te authentiek. Hij panikeerde niet genoeg. Hij zou moeten hebben jammeren, geschokt op de bodem van de boot hebben moeten stampen en minimaal ‘O, god, waarom?’ hebben moeten schreeuwen tegen de hemel. De mooie, blauwgeverfde kunsthemel. Hij had toch minimaal gefrustreerd zijn das af kunnen rukken. Of Guido kunnen stompen, die ons schaamteloos stond af te luisteren.
‘Het punt is dat er niet meer zoveel tijd is,’ zei ik aarzelend. ‘Om nog af te wachten.’ En dat was ook zo. De onvoorstelbaar egoïstische mensen van de ins hadden geen kerstkaart bij hun fijne brief gedaan, dus ik ging er maar vanuit dat het gedenken van de geboorte van het kindje Jezus geen amnestie wat betreft uitzetting zou opleverden. Kerstgedachte, ammehoela. ‘En ik wil kerst niet voor iedereen bederven.’
‘Angela, niemand houdt zo van kerst als jij. De enige voor wie je het kan verpesten, ben jij zelf. De rest van ons is alleen maar bang dat we ons per ongeluk verspreken en je er zo achterkomt dat de Kerstman niet echt bestaat. Ik had al bijna een Kerstmannenpak gehuurd om je blij te maken.’
Tot mijn spijt moest ik de zevenjarige Angela, die nog levend en wel in mijn onderbewustzijn ronddartelde, vertellen dat hij vermoedelijk een grapje maakte over het pak, voor ik het gesprek kon voortzetten. Ik mocht me niet laten afleiden. Hij moest dit serieus nemen. Al wilde ik hem ook weer niet bang maken.
‘Alex, ik maak me echt zorgen.’ Ik veegde mijn handpalmen af alsof de peperdure jurk een servetje was en legde een hand op mijn knie. ‘Ik ben bang dat ik geen visum meer kan krijgen.’
‘Moet je niet doen.’ Hij keerde zich naar me toe, zijn haar rebelleerde tegen zijn nette pak door in zijn gezicht te vallen. Over zijn hoge jukbeenderen, over zijn ogen die zowel slaperig als sprankelend stonden. Eikel. ‘Het komt allemaal wel in orde.’
Oké, ik had geen opties meer om het subtiel te brengen. Ik sloeg mijn ogen naar de nephemel en cashte al mijn fiches op het gebied van goed karma in.
‘De advocaat zegt dat er nog één kans is.’ Hmm, was deze rare zangerige stem wel de juiste manier om dit te brengen? ‘Misschien.’
Zwijgend zaten we naast elkaar. Ik transpireerde op een manier die zelfs in de tropen ongepast zou zijn. Alex onbezorgde uitdrukking smolt weg tot hij er even gespannen uitzag als Robert Pattinson bij een Twilight-conventie. En ongeveer even angstig. Ik vroeg me af hoe lang we hier zo zouden moeten zitten voor het kwartje bij hem viel en hij iets zou zeggen, maar blijkbaar kon ik niet zolang wachten.
‘Wezoudenkunnentrouwen,’ flapte ik eruit, zonder ademhalen, zonder ruimte voor fouten.
Alex zei niets. Hij zat naast me, zijn chill pose was veranderd in een rigide houding, alsof de kleerhanger nog in zijn jasje zat. Stilte. Ik telde tot tien. En toen tot twintig. Waarop de verbale diarree toesloeg.
‘Het zou geen echt huwelijk zijn.’ In twijfelgevallen dacht ik altijd dat ik maar het beste kon gaan zwatelen tot iemand me het zwijgen oplegde. Dat deze tactiek nog nooit echt goed gewerkt had, hield me ook ditmaal niet tegen. ‘Alleen voor het visum. Gewoon het papiertje halen, verder zou het niets voorstellen en verder zou er niets veranderen. Niet dat een huwelijk tegenwoordig nog echt iets voorstelt, toch?’
Soms barstte de persoon die me het zwijgen moest opleggen in lachen uit. Soms – als de persoon Jenny was – kreeg ik een mep. En soms zat de ander gewoon alleen maar te zwijgen, hun mond een grimmige streep, doodsangst in de ogen. Zoals nu.
‘En ik zou je er natuurlijk niet aan houden.’ Ik probeerde te lachen, maar de poging mislukte. ‘Ik meen het: jij en ik, even naar het stadhuis, trouwen voor de wet en dan hoeven we het er nooit meer over te hebben. Het zou net zoiets zijn als even naar het postkantoor gaan.’
