12
Chiara werd steeds van het trottoir geduwd. Mensen die laat voor hun werk waren, duwden haar opzij, in de stroom van koeriers die op hun brommer tegen de rijrichting in reden door een straat met eenrichtingverkeer om hun pakketjes zo snel mogelijk te kunnen afleveren. Toeristen met hun blik op een plattegrond gericht botsten tegen haar aan en zwarte taxichauffeurs reden haar gewoon voorbij als ze haar hand opstak om er een aan te houden. Ze was Londen niet meer gewend, besefte ze. Door de weken in het slaperige San Giulio was ze de regels van de grote stad vergeten.
Ze had helemaal niet het gevoel dat ze weer thuis was. Ze was uit de trein gestapt op Paddington Station en de drukke straten van Londen hadden zich als een val om haar heen gesloten. Ze was nog maar net aangekomen en nu al begon ze te bedenken hoe snel ze weer weg kon gaan.
Niemand had haar opgewacht op het station, om de eenvoudige reden dat ze niemand van haar komst op de hoogte had gebracht. Terwijl ze haar koffers uit de trein sleepte en een bagagewagentje probeerde te bemachtigen, was ze zich bewust geweest van alle omhelzingen en kussen en begroetingen om haar heen en toen had ze aan Paolo gedacht en aan hoe ver ze nu van hem vandaan was.
Ze zat in de taxi de uitlaatgassen in te ademen van de oude bus voor hen, terwijl ze keek hoe de meter doortikte. De chauffeur had een gesprek willen aanknopen. “Op vakantie geweest?” had hij gevraagd. Maar ze antwoordde zo kortaf dat hij het al snel opgaf.
Harriet had haar niet verwacht en het was een rotzooi in het appartement. In elke kamer was wel iets van Eduardo: zijn toiletspullen in de badkamer, een paar schoenen op de keukenvloer, zijn spijkerjasje op de stoel in de gang.
Chiara had gelijk gehad, hij en Harriet deelden het bed. Maar hun liefdesleven was blijkbaar te uitbundig om zich tot één kamer te beperken, en in de dagen die volgden wist ze nooit precies wanneer ze hen halfgekleed in de keuken of verstrengeld in de badkamer kon tegenkomen. Ze begon zich een indringer te voelen in het kleine appartement, en hoewel Harriet geen enkele hint had gegeven, kocht Chiara elke dag The Evening Standard en sloeg meteen de rubrieken ‘Te koop aangeboden’ en ‘Flats te huur’ op. Ze werd er niet vrolijker van en algauw begreep ze dat zelfs een klein flatje bij een eindstation van de ondergrondse veel zou opslokken van het geld dat ze had verdiend aan De Britse keukenprinses. De royalty’s sijpelden nog wel binnen, maar de verkoop was afgenomen. Chiara kon er niet langer omheen. Het was tijd om haar uitgeefster Janey op te zoeken en uit te leggen wat er met het beloofde boek over bakken was gebeurd.
Ze belde op en maakte een afspraak. Deze ontmoeting zou geen informeel gesprekje aan een restauranttafel worden. Janey zou haar ontvangen, zo kreeg ze te horen, in de glanzende vergaderruimte van haar grote, succesvolle uitgeverij.
Chiara deed haar best om zich op te knappen. Ze liet haar onwillige haar temmen door een dure kapper en ze kocht nieuwe kleren, een bij elkaar passende lichtblauwe rok en een jasje van een nieuwe designerlijn bij Harvey Nichols.
“Mijn god, je draagt een mantelpakje,” riep Harriet uit toen ze even in The Office binnenwipte om een hartversterkertje te drinken voor ze naar de afspraak ging.
“Als ik het wil opnemen tegen Janey, moet ik eruitzien als iemand die haar taal spreekt,” legde ze somber uit. “Ik moet het hebben over marktstrategieën en hefboomeffecten en productondersteuning.”
Harriet huiverde en schonk haar glas tot de rand toe vol. “Groei me alsjeblieft niet boven het hoofd.”
