Dinsdag 9 maart 1999

Toen Siobhan om zes uur 's morgens een auto voor de deur hoorde stilhouden, deed ze een schietgebedje - zij het met weinig hoop dat het verhoord zou worden - dat ze Rosheen hadden gevonden en haar nu thuisbrachten. Met grote wallen onder haar ogen door slaapgebrek deed ze de voordeur open en keek de twee politiemannen aan die daar voor haar stonden. Ze zagen er in de grijze ochtendschemering uit als geestverschijningen. Boodschappers van het Noodlot, dacht ze, terwijl ze hun bezorgde gezichten bestudeerde. Ze kende de mannen. Een van hen was de inspecteur, en de andere de jeugdige agent die haar de avond daarvoor het stopteken had gegeven. 'U kunt maar beter even binnenkomen, geloof ik,' zei ze terwijl ze de deur openzwaaide.

'Danku.'

Ze ging hen voor naar de keuken, ging weer op het kussen voor het fornuis zitten en nam Patch in haar armen. 'Dit is Brideys hond,' zei ze tegen de mannen, en aaide hem over zijn snuit. 'Ze is dol op hem. En hij is dol op haar. Het is alleen een waakhond van niks. Hij lijkt eigenlijk een beetje op Bridey...' - de tranen sprongen haar in de ogen - '... hij is niet erg slim... en niet erg dapper... maar zó ontzettend lief.'

De twee politiemannen wisten met hun houding geen raad, wisten niet of ze konden gaan zitten of niet en wisten ook niet wat ze moesten zeggen.

'Jullie zien er vreselijk uit,' zei ze met haperende stem, 'dus ik neem aan dat jullie me komen vertellen dat Rosheen dood is.'

'We weten het nog niet, mevrouw Lavenham,' zei de inspecteur terwijl hij een stoel omdraaide en tegenover haar ging zitten. Hij gebaarde naar de agent dat hij hetzelfde moest doen. 'We hebben een lichaam gevonden in de keuken, maar het zal nog wel even duren voordat...' Hij zweeg omdat hij niet wist hoe hij verder moest. 'Ik moet u zeggen dat het lichaam zo erg was verbrand dat het onherkenbaar was. Het wachten is op het rapport van de patholoog. Pas dan zullen we weten hoe oud het slachtoffer was en...' - weer zweeg hij even -'... of het een man of een vrouw was.'

'O, mijn god,' zei ze dof. 'Dan moet het Rosheen zijn.'

'Waarom zou het volgens u niet Liam of Bridey kunnen zijn?'

'U hebt hen toch voor de duur van de rechtszaak in Winchester ondergebracht?'

Hij schudde zijn hoofd. 'Daar zijn ze niet meer. Het schijnt dat niemand ze meer heeft gezien nadat we ze er gisteren na de zitting heen hebben gebracht.'

'Is er dan geen mannetje van u bij hen?'

'Dat was niet nodig, mevrouw Lavenham. Ze hadden een directe verbinding met het politiebureau daar, en we hebben er 's nachts regelmatig een surveillanceauto langs laten rijden. Onze enige zorg was dat er van buitenaf problemen zouden ontstaan, niet dat ze zonder ons daarvan op de hoogte te stellen terug zouden gaan naar huis.' Hij wreef over zijn kin. 'Op het grasveld bij het grote huis hebben we verse bandensporen gevonden. Volgens ons heeft Liam daar zijn Ford neergezet en is toen met Bridey in de rolstoel het grasveld overgestoken en via het hek naar het voetpad gegaan dat langs hun huis loopt.'

In verwarring schudde ze haar hoofd. 'Maar waarom hebt u dan niet drie lichamen gevonden?'

'Omdat de stationcar er nu niet meer staat, mevrouw Lavenham. De persoon die we in Kilkenny Cottage hebben gevonden, is gestorven door toedoen van Liam O'Riordan.'

