Hoofdstuk 4
‘Eindelijk! Na vijf dagen feest wordt er eindelijk getrouwd. Die koninklijke festiviteiten stellen je geduld echt op de proef.’
Samira keek naar haar schoonzus Jacqui, die languit op een bank lag en net een kers van een zilveren schaal pakte.
‘Hoe kun je nu eten?’ Samira’s maag was van streek van de zenuwen.
Haar jarenlange training had ze nu echt nodig om stil te blijven zitten terwijl haar handen en voeten werden beschilderd met ingewikkelde hennapatronen. Twee hofdames brachten de traditionele decoraties aan. Huwelijksdecoraties.
Vandaag voelde de bruiloft voor het eerst echt. Tot dan toe waren alle formaliteiten geruststellend bekend geweest, niet veel anders dan de talloze festiviteiten die ze in het verleden had bezocht. Bovendien was dit huwelijk haar idee. Het zou fantastisch uitpakken voor hen allemaal: voor haar, voor Tariq, en voor de kinderen. Toch voelde ze zich vandaag ineens belachelijk onzeker.
Zenuwachtig zijn voor de bruiloft was normaal, zei ze tegen zichzelf. Ook al was ze anders dan een normale bruid. Meestal verheugde de bruid zich immers op de nacht in de armen van haar echtgenoot.
Haar buik trok samen en de huid in haar nek prikte. Haar verstand sloeg op tilt als ze eraan dacht dat haar zorgvuldig uitgedachte regeling in de war geschopt zou worden door seks. Ze had nu al het gevoel dat ze op eieren liep. Het was alsof er geen verbinding bestond tussen haar verstand, dat wist dat intimiteit een vergissing zou zijn, en haar lichaam, dat begon te trillen als hij haar aanraakte.
‘Denk je dat ik nu niets meer moet eten vanwege het banket straks?’ Jacqui schudde treurig haar hoofd. ‘Normaal gesproken eet ik helemaal niet zoveel.’ Haar hand streelde over haar nauwelijks zichtbaar zwangere buik onder haar zeeblauwe tuniek. ‘En zo hongerig als nu was ik nooit.’
‘Behalve dan de vorige keer toen je zwanger was.’
‘Dat klopt. Toen was ik ook altijd uitgehongerd,’ zei Jacqui lachend.
Samira glimlachte. Jacqui leidde haar af van haar nervositeit die veel begon te lijken op regelrechte paniek.
‘Zwanger zijn doet je goed. Je straalt helemaal,’ zei ze warm, met maar een heel klein beetje jaloezie. Ze had haar onvruchtbaarheid geaccepteerd, en misgunde geen enkele vrouw zulk geluk. Ze koesterde juist de warmte die ze kreeg van het gezin van haar broer. Jacqui was de zus die ze nooit had gehad, lief en behulpzaam. Bijna wenste ze voor zichzelf wat Jacqui had: een liefdeshuwelijk. Maar dat zat er voor haar niet in. Dat wist ze heel goed.
Druk pratend stonden de hofdames op, en de vier vrouwen bewonderden het resultaat. Samira’s handen, polsen, voeten en enkels waren ware kunstwerkjes, beschilderd met eeuwenoude patronen die haar koninklijke afkomst weergaven en die haar voorspoed, geluk en vruchtbaarheid zouden geven.
Snel slikte ze de steek van verdriet weg. Treuren over wat nooit zou gebeuren had geen zin. Ze had heel veel geluk gehad. Ze ging trouwen met een fantastische man die ze respecteerde en kon vertrouwen, en kreeg er twee heerlijke zonen bij. Wat wilde ze nog meer?
Ze bedankte de vrouwen hartelijk. Toen ze weg waren, schoof Jacqui de schaal kersen opzij en ging ze rechtop zitten.
‘Oké, ga je me nu vertellen wat er mis is?’
‘Mis?’ Samira keek verbaasd. ‘Niets. De feestelijkheden zijn een groot succes, dankzij Tariq. En de ceremonie vanmiddag –’
‘De feesten. De ceremonie.’ Jacqui wapperde misprijzend met haar hand. ‘Allemaal heel spectaculair en het hele land geniet ervan.’ Met een taxerende blik leunde ze dichterbij. ‘Maar als ik naar je kijk, zie ik geen bruid.’
