Voor de pessimist is het glas half leeg. Voor de optimist is het half vol. Dit boek gaat uit van een derde benadering: waar is de kraan?
Berthold Gunster (1959) is grondlegger van de Ja-maar® Filosofie. Zijn eerste boek Ja-maar ® wat als alles lukt is een bestseller en is vertaald in het Engels. Hij verzorgt onder de noemer Ja-maar® trainingen en workshops over cultuur, communicatie en leiderschap bij bedrijven en instellingen, waaronder de landelijke overheid, Albert Heijn, ABN Amro, Shell en Unilever.
Meer dan 275.000 mensen in binnen- en buitenland volgden inmiddels een Ja-maar® programma.
Recensie(s)
Aan de hand van eenvoudige voorbeelden uit het dagelijks leven en de zakelijke wereld schetst de auteur een beeld van zijn 'ja-maar filosofie' en de daarbij behorende techniek: de techniek van het omdenken. De basis van dit boek is eenvoudig. Het gaat over de omslag van het denken in problemen naar het denken in mogelijkheden. Van ja-maar naar ja-en. De lezer kiest uit vijftien strategieen de strategie die het beste bij een probleem past. Bij elke strategie wordt aan de hand van voorbeelden uitgelegd wat de strategie inhoudt. Bij de strategie van het verleiden gebruik je bijvoorbeeld het verlangen van een ander om je eigen mogelijkheden te creeren. De vele voorbeelden in dit boek verduidelijken veel, maar laten de lezer ook dwalen: pas aan het eind wordt duidelijk wanneer je welke strategie het beste kunt inzetten. De auteur geeft trainingen en workshops in het bedrijfsleven over cultuur, communicatie en leiderschap. Dit is het tweede boek van zijn hand over de ja-maar filosofie, na 'Ja-maar, wat als alles lukt?' (2005)*.
Ja maar, ja maar en nog eens ja maar. We horen het elke dag zo vaak dat we er gefrustreerd van raken. Ja-maar als levenshouding lijkt dan ook niet erg vruchtbaar. Het is voorzichtig, argwanend en defensief. Het maakt mensen tot buitenstaander van hun eigen leven. Nadenken over het leven is tenslotte iets anders als er aan deelnemen. Dit boek gaat in op het hoe en waarom van Ja-maar en vooral over de twee alternatieven: Ja-en en Nee-want.
Ieder hoofdstuk in dit boek begint met een foto. Het zijn verhalen met een Amerikaans positivisme voor sombere, ongelukkige, onzekere en depressieve mensen. Ja-maar (de titel) betekent bedenken wat er zou moeten zijn, maar wat er niet is. Ja-en is zien wat er wel is en wat je ermee zou kunnen. Het eerste gaat over angst voor de dood, eenzaamheid en een betekenisloos leven. Deze angsten vormen het ja-maar-gedrag. Laat daarom de illusie los, dat de wereld maakbaar zou zijn. Het ja-en geeft vertrouwen. De lessen uit dit boek zijn er om stress te reduceren en dat om te zetten in scheppende energie. Als je de verhalen en ervaringen van mensen die in dit boek de revue passeren, moet geloven, dan zal dat ook lukken. Zeg daarom ja tegen zijn, zeg ja tegen de werkelijkheid, zeg ja tegen dit leven, tegen je intuitie, tegen je vermogens, je verlangens, je doelen. Zeg ja tegen anderen, tegen elke gebeurtenis en zeg ja tegen doen. Ieder hoofdstuk werkt een van de genoemde themata uit. Vooral met geslaagde voorbeelden van mensen en hun verhalen, of zoals deze door de schrijver zijn geinterpreteerd. Het zijn de ervaringen van de deelnemers aan de trainingen van de schrijver. Uiteindelijk gaat het om de flow en dat het ja-maar dus een proberen wordt en ja-en doen. Met een literatuuropgave.
We use cookies to understand how you use our site, to personalize content and to improve your experience. By continuing to use our site, you accept our use of cookies and you agree with Privacy Policy and Terms of Use