Woensdag 10 februari 1999

Toen het gesprek met de inspecteur afgelopen was, stond ze op. 'Weet u wat ik bij jullie Engelsen nog het meeste verafschuw?' vroeg ze.

Hij schudde zijn hoofd.

'Dat het nooit bij jullie opkomt dat je het bij het verkeerde eind zou kunnen hebben.' Ze legde haar hand op de brief met de uitgeknipte letters op het bureau. 'En in dit geval hebben jullie het verkeerd. Bridey vindt mijn mening belangrijk - ze vindt mij belangrijk - en niet omdat we allebei uit Ierland komen, maar omdat ik de werkgeefster ben van haar nicht. Ze zou nooit iets doen wat Rosheens positie bij ons zou kunnen ondermijnen, want Rosheen en ik zijn haar enige steunpunten in Sowerbridge. Wij doen de boodschappen voor haar, we doen ons best om haar te beschermen en ze kan bij ons terecht wanneer het moeilijk wordt. Bridey zou in geen enkele omstandigheid vervalst bewijsmateriaal aan mij geven omdat ze veel te bang is dat ik mijn handen van haar af zou trekken en Rosheen ertoe zou overhalen hetzelfde te doen.'

'Dat kan waar zijn, mevrouw Lavenham, maar het kan nooit een argument zijn dat u voor de rechtbank zou kunnen aanvoeren.'

'Het is mij niet om een juridisch acceptabel argument te doen, inspecteur. Het gaat mij er alleen maar om u ervan te overtuigen dat er in Sowerbridge sprake is van terreur tegen de O'Riordans, en dat hun leven gevaar loopt.' Ze keek hoe hij zijn hoofd schudde. 'U hebt totaal niet geluisterd naar wat ik gezegd heb, hè? U denkt dat ik Brideys kant kies omdat we allebei uit Ierland komen.'

'Is dat dan niet zo?'

'Nee.' Ze zuchtte en ging rechtop zitten. 'Elkaar steunen is iets wat niet thuishoort in de Ierse cultuur, inspecteur. Wij Ieren houden er eigenlijk alleen van om elkaar te bestrijden. Ik dacht dat iedere Engelsman dat toch wel wist...'

Dinsdag 9 maart 1999

Het bericht dat de zaak tegen Patrick O'Riordan was aangehouden in afwachting van de resultaten van het onderzoek van de politie naar de verdwijning van zijn ouders en zijn nicht werd in de nieuwsberichten van twaalf uur voorgelezen, maar Siobhan zette de radio uit voordat haar twee jongens zouden kunnen horen over wie het ging. Ze hadden de hele ochtend met grote ogen zitten kijken hoe een heel regiment politiemannen Rosheens kamer in en uit was gelopen op zoek naar een aanwijzing waaruit af te leiden zou zijn waar ze heen was gegaan. Siobhan had het heel onheilspellend gevonden dat ze de haarborstel van het meisje, een paar tissues uit haar prullenbak en een stapeltje vuile was hadden meegenomen om de patholoog-anatoom materiaal te verschaffen voor zijn vergelijkend   DNA-onderzoek .

Ze had tegen de jongens gezegd dat Rosheen er niet was geweest toen ze de vorige avond thuis was gekomen, en dat ze, omdat ze bezorgd was, de politie had gevraagd haar te helpen zoeken.

'Ze is naar tante Bridey gegaan,' zei James, die zes jaar was.

'Hoe weet je dat, lieverd?'

'Omdat oom Liam had gebeld om te zeggen dat tante Bridey zich niet lekker voelde.'

'Heeft Rosheen dat tegen je gezegd?'

Hij knikte. 'Ze zei dat ze niet lang weg zou blijven, en dat ik moest gaan slapen. Dus dat heb ik gedaan.'

Ze drukte een kus op zijn voorhoofd. 'Goed zo, m'n jongen.'

Oliver en hij zaten aan de keukentafel te tekenen, maar James begon ineens zijn potlood heen en weer te halen en de tekening waaraan hij bezig was door te krassen. 'Is het omdat oom Patrick die mevrouw heeft doodgemaakt?' vroeg hij.