‘Niet?’ Samira staarde naar het patroon op haar hand en keek toen naar de rijkversierde sieraden op tafel. Goud, robijnen en enorme antieke parels weerkaatsten het licht. In de andere kamer hing haar bruidsjurk, een overdadig gewaad, glanzend van het goud.
Jacqui volgde haar blik. ‘Alle versierselen zijn er, maar er ontbreekt iets.’ Er lag bezorgdheid in haar ogen. ‘Je ziet er niet uit als een verliefde vrouw.’
Even dook Samira in elkaar, maar toen toverde ze een glimlach tevoorschijn. Ze maakte er het beste van, koos voor hoop en niet voor treuren om wat ze had verloren. Ze was sterk. Ze zou deel uitmaken van een fantastisch gezin. En als bleek dat romantische liefde daar niet bij hoorde, dan had ze daar vrede mee. Zonder was ze zelfs beter af.
‘Niet alle bruiden zijn verliefd, Jacqui. Gearrangeerde huwelijken komen veel voor, zeker tussen mensen van koninklijke afkomst.’
‘Ja, dat weet ik. Asim zei precies hetzelfde.’
Samira verstijfde. Had Jacqui hierover met Asim gesproken? Dat vond ze verschrikkelijk, ook al wist ze dat dat uit bezorgdheid om haar gebeurde. Toen ze heel erg in de put zat, hadden ze haar allebei gesteund. Maar nu ging het goed met haar.
‘Ik wil zo graag dat je krijgt wat ik heb, Samira.’ Jacqui keek heel ernstig. ‘Ik wil dat je gelukkig bent, dat er van je gehouden wordt en dat je verliefd bent.’
‘Dank je.’ Samira legde haar hand op Jacqui’s arm. ‘Ik bén gelukkig. Dit is precies wat ik wil.’
Haar schoonzus bleef peinzend kijken.
‘Niet iedereen wil verliefd zijn. Asim heeft je vast verteld over onze ouders.’
‘Zij waren niet gelukkig,’ zei Jacqui treurig.
Samira lachte bitter. ‘Ze waren doodongelukkig en maakten ons leven ook tot een hel. Of ze waren zo verliefd dat al het andere niet telde, of ze vlogen elkaar in de haren, geen middel schuwend om elkaar te kwetsen. Zelfs ons gebruikten ze daarvoor.’ Ze keek naar haar vingers die aan de fijne stof van haar rok friemelden. Haar borst trok samen.
‘Jullie ouders waren onverantwoordelijk en genotziek.’ Jacqui’s stem verstoorde de herinneringen. ‘Zo hoeft liefde niet te zijn.’
‘Dat weet ik, en ik kan je niet zeggen hoe blij ik ben voor jou en Asim.’ Ze dacht even na. ‘Maar ik wil niet verliefd zijn. Dat is één keer gebeurd, en het was de grootste vergissing van mijn leven. Ik lijk te veel op mijn moeder. Ik heb me laten meeslepen in een romantische droom, blind mijn vertrouwen gegeven aan iemand die helemaal niet deugde.’
‘Jackson Brent is een schoft,’ zei haar schoonzus walgend. ‘Geef jezelf niet de schuld.’
Geroerd door Jacqui’s steun, zakte Samira onderuit in haar stoel. ‘Maar dat doe ik wel. Ik was geen kind meer. Ik heb bewust alles weggegooid, alles wat ik bereikt had en waarvan ik droomde, om bij hem te zijn. Ik maakte mezelf wijs dat ik in hem geloofde, en wat zat ik er vreselijk naast.’ Ze greep naar haar buik tegen de stekende pijn die de afschuwelijke herinnering aan vier jaar eerder teweegbracht.
‘Eén vergissing…’
‘Dat was genoeg. Wat als ik nog eens die fout maak? Ik kan zoiets niet nog eens aan, Jacqui. Echt niet.’ Beschaamd omdat ze er na al die tijd nog overstuur van werd, boog ze haar hoofd. Ze haalde diep adem. ‘Ik ben net mijn moeder. Ik laat me leiden door passie in plaats van door mijn verstand, en daar heb ik een prijs voor betaald. Maar anders dan zij ben ik niet zo dom om op die manier door te gaan.’
