8
Opgeblazen kikkers en wolven in schaapskleren: de narcistische man
en de psychopaat
‘Goedemorgen,’ zei de kleine prins. ‘Wat hebt u een gekke hoed op.’ ‘Dat is om te groeten,’ antwoordde de ijdeltuit. ‘Om te groeten als ik toegejuicht word.’ […] ‘Klap eens in je handen,’ raadde de ijdeltuit hem toen maar aan (…) Toen dat zo vijf minuten geduurd had, kreeg de kleine prins er genoeg van. ‘En wat moet ik doen om de hoed te laten vallen?’ zei hij. Maar de ijdeltuit hoorde hem niet eens, ijdeltuiten luisteren alleen als ze in de lucht worden gestoken. ‘Bewonder je me heus erg?’ vroeg hij aan het prinsje. ‘Wat is dat: bewonderen?’ ‘Bewonderen betekent erkennen, dat ik de mooiste, de best geklede, de rijkste en de verstandigste man op de planeet ben.’ ‘Maar je bent helemaal alleen op de planeet!’ ‘Doe me een plezier en bewonder me toch!’ ‘Goed, ik bewonder je,’ zei de kleine prins, terwijl hij zijn schouders een beetje ophaalde, ‘maar wat kan het je eigenlijk schelen?’50
Stel dat je hem eindelijk gevonden hebt, je prins op het witte paard. Hij staat voor je in vol ornaat, hij gedraagt zich als een koning en jij, o uitverkorene, bent zijn prinses! Eind goed al goed? Leven jullie nog lang en gelukkig? De man die zich als een prins gedraagt, is helaas zelden een prins. De kans is groter dat je de moeilijkste reisgenoot hebt getroffen die je je maar kunt indenken. Hij wil altijd lekker in de zon lopen en daardoor loop jij in de schaduw. In het begin van de relatie mag je misschien samen nog wel eens in de zon lopen, maar… de zon schijnt eigenlijk voor hem alleen, de wereld is ook van hem alleen, sterker nog: hij is het centrum van de wereld. Hij is net niet God, maar het scheelt weinig. Loop hem niet voor de voeten, want dan schuwt hij geen valsheid of geweld.
De narcistische man is een ijdele man, maar ook een praatjesmaker en een opschepper. Vaak is hij ook een charmante man, en hoewel hij meestal geen geweldige minnaar is vallen vrouwen in eerste instantie als een blok voor hem. In tweede instantie lopen ze gillend weg, als ze tenminste verstandig zijn. Helaas zijn niet alle vrouwen dat. Sommige vrouwen houden niet van de zon. Ze leven graag in de schaduw of zelfs in de duisternis, maar al snel beginnen ze te verpieteren. Ze zouden zichzelf best iets meer zon mogen gunnen, zo nu en dan een straaltje, daar knap je van op. De vrouw van de narcist neemt er echter genoegen mee dicht bij hem in de buurt te zijn, zo straalt zijn zon toch ook een beetje af op haar.
’Bravo’ voor Hem
De narcistische geliefde wil bewonderd worden en niet zo’n beetje ook. Hij kiest meestal een beroep waarbij een vorm van applaus niet uitblijft. Hij wordt bijvoorbeeld artiest, talkshowpresentator, dominee, leraar, of psychotherapeut. Hij spreekt ‘het woord en de waarheid’. Nou ja, zijn waarheid dan, hij neemt het met de waarheid niet zo nauw. Hij organiseert graag literaire avonden waar hij zelf veel aan het woord is. Er komen veel jonge vrouwen op af, ze hangen aan zijn lippen. Ze bewonderen zijn bijzondere kijk op de zaak, zijn interpretatie van dat ene bijzondere gedicht, soms door hemzelf geschreven, en ze worden verliefd – en hij ook op hen. Een narcist is dol op vrouwen, dat wil zeggen: op de liefde, hij is verliefd op de bewondering die hij kan oogsten van zijn minnaressen.
Narcisten worden ook wel eens per ongeluk een ‘goeroe’. Er bestaan zeker mensen die bijzondere gaven hebben, deze zijn echter meestal zeer bescheiden. Narcistische goeroes zijn dat geenszins: zij denken van zichzelf dat ze heel speciaal zijn, eigenlijk zijn ze geboren voor iets groots. Wanneer het uur der waarheid is gekomen ontdekken ze hun spirituele kwaliteiten. Het maakt niet uit wat ze eerst waren: melkboer, vuilnisman of leraar huishoudkunde – wanneer ze eenmaal ‘het licht’ gezien hebben beginnen ze een praktijk in het oplossen van kwalen en problemen. Via de spirituele weg, soms via de weg van de ‘Here’ zelf. Ze laten zich er wel of niet dik voor betalen. Geld is niet zo belangrijk, het gaat om de bewondering. Maar o wee wanneer je niet snel beter wordt! Dan heb jij het altijd gedaan, dan ligt het aan jou, dan ben je nog meer zondig dan je al dacht. Een narcist wil succes. Wanneer hij faalt ligt dat aan jou, hij is onfeilbaar. Al het goede komt altijd van boven via hem. En wanneer je geluk hebt, straalt dat op jou af en dan word je beter. Hij creëert een sfeer van ‘ik ben bijzonder en jij bent bijzonder, samen zijn wij geweldig’ en daar wil je inderdaad nog wel eens van opknappen wanneer je net een depressieve bui had. Soms schrikt hij er niet voor terug om met zijn klanten naar bed te gaan, van ‘beroepscodes’ wil hij niets horen, die zijn burgerlijk en beperkend. Hij maakt zijn klanten wel wijs dat ‘wat hier gebeurt’ zo bijzonder is dat ze er beter niet te veel over kunnen praten. De ‘gewone’ mensen kunnen dat niet begrijpen, ze zijn nog niet zo ver in hun ontwikkeling. In zijn ergste soort is deze man een rasechte psychopaat, een leider van een enge sekte. Hij laat zich bewieroken en bewonderen, neemt geschenken in ontvangst, bossen bloemen worden voor zijn deur gelegd als ware hij een heilige.
