Rupert was meer dan inschikkelijk wat Dirk en Mark Antony betrof, alleen mochten ze onder geen voorwaarde in zijn werkkamer komen, anders zouden de vlokken van hun vacht in het rond vliegen - met hen erin. Hij trok de grens bij Loveday. Hij zei dat als de nieuwe huurders van Claremont Lodge één blik wierpen op de doolhof, ze zouden beseffen hoeveel werk er nodig was om die getrimd te houden, en Loveday onmiddellijk in dienst nemen. Bovendien zou hij wegkwijnen als hij gescheiden werd van zijn meesterwerk.

Ik vertelde het nieuws van ons vertrek zo behoedzaam mogelijk. Hij hield op met snoeien en zei: 'Dat wist ik. Ik heb vóór Kerstmis de runen geraadpleegd.'

'We vinden het heel erg om afscheid van je te moeten nemen, Loveday.'

'O, dat geloof ik. Een artiest is niet goedkoop. De waarde van iets wordt het best beseft als het gemist wordt.' Mijn vader gaf hem een royale cheque, die Loveday hooghartig accepteerde, en toen scheidden onze wegen zich.

ik kon niet inpakken zonder dat de tranen over mijn wangen rolden. Maar ik had het gevoel dat ik verraad pleegde jegens het dierbare oude huis toen ik mijn blijdschap niet kon onderdrukken bij het vooruitzicht dat ik bij Rupert en Archie zou gaan wonen. Mijn moeder zei dat ze het te druk had met het inrichten van de cottage om naar de stad te komen en dat het lot van de oude meubels haar onverschillig liet. Dus accepteerde pa Letizia's aanbod om de inboedel te kopen. Het maakte de verhuizing een stuk gemakkelijker, maar toen ik bij het weggaan een laatste blik wierp op de Anoebis-kapstok voelde ik me verre van opgewekt. De claxon van de auto en het gejank van Dirk maakten het echter onmogelijk me over te geven aan melancholieke gedachten, en in een mum van tijd reden we voor het laatst over The Avenue, op weg naar een nieuw leven.

Ik was niet meer in 10 Horn-on-the-Green, Richmond - Ruperts huis - geweest sinds de avond van de party zes maanden geleden, toen ik zijn hulp was gaan vragen om het verdwenen vermogen van de Byngs aan te vullen. De schoonheid ervan drong ten volle tot me door nu er geen gasten waren. Het huis stond midden in een rij vroeg-georgian huizen, die gebouwd waren van roze-rode bakstenen, met lichtgrijs geschilderde ramen en deuren. Het kanaal was een glazig olijfkleurig lint tussen twee groene glooiende oevers en twee rijen bomen die nu besneeuwd waren met tere witte bloesems.

Auto's waren alleen toegestaan in de straat erachter dus droegen we onze koffers door de tuin. Dirk holde over de borders die met wit en blauw beplant waren, en verjoeg een zwerm duiven die rond een prieel trippelden.

Rupert beheerste zich op bewonderenswaardige wijze en zei slechts: 'Ze wennen wel aan elkaar.'

Toen we binnen waren lieten we Mark Antony uit zijn mand. Hij snuffelde rond, plat op de grond, oren in de nek, en onderzocht elke centimeter van elke kamer. Twee dagen lang bleef hij geïrriteerd en zenuwachtig en schreeuwde erbarmelijk omdat hij binnen moest blijven. Daarna hielden we het niet langer uit en lieten hem door de voordeur naar buiten. Hij wandelde naar de rand van het kanaal om in het troebele water te kijken. Zijn koperkleurige ogen glinsterden fel toen hij de kleine bruine visjes zag die heen en weer zwommen. Hij hurkte neer, zijn voorpoot uitgestrekt. Vanaf dat moment was hij een stekelbaarsjunkie, die zijn post alleen verliet om te eten en zijn behoefte te doen.

Toen Ophelia haar eerste bezoek bracht aan Horn-on-the-Green, nam ik haar mee naar boven om haar mijn slaapkamer te laten zien. Een paar minuten bleef ze volkomen stil uit bewondering voor de fraaie stijl. Het behang was Chinees, handbeschilderd met vogels en vlinders. Het bed was een half hemelbed met ijsblauwe taftzijden gordijnen en alle meubels waren van satijnhout.

