Faiz
Vrijdag 18 oktober 1996
Uitzonderlijk vroeg voor zijn doen trok Faiz Erdal de zware eiken deur van het laboratorium in Madison achter zich dicht. Zelden ging hij voor acht uur 's avonds naar huis en nu was het anderhalf uur eerder. Alice, de secretaresse van Ganetzky, die het andere neurogenetische laboratorium leidde, keek hem aan met een blik van: dat zou míjn baas nooit goed gevonden hebben. Ze zat haar eindemiddagappel te eten.
'Tot ziens, Drosophila,' zei hij.
'Dag, dokter Melanogaster.'
Hij betwijfelde of ze wist dat dat Zwarte Buik betekende. Drosophila Melanogaster was de Latijnse naam voor het fruitvliegje, dat zo populair was in de genetische laboratoria van de University of Wisconsin.
Erdal voelde geen enkele behoefte om Alice aan haar neus te hangen dat hij voor de toneeluitvoering van zijn zoon werd opgehaald door vrouw en dochter. Misschien wel omdat Alan vanavond voor boom speelde. Ze zou er wellicht smalend over gedaan hebben omdat de dochter van Ganetzky vorige week nog voor prinses had gespeeld. Alan was genoemd naar Erdals broer, die bij een Irakees bloedbad in 1969 om het leven was gekomen.
Zijn vrouw heette ook Alice. Zij en Maya wachtten al in de Chevy pick-up truck, die hij vanmorgen zelf naar het lab had gereden. De bestuurdersplaats was voor hem vrijgehouden. Hij zoende zijn vrouwen, startte de 5.3 liter motor en gaf gas.
Twintig minuten later - hij zat midden in zijn verhaal over de nieuwste ontdekkingen in de ionenkanalen van zenuwbanen - werd hij gestoord door een politiesirene. Hij zag de auto in zijn linker spiegel naderen, maar toen was de sirene al uitgezet. De herrie had volstaan om de weg voor de politieauto vrij te maken. Hij zag twee ijzig kalme mannen zitten, tien yards achter hem. Ze keken naar zijn auto, maar hij had allang zijn snelheid gecontroleerd. De donkere auto kwam naast hem rijden en de mannen keken, al pratend, tamelijk nadrukkelijk bij hem naar binnen. Een lachje kon er niet van af en zijn groet werd niet beantwoord.
De politiewagen met het embleem van de Motor Carrier Enforcement ging voor hen rijden. De sirene en de daklichten van de Ford Aerostar sprongen even aan en er werd een STOP signaal boven de achterruit zichtbaar Dit was de derde keer dat dit hem in de States overkwam. Deze keer had hij geen idee wat hij fout had gedaan. Zijn vrouw en dochter hadden nog niets gezegd, maar nu zei Alice: 'Als er maar niets ergs gebeurd is. Met Alan.' Ze spraken altijd Engels met elkaar.
Hij vond dat hij een grapje moest maken. 'Die is al stevig geworteld.' Omdat ze hem niet begrepen, zei hij: 'Als boom.'
De auto's gleden de vluchtstrook op en kwamen tot stilstand. De agenten stapten uit, maakten zich breed en kwamen bij de raampjes staan die hij en Alice al hadden opengedraaid.
'Meneer en mevrouw Erdal?'
'Jazeker. Heb ik iets verkeerds gedaan, officer?'
'Dat zult u beter weten dan ik.' Eindelijk kon er in de vierkante kop met drie scheersneetjes een glimlachje af. Dit wordt geen slecht-nieuwsgesprek. Maya had nog niets gezegd. Hij had haar even gerust moeten stellen. Het kind zat verstijfd achterin.
'U hebt mijn dochter laten schrikken,' zei Faiz.
'Zij en uw vrouw moeten even uitstappen en met mijn collega meegaan naar onze wagen. U moet blijven zitten. Zet u de motor even uit?' Zijn collega trok de portieren al open.
'Wat gaat er dan gebeuren?' Faiz schrok van de spanning in zijn eigen stem.
De agent haalde zijn schouders op. 'Even afwachten maar.'
'Papa, wat is er gebeurd?' zei Maya, terwijl ze in de richting van het geopende portier schoof.
'Niets wat ik weet, lieverd. Het zal zo wel duidelijk worden. Maar het zal niet veel te betekenen hebben als ik mag blijven zitten.'
Alice keek hem even aan en probeerde net als hij de logica van zijn opmerking te doorgronden.
Hij zat alleen in de auto en verwachtte dat de agent naast hem zou komen zitten, maar dat gebeurde niet. De man liep naar de achterkant van de pick-up en ging daar staan bellen. Er moest blijkbaar iets gecontroleerd worden. Ze hadden hem aangehouden op zijn kenteken, wetende wie er in de auto zat. Wat viel er dan nu nog te controleren?
Na een minuut opende hij zijn portier, waarvan hij het raampje allang weer had dichtgedraaid. Voor hij kon vragen of er nog ontwikkelingen waren, kreeg hij het bevel het portier weer te sluiten. Het leek hem beter, onmiddellijk te doen wat er gevraagd werd. Van collega's had hij nare verhalen over de cops gehoord.
Zijn vrouw en dochter zaten tamelijk rustig te praten in de auto voor hem. De tweede agent was niet bij hen gaan zitten en dus konden ze vrijuit fantaseren over wat pa moest hebben uitgevreten. Natuurlijk hadden ze allang in de gaten dat het niet om een snelheidsovertreding ging. Hij had Alice tijdens een stage leren kennen. Zij was de dochter van een halve Nederlander: De Vries, die tegenwoordig ook in de labs werkte, twintig jaar ouder was dan hij en inmiddels flink op zijn retour.