‘Weet Tariq dat?’
‘Natuurlijk weet hij dat,’ antwoordde ze met een glimlach, iets zekerder nu. ‘Kijk niet zo bezorgd. Dit huwelijk is precies wat ik wil.’
‘Samira.’
Haar naam die over Tariqs lippen rolde, klonk… anders. De geluiden van het huwelijksbanket verdwenen naar de achtergrond toen ze zijn ogen ontmoette.
Of was zij het die veranderd was? Na al die uren aan zijn zijde tijdens de trouwceremonie en het feest, was ze erg gespannen. Elke cel van haar lichaam was zich van zijn aanwezigheid bewust.
Applaus klonk toen hij haar hand pakte en opstond, haar omhoog helpend. Hij zag er groots uit in het traditionele gewaad, dat zo wit was als de besneeuwde bergtoppen in de verte. Zijn vierkante kaken waren glad en straalden vastberadenheid en kracht uit, zijn ogen waren een groene fonkeling toen hij loom glimlachend naar haar keek.
Meteen verspreidde zich een hitte onder haar huid, die nog heftiger werd toen zijn warme vingers haar vingers steviger omsloten. Vanuit haar beklemde borst meanderde er een tinteling helemaal naar haar buik om uit te komen in één kloppend plekje tussen haar benen.
Ze hapte naar adem en haar ogen werden groot toen hij haar bleef aankijken. Er was echt iets veranderd aan Tariq, maar ze kon niet benoemen wat.
‘Mijn koningin,’ zei hij zacht.
‘Uwe Hoogheid.’ Beleefd sloeg ze haar ogen neer. Ze moest hem, als haar nieuwe vorst, haar gehoorzaamheid tonen.
Hij kneep in haar hand zodat ze op zou kijken. ‘Jouw echtgenoot.’
Zijn neusvleugels trilden, alsof hij haar geur opsnoof. Ze schrok. Hij zag er zo vastberaden uit, was zo dichtbij, en zijn grote gestalte blokkeerde al het andere. Toen hij bukte en zijn hoofd naar haar gezicht bracht, joeg er een golf van verwachting door haar heen.
Meteen was het gedaan met haar kalmte. Het lukte haar nog net om niet terug te deinzen, maar hij moest het trekken van haar hand in de zijne gevoeld hebben. Zijn ogen vernauwden zich en er verscheen een rimpel in zijn voorhoofd. Toen bracht hij haar hand naar zijn mond om een kus op het verfijnde hennapatroon op haar huid te drukken. Zijn lippen waren warm en stevig.
Haar borst ging zwoegend op en neer onder het gewicht van de antieke gouden juwelen, die plotseling veel te zwaar leken.
Ze voelde hem glimlachen tegen de rug van haar hand, en ze vroeg zich verdwaasd af wat hij zo grappig vond.
Eindelijk ging hij weer rechtop staan, haar nog steeds diep in de ogen kijkend. Ook alle genodigden stonden op, zo luid applaudisserend dat het een wonder was dat het kristallen glaswerk niet uit elkaar spatte.
Er verscheen een heraut die Tariq een gouden drinkbokaal versierd met smaragden en amethist aanbood. ‘Lang leve het gelukkige paar,’ brulde de heraut.
Tariq hief de bokaal en dronk ervan, waarna hij Samira van dezelfde kant een slok liet nemen. Haar bloed begon sneller te stromen toen ze over de rand van de beker naar hem keek terwijl ze de zoete drank die naar honing, kaneel en onbekende kruiden smaakte, doorslikte.
‘Moge zij gezegend zijn met vrede en geluk, en door iedereen geëerd worden.’
Opnieuw nam Tariq een slok. Gefascineerd keek ze naar de beweging van de spieren in zijn hals. En weer bracht hij de bokaal naar haar mond met dezelfde kant die zijn lippen hadden aangeraakt. Het moest verbeelding zijn dat ze dacht hem te proeven op het bewerkte goud. Maar het was ongelooflijk intiem om zo te drinken, ook al was het een symbolisch gebaar dat hoorde bij de traditionele huwelijksceremonie. Ze nam een te grote slok en verslikte zich.