“Maak je geen zorgen, als Janey het idee voor mijn boek aanneemt, gaat het mantelpakje meteen uit en sluit ik me voorlopig in de keuken op in mijn oude gevlekte schort.”
§
Zoals Chiara al vreesde, ging de bijeenkomst slecht van start. Janey trok een bedenkelijk gezicht toen ze vernam dat het broodboek van de baan was. “Maar ik dacht…ik dacht dat het in kannen en kruiken was. Ik dacht dat je daar de hele tijd aan bezig was.”
“Dat weet ik, sorry.” Meer wist Chiara niet te zeggen.
Janey knipperde even met haar ogen en slikte. “De afdeling marketing heeft al tie-ins voor het boek over brood,” zei ze kortaf. “Er was belangstelling voor een tv-serie en ik weet bijna zeker dat er al sponsors zijn. Je had me wel eens mogen vertellen dat je van gedachten was veranderd voor we al dat werk gingen doen.”
Chiara zat op het puntje van haar stoel en leunde met een in lichtblauw gestoken elleboog op de glazen vergadertafel. “Ik weet het, sorry,” herhaalde ze. “Maar wat ik daarvoor in de plaats biedt is duizendmaal beter dan dat broodgedoe. Laat me het hele idee uitleggen.”
Janey keek haar even aan. Haar blonde haar was zo strak weggetrokken uit haar gezicht dat er bijna een mini-facelift door werd gecreëerd, en haar zwarte kasjmierwollen vest was tot de hals dichtgeknoopt. Ze leek haar stem niet te vertrouwen. Ze was duidelijk uit haar humeur.
Chiara pakte een stapel foto’s uit haar tas. Het waren de foto’s die Paolo had gemaakt, maar bovenop was een foto van Paolo zelf, lachend tegen degene die de camera vasthield, terwijl hij tomatensaus van een houten lepel proefde.
“Zie je deze man hier?” Chiara draaide de foto om naar de uitgeefster. “Ik ben verliefd op hem. Ik weet alleen niet honderd procent zeker of het ooit iets kan worden tussen ons, want de kans bestaat dat hij mijn broer is.”
Janeys ogen waren nu groot en ze had haar wenkbrauwen opgetrokken.
Chiara schoof een foto naar haar toe van Pepina die gnocchi uitrolde op de versleten grenenhouten tafel. “Zie je deze vrouw? Ze is mijn grootmoeder, en door haar heeft mijn moeder bigamie gepleegd.”
Nu had ze Janeys volledige aandacht en ze begon het hele verhaal uit te leggen. “En daar zal mijn boek over gaan,” eindigde ze. “Over mijn zoektocht naar de waarheid over mijn Italiaanse familie en de verrassende gerechten die ik daarbij ben tegengekomen.”
“Mijn god,” zei Janey, onder de indruk. “Het lijkt wel Jerry Springer, maar dan met eten.”
“Nee,” verbeterde Chiara haar. “Het is net Jerry Springer met sensationeel eten.”
§
“Die man.” Janey wapperde met Paolo’s foto. “Kookt hij ook?”
“Nee, de oude vrouw is de kokkin.”
Janey keek weer naar de foto. “God, hij is geweldig, vind je niet? En volgens jou is hij misschien wel je broer?”
Ze was haar boosheid vergeten en begon met stijgend enthousiasme de foto’s te bekijken van Chiara, gebogen boven Pepina’s oude fornuis, en van de oude grenenhouten tafel, beladen met schalen vol gerechten.
“Sommige zijn leuk,” zei ze. “Maar van de meeste gerechten moeten we nieuwe opnamen maken en op de juiste manier stylen, anders lijkt het net kattenvoer.”
“Dat is goed.” Chiara knikte.
“En dat van je vader. Wie is hij precies?” Janeys wangen zagen nu roze en ze had het bovenste knoopje van haar vest losgemaakt.
“Dat is het hem juist, ik heb geen idee. Ik hoop dat door de publiciteit van het boek iemand zich opeens iets herinnert. Tot ik mijn echte vader vind, kan ik geen relatie beginnen met Paolo.”