Ineens werden de agenten een beetje onrustig. Maar Faiz zag niets nieuws. Waarschijnlijk werd er een auto verwacht, want ze keken naar achteren, over de Interstate 565, waar een file aan het ontstaan was.
Nog een minuut later kwam er een zwarte auto over de vluchtstrook aanglijden. De politie sloot de weg even af en dirigeerde de zwarte auto tot voor de politiewagen. De ruiten waren geblindeerd.
De weg werd vrijgegeven en de agent liep op Faiz' autoportier af, wenkend dat hij naar buiten moest komen. Faiz liep met hem mee, langs de politiewagen. Hij groette zijn vrouw en kind zo ontspannen mogelijk en werd rechtsachter in de zwarte auto gedirigeerd. Daar kwam hij naast een dikke, zwijgende man in een zwart pak te zitten. Voorin zat een chauffeur in uniform. Het rook er naar de barbasel die zijn moeder vroeger klaarmaakte.
'Dag meneer Erdal. Ik wil heel graag even met u praten.'
Het was moeilijk om de man aan een bepaalde staat te koppelen. Misschien toch de westkust. Hij was blank, tamelijk onbehaard en had opvallend kleine oren.
'Wat heeft dit allemaal te betekenen? Wie bent u eigenlijk dat u dit kunt doen?'
'Noemt u mij maar Jones. Ik spreek met u vanuit mijn verantwoordelijkheid voor de Verenigde Staten van Amerika.'
'U bedoelt vanuit een veiligheidsdienst?'
De man zuchtte. 'U moet het mij niet kwalijk nemen dat ik daarover geen informatie kan verstrekken.'
Ja dus.
De man ging verder: 'Maar u bent een man van de praktijk, dus laten we niet te lang over de inleiding doen. Hoe bevalt het werk op het laboratorium u?'
'Het is interessant, baanbrekend, er komen toonaangevende publicaties uit voort.'
'Dat vinden wij ook, vooral het laatste. Ik denk dat uw vader trots op u zou zijn.'
Vader Erdal was na de begrafenis van Alan, of wat men na het bloedbad in Dakan van hem nog had kunnen vinden, met de rest van het gezin naar de Verenigde Staten vertrokken. Ver weg van het land waar slechts ellende heerste. Dat was vooral onder druk van Faiz' moeder gebeurd, want Erdal was ertoe in staat geweest zelf peshmerga te worden. De man was in bitterheid gestorven tijdens Faiz' studie. Aan zijn vaders sterfbed had hij wraak gezworen voor zijn drie jaar jongere broer, zoals het een Koerd betaamt. Want: Dizhmin a bābé nābĭta dūst a kurré, de vijand van de vader zal nooit een vriend van de zoon zijn.
'Ik begin mij af te vragen hoeveel u van me weet. Maar ook waarom u mijn gezin zo moet laten schrikken om mij te vragen hoe ik mijn werk vind. Vindt u dat zelf ook niet wat ver gaan?' Hij besefte nu pas hoe kwaad hij was. 'Shit!'
Weer een zucht. Zelfs de chauffeur deed mee. Faiz keek even achterom, zag geen reden om zich zorgen te maken over zijn vrouw en kind. 'Wij hebben haast. Zo meteen zijn we te laat bij de toneeluitvoering op de school van mijn zoon.'
'Ja, van Alan junior. Hij speelt voor boom, is het niet?'
'Dus dat weet u ook al. Dan weet u zeker ook dat ik in Syrië geboren ben?'
De man keek hem aan, voor het eerst. Hij glimlachte. 'In Irak, bedoelt u toch zeker?'
Het klopte. 'Kunt u me nu zeggen waarom u mij op deze manier te spreken vraagt, zodat ik te laat kom bij mijn zoon?'
'Ik zal dat uitleggen en nu meteen ter zake komen.'
Faiz knikte.
'Dan krijgt u een politie-escorte naar school, zodat u niet te laat komt door die file. Goed? Wel, wij zien u graag een belangrijke functie aanvaarden in San Antonio, Texas, bij het Center for Advanced Genetic Studies. U kunt van daaruit neurogenetisch onderzoek doen. En dan heb ik het niet over fruitvliegjes - ik neem aan dat u dat stadium nu onderhand ontgroeid bent - maar over de menselijke hersenen. Ik beloof u onderzoek dat baanbrekend, grensverleggend en - laat ik het woord maar gebruiken - revolutionair zal zijn.'
Faiz Erdal slikte. De man was volstrekt serieus. Het ging nog steeds redelijk met Alice en Maya. 'Ik neem aan dat ik de mogelijkheid heb om nee te zeggen.'
'Iedereen heeft de mogelijkheid om voortdurend nee te zeggen, maar verstandig zou het in uw geval niet zijn.'
'Want?'
'Ik heb niet de vrijheid om daarover te praten, maar neemt u mijn woorden vooral serieus.'
'En als ik liever in mijn huidige functie blijf?'
'Uw huidige functie? Erdal, u bent een wetenschapper. U zult dus wel weten dat de mens in zijn afwegingen heel veel aannames doet, zonder zich ervan bewust te zijn.'
'U bedoelt de aanname dat mijn huidige functie even interessant is als wat u mij aanbiedt?'
'Nee, ik bedoel de aanname dat er sprake is van een huidige functie. De aanname dat u nog niet ontslagen bent. Of dat u een andere baan zou kunnen vinden at all. Ja, dat er nog sprake van leven kan zijn.'