Tariq kneep geruststellend in haar hand, en ze ontspande een beetje. Het zou allemaal wel goed komen. Gelukkig hadden ze de vermoeiende huwelijksviering bijna achter de rug.
‘En moge zij gezegend worden met gezonde, sterke kinderen.’
Hoewel ze zich hierop had voorbereid, kwamen die woorden aan als een klap in haar maag. Ze plakte een stralende glimlach op haar gezicht en zag Tariq een grote teug uit de gouden kelk nemen. Vervolgens bracht hij die naar haar mond en kantelde die zo dat ze gedwongen was om een veel grotere slok te nemen dan ze van plan was geweest.
Er brak een oorverdovend applaus en gejuich uit. Maar zij zag alleen maar Tariqs ogen, die nu glansden als diepgroene edelstenen. Of zag ze het allemaal niet meer zo scherp?
Hij nam de bokaal van haar mond, en ze likte een druppel van haar onderlip. Toen ze zag dat hij gebiologeerd naar haar mond staarde, voelde ze tot haar schrik haar borsten en buik tintelen en prikken. Net alsof hij haar aanraakte.
Haar oren gloeiden. ‘Wat is dit voor spul?’ fluisterde ze.
Zonder haar ogen los te laten, gaf hij de kelk terug aan de heraut. ‘Het is redelijk ongevaarlijk. Een oud brouwsel dat de vruchtbaarheid bevordert.’
Ze sloot haar mond. Haar hoofd tolde terwijl Tariq zich omdraaide om de menigte toe te spreken. Het was niet meer dan een onderdeel van het ritueel, sprak ze in zichzelf. Maar het gevoel van zijn lange vingers verstrengeld met de hare, zijn duim strelend in haar palm, zond een waarschuwend signaal door haar heen.
Vanuit de deuropening keek Tariq naar zijn bruid, die over de bedden met zijn slapende zoontjes gebogen stond. In het licht van het nachtlampje bij de plint leek ze wel een sprookjesfiguur, gemaakt van glanzend, ragfijn materiaal.
Maar Samira was geen elfje. Ze was een hartstochtelijke vrouw van vlees en bloed. Hij had haar pols voelen kloppen tijdens het banket, en haar wangen roder zien worden en haar lippen voller toen ze van hun huwelijksdrank dronk.
Kijkend in haar grote, ongeruste ogen had hij de opwinding in zijn lendenen gevoeld. Begeerte had hem de adem benomen.
Eigenlijk had hij haar bijna zijn hele leven gewild. En nu was er niets, zelfs geen schuldgevoel tegenover Jasmin, dat hem tegenhield. Maar nu hij haar bij zijn zoontjes zag staan, de lakens instoppend en hun speeltjes verzettend, voelde hij meer dan lust. Dankbaarheid dat ze echt om hen gaf. Hoeveel bruiden zouden tijdens hun huwelijksnacht naar hun stiefkinderen omkijken?
Aan de andere kant, was dat niet precies waarom ze met hem wilde trouwen? Om zijn kinderen?
Zijn gezicht verstrakte. Dat ze hem louter zag als een middel om te krijgen wat ze wilde, krenkte zijn trots. Maar hij had haar verdriet gezien, en mede daarom had hij toegestemd in dit huwelijk. Dat, en de merkwaardige zekerheid dat hij haar gewoon niet kón afwijzen, zoals hij aanvankelijk had gewild. Ze had iets wat hij nodig had. Bovendien had hij willen voorkomen dat ze een andere man zou vragen met haar te trouwen.
Tariq draaide zich om en beende door de hal. Samira had zichzelf echter niet aangeboden. Ze verwachtte dat hij zich hield aan haar voorwaarden. Alsof hij geen man was met behoeftes en verlangens. Had hij niet het recht de vrouw die zich met lichaam en geest aan hem verbonden had, aan te raken? Dacht ze dat ze hem, sjeik van Al Sarath, haar wil kon opleggen?
