OPERATIE STARDUST
In de Centrale Bunker van Nevada Fields, het elektronische 'zenuwstelsel' van de lanceerbasis, heerste de zinloos lijkende drukte van de laatste voorbereidingen voor de start. Alle
manipulaties, berichten en detailberekeningen hadden slechts tot doel de reeds lang
vastgestelde eindresultaten nogmaals te controleren.
De voor het elektronisch systeem van het ruimteschip verantwoordelijke ingenieurs controleerden de ontelbare schakelingen binnenin het Astro elektronische rekenbrein dat alleen
bestemd was voor het aanbrengen van eventuele koerscorrecties.
Automaat B, de speciale robot voor start, trapbediening en afstandbesturing werd eveneens
gecontroleerd.
Elektronisch brein C, de robotcoördinator voor alle inkomende radarecho's, tevens
bedieningscentrale voor de op afstand bediende speciale camera’s voor de infrawaarnemingen
functioneerde zo feilloos als men maar kon wensen. De laatste controle berekeningen volgens
vastgesteld programma klopten tot in de tiende decimaal. De drie hoofdautomaten, algemeen
aangeduid met de benaming 'Electro's voor start en afstandbesturing', werden door de verantwoordelijke chef ingenieur als gereed gemeld.
Alle handelingen die reeds bij duizend voorafgegane starts met uiterst gespecialiseerde
routine waren verricht, vonden ook nu plaats. Slechts een iets heviger mate van opwinding
zou de ervaren waarnemer hebben verraden dat het ditmaal geen normale lancering betrof.
De zwaarbewapende soldaten bij de noordelijke ingang van de Centrale Bunker salueerden
onverschillig. Generaal L. Pounder, commandant van de Nevada ruimtehaven en hoofd van de
afdeling ruimteonderzoek, hechtte op zulke momenten geen al te grote waarde aan stipte eerbewijzen. Het was hem voldoende te weten dat zijn mannen waakzaam op hun post stonden.
Om nul uur vijftien, precies volgens programma, kwam Pounder het hoofdschakelstation van
de bunker binnen. Hij werd vergezeld door de stafchef, overste Maurice, en de
wetenschappelijk leider van de onderneming, professor dr. F. Lehmann. Lehmann was vooral
bekend geworden als directeur van de sinds 1968 bestaande academie voor de ruimtevaart in
Californië.
De verbijsterende bedrijvigheid in de centrale werd door de binnenkomst van de leidende
personen niet onderbroken. De generaal was er, dat was alles!
Lesley Pounder, robuust van gestalte en karakter, bij zijn medewerkers beroemd om het
onvoorwaardelijk doordrukken van zijn verlangens, in het Capitool te Washington berucht,
stapte naar het grote controle beeldscherm. Wat in de persbunker nog niet duidelijk te
herkennen was tekende zich hier in volle omvang af op het bolle glas van de beeldbuis.
Pounder klemde zich met beide handen aan de leuning van de draaistoel vast.
Gedurende enige ogenblikken bleef hij als verstard in die houding zitten.
Professor Lehmann greep in een nerveus gebaar naar zijn bril zonder randen. Ongeduld laaide
in hem op. Volgens hem waren er wel andere dingen te doen dan in gezelschap van de
almachtige chef reeds lang gecontroleerde bijkomstigheden nogmaals te inspecteren Hij wierp
de stafchef een smekende blik toe. Overste Maurice trok onmerkbaar zijn schouders op.
Afwachten, betekende dat. Pounder had blijkbaar nog enkele vragen op zijn hart, ofschoon hij
beter geïnformeerd was dan menigeen van het wetenschappelijk personeel.
'Prachtig, adembenemend mooi en geweldig.' zei Pounder met ingehouden adem. Hij keek
nog steeds naar het grote beeldscherm.
'Iets in me blijft hardnekkig vragen of we toch niet te ver gaan. De vakmensen van de
ruimtevaart beschouwen het nu nog als waanzin, de start vanaf de aarde te wagen. We moeten
niet alleen de luchtweerstand overwinnen! We moeten ook nog de snelheid bereiken die bij
2
een start vanaf het ruimtestation vanzelf zouden hebben. Dat is precies 7.08 kilometer per
seconde of 25.400 kilometer per uur.'
'De baansnelheid van het bemande ruimtestation, generaal' mompelde professor Lehmann
snel, 'is in ons geval niet beslissend. Ik maak u nogmaals attent op de moeilijkheden die
verbonden zijn aan het in de vrije ruimte samenstellen van vooraf vervaardigde onderdelen.
We hebben daar slechte ervaringen mee. Het is werkelijk veel eenvoudiger een ruimteschip
op een vaste basis op aarde te construeren, dan 1730 kilometer boven het aardoppervlak. De
kosten die daarmee worden bespaard bedragen per eenheid meer dan 350 miljoen dollar.'
'Daar hebt u in Washington een geweldige indruk mee gemaakt,' spotte de generaal. 'Maar
goed, er is nu niets meer aan te doen. Laten we hopen dat een schitterend resultaat van de
proefvlucht al die toewijding zal rechtvaardigen. Professor - mijn vier beste mannen zullen
aan boord van dit schip zijn! Als er iets mis gaat, bent u nog niet van me af.'
Lehmann verbleekte onder de ijskoude blik. Overste Maurice, de verstandige tacticus en
eeuwige speelbal tussen wetenschappelijke eisen en militaire belangen, mengde zich in het
gesprek.
'Generaal mag ik u aan de persconferentie herinneren? De verslaggevers zullen wel op hete
kolen zitten. Ik heb nog geen nadere inlichtingen laten doorgeven.'
'Moet dat beslist, Maurice?' bromde Pounder. 'Ik heb nu wel wat anders aan mijn hoofd.'
'Ik zou het u wel aanraden, generaal,' antwoordde de overste bescheiden.
De Astro medicus Dr. Fleeps kuchte, Fleeps was verantwoordelijk zowel voor ruimte
medische vraagstukken, als voor de feilloze gezondheidstoestand van de zogenaamde
'risicopiloten'.
Pounder glimlachte opeens. 'Vooruit dan maar, maar over de beeldtelefoon.'
Maurice viel van de ene ontsteltenis in de andere. De om hen heen staande technici onderdrukten een grijns. Dat was weer eens iets voor de ouwe.
'Generaal, in 's hemelsnaam, die mensen verwachten u persoonlijk. Dat heb ik hun toegezegd.'
'Neem dat dan maar terug,' antwoordde Pounder, niet onder de indruk.
'Generaal, ze zullen in hun artikelen geen stuk van ons heel laten,' smeekte de stafchef. 'Dat
weet u toch?'
'Dan laat ik die jongens net zo lang opsluiten tot ze weer bedaard zijn. Dat zullen we nog wel
eens zien. Schakel maar in.'
In de kale observatiebunker kwamen de luidsprekers tot leven. Pounders hoofd verscheen op
een beeldscherm. Met zijn beminnelijkste glimlach wenste hij 'een heel goede morgen', daar
het zoals bekend na middernacht plaatselijke tijd was.
Onmiddellijk daarna werd de generaal officieel. Hij negeerde de verbeten gezichten van de
verslaggevers.
Kort en bondig, alsof hij de grondbeginselen voor het bakken van slagroomtaarten uitlegde,
deelde hij mee:
'Heren, wat u sedert enige minuten op het beeldscherm ziet, is identiek aan een drietrapsraket,
waarvan de afzonderlijke cellen zeer belangrijke vernieuwingen bevatten. De start zal over
ongeveer drie uur plaats vinden, de laatste voorbereidingen zijn aan de gang. De vier
risicopiloten liggen op het ogenblik nog in een zenuwkalmerende diepe slaap. Ze zullen twee
uren voor de start gewekt worden.'
De verslaggevers bleven nog kalm. Bemande ruimtevluchten waren allang niets bijzonders
meer, Pounder kneep zijn ogen half dicht. Hij genoot van zijn triomf, die hij op een verrassende wijze uitspeelde.
De afdeling ruimteonderzoek heeft er, na eerder opgedane ervaringen, vanaf gezien het
ruimteschip op de satelliet in elkaar te zetten. De moeilijkheden en tegenslagen bij vroegere
pogingen zijn bekend. Daarom zal de eerste maanlandingraket van hier starten. Het schip heet
STARDUST, commandant van de eerste maanlandingexpeditie is majoor Perry Rhodan,
3
risicopiloot van het ruimteleger, 35 jaar oud, astronaut en kernfysicus, met als bijvak
atoomstraalmotoren. Perry Rhodan zal u voldoende bekend zijn. Hij is de man die als eerste
piloot van het ruimteleger om de maan heen vloog.'