Natuurlijk was het niet te vergelijken met naar het postkantoor gaan. Naar het postkantoor gaan was een van de meest verwoestende ervaringen die een mens kon hebben. En vermoedelijk ook veel ingewikkelder dan even trouwen. Moesten er echt vijf verschillende manieren zijn om mijn moeder een verjaardagskaart te sturen? De hemel zij dank voor digitale kaarten.
Terwijl ik in gedachten kankerde op de Amerikaanse posterijen, zat Alex nog steeds als bevroren naast me. Ik scheurde me los van alweer een pittoreske brug en keek hem aan. Hij was asgrauw. Waar blijf je nou met je hilarische grappen over de Kerstman, Alex? Dit was geen goed voorteken.
‘Echt waar, ik heb het op alle andere manieren geprobeerd en dit is de enige optie die nog open ligt.’ Mijn stem was afgezwakt tot een fluister. ‘Het is de enige manier waarop ik kan blijven.’
Ik wou dat hij zijn mond zou opendoen, om wat dan ook te zeggen. En ik ging ervan uit dat ook Guido op een respons wachtte, gezien het feit dat hij volkomen afgeleid de gondel tegen een muur liet botsen.
‘Sorry,’ mompelde hij in een allesbehalve Italiaans accent.
De schok schudde echter Alex’ tong eindelijk los en terwijl Guido ons weer op koers bracht, schraapte mijn vriend zijn keel.
‘Je wilt dat ik met je trouw om een visum?’ vroeg hij met een stem die ik niet herkende.
‘Ja?’
Weg was zijn onbevangen uitdrukking. Weg was de arm om mijn schouders, het handje vasthouden en de flonker in zijn ogen. Dit ging mis. Ik had hem nog nooit zo gezien, zelfs niet toen ik zijn Rolling Stones-shirt in de was had laten krimpen. Wat toevallig ook de reden was dat ik van hem niet meer mocht wassen. Op een of andere manier had ik het gevoel dat ik gezakt was voor een test. Ik wilde op en neer springen, zijn gezicht vasthouden, tegen hem zeggen dat ik van hem hield, uitleggen dat dit de enige manier was om te voorkomen dat we een langeafstandrelatie zouden moeten onderhouden. Die binnen een week zou stuklopen tijdens een jankerige Skype omdat ik óf naar de gevangenis zou moeten wegens moord op mijn moeder óf mezelf van het leven zou beroven omdat Engeland drie weken achterliep op Amerika met True Blood. Maar in plaats daarvan zat ik nu als een levend standbeeld, te bang om iets te zeggen, laat staan om adem te halen.
Het duurde veel te lang voor Alex kuchte, zijn das lostrok en knikte. ‘Goed dan.’
Ik leunde achterover, mijn hele lichaam zakte in alsof het veel te lang iets veel te zwaars had gedragen wat eindelijk kon worden losgelaten. Eén hele seconde was ik opgelucht. Daarna voelde ik me hondsberoerd. En vervolgens begon ik te huilen. Vast de gebruikelijke emoties die door een aanstaande bruid heengingen, althans, daar ging ik maar van uit. Ik haalde diep adem, probeerde mezelf met lucht te vullen en veegde de tranen weg voor Alex ze kon zien.
‘Dus we gaan trouwen.’ Hij knikte nog altijd in zichzelf en keek naar zijn glimmende schoenen. Toegeven, ze leidden reuze af, maar ik had toch gehoopt dat het idee van trouwen ze even van zijn prioriteitenlijstje zouden stoten. ‘Het gaat alleen maar om het papiertje. Trouwen stelt volgens jou niets voor.’
En daar waren de tranen weer. Ditmaal moest ik wegkijken om te voorkomen dat hij zag hoe ze over mijn wangen rolden voor ik ze af kon vegen.
‘Het is voor jou net zoiets als naar het postkantoor gaan.’ Na zo lang stil te zijn geweest, leek hij nu zijn kop niet meer te kunnen houden. En hoe meer hij zei, hoe meer ik wilde dat hij zou zwijgen. ‘Tenslotte neemt niemand in onze omgeving het serieus, Jeff lijkt er ook niet mee te zitten.’
Ik weet niet wat ik verwacht had. In mijn hoofd had ik al zoveel verschillende scenario’s laten passeren. Ik was er op voorbereid geweest dat hij nee zou zeggen, ik had gehoopt dat hij me in zijn armen zou nemen om met me naar Tiffany te hollen. Maar ik had er geen rekening mee gehouden dat hij zou zeggen dat het niets voorstelde. Alex en ik hadden het eerder over trouwen gehad, als iets vaags ergens aan de horizon, maar waar we het voorlopig nog niet echt over hoefden te hebben, zoals een pensioenregeling of een Blu-ray speler. Ik had stiekem gehoopt dat hij er op zijn manier net zoveel over had gedacht als ik en niet alleen omdat ik een visum nodig had, maar omdat hij daadwerkelijk met me wilde trouwen. Maar blijkbaar betekende het niets.