Misschien was ze naïever dan iedereen dacht. Hij had haar kunnen vertellen dat geen enkel huwelijk was als het leek op papier, niet als het om echte mensen ging. Zelfs niet als het een gearrangeerd huwelijk was dat was gesloten om praktische redenen.
Een klamme hand sloot zich verstikkend om zijn borst toen de donkere schaduwen uit het verleden tevoorschijn kwamen. Als twee mensen als man en vrouw samenwoonden, werden de grenzen onduidelijk. En in dit huwelijk, ondanks Samira’s naïeve fantasieën, stonden de grenzen op instorten.
Met een boek in haar hand zat Samira tegen de kussens. De lange doorzichtige gordijnen bewogen op het zachte briesje, en in het gedempte licht leek de grote, overdadig ingerichte kamer zelfs knus. Toch was ze veel te hyper om te ontspannen.
Haar hoofd tolde van alle indrukken. De geluiden en de kleuren van de menigte tijdens de bruiloft. Het vreemde gevoel dat zij en Tariq, ondanks de drukte, afgezonderd waren van de rest; elke beweging, elk woord belangrijk en gedenkwaardig. De kruidige geur van Tariqs huid toen hij haar hand had gekust. Zoals hij in haar ogen had gekeken toen ze allebei van de met edelstenen bezette kelk hadden gedronken.
Dat moest de reden zijn van de spanning en de hunkering in haar lichaam. Het kwam door dat drankje. Het alternatief, dat dit een reactie was op Tariq, was onacceptabel. Of het kwam door het vermoeden, aangewakkerd door de glinstering in zijn ogen vandaag, dat hun afspraken over het huwelijk in de praktijk wel eens lastig zouden blijken te zijn. Zijn blik herinnerde haar eraan dat Tariq een potente, heetbloedige man was, die altijd kreeg wat hij wilde.
Ze wreef over het kippenvel op haar armen en zei tegen zichzelf dat ze belachelijk was. Hij had immers met haar voorwaarden ingestemd. Toen ze zich omdraaide om de lamp uit te doen, zag ze aan de andere kant van de kamer echter iets bewegen.
‘Tariq!’ fluisterde ze schor.
Hij had zijn trouwversierselen afgedaan. Verdwenen waren het witte gewaad en de tulband. De ceremoniële dolk was ook weg. Net zoals bijna al zijn kleding!
Zo had ze Tariq nog nooit gezien. Haar mond viel open. Als jongen was hij lang en slank geweest, maar zijn lichaam was in tien jaar erg veranderd.
Zijn schouders waren breed en gespierd. Met grote ogen keek ze naar zijn glanzende blote huid. Ze staarde naar de gespierde borst bedekt met donker haar en naar het rollen van zijn buikspieren toen hij vanuit de schaduw naar haar toe liep. Zijn trotste houding, schouders naar achteren, herinnerde haar eraan dat hij de baas van alles en iedereen was.
Haar keel werd droog. Hij leek wel een tot leven gekomen Griekse god: van vlees en bloed in plaats van koud marmer. Een lang zilverkleurig litteken over zijn ribben en een kleinere bij zijn schouder waren de enige imperfecties. Maar ze benadrukten juist zijn mannelijkheid. De grote wond had hij in zijn tienerjaren opgelopen, tijdens het zwaardvechten. Ze had hem aan Asim horen vertellen dat zijn oom, die zijn voogd was, geen medelijden met hem had gehad omdat hij zo stom was geweest zonder beschermende kleding te trainen en vooral omdat hij zich had laten overmeesteren. Tariq was opgegroeid in een mannenwereld waar gehardheid werd geprezen en op emotie of zwakte werd neergekeken. Nu zag hij eruit als een man op jacht, niet als een man die zich had vastgelegd in een platonische relatie.
Er ging een huivering door haar heen. Haar spieren spanden zich en haar huid prikte. Sissend ademde ze in en uit. Haar blik gleed omlaag naar zijn wijde broek, die gevaarlijk laag op zijn heupen hing. Te laat besefte ze dat ze naar hem staarde, en ze deinsde achteruit tegen het hoofdeinde.
‘Wat doe je hier?’ Haar woorden bleven half in haar keel steken.
‘Ik kom mijn bruid goedenacht wensen.’
