Vijfentwintig

Tandeloos waar de ramen ontbraken, zijn opschik in de war gebracht door het schot hagel, sluimerde het oude huis voort, een stille getuige van veel erger dingen in zijn vierhonderd jaar oude geschiedenis. Binnen een half uur waren er drie politieauto's gearriveerd om de boosdoeners over te brengen naar het politiebureau. Agent Gavin Williams leidde de operatie stevig maar niet van harte. 'Het is uw zaak, inspecteur,' protesteerde hij. 'U hoort ze op te brengen.'

'Nee, nee. Jij mag ze hebben. Ik moet hier nog wat afmaken.' 'Wat moet ik met Maybury doen, inspecteur?' McLoughlin sloeg zijn armen over elkaar en zei niets. 'Barnes zal er zeker iets over zeggen.' 'Laat hem.'

'Moeten we Maybury niet in staat van beschuldiging stellen?' 'Wat heeft hij dan misdaan? Per ongeluk een geweer laten afgaan waarvoor een vergunning was afgegeven?' 'Die vlieger gaat niet op, Eddie weet bijvoorbeeld dat het geen ongeluk was.'

McLoughlin vond het wel vermakelijk. 'Ik denk dat je zult merken dat Eddie niet meer zo verrukt is van Peter Barnes. Nog overal van afgezien kan hij het niet waarderen om als zondebok te worden gebruikt voor Barnes' verwrongen gevoel voor humor. Hij heeft tegen mij gezegd dat hij en de andere jongens toevallig allemaal de andere kant opkeken toen het geweer afging.' Williams keek bezorgd. 'Wat moet ik zeggen?' 'Dat laat ik aan jou over, Gavin. Ik ben bang dat ik je niet kan helpen. Toen dat geweer afging, stond ik er net met mijn rug naartoe om de namen en adressen van de indringers te noteren. Daarna hing er zoveel stof dat ik niets kon zien.' 'Toe nou, inspecteur!'

'Ik dacht dat jij juist de namen en adressen opnam van de getuigen van dit vandalisme. Dat is de standaardprocedure in dit soort gevallen.'

De agent keek sceptisch. 'En hoe verklaart u Barnes' bekentenis? Ik bedoel, als het een ongelukje was, waarom zou hij zichzelf dan hebben aangegeven? Jezus, hij was zo bang dat hij in zijn broek pieste.'

McLoughlin gaf hem een vriendschappelijke dreun op zijn schouder. 'Echt waar, Gavin? Ik kon werkelijk geen donder zien, zo stoffig was het in die kamer. Dus vraag me niet wat hem plotseling zo spraakzaam maakte, want ik zou het je niet kunnen vertellen. Tenzij het de schrik was van dat geweer dat plotseling afging. Mensen reageren altijd heel verschillend op explosies. Ik was bijvoorbeeld tijdelijk verblind maar mijn oren werkten dubbel. Een soort compensatie-effect, vermoed ik. Ik zag geen donder, maar ik verstond elk woord dat die schijtlaars zei.'

Williams schudde zijn hoofd. 'Ik was doodsbang. Ik dacht dat de dokter zijn ballen er had afgeschoten.'

Ik ook, dacht McLoughlin. Ik ook. En Peter Barnes kennelijk ook. Achteruit gedreven door de kracht van Jonathans aanval en verdoofd door het schot hagel tussen zijn benen dat zonder lichamelijke schade aan te richten in de muur van de zitkamer terecht was gekomen, was hij in tranen van zelfmedelijden uitgebarsten toen Jonathan de loop van het geweer tegen zijn tanden ramde en dreigde de tweede keer de trekker over te halen. 'Het was niet mijn bedoeling,' ratelde hij. 'Ik bekroop het huis. Het was niet mijn bedoeling zoiets te doen. Het was niet mijn bedoeling,' schreeuwde hij. 'Maar ze kwam terug. Dat teringwijf kwam terug. Ik moest haar wel neerslaan.'

Jonathans vinger om de trekker werd wit. 'Vertel me nu maar eens over negen jaar geleden.'

'O God, help me! Help me dan toch!' De voorkant van zijn broek was doorweekt van de urine.