'Gelukkig, Hat?'

Het was de eerste keer dat ze me zo'n intieme vraag stelde. 'Ja.'

'En pa en ma?'

'Ze lijken allebei in de zevende hemel.'

'Ik bedoelde, hoe denk jij over die scheiding?'

'O. Nou ja. De goede kant is dat het me niet langer de stuipen op het lijf jaagt, ik dacht dat het me kapot zou maken en ik merk dat dat niet het geval is. Ik kan aan het werk blijven, op Cordelia passen, soms vergeet ik het zelfs een tijdje. Niemand kan bij Rupert en Archie wonen zonder heel veel dingen te hebben om blij mee te zijn. Ze zijn allebei erg bedreven in de kunst van het genieten. Ik heb ontdekt dat het iets is dat je kunt leren en ik ben van plan die kunst meester te worden. Ik heb ook ontdekt dat ik nog steeds mezelf ben, en wie en wat dat ook is, het is voldoende om een onafhankelijk bestaan te kunnen leiden. Dat heeft me zelfvertrouwen gegeven. Maar als ik eerlijk ben, zal ik nooit aan die echtscheiding kunnen denken zonder verdriet. Het heeft mijn manier van denken over mijn jeugd veranderd. Ik weet dat het onlogisch is, maar het is of er een donkere sluier is geworpen over mijn herinneringen aan die tijd. Ik kan me die nog steeds herinneren en ik weet dat het een heerlijke jeugd was, maar ik zie het nu altijd met het eind voor ogen. De dood van het kind in me, denk ik. Stom, ik weet het.'

'Je bent altijd hopeloos romantisch geweest. Ik geloof geen seconde dat dat kind verdwenen is. Je ziet er ouder uit, maar in je hart ben je nog steeds een kind. Wacht maar tot je iemand ontmoet met wie je je eigen leven kunt opbouwen. Dan hoef je je niet meer aan het verleden vast te klampen. Dan kun je volwassen worden.' Misschien had ze gelijk. 'Waar is Cordelia?'

'Repetities voor het toneelstuk van school.'

De dag nadat we bij hem in waren getrokken kondigde Rupert tijdens het ontbijt aan dat hij had geregeld dat Cordelia naar de plaatselijke scholengemeenschap zou gaan.

'Dat doe ik niet,' zei Cordelia onmiddellijk.

'Dan ga je bij Waldo en Fleur wonen.'

'Ik snij liever mijn keel door.'

'In de keuken vind je wel iets dat je daarvoor kunt gebruiken. Maar maak geen rotzooi.'

'Jij... jij...' Ik zag dat ze hem niet echt uit durfde te schelden, 'valserik!' eindigde ze zwakjes.

Rupert keek op van zijn krant. 'Als je hier bij ons wilt wonen ga je naar school. Het staat je vrij om bij je vader of je moeder of een van je zusjes te gaan wonen, als ze je willen hebben. En Bron is er natuurlijk ook nog.'

Cordelia stond op van tafel en liep de trap op naar haar kamer, na de deur van de eetkamer achter zich dicht te hebben gesmeten.

'Het spijt me vreselijk -' begon ik.

Rupert keek even op. 'Laten we er geen drama van maken.' Hij richtte zijn blik weer op de krant.

Die avond probeerde Cordelia diverse tactieken. Ze wachtte tot Rupert zich had gewassen en verkleed en een borrel had ingeschonken. We zaten in de zitkamer.

'Het is heel aardig van je om je te bekommeren om mijn opleiding, Rupert,' zei Cordelia.

Rupert glimlachte, streek met zijn lange vingers over de steel van zijn glas. 'Ik weet niet of ik dat aardig zou noemen. Laten we zeggen praktisch. Als je tweederde van het jaar mist, ben je in september behoorlijk achter. Dat is alles.'

'Je hebt vast wel gelijk, maar ik zou thuis wat kunnen lezen, en de meisjes daar zijn waarschijnlijk nogal dom. Ik ontmoette Drusilla Papworth laatst - ze zat bij mij in de klas op St Frideswide's - en ze vertelde me dat ons vroegere schoolhoofd, met wie Harriet het zo aan de stok had, weg is. Dus zou ik waarschijnlijk daar weer naartoe kunnen.'