Zijn glimlach bracht haar nog meer van haar stuk. Haar hart, dat al als een dolle klopte, versnelde nog meer.
‘Dat is de gewoonte bij getrouwde stellen.’
‘Maar ik… Maar we zijn niet…’
‘Niet getrouwd? Je zult merken dat we dat wel zijn, Samira.’
Zijn glimlach verbreedde zich en werd zelfs brutaal toen hij naar haar lippen keek en lager naar haar volle borsten onder het oesterkleurige satijnen nachthemdje. Meteen werden haar tepels hard, prikkend tegen de zachte stof. Snel sloeg ze haar armen over haar borst.
‘Ik verwachtte je niet vanavond,’ zei ze, zoekend naar een houding.
Hij stond nu naast haar bed, boven haar uittorenend, maar ze weigerde terug te deinzen. Ze had van hem niets te vrezen. Ze kende en vertrouwde hem al zo lang ze zich kon herinneren. Alleen omdat haar verraderlijke lichaam naar hem smachtte, verbeeldde ze zich dat hij hetzelfde voelde.
‘Je wilde een echtgenoot en een gezin,’ zei hij rustig, alsof hij zich helemaal thuis voelde in haar slaapkamer.
Was zij maar wat zelfverzekerder, dacht ze, want ze was zo zenuwachtig als een maagd.
‘Je leven is veranderd, Samira. Dat moet je accepteren. Je zult me niet alleen tijdens formele bijeenkomsten zien, maar ook ’s nachts bijvoorbeeld, als de kinderen ziek zijn of om ons vragen. Ook al hebben we nanny’s, je moet altijd beschikbaar zijn, niet alleen als ze al gewassen, gevoed en aangekleed zijn.’
‘Natuurlijk, dat weet ik,’ zei ze, een beetje gerustgesteld ademhalend. De gedachte aan de jongetjes kalmeerde haar, waardoor ze Tariqs ontregelende aanwezigheid beter aankon. Ze boog zich naar hem toe, opgelucht dat ze vaste grond onder haar voeten had. ‘Ik ben net bij ze geweest. Ze zijn diep in slaap.’
‘Toch heb je ze een nachtzoen gegeven.’
‘Hoe weet jij dat?’ Was hij daarop tegen? Dacht hij dat ze Jasmins plaats wilde innemen? Ze realiseerde zich goed dat ze de rol van een gestorven vrouw had overgenomen.
‘Ik heb je gezien.’
Verbaasd keek ze op. ‘Echt? Ik heb je niet gezien.’
Hij haalde zijn schouders op. ‘Ik wilde je even tijd met hen alleen geven.’
Haar lippen plooiden zich tot een glimlach. Dit was de Tariq die ze van vroeger kende: vriendelijk en attent. Zorgzaam.
‘Dat was aardig,’ mompelde ze. ‘Maar je had binnen moeten komen. Ik wil je niet bij hen weghouden.’
‘Ik ben er nu.’
Ineens zat hij naast haar op bed, met zijn hand naast haar in satijn gehulde heup, haar klemzettend. Er ging een schok door haar heen. Stiekem likte ze over haar onderlip. Steeds als hij zo dichtbij kwam, werd haar mond droog.
‘Kom je voor iets speciaals?’ Met moeite lukte het haar te glimlachen. Er konden honderden onderwerpen zijn waarover hij midden in de nacht met haar moest spreken. Hoe de volgende dag de hooggeplaatste gasten uitgezwaaid moesten worden, bijvoorbeeld, onder wie haar familie. Of misschien iets over de verzorging van de tweeling.
‘Ja.’ Zijn diepe stem wekte de vlinders in haar buik. ‘Een nachtzoen.’
‘Een…’ Ze slikte. Dit kon ze niet goed verstaan hebben. Ze schudde haar hoofd, en daarbij streken haar losse lokken over haar blote schouders.
‘Nachtzoen,’ herhaalde hij met een serieus gezicht.
Zijn blik gleed naar haar mond, en opwinding stroomde door haar heen. Heftig slikkend trok ze haar armen steviger om haar borst. Haar borsten waren veel te zwaar en gevoelig; de tepels schaamteloos opgericht.
‘Maar… waarom?’