Siobhan keek hem even onderzoekend aan. Ze had er toch geen twijfel over laten bestaan... wat je ook doet, Rosheen, vertel de kinderen alsjeblieft niet dat Patrick beschuldigd wordt van... 'Ik wist niet dat je dat wist,' zei ze luchthartig.

'Iedereen weet het,' zei hij ernstig. 'Oom Patrick is een monster en hij moet opgehangen worden.'

'Goeie hemel!' riep ze uit terwijl ze een glimlach op haar lippen dwong. 'Wie heeft dat gezegd?'

'Kevin.'

Haar woede voelde aan als strak aangetrokken knopen in haar borst, lan had na het incident in de schuur een duidelijk ultimatum gesteld... je mag Kevin ontmoeten in je vrije tijd, Rosheen, maar niet wanneer je op de kinderen past... 'Kevin Wyllie? De vriend van Rosheen?' Ze hurkte naast hem neer en streek een lok van zijn voorhoofd. 'Komt hij hier vaak?'

'Rosheen zei dat we het niet mochten vertellen.'

'Maar ik denk niet dat ze bedoelde dat je het niet aan mij mocht vertellen, lieverd.'

James sloeg zijn dunne armpjes om haar hals en drukte zijn wang tegen de hare. 'Ik denk het wel, mammie. Ze zei dat Kevin haar kop eraf zou trekken als wij er iets over tegen jou en pappie zouden zeggen.'

Dinsdag 9 maart 1999 - later

'Ik kan er niet bij dat ik dit heb laten gebeuren,' zei ze tegen de inspecteur terwijl ze geagiteerd op en neer liep in haar huiskamer. 'Ik had naar lan moeten luisteren. Hij hoefde Kevin maar één keer te zien om te weten dat hij niet deugde.'

'Rustig aan, mevrouw Lavenham,' zei hij zachtjes. 'Ik denk dat uw kinderen alles kunnen horen wat u zegt.'

'Maar waarom heeft Rosheen niet tegen me gezegd dat Kevin haar bedreigde? Ze moet toch geweten hebben dat ze mij kon vertrouwen. Ik heb altijd mijn uiterste best gedaan om haar en haar familie te helpen.'

'Misschien is dat juist het probleem,' opperde hij. 'Misschien wilde ze u niet nog meer belasten.'

'Maar ze was toch verdorie verantwoordelijk voor mijn kinderen! Ik kan me niet voorstellen dat ze haar mond zou houden omdat de een of andere Neanderthaler haar terroriseerde.'

De inspecteur keek haar even aan en vroeg zich af hoeveel hij los zou laten. 'Kevin Wyllie is ook vermist,' zei hij toen ineens. 'We hebben ook in zijn slaapkamer materiaal verzameld voor een DNA-onderzoek, voor het geval het verbrande lichaam het zijne is.'

Siobhan staarde hem verward aan. 'Dat begrijp ik niet.' Hij lachte hol. 'Het enige waar de patholoog wel zeker van is, is dat het lichaam zich in verticale positie bevond toen de dood intrad.' 'Ik begrijp het nog niet.'

Hij zag er ziek uit, bedacht ze terwijl ze haar tong langs haar droge lippen liet gaan. 'We hebben de theorie ontwikkeld dat Liam, Bridey en Rosheen zichzelf mogelijk hebben uitgeroepen tot rechters, jury en beulen, waarna ze het huis in brand hebben gestoken om het bewijs te vernietigen.'