Pounder zweeg weer. Tevreden registreerde hij de geluidsterkte van het van uiterste opwinding getuigende stemmengegons.
Iemand brulde om stilte. Het werd weer stil in het kale vertrek.
'Dank u zeer,' zei de generaal kuchend. 'U was nogal luidruchtig. Nee alstublieft geen vragen
om nadere inlichtingen. Die krijgt u direct na de start van mijn voorlichtingsofficier. Ik kan u
slechts korte aanwijzingen geven. Mijn tijd is beperkt. De Stardust start met een uitgezochte
bemanning van vier koppen. Behalve majoor Rhodan nemen kapitein Reginald Bull, kapitein
Clark G. Flipper en luitenant dr. Eric Manoli aan de expeditie deel. Het betreft hier een
militair wetenschappelijk specialisten team. Elk bemanningslid heeft de diploma's van min
stens twee voltooide studieterreinen in zijn zak. Het is een zogenaamde suppletie bemanning.
Alle vier namen zullen u bekend zijn. De mannen behoren tot de beste specialisten van de
westerse wereld. Ze zijn technisch en psychologisch op elkaar afgestemd, de ruimte is hun
tweede vaderland geworden. Foto’s en andere gegevens van de bemanning krijgt u eveneens
van de voorlichtingsofficier.'
Generaal Pounder scheen inderdaad niet van zins te zijn de geboeide toehoorders met een
lange redevoering te verblijden. Hij keek nu al op zijn horloge.
'Alstublieft, heren, uw vragen zijn vruchteloos,' onderbrak hij het lawaai. 'U krijgt van mij de
feiten, meer niet. De Stardust is voor een verblijf op de maan van vier weken uitgerust. Het
exploratie programma voor onze mensen staat vast. Na de geslaagde landingen met afstandbesturing van onbemande vaartuigen, gaan we het nu wagen. U weet natuurlijk ook wel dat
deze start vanaf de aarde enorm veel arbeidsvermogen verslind, temeer daar de laatste trap op
eigen kracht op de maan moet landen en weer vanaf de maanoppervlakte moet starten. Met de
gebruikelijke energiebronnen zou dat niet mogelijk zijn geweest, althans niet met een, uit
slechts drie trappen bestaand ruimteschip van deze betrekkelijke geringe afmetingen.'
'Technische gegevens!' schreeuwde iemand opgewonden in de microfoon.
'Die krijgt u nog,' snauwde de generaal terug. 'De totale lengte van het schip bedraagt 91,6
meter. De eerste trap meet 36,5 meter, nummer twee 24,7 meter, en nummer drie, het eigenlijke ruimte schip, 30,4 meter. Startgewicht met volle tanks, inclusief nuttige lading 6850 ton.
Nuttige lading van het maanschip 64,2 ton. Desondanks lijkt de maanraket nauwelijks groter
dan de normale verzorgingsschepen. Oorzaak: alleen de eerste trap heeft nog de chemische
vloeistofmotoren. De tweede en de derde trap werken voor het eerst met atoomstraalmotoren.'
Dat was Pounders tweede bom. Die had hij volkomen bij verrassing laten vallen. Onverstoorbaar vervolgde hij: 'De eerste trap werkt met ons beste chemische motorbrandstof mengsel.
Het betreft hier N-triethylboorzuur als brandstof component op boorwaterstof basis. Als
zuurstofbasis fungeert het gebruikelijke salpeterzuur dat in een mengverhouding van 1:4,9 de
zelfontbrandingreactie geeft. De stuwkracht bedraagt ongeveer 180 procent van die van het
oude hydrazine onder gelijke stoechiometrische voorwaarden. De eerste trap brengt het schip
met een snelheid van 10.115 kilometer per uur naar een hoogte van 88 kilometer. Daar valt hij
er af. De tweede trap heeft al de nieuwe kernchemische motorbrandstof, waardoor de motor,
die met gebruikmaking van onze nieuwe molecule verdichtende legeringen is gebouwd, met
een arbeidstemperatuur van 3920 graden Celsius loopt. We hebben de nieuwe micro reactoren
er heel goed in kunnen onderbrengen. Ze werken op plutonium basis. Ze geven hun zuiver
thermische arbeidsenergie via het arbeidsmedium aan de warmte uitwisselings-of
expansiekamers af. Als straalmedium, dat als laatste verhit en door de straalpijpen uitgestoten
wordt, gebruiken we bijna zuivere vloeibare parawaterstof. Nu we verlies door verdamping
kunnen vermijden, is vloeibare waterstof als straalmedium uitermate geschikt. Er moesten
moeilijke problemen worden opgelost die al begonnen met het buitengewoon lage smeltpunt
4
van waterstof. Vloeibare waterstof begint al bij 252,78 graad Celsius te koken. De kernchemische straal motor werkt met een uitstroomsnelheid van 10.102 meter per seconde. Dat is
een waarde die met een chemische reactie onder geen omstandigheid bereikbaar zou zijn.
Verdere gegevens krijgt u later. Van mij hebt u de feiten gehoord. Heren, de Stardust start om
drie uur, en zal dichtbij de Newcomb krater aan de maan zuidpool landen.'
Om precies één uur stond Dr. Fleeps voor de vier slapende mannen. Ze sliepen nu al 14 uren
onder invloed van psychonarcotine.
Fleeps aarzelde nog enige seconden voor hij met een tegen middel een eind maakte aan de
slaapnarcose. Hij deed het met een vaag gevoel van medelijden, want door dat middel keerden
de gedachten terug, ontwaakte de geest en zou al datgene op de vier mannen aanstormen wat
men zo ver mogelijk van hen verwijderd wilde houden. Een nerveuze, niet uitgeslapen, lichamelijk en geestelijk vermoeide astronaut was geen goede partner voor een zielloze rekenmachine en alle aandacht opeisende motoren. De menselijke geest moest helder blijven, want
alleen hij kon in de laatste instantie de meester zijn.
Dr. Fleeps wachtte. Naast hem stonden mannen van zijn medisch team. Natuurlijk kwamen nu
nog de gebruikelijke test onderzoeken. Die zouden ongeveer een uur vergen. Het laatste uur
behoorde aan de uitrustingstechnici.
Pas tien minuten voor de start zouden de mannen aan boord van de Stardust gaan. Ze hadden
in de commandocentrale niets anders meer te doen dan zo voorzichtig mogelijk en met
uitschakeling van elke geestelijke inspanning op de smalle bedden te gaan liggen.
Met de start was de ontspanning afgelopen. Dan ging het hard tergen hard; dan begon de ondragelijke periode voor lichaam en hersenen. Dan begon de foltering in de nauwe ruimte van
een razend monster van staal en plastic.
De vier platte bedden met hun poreus actief ademende matrassen van schuimmateriaal, waren
door een zacht licht omgeven. Het was een laatste daad van barmhartigheid voor een paar
mannen die zeer spoedig het geweld zouden moeten doorstaan.
Majoor Perry Rhodan, chef-piloot van het ruimteleger van de Verenigde Staten van Amerika,
sloeg zijn ogen op. Zijn slaap veranderde nagenoeg zonder overgang in een onmiddellijk
reagerende toestand van waakzaamheid.
'Heb je mij het eerst behandeld?' vroeg hij. Het was meer een vaststelling dan een vraag. Dr.
Fleeps nam zeer tevreden kennis van de duidelijke reactie van de commandant. Geen twijfel
mogelijk, Rhodan was wakker!
'Precies volgens plan, ouwe jongen,' bevestigde hij met gedempte stem.
Heel langzaam, en diep ademhalend, richtte de risicopiloot zich op. Iemand nam de dunne,
ademactieve deken weg. Rhodan had een soort wijd nachthemd aan,waardoor iedere druk of
spanning op het rustende lichaam werd vermeden.
Rhodans gemompelde verwensing aan het adres van zijn 'vermomming' toverde een grijns om
de lippen van de mannen. Ze werkte bevrijdend in deze nogal onwerkelijke situatie.
'Als ik jouw beeldschone kuiten had, doc, zou ik het me desnoods nog laten welgevallen,'
merkte Rhodan met zijn droge humor op. Zijn ogen tintelden vrolijk, maar zijn smalle,
magere gezicht bleef nagenoeg zonder uitdrukking.