Ze begon te blozen toen het ineens tot haar doordrong. Ze had zich nog nooit zo opgelaten gevoeld. Natuurlijk wist ze wat het betekende als een halfnaakte man ’s avonds naar de slaapkamer van zijn echtgenote gaat en om een zoen vraagt.
‘Dat hadden we niet afgesproken,’ zei ze snel. ‘Dat hoort niet bij de deal.’
‘Jouw deal, Samira. Niet de mijne.’
Met haar vingers kneep ze hard in haar bovenarmen. Dit kon niet waar zijn. ‘Je hebt mijn verhaal gehoord. Je begreep het.’
‘Ik heb je horen uitleggen dat je een huwelijk wilde dat geen echt huwelijk is.’
Hij kwam een fractie dichterbij. Ze kreeg het benauwd. Alle zuurstof in de lucht tussen hen in leek verdwenen.
‘Maar dat betekent niet dat ik ermee instemde. Waarmee ik akkoord ging, was dat ik je tot mijn vrouw zou maken. En dat is precies wat ik van plan ben te gaan doen.’
Toen ze begreep wat zijn bedoeling was, voelde ze zich verschrikkelijk bedrogen. Ze had Tariq vertrouwd. Daarom had ze juist hem benaderd. Ze wist dat hij zich altijd aan zijn woord hield, en hij had haar voorwaarden voor het huwelijk geaccepteerd. Maar nu…
Een bittere smaak vulde haar mond. Ze kon nauwelijks geloven dat ze opnieuw door een man was bedrogen. En door déze man nog wel. Hij had haar voor de bruiloft niets over zijn bedoelingen verteld, maar gewacht tot ze getrouwd waren en ze niet meer terug kon.
Hij had haar beduveld!
‘Tariq!’ Haar stem was een schor gekras. ‘Als een man van eer –’
Zijn vinger op haar lippen legde haar het zwijgen op. Naar adem happend proefde ze zijn zoute smaak, en tot haar ergernis constateerde ze hoe lekker dat was. Nu werd ze zich er ook heel erg bewust van dat hij haar had klemgezet tegen het hoofdeinde.
‘Geen enkele man van eer zou jouw voorstel accepteren, Samira. Niet als hij zichzelf respecteerde.’ Benieuwd naar haar reactie bestudeerde hij haar gezicht. ‘Je bent naar de verkeerde gekomen als je een aseksuele vaderfiguur wilde.’
‘Een vaderfiguur?’ Haar ogen werden groot. ‘Het laatste wat ik wil, is me verbinden aan iemand als mijn vader.’
Haar vader was een labiele man, zonder verantwoordelijkheidsbesef of zelfbeheersing. Haar ervaringen met hem en met Brent waren de redenen dat ze een betrouwbaar iemand had gezocht om mee te trouwen.
Tariq zag er nu niet zo betrouwbaar meer uit, eerder onvoorspelbaar en gevaarlijk, als een jager loerend op zijn prooi. Angst kroop over haar ruggengraat.
‘Je bent voor mij te jong voor een vaderfiguur, Tariq.’
Toen hij zijn schouders ophaalde, werd haar mond nog droger. Ze maakte geen kans tegen hem als hij hoe dan ook…
‘Je zult me niet dwingen,’ snauwde ze, maar toch klonk er onzekerheid in door.
Met vlammende ogen schoot hij achteruit, alsof hij diep gekwetst was. ‘Natuurlijk niet. Ik zou een vrouw nooit dwingen!’ Hij haalde zijn hand van het bed om haar meer ruimte te geven.
‘Wat wil je dan?’ Ze slikte moeizaam, maar stak haar kin uitdagend naar voren. Ze zou niet zonder gevecht opgeven.
‘Gewoon een kus.’ Hij hield haar blik gevangen. ‘Toen ik je wilde kussen bij het banket in het bijzijn van alle gasten werd je heel bleek.’
Van opluchting werd ze helemaal slap. Een kus, dat was alles. Dus niet… Verder durfde ze niet te denken.
‘Ik wil geen vrouw die bang voor me is. Die het niet kan verdragen als ik te dichtbij kom.’
Zijn toegeknepen ogen werden donker, en haar hart sloeg op hol.