Caro (45)
Vijfentwintig jaar geleden ben ik bij een spiritueel genezer geweest. Hij stond goed bekend in de stad en ik had wat hardnekkige klachten waar ik maar niet vanaf kwam. Op een klein zolderkamertje hield hij praktijk. Ik kwam binnen en hij zei op zwoele toon: ‘Daar ben je dan eindelijk.’ Ik vroeg: ‘Hoe bedoel je?’ Hij kende mij uit een van mijn vorige levens, ik was toen al een volgeling van hem geweest en hij had nu in dit leven al jaren op mij gewacht. ‘Zolang ik me zelf niets kan herinneren van mijn vorige leven heb ik weinig aan deze informatie’, antwoordde ik nuchter. Maar dat had ik helemaal mis. Dat herinneren zou nog wel komen, sterker nog, ik stond op een keerpunt in mijn leven en zou spoedig ‘het licht’ zien. Hij zag het licht zelf al snel in mijn borsten die hij tijdens het tweede bezoek nodig moest ‘bestralen’. Inmiddels heb ik het licht wel gezien, maar ik zag het niet in hem. Ik ben nooit meer naar hem teruggegaan.
De fantast
De narcistische man is een dromer en zit vol plannen en idealen die hij helaas niet altijd uitvoert, want discipline is niet altijd zijn sterkste kant. Het feit dat hij zelf hard voor zijn succes zou moeten werken stuit hem tegen de borst. ‘Koningskinderen’ hoeven immers niet te werken? Tegenslagen kan hij slecht verdragen en die heeft hij nogal eens, omdat hij onbetrouwbaar is in het nakomen van afspraken. Wanneer je hem niet op handen draagt of erger: hem bekritiseert, denkt hij al snel dat iedereen tegen hem is. Wanneer er zaken misgaan, ligt het altijd aan een ander. Hij heeft weinig zelfinzicht, deinst niet terug voor een leugen en kan hardnekkig ontkennen wanneer hij betrapt wordt.
Ga je in zaken met een narcist in zee, dan loop je nogal eens het risico dat je bedrogen uitkomt. De narcist heeft volop goede ideeën en ziet heel scherp hoe hij die kan verwezenlijken. Hij is creatief, heeft lef, vaak goede contacten en veel charme. Hij kan dus nogal wat voor elkaar krijgen, maar vaak slaat hij op hol, is hij niet meer te temmen en worden zijn ideeën irreëel. Een narcist kan een organisatie goed leiden wanneer hij niet alleen het stuur in handen heeft. Hij heeft iemand naast zich nodig tegen wie hij opkijkt, naar wie hij luistert en die wat meer op de regels en de grenzen let. Een goede boekhouder kan al heel wat voor hem betekenen. Wanneer de boekhouder hem niet krenkt en niet te veel inperkt en hem vooral veel complimenten geeft kan de narcist tot grote prestaties komen. Loopt hij in het werk vast omdat hij niet op zijn waarde geschat wordt, krijgt hij kritiek of streven anderen hem voorbij, dan wordt de narcist nogal eens depressief en zelfs agressief. Zo iemand is na zijn pensioen soms niet te genieten, want dan overziet hij al zijn gemiste kansen, dan kijkt hij terug op een versnipperd leven en op al het onrecht wat hem zogenaamd is aangedaan, en daar wordt hij niet vrolijker van. Er zijn narcistische mannen die in hun werk wel veel presteren en met een tomeloze energie zestig tot tachtig uur per week werken. Ze eisen veel van zichzelf en vaak ook van anderen.
In het huwelijk kan de narcist een leuke kerel zijn wanneer zijn vrouw maar bereid is in zijn schaduw te staan. Zij is in de kern van haar persoonlijkheid net zo ijdel en narcistisch, maar lijkt meer een ‘grijze muis’ die tegen hem opkijkt en ze lijdt ook nogal eens aan depressies, hoofdpijnen en andere kwalen, kortom, ze is niet bepaald het zonnetje in huis. Ze idealiseert hem en ontleent aan hem haar eigenwaarde. Wanneer zij weigert langer in zijn schaduw te staan zie je vaak een heftige relatiestrijd. Wie bewondert wie? Het kan een zaak van leven en dood worden. De narcistische man kan haar dan ook ‘wegdoen’ als ware zij grofvuil. Hij zoekt dan een andere bewonderaarster en vindt die vrijwel altijd.
Vaak gaat de narcist in het huwelijk zijn grenzen te buiten in de vorm van overspel. Hij kan de verleiding van een mooie vrouw veelal niet weerstaan; sommige narcistische mannen gaan vreemd bij het leven.
De narcist houdt niet van grenzen, hij voelt zich snel ingeperkt en verveelt zich snel. Hij kan zich helemaal niet zelf vermaken. Wanneer er geen applaus is wordt hij somber, wanneer hij niet beziggehouden wordt is hij niet te genieten. Hij kan sowieso knap chagrijnig zijn. Elk feestje is aan hem besteed. Hoe meer hoe liever en vaak staat hij in het middelpunt van de belangstelling. Hij is geen onaangename gast, als hij tenminste niet te veel drinkt. De narcist wil overigens nog wel eens matig zijn met drank vanwege zijn preoccupatie met zijn gezondheid en zijn uiterlijk. Hij moet er niet aan denken dat zijn uiterlijk of gezondheid aangetast zou worden door een of andere verslaving of een enge ziekte. De gedachte dat hij op jonge leeftijd zou kunnen sterven verdraagt hij niet, hij wil het liefst eeuwig bloeien. Iedereen is wel wat bang voor de dood, maar de narcist is dat in het bijzonder, want doodgaan betekent: niet meer belangrijk zijn en vergeten worden. Die gedachte is voor de narcist onverdraaglijk. Wanneer hij wel verslaafd zal raken, zal hij kiezen voor een middel dat zijn gevoel van ‘grootheid’ zal versterken, bijvoorbeeld cocaïne.
De slechte verliezer
Met de narcist is het kwaad kersen eten. Hij kan wel ruziemaken met jou, maar jij kan dat niet met hem. Hij zal je nooit gelijk geven en zich nooit verlagen door zijn excuus aan te bieden. Hij kan niet tegen ongelijk en niet tegen verlies. Hij kletst zich er wel uit, terwijl hij weet dat jij gelijk hebt; hij is in die zin niet sportief. Gevoelszaken liggen hem niet en daarom kan hij zich ook niet inleven in jouw standpunt. Het woord empathie, inlevingsvermogen, komt niet in zijn woordenlijst voor. Op afstand kan hij iemand heel goed begrijpen, wanneer hij een relatie met je heeft houdt dat begrip heel snel op. Hij kan tot tranen toe geroerd zijn door het verhaal van een van zijn cliënten om wie hij zich als beschermengel bekommert, maar jou behandelt hij respectloos. Het laat hem koud wat jij voelt, denkt en nodig hebt, maar wanneer de vrouw belt die hij moet ‘redden’, dan springt hij desnoods midden in de nacht uit bed.