'Zuster Imelda?' Ik was verbaasd. Ik kon me die school niet voorstellen zonder haar.

'Drusilla zei dat ze een zenuwinzinking had gekregen kort nadat ik van school werd gestuurd.'

'Ik denk niet dat die twee dingen verband met elkaar hielden,' zei Rupert.

Maar ik was daar niet zo zeker van. Ik herinnerde me met een pijnlijk schuldbesef mijn honende opmerking over haar relatie met zuster Justi- nia.

'Frideswide's is te ver weg.' Rupert pakte zijn boek op alsof hij een eind wilde maken aan het gesprek. 'In ieder geval is het allemaal al geregeld.'

'Maar ik ga liever niet naar een openbare school.'

'Waarom niet?'

'Dat heb ik nooit gedaan. Niemand van ons.'

'Het zal je goeddoen om je te moeten aanpassen.'

'Dat is niet eerlijk. Harriet heeft zich nooit hoeven aan te passen,' zei Cordelia verontwaardigd.

'Dan heeft ze een waardevolle ervaring gemist. Waarin verschil jij zo van andere kinderen dat je een speciale behandeling moet hebben?'

'Ik wed dat jij nooit naar een openbare school bent geweest!'

'Nee. En het duurde heel lang voor ik besefte dat die particuliere school me arrogant had gemaakt.'

'Ik zou Harriet niet arrogant willen noemen.'

'Nee. Harriet heeft een ingebouwd correctief tegen een superioriteitsgevoel. Ze heeft een aangeboren respect voor de waarheid.' Ik was verrukt over die onverwachte lof. 'En,' ging Rupert verder, 'een gebrek aan eigenwaan dat leidt tot wat de psychiaters noemen een minderwaardigheidscomplex.'

Dat was minder goed.

'Nou, ik zou niet weten waarom ik goed zou moeten maken dat jij arrogant bent,' zei Cordelia wrokkend. 'Ik ben niet verwaand.'

Rupert glimlachte raadselachtig. 'Ik waardeer je poging om redelijk te zijn, Cordelia, maar ik verzeker je dat niets me van mening zal doen veranderen. Als je hier bij ons wilt wonen begin je morgenochtend op de Arthur Brocklebuck-school.'

'Morgen!' Cordelia begon te huilen. 'O nee! Alsjeblieft, Rupert, nee! Dat zou ik niet kunnen verdragen. Geef me een week of twee om aan het idee gewend te raken. Dit is te erg!' Ze sloeg haar handen tegen elkaar en viel op haar knieën voor hem op de grond, terwijl dikke tranen over haar wangen rolden. 'Ik moet eraan wennen dat ik het product ben van een gebroken gezin,' jammerde ze. 'Ik zal alles doen om het je naar de zin te maken. Ik zal je thee op bed brengen en een paar pantoffels voor je borduren. Ik zal alles afwassen. Ik zal het bad schoonmaken. Ik zal zelfs je sokken wassen -'

'Hoor eens, Cordelia.' Rupert sprak op vastberaden toon. 'Die roerende zelfopoffering is onnodig. Ik ben geen despotische pater familias die gunstig gestemd moet worden. Bovendien hebben we een uitstekende dagelijkse hulp die zich enorm zou ergeren als we ons met haar werk bemoeiden. Ik vraag alleen maar van je dat je ophoudt met die komedie. Bewaar dat voor het toneel. Er is niets mis met het sterk aanvoelen van dingen, maar pretendeer niet wat je niet voelt.'

Cordelia hield op met huilen. Ze stond op en bleef met geheven hoofd en trillende lippen staan, een toonbeeld van gekwetste onschuld. 'Op een dag, Rupert Wolvespurges, zul je er heel erg veel spijt van hebben dat je zo beestachtig tegen me geweest bent. Je bent de meest vergiftigde man die ik ooit ontmoet heb!'

Rupert was vriendelijk genoeg om te wachten tot ze boven was en buiten gehoorsafstand voor hij hardop begon te lachen.