“Nou, er bestaan toch DNA-tests?” opperde Janey. “Kun je niet een haar of zo van die Marco te pakken krijgen?”
“Daar heb ik natuurlijk wel aan gedacht.” Chiara voelde zich nu ontspannen en ze ging tegen de comfortabele hoge leuning van de stoel zitten. “Maar Marco uitsluiten is niet genoeg. Nee, ik moet mijn vader vinden. Eerder ben ik niet tevreden. Ik wil alles van A tot Z weten.”
Janey wierp een blik op haar horloge. “Het is al laat,” merkte ze op. “Laten we hier weggaan en op de hoek een glas wijn drinken. Ik wil eens een goed, lang gesprek voeren over Italiaans eten.”
Een halve fles witte wijn later was Janey het broodboek vergeten. Chiara kon merken dat allerlei ideeën in haar opkwamen, slimme concepten die Janey zou omzetten in geld opleverende plannen. Maar dat kon haar niet schelen. Chiara wilde gewoon weg, beginnen met het uittesten en verfijnen van de recepten, kijken of de nodige ingrediënten makkelijk te verkrijgen waren, en beginnen met schrijven. Ze had tijd en ruimte nodig om het verhaal van Maria Domenica’s leven te schrijven.
Diep in haar hart geloofde Chiara niet echt dat ze ooit de man zou vinden op wie haar moeder verliefd was geworden tijdens dat jaar in Rome, de man wiens genen zij had. Maar Janey was blijkbaar helemaal weg van het idee. Het persoonlijke element, verbonden met stevige boerengerechten, leek een winnende combinatie te zijn.
“Hoe lang denk je dat je erover gaat schrijven?” informeerde Janey.
Chiara was eerlijk. “Dat weet ik niet. Er is heel veel te doen. Daarbij moet ik naar Liverpool om mijn stiefvader Al ex op te zoeken, en ik wil terug naar Italië om het boek daar af te maken.”
“Ik wil het zo snel mogelijk,” zei Janey kort en bondig. “Is dat afgesproken?”
§
Toen Chiara weer op straat stond, een beetje wazig door de wijn, voelde ze iets van vervoering, meteen gevolgd door opkomende paniek bij de gedachte aan al het werk dat ze moest doen. Ze was de hardst werkende luie persoon die ze kende. Als ze het voor het zeggen had, zou ze alleen voor haar plezier koken en de rest van de tijd doorbrengen met lezen of lange wandelingen maken met Harriets hond. Nu moest elk uur van de dag besteed worden aan hard werken.
Harriet en Eduardo wachtten op haar in The Office met een fles champagne in de koeler en een hijgende Salty aan hun voeten.
“Hoe wist je dat we iets te vieren zouden hebben?” vroeg Chiara.
“Een van ons moet enig vertrouwen in je hebben,” was Harriets antwoord.
“Ik weet het niet.” Chiara keek hoe haar vriendin drie glazen volschonk. “Ik heb zoveel te doen. Ik moet eigenlijk meteen naar boven om te beginnen.”
“Nee, nee.” Harriet schoof haar een vol glas toe. “Je mag eerst een avond feestvieren voor je weer helemaal volwassen en serieus wordt. Maar je mag wel even naar boven om dat vreselijke pakje uit te trekken. Ik denk dat de mensen anders naar je gaan zitten staren.”
Eduardo leek steeds een hand op Harriet te laten rusten, merkte Chiara. Ze vond het bezitterig staan, maar Harriet vond het blijkbaar niet erg. Ze bloeide op door de intimiteit, en haar schoonheid leek nog meer te stralen. Haar hoekige gestalte begon zachte rondingen te vertonen.
De champagnefles was leeg. Met Salty op haar hielen beklom Chiara de krakende trap, verlangend naar haar bed. Op het antwoordapparaat stond een boodschap van Paolo. “Ik mis je, schat,” zei hij. Zijn stem klonk warm en vleiend. “Wanneer kom je terug naar San Giulio?”
Gauw, besloot Chiara. Ze kon niet te lang wegblijven.