Als je daar ruzie over maakt heb je nooit gelijk. Hij kijkt je aan en na jouw tirade vraagt hij: ‘Ben je nu klaar?’ Of hij zegt:’ Maak je nu alweer een scène?’ Hij gaat niet in op jouw verhaal, ook niet wanneer de feiten open en bloot op tafel liggen. Wanneer jij een brief van zijn minnares in zijn jaszak vindt en hem daarmee wilt confronteren, loopt hij kwaad weg met de mededeling dat hij met een vrouw die zijn jaszakken controleert, niets te maken wil hebben. Altijd alles ontkennen kan een bewuste strategie van hem zijn, ook al liegen de feiten er niet om. Het is een handig mechanisme. Altijd alles ontkennen, ook al wijst alles in de richting van jouw schuld. Wanneer je blijft ontkennen, zaai je misschien op termijn toch wat verwarring en in ieder geval kun je in je trotse en arrogante houding volharden en op die manier buiten schot blijven. Een narcist die ergens van beschuldigd wordt gaat vrijwel nooit in op de inhoud van de beschuldigingen, maar richt zich op de manier waarop de beschuldigingen geuit worden en het bewijsmateriaal verzameld is. Op die manier produceert hij veel ‘wind’ en leidt hij de aandacht van zichzelf af. Voor je het weet gaat het dan niet meer om hem en om wat hij misdaan heeft, maar om jou.
De slechte minnaar
De ergste narcisten onderhouden alleen seksuele relaties met hoeren. Anderen kunnen kortstondige relaties aan en weer anderen nemen een maîtresse. Een narcistische minnaar is in ieder geval niet de beste die je kunt treffen. Wanneer hij net verliefd is kan hij nog wel eens in extase geraken en geen moeite is hem dan te veel. Kaarsen naast het bed, glaasje wijn, romantisch muziekje, hij weet wat vrouwen wensen. Vrijen met hem kan pure meditatie zijn wanneer hij op zijn best is. Volledige harmonie, volledige overgave; hij streeft er altijd naar en als hij verliefd is, zijn partner hem idealiseert en hij haar ook op handen draagt kan hij zich in het paradijs wanen. Wanneer het allemaal weer wat gewoontjes wordt, is hij een stuk minder enthousiast in bed en daarbuiten. Een narcist verdraagt het ‘gewone’ of zelfs het ‘banale’ van het dagelijkse samenleven niet. Hij wil geen pantykousjes naast het bed, geen wasje dat in de badkamer hangt te drogen. De narcist wil schoonheid, in bed en daarbuiten, en perfecte harmonie. Alles wat daarmee niet in overeenstemming is, moet weg, ingeruild. Hij streeft naar eenheid en omdat hij daarin vaak teleurgesteld wordt, trekt hij zich terug in relaties, wordt hij afstandelijk, is hij verbitterd en heeft hij niet zelden ook bloeiende wraakfantasieën. Vanwege deze teleurstellingen merkt hij al snel dat zijn liefde overgaat. Hij kan een vrouw dumpen op een manier die anderen niet voor mogelijk houden, ongevoelig voor het leed dat hij veroorzaakt.
Wanneer de verliefdheidsroes over is, de liefde allang niet meer gevoeld wordt en hij zelfs zijn vrouw intens haat, moet hij weer op zoek naar een nieuwe Hof van Eden. Zo kan hij van de ene vrouw naar de andere zwerven, in de hoop op eeuwige bewondering. Heeft hij naast zijn vrouw ook nog een minnares, dan waant hij zich nog het langst in een paradijs, omdat een buitenechtelijke relatie ontdaan is van alle onhebbelijkheden van het gewone leven en elke ontmoeting een feestje is.51
Ondertussen slooft hij zich bij zijn eigen vrouw in bed niet meer zo uit. Als hij niet meer volledig op haar gericht is zoals ten tijde van zijn verliefdheid is hij weinig fijngevoelig en kan hij zich niet goed in haar wensen verplaatsen. Hij verdraagt ook geen aanwijzingen: ‘Beetje naar links, beetje naar rechts, schat’. Kom daar niet mee aan bij een narcist want hij voelt zich snel gekrenkt. Hoezo, is hij soms geen goede minnaar? Kan hij De Daad niet uren vol houden? Door ondertussen op de klok te kijken kan hij zijn orgasme misschien wel een half uur uitstellen en pompt hij er lustig op los, maar zit zijn vrouw daarop te wachten?
Julia Onken beschrijft in haar boek Spiegelbeelden52 hoe narcistische mannen over zichzelf denken in bed en hoe vrouwen hun narcistische mannen ervaren.
Hij heeft van de vrouwelijke anatomie niet het flauwste benul, roert met kromme wijsvinger in mijn geslachtsdelen rond zonder ook maar een enkele keer mijn clitoris aan te raken. Hij houdt zichzelf voor de grootste minnaar aller tijden’.
‘Mijn man speelt het potente seksbeest. Een grote bek en niets maar dan ook niets meer dan dat! Meestal is hij moe van het vele televisiekijken of hij voelt zich niet lekker. Maar tegen zijn collegae schept hij zo op dat de muren ervan beven.
Elke keer als ik een orgasme simuleer straalt hij als een kleine jongen en moddert hij ijverig in mij door. Hij is ervan overtuigd dat ik met hem de hoogste toppen van de begeerte heb beklommen. Hij moest eens weten. Ik kan hem onmogelijk aan het verstand brengen dat ik zijn ‘virtuoze gitaargrepen’ – zoals hij het noemt – eigenlijk om te huilen vind. Terwijl hij verlekkerd de ‘snaren’ bespeelt hoop ik dat het snel voorbij is.
Een onbetrouwbare vader
Een narcist heeft het vaderschap hoog in het vaandel staan, maar hij bakt er maar weinig van. Ouderschap is afzien. Het kost moeite en discipline en het vraagt wijsheid en vooral inlevingsvermogen, je moet regelmatig je eigen behoeften opzijzetten en voor die van het kind kiezen. En dat laatste is nu net wat de narcist niet goed kan. Het kind moet een verlengstuk van hemzelf zijn en mag niet zichzelf zijn. Hij kent zijn eigen behoeften niet eens, laat staan dat hij die van zijn kind kan waarnemen en daarop in kan spelen.