De volgende ochtend liep Cordelia zwijgend en verbitterd met me naar het onaantrekkelijke gebouw van glas en baksteen van de Arthur Brock- lebuck-scholengemeenschap. Ze hadden ons gevraagd vroeg te komen, voordat de school begon, zodat ze boeken en een tafel en een rondleiding door de school kon krijgen. Miss Savage, de onderdirectrice, had veel haar en dikke lippen. Ze zag er moe en humeurig uit. Ik werd meteen weggestuurd, alsof ik een leerling was die zich slecht gedroeg en haar tijd verspilde. Cordelia had me aangekeken met ogen die me van verraad beschuldigden. Maar toen ik haar aan het eind van de eerste dag met angst en beven ging afhalen zag ik haar tot mijn verbazing zwaaiend met haar schooltas, met verende tred en een glimlach om haar lippen naar me toe lopen.

'Hoe was het?'

'Interessant.'

'Aardige meisjes?'

'O, ja, ik geloof het wel.'

Ze leek nauwelijks te luisteren. Ik probeerde het nog eens.

'Hoe waren de docenten?'

'Het gebruikelijke armzalige stelletje. Triest eigenlijk. De toneeldocent kan ermee door.'

'O, mooi. Je zult het fijn vinden om de kans te krijgen wat toneel te spelen.'

'Hm.'

Het leek niet voldoende om de voldane glans in haar ogen te verklaren. 'Had je iemand om mee te praten tijdens de pauze?'

'O, ja. Als ik er een woord tussen kon krijgen tenminste. Ze wilden mij zo graag alles over zichzelf vertellen. Degenen die me niet zwijgend vereerden.'

'Vereerden! Je bedoelt dat ze het ontdekt hebben van pa?'

Cordelia keek minachtend. 'Ze vereerden mij. Jason zei dat ik het meest sexy, mooiste meisje was dat hij ooit had gezien.'

Dom genoeg was het niet bij me opgekomen dat er ook jongens op school zouden zijn. Ma had een opleiding op een kloosterschool voor ons gewild, dus hadden we geen ervaring met gemengde scholen. 'O. Zit Jason bij jou in de klas?'

Cordelia keek me geduldig en vol medelijden aan. 'Je denkt toch zeker niet dat ik met twaalfjarige kinderen uit wil, idioot? Jason is de hoofdmonitor.'

'Bedoel je dat hij achttien is?'

'Ik moet je bekennen dat ik niet om zijn paspoort gevraagd heb,' zei Cordelia sarcastisch. 'Maar hij scheert zich en heeft de baard in zijn keel.'

Vriendschappelijke nieuwsgierigheid leek me de beste benadering. 'Is hij knap om te zien?'

'Niet slecht. Maar een stuk minder dan Zak.' Ze sloot haar ogen en haalde diep adem. 'Zak is Captain of Games, het hoofd van de sport, en alle meisjes zijn verliefd op hem. Hij gaat zaterdag met me naar de bioscoop.'

'Wat moeten we doen?' vroeg ik die avond aan Rupert na vier telefoontjes te hebben beantwoord van gretige mannelijke pubers die Cordelia te spreken vroegen.

We zaten in het prieel, dronken chablis en aten verrukkelijke wal- nootsablés, die Archie had gemaakt. De zon was warm. De duiven koerden rond onze voeten, hopend op kruimels. Dirk hief zijn lip op als ze te dichtbij kwamen, maar zat ze niet meer achterna. Ik had een paar hartige woorden met hem over dat onderwerp gesproken.

'Doen? Ik denk dat ik een extra lijn zal laten installeren.'

'Ik bedoel aan al die jongens die achter Cordelia aan zitten.'

'Daar is niets aan te doen. Dat is blijkbaar al een paar honderdduizend jaar aan de gang.'

'Maar ze is pas twaalf!'

'Het zal een onschatbare ervaring zijn. Je kunt mensen geen dingen leren door ze op te sluiten. Zorg ervoor dat ze alles weet over zwangerschap en ziektes. Je kunt haar vertellen over de onverbiddelijke drang van testosteron in de mannelijke jeugd, en het verschil tussen wellust en liefde.'

Archie zuchtte. 'Ik wou dat iemand mij eens wilde leren wat het verschil is. Als een twaalfjarige dat kan weten moet de gave van het inzicht mij ontbreken. Ik blijf maar denken dat ik het doorheb, maar steeds weer blijk ik het verkeerd te hebben.'