'ZEG HET!' brulde Jonathan, zijn gezicht wit en vertrokken van woede, iemand heeft ons huis vernield. WIE HEEFT DAT GEDAAN?'

'Mijn vader,' krijste de jongen, krampachtig snikkend. 'Hij had zich bedronken met een paar vrienden.' Zijn ogen werden groot van schrik toen Jonathan aanstalten maakte de trekker over te halen. 'Het is mijn schuld niet. Mammie moet er nog altijd om lachen. Het is mijn schuld niet. Mijn vader heeft het gedaan.' Zijn ogen rolden achterover in zijn hoofd en hij zakte in elkaar. Jonathan liet het geweer zakken en keek naar McLoughlin aan de andere kant van de kamer. 'We hebben nooit geweten wie het was. Mammie, Jane en ik hadden ons opgesloten in de kelder en gewacht tot ze weg waren. Ik ben in mijn hele leven nooit meer zó bang geweest. We hoorden hoe ze schreeuwend alle meubels kort en klein sloegen. Ik dacht dat ze ons zouden vermoorden.' Hij schudde zijn hoofd en keek neer op het stuiptrekkende lichaam. 'Ik heb gezworen dat ik wraak zou nemen als ik ooit zou ontdekken wie dat gedaan had. Ze hadden het huis als wc gebruikt en op alle muren "Moordwijf" geschreven met tomatenketchup. Ik was nog maar elf. Ik dacht dat het bloed was.' Zijn kaakspier spande zich. McLoughlin schudde Freds berenomhelzing van zich af en klopte het stof uit zijn kleren. 'Dat was op het nippertje, Jon. Wat is er in godsnaam gebeurd? Struikelde je over het gebroken glas, of zo?' 'Ja, inspecteur, daar kwam het door,' zei Fred onverstoorbaar. 'Ik heb het zelf gezien. Dat had lelijk kunnen aflopen als Jon zijn hersens niet zo goed bij elkaar had gehouden.' 'Ja, maar doe iets met dat vervloekte ding voordat het nog eens afgaat.' Hij keek toe terwijl Fred het geweer pakte, openmaakte en de tweede patroon verwijderde. 'O, in godsnaam, Barnes, sta op en hou op met je aanstellerij. Je hebt verdomd veel geluk gehad dat dokter Maybury zo verstandig was de loop omlaag te houden.' Hij sleurde hem overeind en klikte de handboeien om zijn polsen. 'Je staat onder arrest. Agent Williams zal je vertellen wat je rechten zijn.'

De jongen snikte nog steeds. 'Hij probeerde me te vermoorden.' 'Ondank is 's werelds loon,' zei Paddy terwijl hij de kalkschilfers uit zijn haar schudde. 'Jon schoot bijna zijn eigen voet af om dat stuk uitschot te beschermen en het enige wat hij kan doen is hem beschuldigen.' Hij keek naar Jons verslagen gezicht, herkende de gevarentekens en keek veelbetekenend naar Fred. Kalm nam Fred de jongen bij zijn arm en voerde hem door de deur mee naar de hal. 'Ik stel voor dat we de rest van het huis even controleren, meneer. Het idee dat juffrouw Cattrell boven in haar eentje ligt te slapen, bevalt me niet.' Hij trok de deur stevig achter zich dicht.

Een half uur, dacht McLoughlin, maar het leek eerder een jaar. Hij streek langs zijn stoppelbaard en keek de jonge agent nadenkend aan. 'Ik kan je niet helpen, Gavin. Je bent een goeie agent en het is niet aan mij om jou te vertellen wat je moet doen. Je moet zelf een beslissing nemen.'