Zijn achtergrond
Een narcistische stoornis is net als alle andere beschreven stoornissen in dit boek een ernstig probleem, en hoe zo’n stoornis precies ontstaat is niet eenvoudig in een paar woorden weer te geven. De kern van de problematiek draait om het feit dat de narcist niet zichzelf is, ook al denkt hij van wel. Het is voor hem en voor zijn omgeving een groot raadsel wie hij in feite is. Hij mocht nooit zichzelf zijn en ontdekken wie hij was omdat zijn ouders dat niet konden verdragen. Vanaf het moment dat het kind zijn eigen identiteit wilde ontdekken, werd hem als het ware een identiteit opgedrongen: ‘Wat jij voelt, denkt en wilt klopt niet, mama kent jouw ware aard, mama weet hoe jij je voelt en mama weet hoe jij werkelijk bent.’ Hij moest een verlengstuk van zijn ouders, van zijn moeder zijn, net zoals zijn kinderen dat nu van hem moeten zijn. Een volwassen narcist was vaak als kind sensitief en intelligent en voelde feilloos aan wat moeder wel en niet van hem wilde en wat moeder wel en niet kon verdragen en hij is zich daarnaar gaan gedragen. Hij kon niet zijn wie hij in aanleg was. Gedragingen en gevoelens van de jongen die moeder niet uitkwamen of die voor haar te bedreigend waren, werden verboden, genegeerd, de kop ingedrukt, afgestraft en dat is dan ook de reden dat hij nauwelijks een eigen identiteit heeft kunnen ontwikkelen en zich op latere leeftijd vast moet houden aan een opgeblazen identiteit. Hij moest als kind haar pronkstuk zijn, haar parel en alles wat zij zelf niet kon waarmaken, moest hij worden. En hij mocht haar niet teleurstellen, op straffe van verlies van haar liefde. Als beloning voor zijn toewijding werd hij als een koningskind op handen gedragen en verwend. Het is logisch dat hij als volwassen man niet eerlijk naar zichzelf kan kijken, hij heeft niet geleerd zijn schaduwkanten te onderzoeken. Boosheid, haat, verdriet, jaloezie, angst – het mocht er allemaal niet zijn, want moeder kon geen boos jongetje hanteren. Systematisch werden heel veel gevoelens niet gezien, niet genoemd, niet erkend en door hem op latere leeftijd niet meer herkend. Als je je eigen gevoelens niet kent, herken je ze bij de ander ook niet. Wanneer je al je gevoel moet uitschakelen, gaat dat ten koste van empathie voor je medemens. Zijn opgeblazen identiteit hangt als een ballon in de lucht. Is er veel wind dan kan hij tot grote hoogte komen, prik je hem lek dan blijft er niets meer van over. De narcistische man is dus een erg kwetsbare man en wanneer de stoornis ernstig is een dramatisch zieke man. Zijn ware identiteit ligt besloten in zijn maskerade, maar is voor hem misschien wel voor eeuwig onbereikbaar en begraven. Wordt er door zijn opgeblazen gedrag heen geprikt dan wordt hij somber en depressief. Gevoelens van minderwaardigheid, nutteloosheid, nietig en klein zijn, schuld en schaamte en slecht zijn, hebben dan de overhand. Dat is zijn schaduwkant die hij dus meestal afweert en uitbesteedt aan zijn partner.
Zijn schaduw, zijn echo
Wat bezielt vrouwen die met zo’n man op reis gaan? Waarom willen ze zelf niet liever in de zon lopen? De vrouw van een narcist is alles wat hij niet is, maar toch lijkt ze op hem. Zij is teruggetrokken, zogenaamd bescheiden, aardig en attent en invoelend. Ze wil nooit in het middelpunt staan, haar man des te meer. Ze wil geen cadeaus, geen feestjes ter ere van haar, jubilea laat ze het liefst ongemerkt voorbijgaan. Een dienstverlenend beroep als receptioniste of directiesecretaresse is erg geschikt voor haar. Soms is ze depressief, afhankelijk en heeft ze een problematisch karakter. Een narcist heeft iemand nodig om te redden en zij wil gered worden. Ze weet meestal niet goed hoe ze moet leven, wat ze wil en wat ze wenst en hoe ze haar doelen moet verwezenlijken. Ze neemt weinig ruimte in en dat hoeft ook niet, want haar man neemt alle ruimte in. Zij schikt zich naar zijn wensen en dat komt hem heel goed uit, daarom passen ze bij elkaar. Hij is alles wat zij wel zou willen, maar niet zou durven zijn; zij is net zo narcistisch, alleen op een ‘bedekte manier’. Een vrouw die met een narcist is getrouwd, hemelt haar man erg op: ‘Als ik hem niet had was ik nergens’, en dat is de benzine waar zijn motortje op draait. Negatieve aspecten van zijn persoonlijkheid ziet zij liever niet, en als ze dat wel doet, denkt ze al snel dat ze het niet goed ziet. Zij idealiseert hem want alleen zo kan zij de illusie van één-zijn in stand houden. Zij neemt zichzelf nauwelijks serieus, hém des te meer en hij zichzelf ook.
Ze dekt de negatieve aspecten van zijn karakter toe of ontkent ze: ‘Ik weet hoe je werkelijk bent, dit gedrag hoort niet bij jou.’ Wederom kan hij niet zichzelf zijn, hij kan niet aan zijn vrouw ontsnappen, net zo min als vroeger aan zijn moeder. Zijn vrouw verdraagt evenmin als zijn moeder dat hij kwaad is en verdrietig en niet altijd haar rots in de branding kan zijn. Hij moet aan haar uitgesproken en onuitgesproken hoge verwachtingen blijven voldoen. In feite moet hij haar identiteit ook zijn en dat is een zware opgave. Wanneer hij daartoe niet langer bereid is, loopt het fout. Dan ontstaat er een relatiecrisis die misschien zelfs wel het einde betekent. Wanneer deze relatie uit elkaar spat omdat zij niet meer zijn schaduw wil zijn, of omdat hij zich niet meer wil gedragen volgens het ideaalbeeld dat zij van hem heeft, kan het flink knallen. De woede die dan vrijkomt, is op alle fronten destructief, anderen worden tot partij gemaakt en erin meegesleept. Soms blijft zo’n stel bij elkaar vanwege financiële belangen. In deze sfeer van verkilling en stille, maar intense haat zullen beiden makkelijk hun toevlucht zoeken in buitenechtelijke relaties.