Ik keek strak en pijnlijk verlegen naar mijn sablé. Het zag er dus naar uit dat Rupert en Archie een 'vrijblijvende' relatie hadden. Natuurlijk wist ik, van horen zeggen in ieder geval, dat mannelijke homo's promiscue waren. Maar ik kon me niet voorstellen dat Rupert zou genieten van een kort avontuurtje. Of misschien wilde ik het niet. Natuurlijk kwam een seksuele bevrediging in een openbaar toilet voor geen van beiden in aanmerking. Misschien ontmoetten ze jonge mannen op party's en namen zij ze mee naar Horn-on-the-Green. Dat was heel beslist niet gebeurd in de tijd dat Cordelia en ik hier woonden, maar dat was pas twee dagen. Misschien was onze aanwezigheid een vervelend obstakel voor hun gebruikelijke levenswijze.Ik keek even naar Rupert. Hij keek me met half gesloten ogen aan. Hij glimlachte en ik had het onrustige idee dat hij mijn gedachten geraden had. Ik voelde me blozen.

'Daar gaat de telefoon weer,' zei ik, toen ik hem hoorde rinkelen. 'Ik ga wel. Het zal wel voor Cordelia zijn.' Ik was blij dat ik een excuus had om met mijn gloeiende gezicht te verdwijnen.

'Hallo?' zei ik.

'Met wie?' Het was de stem van een vrouw. Scherp, bijna beschuldigend.

'Harriet.'

'Harriet wie?'

'Harriet Byng.'

Even was het stil. 'Ik wil Rupert spreken.'

'Ik zal hem halen. Met wie kan ik zeggen?'

'Leah. Niet dat het u iets aangaat.'

Ik liep de tuin in. 'Het is Leah.'

Rupert kreunde. 'Je hebt toch niet gezegd dat ik er was?'

'Ik heb het gesuggereerd.'

'Nou zeg maar dat ik uit ben gegaan, wil je?'

Ik ging terug naar de telefoon. 'Ik ben bang dat hij net naar buiten is gegaan.'

'Ik geloof je niet. Ik kom langs.'

Ik hoorde de klik toen ze ophing.

'Ze geloofde me niet. Ze komt langs,' herhaalde ik plichtsgetrouw toen ik weer de tuin inliep.

Rupert vloekte zachtjes. 'Ik weiger een scène. Dat weiger ik absoluut. Ik heb een erg vermoeiende dag achter de rug.'

'O, hemel, en je hebt het al zo moeilijk gehad met Cordelia's school,' zei ik. Ik voelde me schuldig.

'Begin jij nou niet ook nog,' zei Rupert, heel onredelijk.

'We kunnen weigeren haar binnen te laten,' zei Archie.

Ik vroeg me af wie Leah kon zijn en wat voor dringende zaken haar noopten ongevraagd bij Rupert binnen te vallen.

Toen Cordelia kwam om te zeggen dat iemand bezig was de voordeur in te rammen en of ze open moest doen, zei Rupert knorrig: 'Laat haar binnen. We zullen door de zure appel heen bijten.' Hij keek naar ons met opgetrokken wenkbrauwen. 'Als jullie het niet erg vinden om even te verdwijnen, denk ik dat ik haar gemakkelijker kwijt kan raken als ze niet de kans krijgt om te gaan zitten.'

Hij zette het glas op tafel en ging bij de fontein staan, met over elkaar geslagen armen en een vijandig gezicht. Archie en ik bleven bijna in de deuropening steken toen we halsoverkop wegrenden, maar niet voordat ik een glimp had opgevangen van een lang meisje met een hooghartig gezicht en lang blond haar dat met grote passen door de gang liep.

'Wie is dat?' vroeg ik zodra Archie en ik alleen in de keuken waren.'Leah Wyldbore Pater. Een verschrikkelijk mens. Beeldhouwster. Sculpturen. Scalpturen, liever gezegd. Een bidsprinkhaan.'

'Je mag haar niet erg.'

'Ik heb tegen Rupert gezegd dat hij zich niet met haar moest inlaten. Maar wie luistert ooit naar goede raad?'

'Je bedoelt dat Rupert een relatie met haar had?'