Een hol gereutel trok Rhodans aandacht. Geïnteresseerd sloeg hij de 'ontwakingsmanoeuvre'
gade van zijn zorgenkind dat samen met hem al eens een vlucht om de maan had gemaakt.
Voor Perry Rhodan was het, evenals bij vorige gelegenheden, een raadsel hoe ze deze bolwangige reus met zijn zachte huid als van een zuigeling en de rode handen van een
afgebeulde werkster in die nauwe capsule hadden gekregen. Kapitein Clark G. Flipper, expert
in astronomie en wiskunde, met als bijvak fysica, ontwaakte met een geluidsontwikkeling als
een mammoet.
'Is mijn jochie al bijgekomen?' vroeg Flippy's dreunende stem. De aanstaande start scheen
hem pas in tweede instantie te interesseren.
5
'Hoe zit het doc. Heb je nog aan mijn vrouw gedacht?'
Dr. Fleeps onderdrukte een zucht. 'Hoor eens even ventje, als jij je vrouw als een anatomisch
wonder beschouwt, is dat niet mijn schuld. In ieder geval moet je nog drie maanden geduld
hebben. Als je het me voor die tijd nog eens durft te vragen, dan....!'
'Het had toch gekund , of niet soms?' onderbrak de reus met het baardeloze gezicht hem. 'De
onzekerheidsfactoren in het wiskundig onevenwichtige stelsel van het menselijke lichaam
lopen in de miljoenen. Ik heb dus nog de tijd?'
Het derde lid van de bemanning liet door een opgewekt lachje horen dat hij wakker was.
Luitenant Dr. Eric Manoli, medicus en geoloog, was de minst opvallende, de rustigste en
waarschijnlijk ook de meest beheerste man van het team. Hij groette zwijgend. Ook zijn blik
gleed naar de klok. Natuurlijk hield Dr. Manoli zich aan de ongeschreven wet van de
risicopiloten, die duidelijk en eenvoudig luide: 'Praat nooit over de start, tenzij het dringend
noodzakelijk is. Je hebt geslapen om je lichaam en je geest te kunnen ontspannen. Bederf de
goede uitwerking niet, door te denken dat je je onmiddellijk met de ernst van de situatie moet
bezig houden.'
Het was een heel eenvoudige formule en ze had haar waarde bewezen.
'Alles oké, Eric?' vroeg Rhodan. 'Ik zie dat je enorme baardgroei niet eens op dat slaapmiddel
reageert.'
'Een erfenis van mijn Italiaanse voorouders,' antwoordde Manoli verdrietig. 'Wat is er met
Bully? De vent slaapt als een marmot.'
Kapitein Flipper draaide zich op het bed om en liet zijn rechterhand met een kletsend geluid
neerkomen op de goed gevulde schouder van de kleine gedrongen man met de duidelijke
neiging tot zwaarlijvigheid.
Wie kapitein Reginald Bull evenwel kende, zou veeleer van een buitengewoon elastische
gummibal hebben gesproken. Wat bij hem vet leek, was een geniale misleiding van goedgelovige geesten. In ieder geval had 'Bully' de voorgeschreven 18 G in de grote centrifuge beter
doorstaan dan de kleine, pezige Manoli.
'Lummel,' brieste hij vanuit het schuimrubber kussen. Een breed, plat gezicht kwam van onder
de deken te voorschijn, een gezicht met talloze zomersproeten. lichtblauwe, bijna kleurloos
lijkende ogen pinkten naar Flipper.
'Ik ben al een uur wakker,' beweerde Bully luchtig. 'Voor iemand als ik is dat slaapmiddel
natuurlijk veel te zwak.'
'Natuurlijk,' zei Rhodan ernstig. Bully werd onder zijn blik een beetje bescheidener 'Ik
bewonder je geduld. Je hebt vast en zeker lichter ademgehaald dan een Egyptische mummie,
om ons niet te storen.'
'Hij krijgt een ridderorde.' merkte Flipper op. Proestend liet hij zijn zware lichaam van het
platte bed zakken.
'Zieke mensen en aanstaande vaders, vóór,' commandeerde hij. Ik zou eigenlijk wel eens
willen weten wat er aan ons nog te onderzoeken valt.'
Flipper zweeg plotseling. Een beetje verlegen keek hij de commandant aan. Bijna had hij de
ongeschreven wet gebroken. Rhodan praatte er overheen.
Geeuwend, opvallend bedaard, zei hij: 'Begin maar met de baby, doc. Onze bloedsomloop zal
wel in orde zijn. Maar wacht nog even met de neutraliseer spuitjes.'
Perry Rhodan voelde diep in zijn binnenste de knagende onrust. Het zinloos lijkende geklets
van de mannen was niets meer of minder dan een psychologische truc om zichzelf gerust te
stellen. Vooral niet over de start praten! In 's hemelsnaam niet! Die zou erg genoeg worden,
daarvan was Rhodan overtuigd.
De rit op de loeiende gasstraal van een kernchemische atoomraket mocht dan, wat de
ontstaande traagheidskrachten aangaat niet van de start van een normaal straalvliegtuig
verschillen, toch was het iets heel anders. De werkelijke druk kwam veel dieper in de geest.
6
Ze waren bang! Natuurlijk waren ze bang! Dat had niemand ooit tegen gesproken; maar deze
mannen moesten hun angst overwinnen, dat was een eerste vereiste.
Rhodan lette scherp maar onopvallend op hen. Ze schenen alle drie in orde te zijn. Clark
Flipper was misschien een beetje onrustig. Hij dacht te vaak aan de komende baby. Als het
aan Perry Rhodan had gelegen, zouden ze Flipper deze keer thuis hebben gelaten. Maar het
zorgvuldig op elkaar ingespeelde team mocht niet uiteen gehaald worden. Een vreemde zou
niet zo gemakkelijk in de bemanning opgenomen kunnen worden. Hij zou niet in het
samenspel hebben gepast.
Daarom had Rhodan zich in het feit geschikt. Maar verder ontdekte hij geen redenen voor een
negatieve beoordeling.
De ligstoelen voor de bemanning in de cockpit van het ruimteschip waren volmaakte, hydropneumatisch beweegbare producten. Beter en zachter was niet mogelijk, temeer daar de
niveau regelaars iedere gewichtsverandering onmiddellijk compenseerden.
Bij de start van de eerste bemande ruimtecapsules, had men er de allergrootste waarde aan
gehecht, de toenmalige astronauten in hun zware, ongemakkelijke ruimtepakken op de
ligstoelen te bevestigen. Soms waren de mannen zelfs gedwongen geweest, zulks in verband
met bestaande veiligheidsvoorschriften, de drukhelm met het transparante gezichtsgedeelte te
dragen.
Natuurlijk waren er door de zware druk telkens weer kleine verwondingen ontstaan. Het
ernstigste en meest betreurenswaardige ongeval in de geschiedenis van de bemande
ruimtevaart, had zich bij de bouw van de satelliet voorgedaan.
Een niet goed zittende drukhelm had bij een startversnelling van 11,3 G een gebroken nek
veroorzaakt. Perry Rhodan was nooit in een ruimtepak gestart. Het was zijn zeer speciale
privilege, dat hij tot zijn bemanning had uitgebreid. De technici beschouwden het nog steeds
als roekeloosheid. Bij het kleinste scheurtje in de huid van het ruimteschip, zou een explosieve decompressie ontstaan, dus een explosief drukverlies. Men wist heel goed hoe gemakkelijk het bloed van de mens begint te koken. Rhodan had echter goede ervaringen opgedaan.
Zijn cabines waren nooit door meteoren getroffen, of bij de start door mechanische krachten
beschadigd. De vier mannen lagen in hun lichtblauwe, nauwsluitende uniformoveralls op hun
plaatsen in de cabine van het ruimteschip.
De ruimtepakken hingen binnen hun onmiddellijk bereik in de speciale houders.
Rhodan had hun daarmee een pijnlijke verzwaring en op zijn minst enige onvermijdelijke
kwetsuren en blauwe plekken bespaard. De controle van de schakelingen was beëindigd. Ver
beneden hen, meer dan 85 meter in de diepte, trokken de laatste technici zich terug. Ze hadden
nog eens de stabilo bevestiging van de eerste trap gecontroleerd.
Kapitein Bull, speciaal ingenieur voor atoomstraal motoren, bijvak elektronica, had voor de
controle van zijn meetinstrumenten meer tijd nodig gehad dan Rhodan voor de controle van
de start en afstand besturingsautomaat.