Vaker echter blijft de vrouw de narcist trouw, tot over de scheiding heen. Ze loochent de waarheid en weet ‘dat hij die scheiding nooit echt gewild heeft’. Ze ontkent de aanwezigheid ‘van die andere vrouw’, ze fantaseert dat hij bij ooit haar terug zal komen, en dat ooit kan heel lang duren. Deze vrouw is beter af als de narcistische man haar niet verlaat, maar sterft. Dan kan ze hem over het graf heen blijven idealiseren, wanneer ze schrijfster is kan ze tientallen boeken aan hem wijden, wanneer hij kunstenaar is, kan ze zijn nalatenschap beheren en is hij dat allemaal niet, dan kan ze toch nog jaren over hem praten: ze was ‘de vrouw van’ en zal dat nu altijd kunnen blijven.
De depressieve vrouw is ook opgesloten in zichzelf, kan niet bij haar eigen identiteit en waarheid en heeft net als de narcist vooral veel niet mogen voelen. Ze heeft haar eigen identiteit opzij moeten zetten en moeten verloochenen omwille van haar ouders. Wanneer ze verwaarloosd werd, is ze misschien nooit bevestigd in haar eigen identiteit, niet gezien in haar talenten en haar mogelijkheden. Ze heeft het gevoel dat ze door niemand ooit belangrijk is gevonden, dat ze er nooit werkelijk toe deed. Ze is gekrenkt tot op het bot in haar eigenheid en haar bestaan en daarmee lijkt ze op haar narcistische man. Genoemde problematiek uit zich bij de vrouw eerder in depressieve klachten en bij de man in narcisme. Mannen worden maatschappelijk gezien meer in hun narcisme gevoed, ze groeien op met het idee dat ze belangrijk en onmisbaar zijn. Vrouwen zijn geschikter voor de depressieve positie. Elke dag worden we nog geconfronteerd met voorbeelden van vrouwen die niet serieus worden genomen, en wanneer een vrouw te veel in de zon loopt wordt dat door zowel vrouwen als mannen nogal eens afgestraft met ‘gekanker’.
Kunnen de narcistische man en de vrouw die bij hem past, nog veranderen, kunnen ze nog beter worden? Dat hangt van veel factoren af; bepalend is vooral de ernst van de stoornis. Ernstige narcistische problematiek en ernstige depressies zijn meestal niet zo goed te genezen. Vaak zie je dat een van de partners net iets gezonder is dan de ander en net genoeg in huis heeft om een beetje te veranderen. Dat beetje kan voldoende zijn om weer op pad te gaan. Wanneer de vrouw degene is die niet meer kiest voor haar ernstige narcistische partner en zelf wat meer in de zon durft te lopen, is de kans groot dat ze op een dag een man treft die haar ook wat zon gunt.
Wolf in schaapskleren
De psychopathische reisgenoot lijkt veel op de opgeblazen kikker, maar is in zijn ergste variant absoluut fataal, veel meer nog dan de hiervoor geschetste makker. De psychopaat is beslist de beroerdste reisgenoot die je kunt treffen. Hij ‘reist’ met je mee om jou kapot te maken, om van je te profiteren, om je uit te buiten. Hij liegt en bedriegt en heeft geen centje medelijden met jou. Hij kan zelfs een moordenaar, een verkrachter of een keiharde crimineel zijn. In zijn mildere en meer aangepaste vorm is hij de leidinggevende die in organisaties ‘over lijken’ gaat, niet zelden de boel oplicht en er misschien wel met de goed gevulde kas vandoor gaat. De term psychopaat is eigenlijk uit de mode, tegenwoordig spreken we in therapieland van een anti-sociale persoonlijkheid. Deze term dekt de lading van de problematiek inderdaad beter: de psychopaat is a-sociaal en ook vaak anti-sociaal. Zijn gedrag is tegen de maatschappij gericht. Omdat ‘psychopaat’ een veel meer ingeburgerd begrip is dan de ‘anti-sociale persoonlijkheid’ zal deze term verder gebruikt worden.
We doen allemaal wel eens iets wat niet helemaal door de beugel kan. Normaal gesproken knaagt dan ons geweten. Bij een psychopaat knaagt niets, hij voelt namelijk niets. Dat kan een gezond mens zich nauwelijks voorstellen, maar toch bestaat het. Een psychopaat van het zwaarste kaliber kan iemand doden zonder met zijn ogen te knipperen. Sterker nog, soms kijkt hij al uit naar de volgende keer. Marc Dutroux kon kleine meisjes opsluiten in een kelder waar ze werden verkracht, uitgehongerd en uiteindelijk vermoord. Bij een gezond mens zou alles, maar dan ook alles in opstand komen wanneer hij daaraan zou moeten meewerken; van de gedachte alleen zou je helemaal beroerd worden, maar sommige psychopaten draaien hun hand daar niet voor om. Een psychopaat zal niet denken: dat kun je niet maken. Een beeldschoon, maar autistisch meisje van zestien voor je winnen, haar voorspiegelen dat je verliefd op haar bent en haar vervolgens de prostitutie in dwingen? ‘Dat kun je niet maken’, maar een psychopaat kan dat wel maken. ‘Loverboys’ hebben daar hun specialiteit van gemaakt.
Stel nu dat je niet autistisch bent en wel heel knap. Stel nu dat je geen zestien bent maar zesentwintig. Dan zou je hem toch direct moeten herkennen, die enge psychopaat! Was dat maar waar. Dat duurt een tijdje, daarvoor moet je hem iets langer meemaken en een keer ruzie met hem gemaakt hebben. Een echte psychopaat is erg slim en weet precies wat jij wil horen. Hij speelt in op je gevoel en voordat je het weet ben je verkocht. Hij kan het type brave huisvader zijn bij wie je zonder scrupules in de auto zou stappen. Loop een keer een t.b.s.-kliniek binnen en je weet voor de rest van je leven dat je nooit moet liften, want een echte psychopaat herken je niet. Pas bij nader inzien kom je erachter hoe ziek hij is, maar dan kan het te laat zijn.