'Niet te geloven, hè? Hij hoorde beter te weten. Ik kon zien dat ze moeilijkheden betekende vanaf het moment dat ze op een party naar ons toekwam en net deed of ze Rupert al eerder ontmoet had. Maar ik geef toe dat mijn oordeel niet vertroebeld werd door wellust. Ik moet bekennen dat ik zelf ook een paar keer een ernstige fout heb gemaakt als ik werd opgezweept door begeerte.'

Ik vónd het ongelooflijk. Maar niet om de reden die Archie dacht. Er waren biseksuelen in het theater zoals overal elders, maar voor mij waren die een onbekende kwantiteit. Nu ik erover nadacht leek mijn beeld van Rupert te veranderen. En mogelijk bedreigender te worden. De gedachte aan hem als een man die niet binnen bereik lag, was bitterzoet en schrijnend geweest. Nu, in theorie althans, was hij dat niet langer, en het abrupte besef van diverse mogelijkheden maakte me pijnlijk gespannen en deprimeerde me tegelijk onuitsprekelijk.

'O, ja,' zei ik ten slotte, me ervan bewust dat Archie met het aardappelmesje in de hand naar me stond te kijken. 'Natuurlijk. Ik heb me belachelijk gemaakt met Max. Ik denk dat iedereen dat weieens doet.'

'Hm.' Archie bleef me aankijken. 'Ik kan zien dat het je een schok heeft gegeven dat Rupert net is als elke andere man - impulsief en geneigd te blunderen in de slaapkamer. Waarschijnlijk heb je een afkeer van melodrama verward met een gebrek aan vleselijke lusten. Rupert heeft het grootste deel van zijn leven doorgebracht met mensen van het theater. Omdat hij zelf niet op het toneel staat, vindt hij het vermoeiend. Hij maakt in mijn geval een uitzondering omdat hij weet dat ik geen reactie verwacht op mijn melodrama. Ook kan ik koken en autorijden en de dagelijkse gang van zaken in zijn leven organiseren, wat hij niet zelf wil doen. En,' Archie probeerde bescheiden te kijken, 'ik geloof dat ik in alle oprechtheid kan zeggen dat hij veel om me geeft.'

'Dat weet ik wel zeker,' zei ik.

Een plotseling geschreeuw - van angst of van woede - drong van buiten de keuken in. Archie keek me veelbetekenend aan.

'Warm hier binnen, vind je niet?'

Hij maakte een sprong naar het raam en opende het. Een seconde later stond ik naast hem, en we spitsten onze oren. De keuken was in het souterrain en het raam werd afgeschermd door een heg aan de andere kant van het terrein. We konden elk woord horen zonder gezien te worden.

'... durf je me zo te behandelen!'

'Hoe?'

Rupert slaagde erin zowel verveeld als geërgerd te klinken.

'Je denkt dat je me op kunt pikken en dan als een vuile handschoen laten vallen!'

'Ik meen me te herinneren dat jij mij oppikte.'

'Hufter! Ik hoefde je niet echt naar bed te sleuren, hè?'

'Ik geef toe dat ik gewillig meeging.'

'Je was als een hond die achter een haas aanzit! Je nam wat je wilde en ging toen weg zonder zelfs maar om te kijken.'

'Het heeft toch een paar weekends geduurd? Ik was me er niet van bewust dat ik voor meer getekend had.'

'Je bent net als alle mannen. Je interesseert je maar voor één ding - een goeie neukpartij en dan adieu.'

'Als je iets anders wilde had je me dat meteen moeten vertellen.'

'En ik veronderstel dat je liefde zou hebben beloofd en me dan had laten vallen zodra je had gekregen wat je wilde.'

'Als je me verteld had dat je liefde wilde, dan hoop ik dat ik van de rest zou hebben afgezien, al was het aanbod verleidelijk. Een gevoel van zelfbehoud zou hebben gemaakt dat ik me had teruggetrokken.'

'Dus je vindt dat ik goed genoeg ben voor seks maar niet voor liefde!' schreeuwde Leah.

'Ongetwijfeld zijn mijn opvattingen allerminst representatief,' zei Rupert met bedrieglijke vriendelijkheid.

We hoorden het geluid van een klap.

'Als je me nog eens slaat, sla ik terug - hard.' Ik kon horen dat hij nu echt kwaad was.