De wijzers van de speciale klok sprongen naar het volgende getal. Het was drie uur één. Om
drie uur twee zou de start plaatsvinden.
Rhodan draaide zijn hoofd. Het ging een beetje moeilijk om dat hij omsloten werd door de
servo-automaat met de sponsrubber bekleding.
'Bij jullie alles oké?' vroeg hij. Flipper en Dr. Manoli lagen achter de twee bestuurdersplaatsen. Ze hadden op dat moment niets te doen. De cabine was uit de aard der zaak nauw, terwijl
de ruimte nog verder werd beperkt door ontelbare kabels, flexibele leidingen en zorgvuldig
ingebouwde instrumentenkasten. Hier was met iedere centimeter gewoekerd. Onder de
cockpit of de centrale bevond zich een klein verblijf met een miniatuurkeukentje en sanitair.
Meer plaats had men voor de vier risicopiloten niet kunnen inruimen. Beide ruimten lagen
dicht onder de scherpe raketneus. Daarop volgde het magazijn voor de, met wonderbaarlijke
nauwkeurigheid gestuwde nuttige lading. De daaronder liggende ruimten behoorden, indien
7
enigszins mogelijk, nooit door de mannen betreden te worden. Na de geïsoleerde tanks met
vloeibare waterstof kwamen de pompinstallaties en het bijbehorende stroomaggregaat. De
dikke, tegen de hitte beschermende wand betekende het einde van de veilige zone. Daarachter
loerde de snellopende plutoniumreactor, de omvormer voor het opwekken van de krachtstroom en tenslotte die monstrueuze schepping, de expansiekamers met hun hoge druk
leidingen, thermopijpen en koelsystemen. Daarin werd de van tevoren verdampte waterstof tot
het uitzettingsproces gedwongen.
De Stardust bezat behalve vier kleine draaibare stuurstraalpijpen, slechts één enkele hoofdstraalpijp. De volle stuwkracht van de motor bedroeg 1120 ton bij een uitstroom snelheid van
10.102 meter per seconde.
Rhodans vraag werd met een glimlach beantwoord. Ze hoorden alle vier de krassende stem
van de afteller. De laatste minuut was aangebroken. Ze hadden allemaal al eens een grap
gemaakt over dat monotone opdreunen van getallen. Ze hadden er zich nooit bijzonder over
opgewonden. Nu was ook dat anders geworden. De gedachte aan de atoomstraalmotoren werd
een obsessie.
'...achttien - zeventien - zestien - vijftien...'
Rhodan schoof de microfoon nog wat dichter voor zijn lippen. Zijn blik concentreerde zich op
de wijzers. De naar binnen gezwaaide instrumentenpanelen hingen dicht voor zijn ogen.
'Eindmelding Stardust aan centrale!' klonk zijn stem uit de luidsprekers. Hij werd overal
gehoord, ook in de persbunker van Nevada Fields.
'Alles wel aan boord. We melden ons af tot aan het afstoten van de eerste trap. Over en
sluiten!'
'...drie - twee - een - nul - vuur!'
Het ging net als altijd. Ze wisten dat de cabine van een ruimteschip, ondanks alle maatregelen
om het geluid te dempen, een klankbord van de eerste orde was. Daaraan veranderde ook de
meertrapsinrichting niets.
Ze hoorden het gorgelen en sissen van de turbopompen ver beneden hen in de buikige romp
van de eerste trap. Toen klonk het eerste dreunen van de voorontsteking, onmiddellijk
gevolgd door het inferno van geluiden van de reagerende brandstof. N-triëthyl-boorzuur als
brandstof vermengde zich met het als zuurstofbasis fungerende salpeterzuur. In de 42
ontbrandingskamers van de eerste trap begon het chemisch proces met een monsterachtig
geweld. Witgloeiende vlammentongen verscheurden het nachtelijk duister. De ontstekingsdrukgolf jankte over het wijde landschap tot ze door het oorverdovende lawaai van de
reusachtige motoren werd overstemd.
De Stardust verhief zich tot op een onderdeel van een seconde nauwkeurig op tijd. Het kalme,
majestueuze opstijgen ging over in een woest omhoog stoten, een beangstigend overhellen
van het bovengedeelte. Het was het gevaarlijkste ogenblik bij de start van een werkelijk
groots ruimteschip. Het was een secondenlange strijd van stuurautomaat en motoren om het
evenwicht van het nog nagenoeg stil hangende gevaarte. Slechts uit het traag voort kruipende
diagram van het elektronisch brein van de afstand besturing bleek dat de wendbare stuurstraalpijpen ogenblikkelijk het dreigende overhellen compenseerden.
De uitroepen van de verslaggevers gingen verloren in het dreunende lawaai. Het was alsof de
wereld verging, een onbeschrijfelijk machtig geweld.
De woorden van de bemanning waren in de bunkers nog niet te verstaan. Wie geen hermetisch afsluitende koptelefoon droeg, was op dit ogenblik tot absolute doofheid gedoemd.
Lippen bewogen, handen maakten driftige gebaren. Ieder gebaar getuigde van de grootste
zenuwinspanning.
Toen kreeg de Stardust eindelijk snelheid. Na het korte, seconden lange aarzelen en trillen na
de start, volgde de heftige titanensprong van het gevaarte dat plotseling zijn element leek in te
schieten.
8
Onder een mateloze geluidsontwikkeling schoot de Stardust de bloedrood oplichtende nachtelijke hemel in. De verbrandingskuil kon de felle gloed uit de straalpijpen niet meer opnemen.
Met een enorme kracht spoten de vlammen op het metaal van de starttoren neer en geselden
het beton van de vloer waar het gevaarte zich huiverend van had afgestoten.
Enige ogenblikken later namen de camera’s nog slechts de witgloeiende vuurstaart van de
voortrazende gigant op. Rechtop, nu definitief in evenwicht, schoot hij brullend omhoog, tot
zijn brandende gaskolom nog slechts als een zwak lichtpuntje te zien was. Ook dat vervaagde
tenslotte in de onbewolkte sterrenhemel.
Er kraakte iets in de luidspreker installatie. Op het grote beeldscherm verscheen het gezicht
van generaal Pounder.
'De Stardust is volgens programma om drie uur twee gestart,' deelde hij rustig mee. 'Geen
bijzondere voorvallen, alles normaal. U zult de radiomeldingen van de piloten mee kunnen
beluisteren. Het afstoten van de eerste trap kan elk ogenblik plaatsvinden. De maximale
versnelling ligt in de buurt van 9,3 G. Dit te uwer informatie. Over ongeveer drie minuten
komt de Stardust binnen het aftastbereik van het ruimtestation. Vanaf dat moment zult u het
ruimteschip weer goed kunnen zien en het afstoten van de tweede trap kunnen volgen. Ik
maak u er nogmaals op attent dat u het gebied van Nevada Fields pas mag verlaten wanneer
de Stardust behouden op de maan is geland. We hebben ditmaal een verassing in petto. Dat
was alles. Sluiten!'
Generaal Pounder besloot met een glimlach.
'Over vijf seconden afstoten van de eerste trap,' dreunde de stem van een technicus uit de
luidsprekers van het hoofdschakelstation. 'Werkt correct, geen afwijkingen...
twee – een – contact!'
De elektronische volautomaat schakelde met fabelachtige precisie, Niemand bewoog een
hand, geen vinger werd gekromd. Er waren slechts turende ogen, trillende zenuwen en, in
lijnrechte tegenspraak daarmee, in stoïcijnse kalmte afwachtende mannen.
Uit de luidsprekers van de installatie voor het overbrengen van geluiden over grote afstand
klonk het geluidssignaal van de geslaagde afstoting.
Op de radarschermen waren plotseling twee afzonderlijke voorwerpen te zien. Het hulpschakelstation voor de landing van de starttrappen, nam de afstandbesturing van het afgestoten
deel van de raket over.
De bemanning van de Stardust had acht seconden tijd voor de zogenaamde ‘intervalontspanning’ Het elektronisch brein bereidde nu reeds de ontsteking van de tweede trap voor. De
stem van Perry Rhodan klonk rustig en beheerst. Misschien enigszins geknepen, maar dat was
dan ook alles.
'Hier Rhodan, geen afwijkingen. Instrumenten normaal. Trillingen binnen de grenzen.
Bemanning klaar voor het ontsteken van de tweede trap. Over en sluiten.'