Hoe groot is het risico dat je een psychopaat treft in het liefdesleven? Niet zo groot, maar wellicht toch groter dan je denkt. Volgens Psychologie Magazine van 2001 zou een tot vijf procent van de Nederlandse bevolking psychopathisch zijn, hetgeen betekent dat er tussen de 160.000-800.000 mensen met deze stoornis rondlopen. Er zijn meer mannen dan vrouwen die deze stoornis hebben, dus dat vergroot het risico voor vrouwen dat ze er eentje treffen. Bovendien berokkenen mannelijke psychopaten zeer waarschijnlijk meer schade dan vrouwelijke, omdat mannen in de samenleving meer macht hebben, vaker leidinggevende posities bekleden, fysiek overwicht hebben en zich gemakkelijker in criminele circuits begeven. Mannen zijn ook vaker verslaafd; vrouwen zijn beter ingebed in sociale structuren en sociale netwerken.
Vrouwen met een slecht huwelijk roepen nogal eens dat ze met een psychopaat zijn getrouwd. In de meeste gevallen is dat niet het geval. Hij is misschien wel een foute narcistische man, misschien is zij ook wel een foute vrouw, wie zal het zeggen. Maar helaas zijn er ook vrouwen die al dertig jaar met een psychopaat ‘samenleven’ zonder dat ze weten dat hij een psychopaat is. Ze begrijpen niet waarom hij zo vreselijk doet, ze vallen van de ene verbijstering in de andere. Bij het woord ‘psychopaat’ denken ze slechts aan massamoordenaars.
Er zijn ook vrouwen die er met open ogen intuinen. Alsof het leven al niet complex genoeg is, zoeken ze bij voorkeur een man uit die in de gevangenis of in een t.b.s.-kliniek zit. Ze reageren op een contactadvertentie of op een gedicht van ‘Candlelight’: ‘Ik zit hier heel alleen kerstfeest te vieren’. Ze laten zich ronselen door een vriend of vriendin die iemand in de gevangenis kent. Ze gaan een keer mee op bezoek en zo ontstaan de contacten. Tassen vol boodschappen worden er voor de gedetineerde meegesleept. Kleine kinderen mogen spelen bij de nieuwe vriend van mama, die ‘o zo aardige oom in dat grote huis met zo veel mensen’. Weet zij dan niet waar hij voor zit, wat hij op zijn kerfstok heeft? Soms wel en soms niet. Wil zij dat dan niet weten? Soms wel en soms niet. Hij geeft wat vage aanwijzingen en zij maakt het verhaal zelf wel af. ‘Iets met drugs…’ zegt hij en zij denkt ‘handel’, terwijl hij er zit voor een afrekening in het criminele drugscircuit, voor moord dus. Overigens zijn lang niet alle gedetineerden psychopaten! Ook voor gedetineerden is er soms nog hoop op verandering, voor de psychopaat is die hoop er echter vrijwel niet.
Er zijn ook reclasseringwerksters, groepsleidsters, maatschappelijk werksters, humanistische raadsvrouwen, juristen en psychotherapeuten die wel eens aan een cliënt blijven hangen of door overbetrokkenheid over de grenzen van hun beroep heen stappen. Beroepsmatig kun je erg betrokken raken bij je cliënten en wanneer je een goed contact hebt, zie je juist ook dat hij meer is dan zijn delict alleen. Dat is therapeutisch gezien zeker van waarde, het is mooi en goed en tevens een valkuil. Beroepsmatig bij iemand betrokken zijn is heel iets anders dan hem mee naar huis willen nemen. Bij de overbetrokken hulpverleners speelt vaak eigen problematiek mee, waardoor ze geen grenzen meer kunnen stellen. Goede begeleiding, supervisie en therapie zijn dan noodzakelijk voor de hulpverlener om zicht te krijgen op eigen onverwerkte zaken en de juiste beroepshouding weer terug te vinden.
Duivel in bonbonverpakking
Stond het maar op zijn voorhoofd, dan kon je tenminste nog met een boog om hem heen lopen. Een echte psychopaat presenteert zich echter als een doos bonbons met een mooie strik erom. Veel vrouwen houden van chocola en zijn dan ook verkocht als ze hem zien. Charmant en aantrekkelijk, attent en liefdevol. Prachtige brieven, veel beloftes en mooie woorden. Een oogopslag om bij weg te smelten en soms ook een zielig verhaal. Een psychopaat kan liegen als de beste en dat doet hij dan ook nogal eens. Hij liegt zo een prachtig huis bij elkaar en een schitterende carrière. Hij huurt of steelt met gemak een slee van tien meter om jou van huis te halen en voordat je het weet waan je je in het paradijs – tot je het gevoel begint te krijgen dat er iets niet klopt. Je kan er geen vinger achter krijgen, maar toch. Wanneer je voorzichtig vragen begint te stellen krijg je altijd antwoord en altijd weet hij je gerust te stellen, maar dat knagende gevoel blijft de kop opsteken.
Hij heeft altijd een doel met dat liegen en bedriegen. Het kan zijn dat hij op jouw geld uit is. In het begin betaalt hij altijd alles, maar al snel worden de rollen omgedraaid. Hij heeft even pech, er zit hem ineens van alles tegen maar pas wanneer jij volledig als was in zijn handen bent. Hij vraagt je nooit te betalen, hij zorgt er wel voor dat jij dat uit jezelf doet. Wanneer je uiteindelijk de zaak niet meer vertrouwt kan het zijn dat hij ineens met de noorderzon vertrokken is en je hem nooit meer terugziet. Vaak zit je dan inmiddels zowel financieel als emotioneel volledig aan de grond.
Frederiek (35)
Tijdens mijn wintersportvakantie ontmoette ik een knappe skileraar. Prachtige man in een prachtige omgeving: ik ging voor de bijl. Toen ik weer thuis was belden we elke dag, maar hij verdiende veel minder dan ik en kon de telefoonkosten niet altijd betalen, dus kocht ik een mobieltje voor hem. De volgende vakantie zagen we elkaar weer en hij begon over trouwen. Hij had zo’n heimwee wanneer ik er niet was en wilde dichter bij me zijn, maar hij was ook wanhopig, want hij was met een scheiding bezig en die wilde maar niet vlotten. Zijn ex lag dwars, hij moest haar uitkopen en zag niet hoe hij dat voor elkaar kon krijgen enzovoort. De vakantie daarop was weer fantastisch en hij kwam ook een keer naar mij en we hadden ook plannen om hier samen te gaan wonen, maar ja, die ex. Je voelt het al aankomen: ik heb de hypotheek op mijn huis verhoogd en heb hem een halve ton overgemaakt om zijn scheiding te regelen. Hij heeft het niet eens gevraagd, maar ik heb het aangeboden. Toen ik het voorstelde heeft hij eerst tijden pertinent geweigerd en dat stelde me gerust. Uiteindelijk is hij akkoord gegaan en nog geen week nadat ik het geld over had gemaakt was hij verdwenen. Spoorloos, niet meer te traceren. Toen werd ik bang. Ik ben nu alles aan het uitzoeken en ben erachter gekomen dat hij mij gigantisch bedrogen heeft, op alle fronten. Zelfs over zijn ware naam heeft hij gelogen. Met alle telefoonkosten erbij ben ik kapitalen kwijtgeraakt.