'O, Rupert, het spijt me.' Leah was plotseling in tranen. 'Als je maar begreep hoeveel verdriet je me doet. Ik hou van je. Alsjeblieft. Heb medelijden met me.' Toen zachter, trillend van emotie: 'Kus me.'

Archie en ik wisselden een blik.

'Als ik geloofde dat je dat werkelijk meende,' zei Rupert op zachtere toon, 'zou het me verschrikkelijk spijten dat ik je ongelukkig heb gemaakt. Gelukkig doe ik dat niet. Liefde is niet iets dat in een paar weekends opkomt. We kennen elkaar nauwelijks.'

'O, wat ben je gemeen!' Ze snikte. 'Je breekt mijn hart! Wat heb ik gedaan dat je niet van me kunt houden?'

Hm.' Rupert sprak met een dodelijk effect. 'Ik vind morele chantage nogal onaantrekkelijk. En ik hou niet van clichés, niet in woorden en niet in gedrag.'

'Schoft die je bent! Ik moet gek zijn geweest om te denken dat ik van je hield. Goedendag, Rupert Wolvespurges, en ik hoop dat je rot in de hel!'

Het geluid van hollende voetstappen door het huis gevolgd door het slaan van de voordeur deed het huis op zijn grondvesten trillen.

'Bravo!' schreeuwde Archie.

Ruperts gezicht verscheen boven de heg. Ik zag een roze plek op zijn wang. 'Schandelijk van jullie om te luisteren naar een pijnlijke private woordenwisseling. Harriet, ik had wat beters van je verwacht.'

'Sorry. Maar je hebt het heel goed gedaan. Alleen - dat arme kind - ik heb ontzettend medelijden met haar.'

'Niet doen.' Hij klopte zachtjes op zijn gezicht. 'Ze heeft bijna mijn kaak gebroken, ik vraag me af waar ze zo heeft leren slaan.'

'Ik vind het ongelooflijk sexy,' zei Archie. 'Ik zie groen van jaloezie.'

Daarna ging alles een tijdlang zijn gewone gangetje. Rupert zei een paar keer dat hij spijt had van de extra telefoonlijn, want beide telefoons rinkelden nu zonder ophouden en we namen de gewoonte aan om na acht uur de stekker eruit te halen om van een rustige avond te kunnen genieten.

Maar Cordelia en Rupert kregen weer ruzie. Toen Zak aanbelde om Cordelia af te halen en met haar naar de bioscoop te gaan, hoorde ik tot mijn verbazing dat Rupert hem vroeg in zijn werkkamer te komen. Archie en ik hadden geprobeerd aan de deur te luisteren, maar die was voor de achttiende eeuw gebouwd, en we hoorden niet meer dan een zacht gemompel.

'Ik heb hem alleen gevraagd of hij wist hoe oud Cordelia was,' zei Rupert toen we hem later ernaar vroegen. Blijkbaar had Cordelia hem verteld dat ze zestien was. Ze verklaarde het feit dat ze in een lage klas zat door te beweren dat ze een paar jaar met tb in een Zwitsers sanatorium had doorgebracht, waardoor ze achter was geraakt met haar schoolwerk. Ik zei tegen Zak dat een romantisch afspraakje met een meisje van twaalf zijn publieke imago zou kunnen beschadigen en herinnerde hem eraan dat de wet bezwaar maakte tegen seks met kinderen. Daarna bleek hij graag te willen vertrekken.'

De scène die volgde toen Cordelia beneden kwam was heftig maar kort. Het is moeilijk om te blijven gillen tegen iemand die beleefd wacht tot je klaar bent en dan zonder commentaar verder gaat lezen in zijn boek.

De volgende dag, toen Cordelia er bleek en uitgeput uitzag door afwisselend pruilen en snikken, had Rupert een gesprek met haar. Toen ik haar verhaal hoorde, was ik diep onder de indruk van de slimme manier waarop hij het had aangepakt. Blijkbaar had hij haar verteld dat liefdesrelaties die halsoverkop, zonder erbij na te denken werden aangegaan, met mensen wie het ontbrak aan ervaring en finesse, de tere bloem van de romantiek voorgoed zouden verwoesten. Er waren subtiliteiten en raffinementen die volwassenheid vereisten, en het zou jammer zijn als een grote schoonheid zich te grabbel gooide aan de eerste de beste groezelige schooljongen die zich aanbood. Het zou geen inspirerende lectuur zijn in latere biografieën.