De jongeman keek door de deur de zitkamer in waar Fred hielp met opruimen. 'Ik heb hier eigenlijk wachtgelopen voor hem en zijn vrouw. Het zijn fatsoenlijke mensen en het kan niet goed zijn ze aan die boeven daar uit te leveren.' 'Daar ben ik het mee eens,' zei McLoughlin droogjes. Williams fronste zijn wenkbrauwen. 'Ik zal u precies vertellen hoe ik erover denk. De hoofdinspecteur heeft heel wat uit te leggen over deze zaak. U zou eens moeten horen wat Molly allemaal te vertellen heeft over toen Fred en zij hier pas kwamen wonen. Het huis was totaal vernield. Mevrouw Maybury en de twee kinderen woonden in een slaapkamer die door juffrouw Cattrell en de jongen, Jonathan, was schoongemaakt. Volgens Molly waren mevrouw Maybury en Jane door de hele geschiedenis zo getraumatiseerd, dat ze volledig van de kaart waren. Molly zegt dat je zelfs na drie maanden de pis nog kon ruiken en dat de schimmel van de tomatenketchup naar binnen groeide, de muur in. Het heeft ze weken gekost alles schoon te krijgen. Wat heeft de hoofdinspecteur tegen hen, inspecteur? Waarom wilde hij ze niet geloven?' Omdat, dacht McLoughlin, hij zich dat niet kon veroorloven. Walsh was zelf de man geweest die al die jaren geleden de sfeer van haat had gecreëerd waarin deze vrouw en haar twee kinderen konden worden geterroriseerd. Voor hem was Phoebe, om welke reden dan ook, altijd schuldig geweest en zijn langdurige en vijandige jacht op haar had er onvermijdelijk toe geleid dat, toen hij niets kon bewijzen anderen het recht in eigen hand namen. 'Het is een klein mens, Gavin,' zei hij.

'Nou, dat bevalt me niks en ik zal u eens wat vertellen. Daarvoor ben ik niet bij de politie gegaan. Ik heb Molly gevraagd waarom ze de politie niet hadden gewaarschuwd toen het gebeurde en weet u wat ze zei? "Omdat mevrouw wel beter weet dan de vijand om hulp te vragen."' Hij schuifelde verlegen met zijn voet. ik ben van plan Molly en Fred een beetje mee uit te nemen, geen drukte, dat niet, maar ik wil ze graag laten weten dat we niet allemaal vijanden zijn.' Met een glimlach keek McLoughlin neer op het gebogen hoofd.

Als Williams zijn genegenheid wilde verpakken in sociale zorg, was dat wat hem betrof uitstekend. 'Ik heb gehoord dat ze heerlijke oliebollen bakt.'

'Verdomd lekker!' De jonge ogen schitterden. 'U moet ze eens proeven.'

'Dat zal ik zeker doen.' Hij duwde de jongeman in de richting van de voordeur en de wachtende auto's. 'Het zal Eddie en zijn kameraden helemaal geen kwaad doen een nachtje in de politiecel door te brengen, dus boek ze en sluit ze op. Als mevrouw Maybury morgenochtend een klacht wil indienen, zullen we dan alle formulieren wel invullen. Maar ik denk niet dat ze dat zal doen. Vanavond heeft ze de eerste steen gelegd voor een brug naar de buitenwereld.'

'En Barnes?'

'Bewaar die maar voor mij. Ik kom morgenochtend zo vroeg mogelijk. Ik neem zelf zijn verklaring op. En, Gavin?' 'Ja?'

'Hij zou toch wel gepraat hebben. Hij zou het zelfs niet hebben kunnen laten. Hij is te arrogant om lang zijn mond te kunnen houden. Je zult het zien. Morgen vertelt hij ons alles, zonder dat ik enige druk op hem hoef uit te oefenen.'

Er scheen een gewicht van Williams' schouders te rollen. 'Goed. Kan ik nog iets anders doen?'

'Bel over een paar uur zijn ouders. Laten we zeggen om een uur of drie. Vertel ze dat we hun zoon hebben en laat ze op het bureau komen. Maar wat je ook doet, laat ze niet met hem praten. Laat ze maar al die donkere uren wachten tot ik kom. Vertel ze alleen dat hij tien jaar achtervolging heeft bekend. Ik wil dat ze al een beetje voorgeweekt zijn.'

Williams keek twijfelend. 'Na tien jaar krijgt u nooit meer een proces, hè?'

'Nee,' grinnikte McLoughlin. 'Maar ik kan ze wel een paar uur laten denken van wel.'

Paddy was de tweede die met tegenzin opstapte. 'Jullie zullen nu uit je hol moeten komen,' zei hij tegen Phoebe en Diana. 'Op de een of andere manier is de deur geforceerd. En dat is maar goed ook. Het wordt tijd dat jullie je eens een beetje inspannen. Kom morgenavond maar naar de pub. Dat is een goede plek om te beginnen.' Hij gaf McLoughlin een hand. 'Zeg je baantje op, Andy, en begin met mij een brouwerij. Ik heb een sterke hand aan het roer nodig.'

