***

'Dit is het handschrift van mevrouw Swan,' zegt Bruce. 'Hetzelfde als van haar pamfletten die ze op de markt in Lenfield aan iedereen uitdeelt. Mevrouw Swan met haar gesteven kapje en haar baaien rok. Ze kijkt alsof ze voortdurend haar lachen moet houden, maar dat is maar schijn, ze is een en al ernst. Er is zelfs een rots naar haar genoemd, Swan s Point. Daar knielt ze iedere dag, weer of geen weer, om te bidden, tot God of tot de zee. Ze wil iedereen bekeren, dus ook de oude Edward.' Bruce bladert verder in het schrift. 'Zij was de enige die hem nog opzocht, niemand anders liet boodschappen voor de dove Edward achter.'

Laten wij bidden, Edward. 

**

Edward, waar zijn je schoenen? 

De God der rechtvaardigen is ook jouw God. Ook jij zult

de hemelse koren gewaarworden, Edward

. ★

Is de koffie nu alweer op? *

De Heer heeft met alles zijn bedoeling. Wie zich in uiterste eenzaamheid tot de Heer wendt, hij zal gehoord worden.

 ★Nee Edward, de Heer is niet doof, hij hoort en ziet alles.

 ★

Ook ik ben eens verstoten van het erf der vaderen. Tot

Jezus op mijn pad kwam.

 *

Een dove kan toch wel iedere dag de vloer vegen? 

*

Heb geduld, Edward. Eens zal de Heer je de helpende

hand bieden, net zoals hij dat met mij heeft gedaan.

 *

Tot morgen, Edward. Moge de Heer met je zijn. En vergeet niet de asla te legen.

'Zij heeft hem natuurlijk gevonden en Jason gewaarschuwd,' zegt Bruce.

'Zou zij hem bekeerd hebben?'

'God mag het weten,' zegt Bruce. 'Het enige wat ik weet is dat Edward niet vies van een borrel was. Een keer in de zoveel tijd ging ik hem een fles van mijn zelfge- stookte gin brengen.'

'Op de rand van de tafel lag een bijbel,' zeg ik. 'Die had mevrouw Swan anders niet nodig, die kende ze uit haar hoofd.'

'Hier,' zeg ik, 'hier heb ik het telefoonnummer van zijn dochter. Wil jij haar bellen en zeggen dat ze die inboedel maar naar de vuilnisbelt moeten brengen? Die twee dachten dat ze er nog wonderwel wat voor zouden krijgen.'

Bruce bladert verder in het schrift, schuift het dan opzij.

'De bijbel,' zegt hij, 'alle ellende is begonnen met een boek. Omdat alles wat daarin staat voor altijd vastligt kan een gelovige niet anders dan zichzelf herhalen. Dat is de kracht van religie, dat ze voor eeuwig pas op de plaats maakt. Daarom verandert er in godsdienstige landen nooit wat. Nee, dan de Maori's, daar telt alleen de vluchtigheid van het gesproken woord, de bevlogenheid van het ogenblik. Ze schrijven niets op, alles wat gezegd wordt maakt deel uit van de eeuwige verandering.'

Ik sta op. Als Bruce eenmaal over de Maori's begint...

'Je mag dat schrift wel houden,' zeg ik. 'Of vind je dat ik het aan mevrouw Swan moet geven?'

Bruce grijnst.

'Die vindt wel weer een nieuwe bekeerling.'

Buiten valt de eerste sneeuw van de dag.