In ieder geval was het eindresultaat dat Zak Cordelia's ware leeftijd liet circuleren onder zijn leeftijdgenoten, en de oudere jongens stopten met bellen. Cordelia was niet van plan haar schoonheid te verspillen nu ze zich had voorgenomen de kunst van de koketterie te leren. Archie gaf haar een boek over geisha's, waarin ze zich verscheidene weken verdiepte. En omdat ze Viola zou spelen in de schoolopvoering van Twelfth Night had ze voorlopig voldoende om haar bezig te houden.

We werkten allemaal hard aan onze diverse roepingen, en als we doodmoe thuiskwamen had Archie de wijn koel gezet en stonden er verrukkelijke dingen op het fornuis. Omdat Rupert zich in een cruciale repetitieperiode bevond, ontvingen we niemand anders dan soms pa en Pussyfoot en vaker Ophelia en Charles. Rupert zei dat hij zich een voyeur voelde als hij hen samen zag.

Als ik erop terugkijk was het een periode van geluk, die slechts door een enkele tegenslag werd verstoord, bijvoorbeeld toen Podmore de deur van zijn kantoor lang genoeg opendeed om te schreeuwen: 'Deb ontslagen wegens overstileren,' voor hij hem weer hard dichtsmeet. Ik geloofde echt dat mijn carrière voorbij was en begon mijn boeltje bijeen te pakken - een ballpoint, twee potloden en een vlakgom - al kon ik nauwelijks iets zien door mijn tranen. Muriel zei dat ik er geen acht op moest slaan. Hij had iedereen al een keer ontslagen, maar het werd nooit waargemaakt. Bovendien zou de vakbond er dan wel iets over te zeggen hebben. Een uur later stuurde Podmore me naar de Brixton Ro- dent Show alsof er niets gebeurd was.

De brieven van Max kwamen nu minder vaak. De laatste droeg het poststempel Rio de Janeiro. Ik gooide hem ongelezen weg.

Maria-Alba bleef schrijven, steeds verstandiger. Eindelijk schreef ze om te vertellen dat ze besloten had een novice te worden, nadat haar de alleenheerschappij in de keuken was beloofd omdat de artritis van zuster Mary-Joseph een probleem was geworden. Mijn eerste reactie was ontzetting. Aanvankelijk dacht ik dat ik me ongerust maakte over Maria-Alba, maar toen ik de kans kreeg om erover na te denken besefte ik dat mijn wanhoop volslagen egoïstisch was. Het gezin waar ze van hield was uiteengevallen, haar thuis bestond niet meer. Ik kwam al snel tot het inzicht dat dit de beste oplossing was.

Het enige wat haar speet was dat ze afscheid moest nemen van ons gezin en van mij in het bijzonder. Ze mocht een paar bezoekers ontvangen om afscheid te nemen. Wilde ik komen?

Natuurlijk ging ik, de week daarop. Het klooster was een grimmig Victoriaans gebouw, maar op het binnenplein bloeiden oranje Oost-Indische kers en vuurrode zinnia's. De nonnen begroetten me als een oude vriendin, hun glimlachende gezichten zonder rimpels van twijfel of verdriet. Ik werd naar de bezoekersruimte gebracht. Maria-Alba, die voortaan bekend zou staan als zuster Veronica John, wachtte aan de andere kant van een traliehek. De spijlen deden me onaangenaam denken aan de bezoeken aan mijn vader in de gevangenis.

We huilden toen we elkaar zagen. Maria-Alba had mijn leven lang onvoorwaardelijk van me gehouden en ik was haar meer schuldig dan ik kon zeggen. Maar ze verzekerde me dat ze gelukkig was.

Ik ging weg met het gevoel dat ook al zouden Maria-Alba en ik elkaar nooit meer zien, we intens van elkaar hielden en elkaar begrepen. Ik huilde op weg naar huis in de bus, niet van droefheid, maar omdat ik diep ontroerd was. En ook omdat er weer een deel van mijn jeugd voorgoed verdwenen was. Gelukkig kon ik stilletjes naar binnen sluipen om alle sporen van mijn tranen te verwijderen voor we aan tafel gingen, zodat ik Rupert niet hoefde te ergeren.