'Ik weet helemaal niets van brouwen af.'

'Daarvoor wil ik je ook niet hebben. Dat is mijn afdeling. Organiseer het bedrijf, ga op zoek naar klanten, breng de zaak aan 't rollen. Daar zou je goed in zijn. Ik moet iemand hebben die ik kan vertrouwen.'

McLoughlin grijnsde. 'Je bedoelt iemand die door de belastingdienst wordt vertrouwd? Nee, Paddy, je bent mij veel te anarchistisch. Ik zou binnen drie maanden een zenuwwrak zijn en me afvragen wat ik ook alweer verborgen moest houden.' Paddy brulde van het lachen en sloeg hem op zijn schouder. 'Denk erover na, ouwe jongen. Je gezelschap bevalt me.' Hij ging weg. Jonathan had zich teruggetrokken in een fauteuil waar hij gegêneerd zat te zwijgen en het zorgvuldig vermeed de anderen aan te kijken. Zijn woede was allang gezakt en wanhopig probeerde hij in het reine te komen met wat hij Peter Barnes had aangedaan. Hij kon geen excuses vinden voor zijn gewelddadigheid. Fred kuchte beleefd. 'Als ik verder niets meer kan doen, mevrouw,' zei hij tegen Phoebe, 'dan ga ik maar weer eens op de Lodge aan. Mijn vrouw en Jane zullen zich wel afvragen hoe we hier gevaren zijn.' Jane had de afgelopen nachten bij Molly in de Lodge geslapen, terwijl Fred met McLoughlin en agent Williams over het terrein patrouilleerde.

'O, Fred,' zei Phoebe oprecht berouwvol, 'het spijt me zo. Ik vind het zó verschrikkelijk. Ik dacht echt niet dat jij erbij hoorde. Het was de schok. Je gelooft me toch, hè? Ik zal je morgen naar het ziekenhuis brengen voor een tetanusprik.' Fred keek naar zijn hand, in tranen en in een vloedgolf van verontschuldigingen door Phoebe en Diana gedesinfecteerd en verbonden. 'Ik geloof, mevrouw,' zei hij streng, 'dat als er nog één woord over deze kwestie wordt gesproken, ik gedwongen zal zijn mijn ontslag in te dienen. Ik kan veel verdragen, maar geen onnodige ophef. Hebt u dat begrepen? Goed. Als u mij dan nu wilt excuseren?'

'Ik zal je even met de auto brengen,' zei Phoebe onmiddellijk. 'Ik heb liever dat de dokter mij brengt, als u daar geen bezwaar tegen hebt. Er is iets waar ik graag zijn mening over wil horen.' Phoebe wendde zich af om haar opkomende tranen te verbergen.

'Nadat God Fred en Molly had gemaakt, heeft hij de vorm weggegooid,' zei ze kortaf. 'Ze hebben dit allemaal niet verdiend en toch laten ze ons niet in de steek. Ik heb mijn besluit genomen, Di,' voegde ze er heftig aan toe. ik ga morgenavond naar die vervloekte pub. Iemand moet de eerste stap zetten en waarom zou ik dat niet zijn. Fred gaat er al jaren heen en behalve Paddy wil niemand met hem praten. Daar ga ik verdomme iets aan doen.' Diana keek naar het woedende gezicht van haar vriendin. 'Wat, bijvoorbeeld? Hou je ze onder schot tot ze bereid zijn iets te zeggen?'

Phoebe lachte. 'Nee. Ik ben niet van plan ouwe koeien uit de sloot te halen.

'Goed, in dat geval ga ik met je mee.' Ze keek naar McLoughlin. 'Kunnen we dat doen? Het is nu allemaal voorbij, nietwaar? De hoofdinspecteur was wel erg kortaangebonden aan de telefoon, maar het schijnt dat hij nu toch in onze onschuld gelooft.' Hij knikte. 'Ja, jullie zijn onschuldig bevonden.' 'Was het zelfmoord?' vroeg Phoebe.