Meer had hij niet te zeggen. Het was genoeg voor de geleerden en technici van het grondstation. Zonder aandrijving suisde de Stardust de ruimte tegemoet.
Rhodan wierp nog een vlugge blik om zich heen. Reginald Bull scheen in orde te zijn. Ook
Flipper en Manoli hadden de 9,3 G goed doorstaan.
Nu kwam de atoommotor van de tweede trap aan de beurt. Rhodan voelde het vocht in zijn
handpalmen, maar zijn waakzame zintuigen namen geen ongewone geluiden waar Het was
enige ogenblikken stil geworden. Toen kwam plotseling de ruk, gelijk met een krijsend gejank
da elke molecule van het metaal leek te doen trillen. Ook ditmaal werkte de cabine als
klankbord. De versnelling nam na enige ogenblikken toe tot 8 G. Daarmee begon de zware
druk waartegen nog geen middel bestond. Rhodan voelde de werking van het sterke, de
bloedsomloop stabiliserende medicijn. Het lichaam hield het nog uit, alleen het ademhalen
werd een marteling. Met omfloerste blik, niet in staat om ook maar een vinger te bewegen,
staarde hij naar de boven zijn gezicht hangende instrumenten. Het leek een eeuwigheid te
9
duren voor de moordend geworden opstoot van precies zeven seconden tot de normale waarde
van 1 G terug liep.
Het was een korte rustpauze, die door middel van exacte calculatie en rekening houdend met
de enorme prestaties van de motor, was vastgesteld.
Rhodan brulde zijn 'Alles wel' in de microfoon. Het antwoord verstond hij niet. Alleen zijn
ogen namen het kruipende lichtsein waar. Toen volgde de tweede versnelling van de tweede
trap. De stuwkracht was nog niet uitgeput. Drie seconden na de tweede stoot werd de aardse
vliegsnelheid overschreden. De snelheidsmeters trilden op 11,5 kilometer per seconde. Bij 20
kilometer per seconde was de tweede trap uitgewerkt. Het afstoten vond weer zo snel en
abrupt plaats, dat de spontaan optredende gewichtloosheid als een geweldige hamerslag
werkte.
De mannen voelden hoe ze omhoog gerukt en met felle kracht tegen de brede veiligheidsgordels van hun ligstoelen gedrukt werden.
Rhodan verloor enige ogenblikken het bewustzijn. Toen hij zijn ogen weer opende en de rode
flikkeringen geleidelijk verdwenen, bevonden ze zich in de vrije ruimte.
De koerswijziging van 43 graden had inmiddels plaatsgevonden. Ver achter hen, op de
schermen niet meer te onderscheiden, werd de tweede trap door het grondstation weer in de
landingskoers gedwongen. De Stardust was de kringloop van het ruimtestation al gepasseerd,
en stoof met nog onverminderde snelheid in vrije vaart 3250 kilometer boven het
aardoppervlak.
Nu hadden ze enige minuten tijd om zich te ontspannen. Theoretisch was de eindsnelheid van
het ruimteschip voldoende om het volkomen van de aantrekkingskracht van de aarde los te
maken. Theoretisch moest het nu zonder enige aandrijfkracht ieder willekeurig punt in het
heelal kunnen bereiken.
Tussen theorie en praktijk gaapt echter nog een enorme afgrond. De aardse zwaartekracht was
wel bedwongen, maar bestond nog altijd, en trok aan de baan van het ruimteschip. Ze waren
met eenvoudig verder vliegen ook niet klaar. Er moesten nog talloze manoeuvres plaatsvinden, waarvan de gegevens nog lang niet precies vaststonden. Er moesten geringe koersafwijkingen worden berekend en gecorrigeerd. Nog geringere verschillen in de theoretische snelheidsberekeningen, die onlangs tot nieuwe moeilijkheden bij het aanvliegen van het doel
hadden geleid, moesten eveneens opgeheven worden.
Rhodans ligstoel scharnierde gedeeltelijk omhoog en er ontstond een zacht beklede stoel. De
draaibare instrumentenpanelen volgden de beweging. Eindelijk hingen ze weer voor en niet
boven zijn ogen. Het gaf een bevrijdend gevoel.
Reginald Bull zocht zijn ontspanning in een paar niet in een beschaafd gezelschap passende
woorden. Kapitein Flipper hoestte schor en droog. Er zat geronnen bloed in zijn mondhoeken.
'Het was erg, erger dan anders,' zei Rhodan schor. 'Ze hebben ons gedurende de laatste
seconden op 15,4 G gebracht. Daarmee zijn we door de gevaarlijke stralingsgordel geraasd –
wat is er met jou aan de hand?'
Clark G. Flipper zag bleek. Het gezonde rood van zijn bolle gezicht was verdwenen. Alleen
de glans van zijn stroblonde haar was niet veranderd.
Hij trok een beetje ongelukkig met zijn lippen toen hij kreunde:
'De duivel zal ze halen, maar ik moet er mee ophouden, voor ik nog meer stommiteiten
uithaal. Ik had bij 7 G de punt van mij tong nog tussen m’n tanden. Idioot, dat ik ben. Iedere
leerling wordt eerst bijgebracht dat hij zulke gewoonten moet nalaten. En juist ik …!'
Hij besloot met een schouderophalen. Zijn gezicht was van pijn vertrokken. Rhodan keek hem
onderzoekend aan. Zijn scherpe blik werd door een misleidend glimlachje gecamoufleerd.
Bully’s magnetische zolen klapten op de metalen vloerplaat. Hij probeerde vreemd wankelend
zijn evenwicht te bewaren. Zolang de motoren van de Stardust buiten bedrijfwaren, zouden ze
10
gewichtloos zijn. Zwijgend, met klossende, moeizaam opgeheven en heen en weer smakkende
magnetische schoenen, legde hij weinige passen naar Manoli af.
Na enige ogenblikken aan Manoli’s pols te hebben gevoeld, knikte hij opgelucht.
'Oké,' zei hij stijf. 'Komt dadelijk bij. Zijn pols slaat als een uurwerk. Laat je tong eens zien,
Flippy. Vooruit, doe je mond eens open.'
Donkerrood, zwartachtig glanzend bloed kwam te voorschijn. Rhodan had genoeg gezien. Dit
was een geval voor Dr. Manoli. Terwijl de commandant de geluidssterkteregelaar van de
radio naar rechts draaide en de onontwarbare geluiden eindelijk duidelijker werden, kwam Dr.
Manoli bij. Rhodan hoorde het zachte sissen van de hydrapneumatische vering. Manoli’s
ligstoel werd een gewone stoel. Enige ogenblikken later stond hij naast Flipper. De mannen
verspilden geen woorden. Manoli wist dat de commandant op zijn oordeel wachtte.
'Geluk gehad,' klonk de stem van de dokter. 'Meer aangebeten dan doorgebeten. Ik heb tien
minuten nodig, of liever twaalf. Kan dat?'
'Dat kan. Begin maar. Bully, neem de nieuwe cijfers op van de hoofdautomaat op de geluidsband op. Ik wil een controle berekening hebben. We wisselen over twaalf minuten. Geef me
binnen die tijd de compensatieberekening. Ik schat dat we het verlies met ongeveer vier
seconden volle kracht kunnen inhalen.'
Enige ogenblikken later verscheen zijn gezicht op het grote beeldscherm van het grondstation.
Pounder, die zenuwachtig en ongerust voor de microfoon stond, haalde opgelucht adem.
'Stardust aan Nevada Fields,' klonk het luid en volkomen duidelijk door het hoofdschakelstation. 'Kapitein Flipper licht gewond. Bijtwond aan tong. Manoli is bezig het bloed te
stelpen. De wond kan gedicht worden en met plasma concentratie snel genezen zijn. Ik heb
twaalf minuten uitstel nodig, over en sluiten.'
Pounder richtte zich op. Zijn blik naar professor Lehmann zei genoeg. De geleerde knikte
kort. Het kon. Met dergelijke complicaties was op Nevada Fields rekening gehouden. Het
elektronisch brein begon te werken. Enige ogenblikken later waren de correctiecijfers gereed
en werden automatisch via een richtstraal antenne naar de Stardust overgeseind.
Het diagram lichte voor Reginald Bull op. De kleinere, maar volkomen voor zijn taak
berekende rekenautomaat van de Stardust bevestigde de ontvangst.