Het kan ook zijn dat hij niet op je geld uit is, maar je nodig heeft om je kapot te maken. Hij heeft een gewelddadige aard en moet zich afreageren op jou, op je spullen of op spullen van de samenleving. Hij wil jou aandoen wat hem ooit heel vroeger is aangedaan en die behoefte is tomeloos. De agressie die hij in zich heeft, is voor hem moeilijk te verdragen en daarom gooit hij zijn woede er graag uit, dan voelt hij zich beter. Hij knapt er reuze van op en jij knapt er helaas van af. Hij kan ook zeer slecht tegen frustraties, er hoeft maar iets tegen te zitten of hij gaat door het lint, en dan is hij blind. Hij kan een sadistisch genoegen beleven aan jouw pijn, aan jouw angst en verdriet. Hoe slechter jij je voelt, hoe beter hij zich voelt. Een oud Spaans spreekwoord luidt: Wie met de wolven leeft, leert huilen – en de vrouw die met de psychopaat is getrouwd weet daar alles van.
Omdat niemand haar geloofde, heeft Sigrid Elshout hele plakboeken aangelegd met uitgetypte telefoongesprekken en dreigbrieven: ‘Je gaat eraan. Ik sloop je volledig’. Dolblij was ze toen ze een tv-uitzending zag over psychopaten. Alle kenmerken waren op haar man van toepassing. Het liegen, manipuleren, saboteren, sadisme, de obsessie met vrouwen. Hij heeft haar geestelijk kapot willen maken, zo meent Sigrid. Hij heeft een misdadig brein. Alles wat mooi en goed en mij dierbaar was, moest kapot. Ik heb wel eens gelezen dat ze vaak levenslustige, vriendelijke mensen kiezen. En zonder op te scheppen: ik was een vrolijke meid. En dat moest stuk’.53
Hij speelt ook graag met zijn leven en met dat van jou en jullie kinderen. Hij zoekt gevaar, hij kickt op gevaar. Hij neemt te grote risico’s en natuurlijk gaat dat ook wel eens mis, maar daar zit hij dan niet mee. Pech gehad. Hij is opvallend ongevoelig voor andermans leed. Hij wil nog wel eens opkomen voor dieren, dieren hebben hem nooit wat gedaan, mensen wel en daarom heeft hij een hekel aan mensen. Ze laten hem in feite koud. Er zijn dictators bekend die de vreselijkste dingen met mensen uithalen en tegelijkertijd grote dierenvrienden zijn.
Iemand kan ook dictator zijn in eigen huis, waar het dan ook een regelrechte hel is – voor mensen, en soms ook voor dieren.
Eva (45)
Mijn vader was een psychopaat. Hij hield van niets en niemand. Hij liet onze hond levend begraven, greep mijn broertje van zes bij de keel, tilde hem omhoog, drukte hem tegen de muur en zei: ‘Ik maak jou hartstikke dood.’ Mijn moeder was een keer in het water gevallen, hij liep langs haar heen en zei: ‘Verzuip maar.’ Hij stak geen hand naar haar uit. Hij sloeg haar met een riem, het bloed zat op de muren. Op zijn werk had hij met iedereen ruzie, sloeg zijn bazen met het gereedschap het ziekenhuis in en hij ging uit stelen. Uiteindelijk is hij veroordeeld. Toen hij vastzat heeft zij uiteindelijk de scheiding doorgezet. Hij heeft ons daarna nog jaren geterroriseerd.
Met een beetje pech kom je nooit meer van een psychopaat af. Hij kan het niet uitstaan dat jij doorgaat met jouw leven zonder hem. Hij heeft jou nodig om zijn agressie te botvieren. Het mag jou niet goed gaan, het mag niemand goed gaan.
Hij voelt voortdurend het recht om aan alles en iedereen lak te hebben. Hij heeft lak aan de heersende moraal, aan normen en waarden, aan prettige omgangsvormen. Hij kan zichzelf soms menselijk presenteren wanneer hij daar belang bij heeft, maar wanneer je hem langer kent, komt er een gruwelijk duiveltje uit een doosje. Hij is destructief tot op het bot en alles wat in zijn buurt komt wordt in zijn destructie meegetrokken. Wanneer hij zich verbindt met ‘soortgenoten’ kan hij heel veel schade aanrichten. We hoeven dagelijks maar een krant open te slaan en we kunnen de sporen van de psychopaat volgen.
Achtergrond
Is ook deze man een beschadigde man? Is hij niet gewoon vanaf zijn geboorte slecht? Wordt hij niet gewoon als monster geboren? Nee, waarschijnlijk niet. Vroeger dacht men dat psychopathie aangeboren was, maar tegenwoordig weet men meer over deze zeer ernstige ziekte van de persoonlijkheid. Men weet dat deze man als kind al zeer ernstig beschadigd werd. Hij werd al in zijn babytijd aan zijn lot overgelaten. Hij is meestal ernstig verwaarloosd en in de steek gelaten. Hij heeft nauwelijks een band op kunnen bouwen met zijn moeder of eventueel met een betrouwbare vervangster, waardoor zijn hele persoonlijkheid fundamenteel beschadigd is. In het tweede hoofdstuk werd uitgelegd hoe door de liefde van moeder het kind een gevoel van eigenwaarde krijgt wanneer hij zijn omgeving als prettig en liefdevol ervaart; hij ervaart zichzelf daardoor ook als prettig en liefdevol. Is die omgeving echter niet prettig maar zeer verwaarlozend en of zelfs agressief, dan zal een kind een basisgevoel krijgen van ‘ik ben slecht’ en zal hij zich daar ook naar gedragen. Hij zal zich enorm verlaten voelen door alles en iedereen en daar razend over zijn. Kijk naar de razernij van een baby die niet snel genoeg krijgt wat hij nodig heeft. Een psychopaat is een razende baby gebleven. Razend over wat hij nooit gehad heeft in zijn leven, hongerig als een wolf naar liefde, maar zo gevaarlijk dat niemand hem die liefde meer durft te geven. Hij is als een uitgehongerde leeuw in zijn kooi. Stap je erbij in, dan vreet hij je op. Hij is zo ongeduldig als een baby kan zijn. Zijn behoeften moeten nu vervuld worden, en wel direct, anders zwaait er wat! Wanneer de psychopaat een dier was, zou hij worden afgemaakt omdat hij niet te hanteren is in een roedel. Gelukkig wonen we hier in een land waar we geen doodstraf kennen, maar waar we deze zwaar beschadigde maar levensgevaarlijke volwassen baby proberen liefdevol te verplegen. Alleen beroepsmatig, met voldoende emotionele afstand en met genoeg beveiliging kun je deze man nog wat liefde geven en een menswaardig bestaan. Hij heeft daar net als ieder ander recht op. Hij was ooit een gewone baby met een gewone behoefte aan liefde.