'Ik betwijfel het. Hij was oud en verward en zijn herinneringen aan Streech overleefden al zijn andere herinneringen. Ik denk dat hij hier is teruggekeerd, op zoek naar een plek om te sterven.' 'Maar hoe kan hij in godsnaam hebben geweten waar de ijskelder was?'

'Van de folders die uw man had laten drukken. Als je toeristen probeert te lokken, is een garage een voor de hand liggende plek om ze neer te leggen. Op papier kende K.C. deze tuin waarschijnlijk beter dan u.'

'Maar toch. Om dat na al die tijd nog te weten.' 'Maar zo werkt het geheugen nu eenmaal,' zei Diana. 'Oude mensen herinneren zich elk detail van hun jeugd, maar weten niet meer wat ze bij het ontbijt hebben gegeten.' Ze schudde haar hoofd. 'Ik heb die man nooit gekend maar ik ben altijd verbitterd geweest over wat er met Phoebe's ouders was gebeurd en de leugens die hij naderhand verspreidde. Niettemin' - ze haalde haar schouders op - 'om zo te sterven, alleen en zonder iets. Dat is wel erg treurig. Het klinkt misschien raar, maar ik wou dat hij zijn kleren niet had uitgetrokken. Dat maakt het op de een of andere manier nog erger, alsof hij de zinloosheid van het leven wilde benadrukken. Naakt worden we geboren en naakt sterven we. Ik heb het afschuwelijke gevoel dat voor hem alles wat er tussenin was gebeurd, waardeloos was.'

McLoughlin rekte zich uit. 'Daar zou ik als ik u was maar niet te sentimenteel over worden, mevrouw Goode. Daar hebben we alleen maar Wally's woord voor. Ik denk dat hij zich een beetje schaamde. Er is een groot verschil tussen het wegnemen van een paar ongewenste, opgevouwen kleren en het uitkleden van een lijk om het te beroven.' Hij keek op zijn horloge. 'Nog iets?' 'We zouden u graag willen bedanken,' zei Phoebe. 'Waarvoor?'

'Alles. Jane. Jonathan. Anne. Onszelf.'

Hij knikte en liep naar de deur. De twee vrouwen keken elkaar aan.

'U komt toch terug, hoop ik?' zei Diana vlug. Hij lachte rustig. 'Als ik moet, kom ik terug, ja.' 'Wat wilt u daarmee zeggen?'

'Ik denk dat hij bedoelt dat hij niet van plan is om weg te gaan. En als hij niet is weggegaan, kan hij ook niet terugkomen, snap je?'

---

Het geweerschot en het daarop volgende geschreeuw hadden Anne uit een diepe door barbituraten opgewekte slaap omhoog gesleurd naar een lichtere slaap waarin de dromen zich in glorieus Technicolor afspeelden. Het waren geen nachtmerries, alleen een eindeloze parade van plaatsen en gezichten, sommige nog maar nauwelijks herinnerd, die in surrealistische combinaties over het scherm van haar slapende geest trokken. En intussen tikte McLoughlin irritant op de dubbele ramen van een enorme huis en vertelde haar dat er twee mensen nodig waren om die op te tillen, wilden ze niet levend worden begraven.

Ze schrok wakker en keek hem aan. De lamp op haar nachtkastje brandde. 'Ik droomde dat John en Lizzie gingen trouwen,' zei ze, die ene herinnering losmakend uit de wolk van andere die voor eeuwig verdwenen.

Hij trok de rieten stoel bij en ging zitten. 'Als ze genoeg tijd en rust krijgen, doen ze dat misschien ook nog wel.' Ze dacht erover na. 'Jij mist niet veel, hè?' 'Dat hangt er vanaf. We hebben je overvaller te pakken.' Hij strekte zijn lange benen en vertelde haar de details. 'Paddy wil dat ik samen met hem een brouwerij begin.'

Ze glimlachte. 'Vind je hem aardig?' 'Het is een schurk.' 'Maar mag je hem graag?'

Hij knikte. 'Hij is volkomen zichzelf. Ik mag hem erg graag.' 'Dus je doet het?'