Praktisch gezien werden op hetzelfde ogenblik een groot aantal zorgvuldig berekende
gegevens ongeldig gemaakt. Nieuwe getallen flitsten in de vorm van radio-impulsen door de
ruimte. Een prachtige planning werd in enige ogenblikken verworpen en volkomen veranderd.
Bully’s vingers stopten de basis gegevens in de machine. Rhodan gaf de routinemeldingen
over hoogtestraling, meetresultaten, temperaturen, cabinedruk en gezondheidstoestand door.
Manoli had maar elf minuten nodig. Toen was Flipper weer in orde. De diepe snee in zijn
tong was zorgvuldig en nauwelijks zichtbaar gedicht.
Met een hulpeloze, beschamende blik in zijn ogen, keek hij om zich heen.
'Gebruik ditmaal je duim, baby,' merkte Rhodan op. 'Die kan meer verdragen.'
De stoelen klapten weer terug en onmiddellijk daarna begon dat ding te janken waarvan ze de
werking nog steeds met een mengsel van hoopvolle eerbied, instinctieve angst en zenuwslopende nieuwsgierigheid afwachten.
Het was de kernchemische atoomstraalmotor die, in precies dezelfde uitvoering, in de tweede
trap zo uitstekend gefunctioneerd had.
Weer volgden het woest gebrul en de hevige ruk. De versnelling van de zwaartekracht liep
echter slechts tot 2,1 G op, zodat noch Rhodan noch de andere mannen ditmaal bijzondere
moeilijkheden ondervonden. Op een vlammende straal van over verhitte waterstofgassen
suisde het ruimteschip door het heelal.
Sinds de aanvankelijke moeilijkheden bij de start van een ruimtevaartuig keurig waren
opgelost, begonnen hier pas de feitelijke problemen van de ruimtevaart.
11
Rhodan luisterde naar het gelijkmatig geworden loeiend geluid van de atoomstraal motor in
het niets, dicht achter de cirkelvormige achtersteven van het ruimteschip, hing de blauw
oplichtende gasvlam. Dat was de, in de atomair verhitte expansiekamer tot heftige uitzetting
gekomen, vloeibare waterstof. De reactorinhoud was voldoende voor ruim een jaar. Alleen
met het straalmedium moest voorzichtiger worden omgegaan. De voorraad was beperkt. Als
de tanks leeg waren en er niets meer uit te stoten was, faalde de beste atoomreactor.
Terwijl Rhodan zwaar ademhalend op zijn stoel lag en met nauwkeurig afgemeten tussenpozen zijn korte berichten aan het luisterende ruimtestation doorgaf, dacht hij vluchtig aan deze
zo prachtige en toch nog zo primitieve motor.
Nog steeds moest de omweg via een straalmedium worden gekozen om de noodzakelijke
stuwkracht te krijgen. Zou de mens ooit nog eens over de pure atoomstraalmotor kunnen
beschikken? Een geweldige motor, die de snelheid tot dicht bij die van het licht zou kunnen
opvoeren?
Rhodan trok met zijn lippen. Hij voelde een aandrang om schamper te lachen.
Reginald Bull scheen zich ongeveer met dezelfde gedachte bezig te houden. Hij snoof opeens:
'Reken maar dat romanhelden het gemakkelijker hebben. Die hebben geen stuwkrachtproblemen, en die bijten ook nooit op hun eigen tong. Flippy – hoe gaat het? Hou je het uit? Het
duurt nog een paar minuten. Dan gaan we vijf seconden op 8,4 G over. Oké?'
'Oké,' hijgde de reus in de boordtelefoon. Zijn ademhaling klonk reutelend in de microfoon.
'Alles oké. Lieve hemel, we zijn onderweg! M et vier man sterk onderweg. Op een goede dag
zal ik het mijn zoon vertellen. Hij zal ogen opzetten, rond en glimmend als opgepoetste
knikkers.'
Flipper zweeg uitgeput. Er waren training en een lichaam met veel weerstandvermogen voor
nodig, om bij een d ruk van meer dan 2 G nog duidelijk te kunnen spreken. Deze mannen
konden het. Alleen Dr. Manoli sprak niet. In plaats daarvan verried een spoor van een
vriendelijk glimlachje al zijn gevoelens.
Ja, ze waren onderweg. De start hadden ze zo goed als achter zich. Wat nu nog kwam was
meer een kwestie van verstand en bliksemsnel reageren. De afschuwelijke, onvermijdelijke
stuwdruk was bijna voorbij. Ze hadden de aarde achter zich gelaten, die reusachtige,
groenblauwe bol met al zijn zeeën, continenten, optorende wolkengebergten en miljarden
mensen.
Ze konden zich verheven voelen boven het aards bestaan, en op dat ogenblik voelden ze zich
ook zo.
Alleen Rhodans glasheldere verstand deed aan deze gevoelschaos niet mee.
Niemand zag de sceptische flikkering in zijn ogen. Ze waren nog niet geland, en nog niet voor
de thuisreis gestart. Deze onderneming gold geen betrekkelijk ongevaarlijk omcirkelen van de
maan, maar een buitengewoon moeilijke maanlanding.
Ditmaal was zelfs Perry Rhodan voorzichtig geweest. Toen de sterke druk van de remvertraging voorbij was en de Stardust met een gemakkelijk op te heffen resterende snelheid van nog
slechts 3,5 kilometer per seconde in de berekende kringloop van de maan was gebracht, had
hij bevel gegeven de ruimtepakken aan te trekken. Ze hadden het bevel zwijgend opgevolgd.
Terwijl de Stardust, op afstand bestuurd door het grote elektronische brein van het ruimtestation, volgens plan in steeds kleinere cirkels om de maan werd geleid, hadden ze de betrekkelijk lichte en toch zo monsterachtig uitziende pakken aangetrokken. Het waren hypermoderne
beschermingspakken. Absoluut drukvast, hermetisch afgesloten, met eigen energievoorziening, airconditioning, zuurstoftoevoer en met doorzichtige bolvormige helmen, uit oersterke
kunststof vervaardigd.
Rhodan had zelfs die helmen laten sluiten. Alleen de ventielen links en rechts van de bevestigingsrand waren nog open, zodat de mannen de normale cabinelucht konden inademen. De
12
ingebouwde automaat zou de ventielen onmiddellijk sluiten zodra de buitendruk beneden de
normale waarde zou dalen.
Daarmee had Rhodan alles gedaan om de mogelijkheid van een ongeluk tot een minimum te
beperken.
De Stardust vloog met de achtersteven naar voren, zodat de straalpijpen van de motor als rem
konden dienen. De vliegbaan liep van pool tot pool. Daardoor verdween het ruimteschip
buiten het werkingsgebied van de afstandbesturing, zodra het achter de voor radiogolven
onbereikbare achterzijde van de maan wegdook. Daar nam de boordautomaat de besturing
over, die na de vijfde remomloop tot de landing moest leiden.
Die vijfde omloop was zojuist begonnen. Boven de zichtbare voorkant van de maan was de
zon voor een lange maandag opgegaan. De achterste halve bol lag reeds voor 60 procent in de
diepste duisternis.
Alleen de radar aftasters gaven een behoorlijk beeld van de pokdalige oppervlakte. Ze
verschilde nauwelijks van de voorzijde, maar dat waren al lang bekende feiten. De maan
verborg in dat opzicht geen geheimen meer.
Ze doken weer uit de maanschaduw op. Hun hoogte bedroeg nu nauwelijks 90 kilometer, de
snelheid was door korte remstoten tot 2,3 kilometer per seconde terug gebracht.
De registratierobot begon schel te fluiten. De machtige richtstralen van het ruimtestation
hadden het schip alweer opgevangen. De centrale automaat van de Stardust kreeg nieuwe
instructies in de vorm van de laatste rekenresultaten. Bully schakelde het apparaat voor het
opvolgen van die instructies in.
Op het radarscherm was de raket als een groene stip te zien. Hij gleed over de van tevoren als
landingsbaan getekende lijn. Het einde van die lijn lag dichtbij de maan zuidpool, een eindje
achter de Newcomb krater. Het rode cirkeltje gaf de landingsplaats aan. Het was een vlak,
blijkbaar steenachtig gedeelte dat een goed steunpunt zou bieden aan de grote landingspoten
van het ruimteschip.
Even duidelijk als de stuurimpulsen van de automaat was ook de stem van de projectleider te
horen. Ten gevolge van de grote afstand ontstonden secondenlange tussenruimten tussen de
meldingen. Ook de ultrakorte radiogolven hadden al enige tijd nodig om de afstand te
overbruggen.