The Telegraph - donderdag 11 maart, 's ochtends

Echtpaar gearresteerd

Twee mensen, naar men veronderstelt de ouders van Patrick O'Riordan, die terecht moet staan voor de rechtbank van Winchester, maar wiens zitting twee dagen geleden is uitgesteld, zijn gisteren in Liver- pool, waar ze op het punt stonden om aan boord te gaan van de boot naar Ierland, gearresteerd op verdenking van moord. Er zijn nog steeds geen aanwijzingen voor de verblijfplaats van hun nicht Rosheen, afkomstig uit Donegal in Ierland. De politie van Hampshire heeft bevestigd dat de politie in Ierland was ingeschakeld bij de opsporing van het vermiste echtpaar. Ondertussen denkt men nog steeds dat de stoffelijke resten die in Kilkenny Cottage zijn aangetroffen die van Kevin Wyllie (28) zijn, een inwoner van Sowerbridge. De politie wil dit echter bevestigen noch ontkennen.

Donderdag 11 maart 1999

Cynthia Haversley opende haar voordeur op een kier. 'O, ben jij het,' zei ze met onverwacht grote hartelijkheid. 'Ik dacht dat het weer een van die afschuwelijke journalisten was.'

Nou, nou! Niets veranderlijker dan een mens, dacht Siobhan terwijl ze naar binnen ging. Het was nog maar kort geleden dat Cynthia niets liever deed dan diezelfde afschuwelijke journalisten bij zich thuis uitnodigen om hen onder het genot van kopjes thee te vergasten op verhalen over de zonden van de O'Riordans. Ze knikte naar Peter, die in de deuropening van de zitkamer stond. 'Hoe is het met jullie?' Het was drie dagen geleden dat ze hen voor het laatst had gezien, en ze verbaasde zich erover dat ze er ineens zo veel ouder uitzagen. Vooral Peter zag er grauw en afgetobd uit. Hij zou wel dieper in het glas hebben gekeken dan gewoonlijk, dacht ze.

Hij maakte een wiegende beweging met zijn hand. 'Niet al te best. Eerlijk gezegd schamen we ons nogal over ons gedrag.'

Cynthia deed haar mond open om iets te zeggen, maar bedacht zich. 'Waar zijn de jongens?' vroeg ze in plaats daarvan.

'Nora past zolang even op ze voor me.' 'Je had ze mee moeten nemen. Dat zou ik niet erg hebben gevonden.'

Siobhan schudde haar hoofd. 'Ik wilde niet dat ze zouden horen wat ik tegen jou ga zeggen, Cynthia.'

Ze begon meteen te steigeren. 'Je kunt mij niet de schuld...'

'Zo is het wel genoeg!' viel Peter tegen haar uit. Hij deed een stap opzij. 'Kom even in de zitkamer, Siobhan. Hoe houdt Ian zich onder dit alles? We zagen hem thuiskomen.'

Ze liep naar het raam, vanwaar ze het afgebrande huis kon zien liggen. 'Hij is moe,' zei ze. 'Hij is gisteravond pas laat thuisgekomen, en hij moest vanmorgen vroeg al naar kantoor. We hebben drie offertes uitstaan, en die dreigen allemaal op niets uit te lopen omdat we er geen van beiden waren.'

'Het is vast niet makkelijk voor je.'

'Nee,' zei ze, 'dat klopt. Ian zou eerst tot vrijdag in Italië blijven, maar aangezien alles...' Ze zweeg even. 'Helaas kunnen we geen van beiden op twee plaatsen tegelijk zijn.' Ze draaide zich om en keek hen aan. 'En ik kan de kinderen niet alleen laten.'

'Heel vervelend voor je,' zei Peter.

Ze schoot in de lach. 'Dat valt wel mee, hoor. Ik ben namelijk wel op ze gesteld, weet je. Dus ik vind het niet naar om thuis te moeten blijven. Ik vind het alleen jammer dat het op zo'n manier moest.' Ze sloeg haar armen over elkaar en keek Cynthia onderzoekend aan. 'James heeft me gisteren iets verteld waar ik het mijne van wil weten,' zei ze. 'Ik ga ervan uit dat het waar is, want het is een eerlijk kind, maar ik wilde het toch even bij jou navragen. Na alles wat er de laatste tijd gebeurd is, ben ik geneigd om alles wat iedereen zegt in twijfel te trekken. Heb jij James en Oliver een keer alleen aangetroffen toen je naar de boerderij ging?'