'Nee, ik denk het niet. Het zou veel te gemakkelijk zijn om verslaafd te raken aan die Special van hem.' Hij keek haar door halfgesloten oogleden aan. 'John gaat morgen terug naar Londen. Hij heeft me gevraagd jou te vragen of je je liefdesbrieven terug wilt hebben. Hij zegt dat hij kan proberen ze eruit te vissen voordat hij weggaat.'

Ze keek naar haar handen. 'Weet je waar hij ze verstopt heeft?' ik heb begrepen dat ze in een spleet in de eik achter de ijskelder zitten. Hij is een beetje ongerust, want hij weet niet zeker of hij er nog wel bij kan. Hij heeft me gevraagd of ik hem wilde helpen.' Hij bestudeerde haar gezicht. 'Moet ik dat doen, Cattrell?' 'Nee. Laat ze daar maar zitten.' Ze hief haar hoofd op en keek hem aan. 'Als ik weer op krachten ben, zal ik wat cement maken en daarmee elke spleet van die boom vullen, zodat die ellendige krengen nooit meer te voorschijn kunnen komen. Ik moest John wel vragen ze te verbergen - hij was de enige die hier was toen Walsh mij meenam - maar hij is de laatste persoon ter wereld van wie ik wil dat hij ze onder ogen krijgt. O God, ik wou dat het liefdesbrieven waren.' Ze zweeg. 'Wat zijn het dan?' 'Foto's.'

'Van David Maybury?' Ze knikte. 'Nadat Phoebe hem vermoord had?' Ze knikte opnieuw. 'Eén van je beroemde verzekeringspremies, neem ik aan.'

Ze zuchtte. 'Ik had nooit gedacht dat we ermee weg zouden komen. Ik heb een verslag gemaakt voor het geval het lijk werd gevonden en Phoebe verdedigd moest worden.' Haar gezicht betrok. 'Ik heb ze zelf ontwikkeld. Vreselijke, vreselijke foto's, van David twee weken nadat Phoebe hem had vermoord, van Phoebe zelf, zo krankzinnig dat je niet zou geloven dat het dezelfde vrouw is. En ook van wat die vandalen met dit huis hadden gedaan en de tombe die ik in de kelder heb gemetseld. Ik wil ze nooit meer zien.' 'Vertel maar, Anne.'

Ze haalde diep adem. 'David kwam terug op de avond nadat het huis was vernield. Het was onvermijdelijk dat hij ooit weer op zou duiken, maar uitgerekend die avond - ' Ze schudde haar hoofd. 'Niet dat hij dat wist, natuurlijk. Als hij het wel had geweten, was hij wel weggebleven. De deuren waren versperd met opgestapeld meubilair, dus klom hij door een kelderraam naar binnen. Phoebe was in de keuken en hoorde hem rondstommelen in het donker beneden.' Haar ogen zochten de zijne. 'Je moet goed begrijpen hoe doodsbang ze was. Ze dacht dat die dronkelappen waren teruggekomen om haar en de kinderen te vermoorden.' 'Dat begrijp ik, ja.'

'Ze pakte het zwaarste voorwerp dat ze kon vinden, de hakbijl die naast de Aga lag om hout te hakken, en toen hij door de kelderdeur de keuken inkwam, spleet ze zijn hoofd in tweeën.' 'Herkende ze hem?'

'Je bedoelt, wist ze dat het David was toen ze hem vermoordde? Ik geloof het niet. Het ging allemaal te vlug. Maar achteraf herkende ze hem zeker.'

Er viel een lange stilte. 'Op dat ogenblik had je de politie erbij kunnen halen,' zei hij ten slotte. 'Met het bewijsmateriaal van wat er de avond tevoren was gebeurd, had ze zich op zelfverdediging kunnen beroepen. Ze zou er zonder enig probleem vanaf zijn gekomen.'

