Hoofdstuk 12
Max drentelde wat door het huis in afwachting van de
komst van Kristin. Hij had een zee van tijd voor zich.
Omdat hij die niet helemaal in ledigheid wilde doorbrengen,
belde hij Howie op in de hoop dat hij thuis
zou zijn. Hij kreeg Howies antwoorddienst. Max liet
zijn naam achter en besloot wat in zijn luxueuze bad te
gaan zwemmen en misschien nog wat aan zijn kleurtje
te werken. Ik kan net zo goed wat zon meepikken, bedacht
hij grimmig. Hij had immers toch niets te doen.
Morgen zou hij met Freddie gaan praten; vandaag had
hij geen zin om zich met dergelijke futiliteiten bezig te
houden. Daarvoor kende hij Freddie te goed, beter dan
wie ook, maar hij bedacht dat dat niet zoveel zei, omdat
er verder niemand was die Freddie kende. Het was een
gesloten man, niet in staat een normale relatie met anderen
aan te knopen. Hij hield niet van balspelen, van
poker, paarden of vrouwen, alleen van werken.
Max liep naar buiten, trok zijn overhemd en zijn broek
uit en liet zich in een ligstoel vallen. Hij voelde zich uitstekend
in zijn witte slip van Calvin; het soort dat
nauwsluitend zit en zijn niet te verwaarlozen geslachtsdelen
aardig accentueerde.
Terwijl hij zich uitstrekte, dwaalden zijn gedachten heel
even af naar Inga Cruelle, de vrouw die hem de avond
tevoren had laten zitten. Dat kreng van een supermodel!
Ze liet hem vallen voor een afspraakje met Howie Powers,
die ze op een cocktailparty had ontmoet. Hoe dom
kon een vrouw zijn? Howie was zijn vriend, maar iedereen
wist dat die man een idioot was, een welgestelde
playboy met geen andere verdienste dan zijn vaders geld.
Ja, Inga had het behoorlijk verpest. Hij dacht er niet
aan haar nog te helpen bij haar zogenaamde filmcarrière;
ze moest maar een andere agent zien te vinden.
Toen hij genoeg van het zonnen kreeg, dook hij in het
zwembad om wat baantjes te trekken, waarbij hij zoals
gebruikelijk weer eens flink overdreef. Max deed de
dingen niet half; hij moest altijd uitblinken - waarschijnlijk
omdat zijn vader hem als kind een pak rammel
gaf als hij niet bij alles wat hij deed als eerste eindigde.
Na het zwemmen had hij trek gekregen. Lunch
in de Ivy leek hem geen slecht idee; het enige probleem
was dat het niet zijn gewoonte was in zijn eentje
te eten. Dat was meer iets voor losers.
Misschien dat hij Inga nog maar eens een kans moest
geven.
Nee, besloot hij. Ze kon barsten. Niemand liet Max
Steele ongestraft zitten.
Uiteraard beschikte hij over een waslijst van leuke
meiden die hij kon opbellen, maar hij had geen zin om
te moeten praten, en de meesten van hen praatten
over niets anders dan hun carrière.
Actrices. Hij had genoeg van actrices. Het zou dan
ook leuk zijn als Kristin zijn leven kwam opvrolijken.
Een natuurlijke schoonheid zonder ambities. En hij
als enige klant.
Hij vroeg zich vergeefs af wat een week met haar zou
kosten. Hmmm ... ze zou waarschijnlijk niet goedkoop
zijn. Maar wat kon hem dat schelen. Hij bezat de helft
van I.A.A., en wat er ook tussen Freddie en hem zou
gebeuren, aan geld zou het hem niet ontbreken.
In plaats van te gaan lunchen besloot hij voor een gezonde
verfrissing naar de Bahamas Juice te gaan. Hij
sprong in zijn Maserati en zoefde weg. De zon scheen;
het leven was zo slecht nog niet. Morgen zou hij zich
weer met Freddie verzoenen. Terwijl hij over de San
Vincent reed, dacht hij aan Diana Leon en hoe absurd
het was dat ze hem had proberen te versieren. Als Freddie
daar ooit achter zou komen, zou hij erin blijven.
Afhankelijk van wat er tussen Freddie en hem zou gebeuren,
zou hij misschien toch maar een affaire met
Diana moeten beginnen, gewoon om haar aan zijn
kant te houden.
Nee, ze was te oud. Hij kon zich niet herinneren wanneer
hij voor het laatst een vrouw van boven de dertig
had gehad. Bestonden die eigenlijk wel in L.A.? Niet
in zijn belevingswereld.
Hij parkeerde in de ondergrondse garage van de fitnessbar,
sloot zijn auto af en begon aan zijn tocht
door de tunnelachtige ruimte.
'Je geld, klootzak.'
O,Jezus! Nog voor hij zich kon omdraaien, voelde hij
de loop van een pistool in zijn rug. 0, Jezus!
'En geef me die Rolex of ik schiet je klote kop eraf.'