Met nog grote snelheid, die door de geringe zwaartekracht van de maan niet te verwaarlozen
weerstand ondervond door de centrifugaal kracht, kwam de Stardust boven de westelijke
uitlopers van de Mare Nubium aan. Recht vooruit dook de grote Walter krater op. Ze waren
niet ver meer van het landingspunt.
'Hier grondcontrole, generaal Pounder,' klonk het onder een storend geruis uit de luidsprekers.
'U bereikt uw draaipunt over 72 seconden. Impulsuitzending geschiedt, rekeninghoudend met
de door de radiogolven af te leggen afstand. Wij schakelen voorlopig uit, om storingen te
vermijden. We hebben u duidelijk op de radarschermen. Ontvangst goed, nauwelijks gestoord.
Grote afstandsbesturingautomaat wordt aangezet. We zullen u goed aan de grond zetten.
Schuif de landingspoten uit. Verzoeke te melden wanneer u gereed bent. ik antwoord niet
meer. Tot na de landing, veel geluk en houd u taai. Over en sluiten.'
Rhodan haalde een schakelaar over. De vier telescooppoten van de Stardust schoven onder
een hoek van 45 graden uit elkaar. Verder en verder drukte de hydraulische pomp de
veelvuldig beproefde poten naar buiten. Aan de ondereinden ontvouwden zich de voetzolen,
elk met een raakvlak van vier vierkante meter.
Even later was het contactpunt bereikt. De Stardust bevond zich nog steeds op de, op het
radarscherm aangegeven vlieglijn. Kleine afwijkingen waren nauwkeurig gecorrigeerd.
'Klaar, contact komt,' riep Bully. Hij hoorde de zware ademhaling van de andere mannen. Dit
was het ogenblik waarop praktisch alles aankwam. Het slagen van de van tevoren berekende
landing hing er van af.
13
Plotseling, zonder enige voorbereiding, klonk de schelle fluittoon van het registreer apparaat.
De impuls was ontvangen, tot op een onderdeel van een seconde nauwkeurig op tijd. De raket
motor begon te brullen. Het was maar een korte doch daardoor buitengewoon hevige
terugstoot met 12 G, die de resterende snelheid van het ruimteschip met nog eens 50 procent
deed afnemen.
Toen het voorbij was, en de berekende correctiepauze intrad, haalden de mannen reutelend
adem. Bij de volgende remstoot zou de draaiing over 60 graden volgen, en daarna het nauwkeurig verticaal richten van de straalpijpen aan de achtersteven op het maanoppervlak.
Als dat gebeurde, moest het ruimteschip boven het landingspunt hangen en op de eigen
gasstraal met feilloos uitgemeten stuwkracht landen. Met een valsnelheid van hoogstens vier
meter per seconde. Zo stond het in de voorschriften.
Bliksemsnel flitsten de afzonderlijke gegevens door Rhodans brein. Het had allemaal zo
eenvoudig geleken, zo simpel en zo onfeilbaar. Nu hij in dat betrekkelijk broze gevaarte lag,
drongen de enorme moeilijkheden met volle, folterende kracht tot hem door.
De Stardust begon in een vlakke ellipsvormige baan te vallen. Nu werd de aantrekkingskracht
van de maan waarneembaar. Het werd hoogtijd om te draaien, de straalpijpen van de
expansiekamer moesten naar onderen gericht worden, en niet meer in het horizontale vlak. De
Stardust viel plat als een plank. Hij dacht er niet aan, zijn motor uit zichzelf in de richting van
de valhoek op de grond te richten.
'Nog drie seconden – twee – een – contact,' riep Bully met verstikte stem.
Het contact kwam, maar met een jankend en piepend geluid alsof er een 1000 kilowatt station
vlak naast de raket stond.
De geluiden stroomden als een waterval uit de controleluidsprekers. Ultrahoge fluittonen en
gillen martelden de oren van de opvarenden. Reginald Bull keek gedurende een onderdeel van
een seconde verbijsterd om zich heen. Toen vertrok zijn brede gezicht in paniek.
Rhodan was in zijn houding verstard. Na de schrikseconde te hebben overwonnen, reageerde
hij echter enorm snel. Zijn rechter hand sloeg met een klap op de nood schakelaar.
Dichtklappende magnetische banden kluisterden de mannen aan hun kantelende stoelen. Allen
hoorden het schrille waarschuwingssignaal van de automaat. Het ingebouwde elektronisch
brein van de Stardust melde de storing. Aanflitsende lampen wezen erop dat de verwachte
draai-impuls van het stuurstation op aarde niet doorkwam. Al kon de machine nooit individueel denken, ze had toch met enorm snelle rekenuitkomsten vastgesteld dat er ernstig gevaar
dreigde.
De diagrammen lichtten al op. Automatisch en feilloos.
'Afwijking,' gilde Bully buiten zichzelf. 'Geen ontstekingsimpuls. We vallen buiten het
landingspunt. De storingen verhinderen de ontvangst van de impuls. Waar komen die
vandaan? Ze liggen precies op onze frequentie, Perry…!'
Rhodan verwierp elk tijdrovend nadenken. Het door de opgekomen zon hel verlichte maanoppervlak kwam razendsnel dichterbij. Hij deed wat hij als commandant in zo’n geval moest
doen.
In een adembenemend snelle reflex beweging zette hij de in de armleuning van zijn stoel
ingebouwde schakelaar om. Daarmee kwam de Stardust los van de afstandbesturing op aarde.
Het hele gejank in de controle apparaten verstomde.
Het leek alsof het was afgesneden, alsof het er nooit was geweest.
Een bel begon te rinkelen. De zielloze stem van de geluidsband van de zelfbesturingsautomaat
begon op te dreunen. Het waren afgebeten woorden, maar hun inhoud was niet mis te
verstaan.
'Centrale brein neemt landingsautomaat over. Berekeningen zijn beëindigd. Landing wordt
ingezet, noodimpuls QQRXQ met maximale zendsterkte op kanaal 16 afgestemd. Landing
begint,'
14
Dat was alles wat een technicus vóór de start op de band had gesproken. Hij had helaas
vergeten er bij te vermelden dat deze zo mooi klinkende landingsplannen in lijnrechte
tegenspraak met de veiligheidsvoorschriften waren. Het was niet meer dan een wanhoopsdaad
op goed geluk, een neerhalen op buigen of barsten van het hulpeloos geworden ruimteschip.
Een spontaan opvoeren van de snelheid was in dit stadium niet meer mogelijk. De grond waas
al te dichtbij, de valsnelheid tot meer dan 2 kilometer per seconde toegenomen, en de noodzakelijke draaiing had teveel tijd gevergd. Het was een noodlanding, onverschillig of onder de
vuurspuwende achtersteven van de Stardust een vlakte lag of een kratermond met naaldscherpe rotspunten en steile wanden.
De motor brulde. De raket werd door de wendbare stuurstraalpijpen zo hard omgedrukt, dat
hij met één slag in de verticale stand kwam. De spitse punt wees nu naar de diepzwarte
sterrenhemel, die op de luchtledige maan precies gelijk was aan die in het wereldruim.
Gierende gyroscopen namen de stabilisering over. Iemand gilde, niemand wist wie het was.
Rhodan gaf geen bevelen of aanwijzingen. Ze zouden nutteloos zijn geweest.
Geen mens had nog iets kunnen doen, ook Rhodan als directe bestuurder niet.
Alleen de automaat kon de noodzakelijke berekeningen en schakelingen nog uitvoeren. Ieder
menselijk brein zou hier gefaald hebben.
Op de beeldschermen van de buitenboord camera doken de puntige randen van een muur op.
Het grondscherm schitterde in een felle witte gloed. Daar woedde het geweld van de
uitzettingsgassen.
Bully brulde iets. Het was meer een machteloos rochelen, en het was verbazingwekkend dat
hij het bij 16 G nog had kunnen uitbrengen.
Toen hoorden ze het loeien en gieren. Ze werden door een stoot in hun pneumatisch verende
stoelen opgeheven. De cabine kraakte, enige instrumenten sprongen met een schel geluid stuk.
Onmiddellijk daarna kwam het hevige schokken en trillen nog voordat dit ophield werd het zo
plotseling stil, dat de gemartelde zintuigen leken op te springen als het verende deksel van een
horloge.