Omdat hij zich al in het begin niet kan hechten aan een vertrouwensfiguur leert hij ook niet wat mag en niet mag. Zijn gewetensfunctie is niet goed ontwikkeld, daarom kan hij later lak hebben aan alles en iedereen; omdat hij zich ook niet verbonden voelt, voelt hij ook niet wat hij anderen aandoet. Hij mist een innerlijk klankbord, een innerlijk referentiekader waaraan hij kan toetsen hoe andere mensen bepaalde zaken voelen.
Het ontwikkelde geweten is niet van nature aangeboren zoals veel mensen denken, we moeten van onze ouders leren wat mag en niet mag en wat hoort en niet hoort. ‘Mag niet’, roept moeder. ‘Niet doen’, zegt vader. Uiteindelijk verinnerlijken we de stem van moeder en vader en denken we zelf: ‘Niet doen, mag niet, hoort niet’ et cetera. Had je strenge ouders, dan heb je later waarschijnlijk een streng geweten. Een glaasje limonade omgooien is dan al een doodzonde. Waren je ouders wat milder, dan heb je wel geleerd wat niet en wel hoort maar de marges zijn minder smal.
(vervolg Eva)
Nooit heb ik begrepen waarom mijn vader was zoals hij was. Daarom ben ik me gaan verdiepen in zijn verleden. Het blijkt dat hij een voorgeschiedenis heeft die kenmerkend is voor een psychopaat. Hij komt uit een groot gezin van negen kinderen. Zijn moeder overleed al in zijn eerste levensjaar. Alle kinderen zijn toen uit huis geplaatst en zijn her en der terechtgekomen. Mijn vader had voor zijn zevende levensjaar in tal van pleeggezinnen gezeten, waar hij ook ernstig geslagen en mishandeld werd. Hij zou aan zijn enkels opgehangen zijn, stond in een van de rapporten over hem. Zijn eigen vader keek niet meer naar de kinderen om en was aan de drank. Hij was als kind al onhanteerbaar en kwam al jong met justitie in aanraking. Mijn moeder wist dat allemaal niet toen ze met hem trouwde. Nu ik iets meer weet van zijn voorgeschiedenis, ben ik wel wat milder in mijn oordeel over hem. Natuurlijk heeft hij heel veel schade aangericht, maar hem is ook enorm veel onrecht aangedaan. In feite is er nooit plaats voor hem op deze wereld geweest en dat vind ik ook intens triest voor hem.
Triest is de psychopaat en nog triester is de vrouw die met hem trouwt en hun kinderen zijn vreselijk te betreuren. De vrouw weet in de meeste gevallen niet waar ze aan begint, wat voor man ze trouwt. Misschien ziet ze wel dat hij problemen heeft, maar onderschat ze die gruwelijk. Ze denkt dat haar liefde hem wel zal genezen, ze weet niet hoe ziek deze man is en dat kan ze ook niet weten. Zeker wanneer ze streng gelovig is, zal ze niet snel scheiden: ‘Wat God verbonden heeft…’ Ze zal willen volhouden: ‘Dragen, niet klagen en vragen om kracht’. Ze is vast geen psycholoog die op de hoogte is van persoonlijkheidsstoornissen. Ze komt meestal uit een gewoon gezin, is wellicht een beetje beschermd opgegroeid. Ze weet net als de vrouw van de narcist niet zo goed hoe ze moet leven, wie ze is en wat ze wil en zoekt een reisgenoot bij wie ze ‘op de rug mag springen’, die sterk genoeg is om haar door het leven te loodsen. Ze is meestal naïef, ietwat onvolwassen en goedgelovig. Vaak heeft ze een negatief zelfbeeld, voelt ze zich slecht en wanneer ze bewust kiest voor een crimineel dan heeft dat één voordeel: ze kan al het ‘slechte’ in zichzelf aan hem uitbesteden. Hij wordt de drager van het slechte in hun relatie, waardoor zij zich een goed mens kan voelen. Vervolgens kan ze het ‘slechte’ in zichzelf via hem gaan bestrijden door hem met liefde de overstelpen. Helaas is het water naar de zee dragen.
Soms heeft de vrouw die op de psychopaat valt, een psychopaat als vader: dan gaat ze op herhalingsmissie. Ze heeft haar vader nooit begrepen en begrijpt ook haar man niet. Ze weet niet meer wat normaal is en wat niet. Of ze weet het wel, maar ze denkt dat dat niet voor haar is weggelegd. Ze heeft de psychopathische vrouwenhaat van haar vader, zijn stem verinnerlijkt. Ze voelt zich solidair met haar moeder die zich niet verdedigde en haar niet beschermde. Ze haat zichzelf ten diepste en zoekt een partner die haar daar in bevestigt. Hij straft haar voor het feit dat ze leeft, dat ze vrouw is – elke dag opnieuw.
Een ietwat somber einde van de zoektocht naar de liefde, die elke keer eindigde bij een foute man. Is er dan geen hoop meer? Zeker wel, er gebeuren soms wonderen. Er bestaan wonderlijke vrouwen die zelfs twee psychopaten in hun leven overleven en ondertussen hun kinderen grootbrengen. Die zijn niet kapot te krijgen. Die fleuren op zodra ze weer alleen zijn, die gaan dansen, naar de kapper, kopen gouden ringen om hun vingers en hangen hun trouwring voor eeuwig aan de wilgen. Deze vrouwen zijn er gelukkig ook.