Ze staarde naar haar handen. 'Dat zou ik ook gedaan hebben als ik het had geweten. Maar het duurde nog twee weken voordat John me opbelde.' Ze hield haar handen voor haar ogen om de gruwelijke beelden te verdringen. 'Phoebe kan zich van die periode van twee weken helemaal niets meer herinneren. Het enige verstandige wat ze nog heeft gedaan voordat ze in een shocktoestand terecht kwam, was Davids lijk terug duwen in de kelder en de deur vergrendelen. De kinderen hebben er nooit iets van geweten. John belde mij alleen maar op omdat zij ze twee weken lang opgesloten had gehouden in haar slaapkamer, waar ze leefden op een dieet van blikvoedsel dat ze uit de voorraadkast had gehaald. Hij heeft haar sleutel gepakt terwijl ze sliep, is de kamer uitgeslopen en heeft mijn nummer gedraaid tot ik eindelijk aannam.' De tranen welden op in haar ogen en druppelden langs haar wangen bij de herinnering. 'Hij was nog maar elf, nauwelijks meer dan een baby eigenlijk, en hij zei dat hij zijn best had gedaan maar dat hij dacht dat mammie en Jane echt iemand nodig hadden om voor hen te zorgen.' Ze veegde haar tranen af. 'O God, het spijt me. Maar iedere keer als ik eraan denk, moet ik huilen. Hij moet zo bang zijn geweest. Ik ben meteen gekomen.'

Ze zag er plotseling doodmoe uit. ik kon onmogelijk naar de politie gaan, McLoughlin. Ze was volledig buiten zinnen en John en Jane wilden nauwelijks iets zeggen. Ik dacht dat Phoebe het huis zelf kort en klein had geslagen nadat ze David had vermoord. Het was onmogelijk de juiste volgorde vast te stellen. En als ik dat al dacht, tot welke conclusie denk je dan dat Walsh zou zijn gekomen? Het was een nachtmerrie. Het enige dat ik kon bedenken, was dat de kinderen op de eerste plaats kwamen. Want dat had Phoebe's vader ons opgedragen toen hij zijn testament maakte. En ik besloot dat dat betekende dat ik hun moeder uit een gevangenisziekenhuis moest houden.' Ze zuchtte. 'Dus heb ik in de loop van een paar dagen bij allerlei doe-het-zelf winkels in heel South Hampshire kleine hoeveelheden grijze baksteen gekocht. Ik moest ze in Phoebe's auto kunnen vervoeren. Ik durfde niets te laten bezorgen. Toen heb ik mezelf opgesloten in de kelder en de walgelijke, stinkende massa die ooit David was geweest achter een valse muur gemetseld.' Ze kokhalsde. 'Hij zit er nog steeds. De muur is intact. Nadat Fred dat ding in de ijskelder had gevonden, is Diana naar beneden gegaan om het te controleren. We waren zo bang dat hij er op de een of andere manier uit was gehaald.' is Fred op de hoogte?' 'Nee. Alleen Diana, Phoebe en ik.' 'En weet Phoebe wat ze gedaan heeft?'

'O ja. Het heeft een hele tijd geduurd, maar ten slotte herinnerde ze zich alles weer. Ongeveer vier jaar geleden wilde ze een bekentenis gaan afleggen, maar dat hebben we haar uit het hoofd kunnen praten. Jane was veertien en woog nog maar drieënzestig pond. Diana en ik zeiden dat Jane's gemoedsrust belangrijker was dan de hare.' Ze haalde nogmaals diep adem. 'Het betekende dat we de Grange natuurlijk nooit hebben kunnen verkopen. Want je kunt er donder op zeggen dat de koper de hele kelder zou hebben willen uitbreken om er een jacuzzi in aan te leggen.' Ze glimlachte flauwtjes. 'Er zijn tijden geweest dat het ondraaglijk was. Maar als ik nu naar hen drieën kijk, weet ik dat het de moeite waard is geweest.' Haar vochtige ogen smeekten om een bevestiging die ze nooit in woorden zou vragen.

Hij pakte een van haar handen. 'Wat kan ik zeggen, meisje? Behalve dat je me de volgende keer als ik probeer je te vertellen hoe je je leven moet inrichten, eraan moet herinneren dat je dat heel goed zelf kunt.' Hij speelde met haar vingers, trok eraan. 'Ik zou je foto's kunnen gebruiken om Walsh en Barnes te vernietigen vanwege wat ze Phoebe hebben aangedaan.'

'Nee,' zei ze zonder aarzelen. 'Niemand weet dat ze bestaan, behalve jij en ik. Phoebe en Diana weten er niets van. Laat ze alsjeblieft met rust. Ik zie de dood toch al te vaak in mijn nachtmerries. Bovendien zou Phoebe dat niet willen. Walsh had gelijk. Zij heeft David gedood.'