'Ik zag Rosheen weggaan,' zei ze, 'en ik wist dat er niemand anders was om op ze te passen omdat ik, eh... nou ja, ik had die ochtend toevallig jullie uitrit in de gaten gehouden.' Het was net of ze uit zelfverdediging een hoge borst opzette. 'Ik heb je toch gezegd dat ze lui en onbetrouwbaar was, maar je wilde nooit luisteren.'

'Omdat je nooit tegen me hebt gezegd waarom,' zei Sio- bhan kalm.

'Ik ging ervan uit dat je het wist en dat het je niets kon schelen. Ian maakte er geen geheim van dat hij des duivels was toen jullie haar bij thuiskomst met Kevin in de schuur hadden aangetroffen, maar jij zei dat je vond dat hij er te veel drukte over maakte.' Ze overwoog even of het verstandig was om alles maar te zeggen, besloot dat dat nodig was en haalde diep adem. 'Als ik eerlijk moet zijn, Siobhan, dan moet ik zeggen dat jij de indruk wekte dat je het zelfs wel grappig vond. Persoonlijk zou ik haar ter plaatse de laan uit hebben gestuurd en op zoek zijn gegaan naar een fatsoenlijker iemand.'

Siobhan schudde haar hoofd. 'Ik dacht dat het maar voor een keertje was. Ik heb me niet gerealiseerd dat ze er een gewoonte van maakte.'

'Daarvoor had ze veel te veel belangstelling voor seks, Siobhan. Ik heb nooit iemand meegemaakt die zich zo schaamteloos gedroeg. Hoe vaak is het niet voorgekomen dat ze jouw jongens naar Bridey bracht alleen maar om een paar uurtjes samen te kunnen zijn met Kevin Wyllie. Hoe vaak heb ik haar niet bij Kilkenny Cottage naar binnen zien gaan, om dan vijf minuten later zonder hen te vertrekken. En dan reed ze weg in jouw Range Rover met die vreselijke jongeman naast zich. Brutaal als de beul. Ik heb me wel vaak afgevraagd of jij wist waar je auto voor gebruikt werd.'

'Je had het tegen me moeten zeggen.'

Cynthia schudde haar hoofd. 'Je zou niet naar me hebben geluisterd.'

'Cynthia heeft trouwens wel een paar keer geprobeerd het onderwerp ter sprake te brengen,' zei Peter voorzichtig, 'maar elke keer dat ze het deed, kreeg ze van jou de wind van voren en beschuldigde je haar ervan dat ze hypocriet en anti- Iers was.'

'Ik kon ook meestal weinig anders,' mompelde Siobhan zonder vijandig te worden. 'Had je Rosheen niet los kunnen zien van Liam, Bridey en Patrick, Cynthia? Waarom moest ieder gesprek over mijn kindermeisje beginnen met schimpscheuten aan het adres van haar familie?'

Er viel een korte, ongemakkelijke stilte.

Siobhan zuchtte. 'Maar wat ik werkelijk niet begrijp, is dat je hebt gedacht dat ik het soort moeder was die het niet kon schelen dat haar kinderen werden verwaarloosd.'

Cynthia keek beschaamd. 'Dat dacht ik niet, niet echt. Ik dacht alleen maar dat jij er, eh... minder zwaar aan tilde dan de meesten.'

'Omdat ik een Ierse ben, en geen Engelse?'