‘Ik heb een vrouw nodig die naast me staat zonder in elkaar te krimpen.’
‘Sorry,’ mompelde ze stijfjes. ‘Ik weet niet waarom dat gebeurde.’ Maar dat wist ze wel. Ze had Tariq gezien als man, niet als de geschikte echtgenoot, en was zich doodgeschrokken van haar eigen reactie. ‘Maar kussen is niet nodig.’
‘Weet jij een betere manier om te bewijzen dat je de volgende keer dat ik in het openbaar dicht bij je kom niet zult terugdeinzen? En we moeten ook aan de jongens denken. Ik wil niet dat ze denken dat ik je bang maak.’
Zijn stem had een desolate ondertoon die nieuw voor haar was. Plotseling begreep ze hoe hij haar moest zien: hulpeloos en getraumatiseerd.
Schaamte overmande haar. Ze had beloofd dat ze zijn partner zou zijn, geen blok aan zijn been. En ook al probeerde hij de regels van hun huwelijk te veranderen, haar trots zei haar dat ze hem dit moest gunnen.
‘Dat is alles?’ vroeg ze ademloos. Ze kon niet negeren dat hij haar voorwaarden niet accepteerde, maar dit was niet het moment om daarover te praten. Dat zou ze doen als ze allebei gekleed waren.
‘Dat is alles.’
‘En daarna ga je weg?’
Hij knikte.
Maar eerst moest ze hem kussen! Met bonkend hart zette ze haar handen naast haar billen op het bed. Ze probeerde de verleidelijke geur van Tariqs huid te negeren, en ook het feit dat zijn ogen donker werden toen ze naar hem toe leunde. Maar zijn indrukwekkende, stoere lijf en zijn overrompelende uitstraling vielen niet te ontkennen, net zomin als de gierende spanning diep in haar eigen lichaam. Ze werd er bang van.
Op het laatste draaide ze haar hoofd opzij om hem op zijn wang te kussen in plaats van op zijn mond. Zijn wang was glad, alsof hij zich net had geschoren, en verrassend verleidelijk. Even bleef ze daar hangen, met haar lippen op zijn huid, plots verlangend om haar handen op zijn schouders te leggen en haar mond op de zijne te drukken.
Naar adem happend trok ze zich terug, haar handen onder haar benen schuivend zodat ze hem niet zou vastpakken. Deze onverwachte behoefte verontrustte haar.
Met ogen schitterend als diamanten hield hij haar blik gevangen. Het bloed gonsde in haar oren. Hoewel hij niets zei, was het duidelijk dat ze hem geen echte kus had gegeven. Dit was een bange kus. Maar meer kon ze niet doen.
Haar hart ging tekeer. Had hij echt meer gewild?
Abrupt stond Tariq op.
Knipperend met haar ogen keek ze omhoog naar zijn prachtige lichaam. Ze was toch zeker niet teleurgesteld dat hij wegging? Van schrik kon ze geen woord meer uitbrengen.
‘Het is een begin,’ mompelde hij uiteindelijk.
‘Een begin?’
Hij knikte. ‘Binnen niet al te lange tijd zullen we in alle opzichten man en vrouw zijn.’
Dat zag hij helemaal verkeerd, dacht ze, en ze schudde haar hoofd.
‘Niet omdat ik dat eis, maar omdat we dat allebei willen.’ Hij kwam dichterbij, haar met zijn priemende blik uitdagend te ontkennen. ‘Ik voorspel je, Samira, dat je alles zult doen wat ik wil.’
Het was een waarschuwing, maar het klonk als een belofte. Een ontzettend opwindende belofte.
Ze wilde protesteren, zijn arrogante zelfverzekerdheid doorprikken, maar haar tong zat tegen haar gehemelte geplakt.
Zijn verzengende blik zette haar hele lichaam in brand. Toen zijn mondhoek omhoogging in een lome grijns, verscheen er een kuiltje in zijn wang. Haar buik trok samen. Hij leek zo volkomen zeker van zichzelf, alsof hij nog nooit in zijn leven getwijfeld had.
‘De volgende keer kus je me niet omdat ik erom vraag, maar omdat je naar me verlangt.’