Hij knikte en keek de andere kant op. Het duurde een poosje voor hij weer iets zei. 'Mijn vrouw is vanavond bij me teruggekomen.' Ze dwong zichzelf te glimlachen. 'Ben je blij?' 'Eerlijk gezegd wel, ja.' Tactvol probeerde ze haar hand uit de zijne te trekken, maar hij hield haar vast.

'Dan ben ik blij voor jou. Denk je dat het deze keer goed zal gaan?' 'O ja. Ik overweeg om weg te gaan bij de politie. Wat vind jij daarvan?'

'Dat zal het thuis gemakkelijker maken. Het echtscheidingspercentage bij de politie is krankzinnig hoog.' 'Vergeet de praktische kant. Geef me advies, gewoon voor mezelf.'

'Dat kan ik niet,' zei ze. 'Dat is iets wat je helemaal zelf moet beslissen. Ik kan alleen maar zeggen dat je, wat je ook kiest, moet zorgen dat je zelf met die beslissing kunt leven.' Ze keek verlegen naar hem op. ik had het bij het verkeerde eind, zie je. Ik denk dat je waarschijnlijk gelijk had om bij de politie te gaan en ik denk dat de politie er op achteruit gaat als je ontslag neemt.' Hij knikte. 'En jij? Wat ga jij nu doen?'

Ze lachte vrolijk. 'O, het gewone recept. Een paar citadels bestormen, een of twee beeldhouwers verleiden.' Hij grijnsde. 'Goed, maar wil je mij voordat je dat doet eerst een avond helpen in de kelder? Ik geloof dat het tijd is dat die muur wordt afgebroken en David Maybury dit huis voorgoed verlaat. Wees maar niet bang. Het zal helemaal niet erg zijn. Na negen jaar is er echt niet veel meer van hem over en deze keer zullen we hem definitief dumpen.'

'Is het niet beter om er maar helemaal van af te blijven?' 'Nee.'

'Waarom niet?'

'Omdat, Cattrell, als Phoebe niet van hem bevrijd wordt, jij en Diana voor eeuwig aan dit huis gebonden zullen blijven.' Ze tuurde in een eigen duistere wereld die achter hem lag. Wat had hij er weinig van begrepen. Ze zouden altijd gebonden blijven. Het had te lang geduurd. Ze hadden het vertrouwen om opnieuw te beginnen, verloren.

Hij gaf haar vingers een laatste kneepje en stond op. 'Goed, ik ga maar eens op bed aan.'

Ze knikte, haar ogen verdacht helder. 'Goedenacht, McLoughlin. Ik wens je veel geluk, dat meen ik.'

Hij krabde langs zijn wang. 'Denk je dat je me een kussen zou kunnen lenen? En misschien een tandenborstel uit de badkamer?' 'Waarvoor?'

'Ik heb nergens een plek om te slapen, mens. Ik zei het toch, mijn vrouw is teruggekomen. En ik verdom het om nog eens zeven jaar samen te wonen met iemand die beige als lievelingskleur heeft. Ik ben weggelopen.' Hij keek naar haar glimlach. 'Ik was eerlijk gezegd van plan zolang in te trekken bij een vriendin van me.' 'Wat voor vriendin?'

'Ach, ik weet het niet precies. Wat dacht je van een cynische, egoïstische, intellectuele snob die geen vaste relaties kan verdragen, zich weigert aan te passen en mensen in verlegenheid brengt?' Ze lachte zachtjes. 'Het is allemaal waar.' 'Natuurlijk is het waar. We hebben een heleboel gemeenschappelijk. Het is ook geen slechte beschrijving van mijn karakter.' 'Je zou het verafschuwen om hier te wonen.' 'Niet erger dan jij, waarschijnlijk. Hoe klinkt Glasgow je in de oren?'

'Wat zouden we daar moeten doen?'

'De wereld verkennen, Cattrell, de wereld verkennen.'

Haar ogen dansten. 'Als ik nee zeg, accepteer je dat dan,

McLoughlin?'

'Nee.'

'Waar wacht je dan nog op, man?'