‘We kunnen het maar beter hier doen, nu we toch in Vegas zijn.’ Hij praatte maar door met die enge stem van hem. ‘Minder gedoe, makkelijker dan in New York. Shit, laten we het maar meteen doen, ik draag nu toch een pak.’
‘Ik heb om half elf met Jenny afgesproken,’ zei ik, zonder te weten waarom.
‘Het is de volmaakte vakantie in Vegas.’ Alex was het menselijk equivalent van een knikhondje op een hoedenplank geworden. ‘Beetje gokken, even trouwen en toch nog op tijd voor het eten. Perfect.’
‘Alex.’ Ik hoopte dat mijn stem niet zo van tranen verstikt klonk als-ie voelde. ‘We hoeven het niet te doen.’
‘Geen andere optie, toch?’ Hij haalde zo hartstochtelijk zijn schouders op dat zijn armen ook de lucht ingingen. ‘Dit is wat jij wilt.’
‘Ik wil niet weg.’ Ik probeerde mijn woorden zorgvuldig te kiezen, iets wat ik waarschijnlijk beter vijf minuten eerder had kunnen doen. ‘Maar als je hier geen zin in hebt, dan heb ik daar alle begrip voor. Het is niet zoiets als naar het postkantoor gaan, het was stom dat ik dat zei.’
‘En niet het enige stomme wat je zei,’ kaatste hij iets te snel terug. Au. ‘Geen probleem, hoor. Ik voel me gevleid dat je mij hebt gevraagd en niet iemand uit Jenny’s gay maffia kringetje.’
‘Zo kan-ie wel weer.’ Verloofd zijn was duidelijk niets voor Alex Reid. ‘Laat maar zitten, vergeet alles wat ik heb gezegd. Alsjeblieft.’
‘Dat is onmogelijk.’ Voor het eerst sinds ik hem mijn romantische aanzoek had gedaan, keek hij me aan. Zijn ogen glansden bepaald niet van liefde. Er was niets in te lezen. Hij zag er… teleurgesteld uit. ‘Omdat je het nu eenmaal hebt gezegd. Je moet met iemand trouwen of je moet het land uit.’
‘Niet zomaar iemand.’ Ik trok de zoom van mijn jurk tussen mijn duim en wijsvinger glad en liet de plissés er weer in schieten. ‘Dit voelt helemaal fout, ik wilde niet…’
‘Dus we trouwen, we gaan naar huis en we gaan gewoon door met het leven zoals we dat gewend zijn?’ Alex trok de zijden stof uit mijn handen. ‘Dat is de deal?’
Ik had geen tekst meer. Ik had al mijn woorden verbruikt toen ik aan het babbelen was over hoe het huwelijk niets voorstelde en het maar een papiertje was dat verder niets zou veranderen. Ik was ongelofelijk kortzichtig.
‘Dus, gelukgewenst?’ Guido verbrak de pijnlijkste stilte in de geschiedenis toen we aanlegden. ‘Si?’
‘Si,’ antwoordde Alex, die uit de gondel sprong en het aan Guido overliet om me aan wal te helpen.
‘Ik wens je veel geluk,’ zei hij, zonder Italiaans accent. ‘Je zult het nodig hebben.’
Oog in oog voor een authentieke Italiaanse Panda Express pakte ik Alex’ handen in de mijne en wou dat ik me niet zo’n drol zou voelen. Woordeloos schudde hij zijn hoofd, keek achter zich, keek over me heen en keek overal behalve naar mij, voor hij me in zijn armen nam en tegen zich aandrukte.
‘Ik hou van je.’ Mijn stem klonk gesmoord, maar ik gebruikte alle kracht die ik nog had om mijn eerzame bedoelingen duidelijk te maken. ‘Ik wil niet weg.’
‘Dat weet ik,’ zei hij meteen, al ontging de vraag in zijn stem me niet. ‘Het komt allemaal wel goed.’ Na nog een tel zei hij berustend: ‘Ik hou ook van jou.’
Het was precies wat ik wilde horen, dacht ik toen hij me losliet uit zijn iets te strakke omhelzing en mijn hand vastpakte.
Ik geloofde hem alleen niet.