Peter vreesde dat het gesprek de verkeerde kant op ging en maakte sussende gebaren. 'Nee, zo was het niet,' zei hij. 'Draaf nou niet zo door, Siobhan. Wij wisten niet wat jij Rosheen had opgedragen. We dachten eigenlijk dat jij haar gezegd had dat ze de kinderen maar vaak naar Bridey moest brengen om het oude mens het gevoel te geven dat ze zich nuttig maakte. We waren niet bepaald enthousiast over jouw handelwijze - die vonden we zelfs volkomen geschift...' - hij zweeg even met een schuldbewuste uitdrukking op zijn gezicht - '... Cynthia zei steeds dat het krankzinnig was om twee drukke kinderen toe te vertrouwen aan de zorg van een invalide vrouw en een dronken man, maar wij dachten dat je wilde laten zien dat je solidair met hen was. Als ik de O'Riordans mijn kinderen toevertrouw, dan moeten jullie hen ook kunnen vertrouwen... zoiets.'

Siobhan liep terug naar het raam en de beroete puinhoop van wat eens Kilkenny Cottage was geweest. Omdat het paard niet goed beslagen was, was de hoef verloren gegaan. .. omdat de hoef niet vast had gezeten, was het paard verloren gegaan... omdat mensen elkaar niet goed begrepen, waren levens verloren gegaan... 'Maar je had me toch wel kunnen vertellen dat je naar de boerderij was gegaan en James en Oliver alleen aantrof?' mompelde ze, en haar adem veroorzaakte een wazige plek op de ruit.

'Dat heb ik gedaan,' zei Cynthia.

'Wanneer dan?'

'De dag erna. Ik heb jou en Ian op jullie uitrit aangesproken toen jullie op weg waren naar jullie werk en gezegd dat jullie kinderen te jong waren om alleen gelaten te worden. Ik moet zeggen dat ik vond dat je heel lauw reageerde, maar ja...' - ze haalde haar schouders op -'... dat had ik ook eigenlijk wel verwacht.'

Siobhan herinnerde zich het voorval heel goed. Cynthia had midden op de uitrit gestaan zodat ze er niet door konden, en toen had ze haar verontwaardigde rode hoofd door lans geopende raampje gestoken en hun de mantel uitgeveegd omdat ze een kindermeisje hadden dat het niet zo nauw nam met de zedelijkheid. 'Wij gingen er allebei van uit dat je het had over de avond dat ze Kevin mee naar de schuur had genomen. Ian zei naderhand nog dat hij er spijt van had dat hij het had gezegd, omdat hij jou daarmee een wapen in handen had gegeven.'

Cynthia fronste haar voorhoofd. 'Maar hebben James en Oliver er dan niks over gezegd tegen jullie? Ik heb daar twee uur lang bij hen gezeten, en toen Rosheen eindelijk thuiskwam, heb ik haar precies gezegd hoe ik over haar dacht.'

'Daarvoor waren ze te bang. Kevin heeft ze uitgescholden omdat ze de deur voor je open hadden gedaan en tegen ze gezegd dat ze mevrouw Haversley nooit meer binnen mochten laten.'

Cynthia liet zich langzaam op een stoel zakken. 'Ik had geen idee dat het zo zat,' zei ze verbijsterd. 'Geen wonder dat je je niet druk maakte.'

'Tja.' Siobhan keek de man en vrouw een voor een aan. 'Kennelijk hebben we voortdurend op verschillende golflengten gezeten, en daar heb ik een heel vervelend gevoel over. Ik denk steeds maar dat misschien niemand had hoeven doodgaan, als ik niet zo snel mijn oordeel klaar had gehad over jullie.'

Peter schudde zijn hoofd. 'We denken er allemaal hetzelfde over. Ook Sam en Nora Bentley. Zij vinden dat ze jou hadden moeten steunen in je vertrouwen in Liam en Bridey in plaats van zich op de vlakte te houden...' Hij zuchtte en zweeg. 'Ik kan er niet bij dat we de zaken zo uit de hand hebben laten lopen. Tenslotte zijn we toch geen onaardige mensen. Een beetje onbezonnen... misschien een beetje bevooroordeeld... maar niet onaardig.'

Siobhan dacht aan Jeremy Jardine. Zou Lavinia's kleinzoon ook in dit generaal pardon van Peter mogen delen, vroeg ze zich af.