Het vreemde gorgelende geluid van de hydraulische landingspoten klonk abnormaal hard. Op
de slingermeter zagen ze dat het ruimteschip kaars rechtop stond. Toen hield ook dat geluid
op. Alleen het kraken en knarsen in de verbindingen van de cabine bleef. Zwaarbelaste
onderdelen ontspanden zich, en dat gebeurde nooit geruisloos. Boven Perry Rhodan lichtte de
groene lamp op.
Ze flikkerde niet, maar straalde rustig.
In die stilte klonk een schel, hysterisch gelach.
'Kapitein Flipper!' Rhodans stem klonk niet hard, maar messcherp. Het hoge geluid brak af.
Toen Flipper zweeg werden de harde lijnen in Rhodans gezicht zachter. Een vriendelijke
uitdrukking verscheen in de lichte ogen van de commandant. 'Oké, Flip, vergeet het.'
Zijn blik ging weer naar de groene lamp. Het schijnsel werkte oneindig kalmerend. De
centrale robot gaf er een zwijgend teken mee. De raket stond, blijkbaar nauwelijks
beschadigd.
Bully grijnsde ademloos. Zijn nuchter verstand scheen hem nog te beletten het feit als zodanig
te accepteren. Dr. Manoli zweeg als altijd. Zijn bleke gezicht werd verlevendigd door zijn
gitzwarte ogen. Ze keken vragend.
Perry Rhodan gaf de mannen een geestelijke nekslag. Ze hadden vanzelfsprekend een opmerking over de succesvolle noodlanding verwacht, volkomen vanzelfsprekend! Ieder normaal
mens zou op die manier hebben gereageerd, al was het maar in de vorm van een korte
verzuchting geweest. Er had iets moeten komen, iets met betrekking tot de afschuwelijke
noodtoestand van de laatste ogenblikken.
Rhodan reageerde anders.
15
'Flip, jij moet onmiddellijk vaststellen waar die onbekende stoorzender staat. De bewijzen
staan op de geluidsband van het centrale brein. Ik wil wel eens zien wat jij als wiskundige
waard ben.'
Dat was alles. Meer zei hij niet.
De kleine, levendige man met het ongewoon jong lijkende gezicht onder de geweldige kale
schedel, noemde zich Allan D. Mercant. Uiterlijk was hij onmiddellijk te herkennen aan de
dunne haarkrans, waarvan de goudblonde kleur in de buurt van de slapen door een schitterend
zilverwit werd onderbroken.
Allan Dr. Mercant behoorde tot de vredelievende naturen, die met een stil gevoel van vreugde
regenwormen en ander kruipend gedierte van de tuinpaden verwijderen, alleen om de schepsels niet te laten vertrappen. Dat was Mercants zuiver particuliere zijde.
Zakelijk, of liever gezegd ambtelijk bekeken, was Mercant de grote man op de achtergrond.
Hij was de vrijwel almachtige chef van de internationale contraspionage, een door de NAVO
in het leven geroepen organisatie van de geheime dienst met de officiële benaming
'Internationaal Inteligence Agency'.
Mercant was daarbij slechts verantwoording schuldig aan de Algemene Vergadering van de
Verenigde Naties. Hij werkte nauw samen met de nationale contraspionage en geheime
diensten. Toen hij in gezelschap van een oudere man de grote conferentiezaal betrad, hield het
geroezemoes van op gedempte toon gevoerde gesprekken op.
Generaal Pounder, commandant van het ruimteleger, stelde de aanwezigen aan elkaar voor.
Ze waren in geheime vergaderingen op de zestiende verdieping van het ministerie voor de
ruimtevaart te Washington bijeengekomen.
Allan D. Mercant maakte het kort en pijnloos. Het gebruinde jongensgezicht onder het hoge
voorhoofd leek vriendelijk en buitengewoon sympathiek.
Hij wees naar de stapel kranten op een hoek van de lange tafel.
'Mijne heren, over die pech hoeven we het niet meer te hebben. Ik begrijp, generaal, dat u de
eenmaal op Nevada Fields aanwezige verslaggevers niet eeuwig kon vasthouden. Er zijn wel
enige stevige klachten binnengekomen, maar die zijn door kolonel Kaats afgehandeld.'
De oudere man aan zijn zijde knikte bedachtzaam. Kaats behoorde tot de Bondsrecherche, hij
was chef van de speciale afdeling 'Binnenlandse Veiligheid'.
'Veel verontrustender zijn sommige krantenberichten en televisiereportages. Volgens deze is
onze Stardust niet alleen spoorloos verdwenen, maar compleet neergestort. Er worden hier en
daar zulke nauwkeurige details gegeven, dat we ons bezorgd afvragen hoeveel ervan waar is.
De bronnen waaruit die berichten afkomstig zijn, lijken mij nog belangrijker. Dit alleen te
uwer informatie. We hebben onze voelhorens uitgestoken. Welnu,….' Mercant keek nadenkend op de klok, 'de Stardust is al meer dan 24 uur spoorloos. Laten we houden aan de
opvatting dat nog niet alle hoop verloren is. Wat mij interesseert, is uw mening over de
hoofdartikelen in enige vooraanstaande bladen, waarin onomwonden wordt beweerd, dat een
noodsignaal van uw ruimteschip zou zijn opgevangen. Het betrof het signaal QQRXQ, dat
volgens de code van het ruimteleger zoveel betekent als moedwillige verstoring van de
afstandbesturing en inleiding tot een val. Als dat zo is, verzoek ik om een nadere verklaring.'
Allan D. Mercant knikte vriendelijk in het rond, en ging zitten. Generaal Pounder stond
vermoeid op. Zijn gezicht was gerimpeld en ingevallen. Zijn stem klonk enigszins gebroken.
'U hebt gelijk, sir. QQRXQ houdt nauw verband met deze begrippen. Het is ons een raadsel
hoe enkele verslaggevers aan de code zijn gekomen. ik heb onze veiligheidsdienst ingeschakeld. Helaas, tot nu toe zonder resultaat! De ontvangst van het noodsignaal is echter minder
verwonderlijk. Enige hoofdstations waren op het zuidpool gebied van de maan ingesteld. We
hadden om assistentie van de grote observatoria verzocht. Daar kan iets uitgelekt zijn,
16
waarmee natuurlijk nog niet is verklaard hoe ze aan de betekenis van QQRXQ komen. Meer
kan ik er niet over zeggen.'
'Dat zullen we verder laten rusten. Wat is er nu in werkelijkheid met uw ruimteschip gebeurd?
Acht u een volkomen bewuste en moedwillige verstoring van uw afstandbesturing inderdaad
mogelijk? Zoals ik van deskundigen heb gehoord, zou dat feitelijk allen door een op de maan
gevestigd radiostation bewerkstelligd kunnen zijn.'
Pounder boog zijn hoofd. Er flikkerde machteloze woede in zijn ogen.
'Ja, zo is het. Er is geen andere mogelijkheid, hoe gek het ook klinkt. We hebben gedurende
de afgelopen 24 uur onze toestellen gecontroleerd. Ze zijn volkomen in orde. De mogelijkheid
van niet goed functioneren kunnen we gevoeglijk uitsluiten. We zijn tot twee eindconclusies
gekomen, meneer.'
Pounder veegde met een kolossale zakdoek het zweet van zijn voorhoofd. Zwaar ademhalend
vervolgde hij:
'Of majoor Perry Rhodan heeft een verkeerd codesignaal uitgezonden, óf de ontvangers van
de Stardust zijn inderdaad door een sterke superheterodyne zender uitgeschakeld. Wat majoor
Rhodan betreft, beschouwen wij het als uitgesloten dat deze man een zo fatale vergissing zou
hebben gemaakt. Rhodan is onze topman, dat zal u bekend zijn. Bovendien bewijzen onze
berekeningen overtuigend dat de raket op het beslissende ogenblik niet meer op de afstandbesturing reageerde. De raket is, rekeninghoudend met de bekende valhoek, de zwaartekracht
van de maan en de scheepsmassa, waarschijnlijk ongeveer 60 à 70 kilometer voorbij het
poolgebied neergekomen. Het is alleszins mogelijk dat we met een ongevaarlijke, geforceerde
landing te maken hebben, maar de Stardust kan ook totaal vernield zijn. Dat weet niemand.
Mercants heldere ogen waren dof geworden. Kolonel Kaats schraapte plechtig zijn keel. De
feiten stemden overeen met de berichten van de contraspionage.
'Laten we aannemen, generaal,’ merkte Mercant met temerige stem op, 'dat de ontvangst van
het ruimteschip inderdaad gestoord zou zijn: wat maakt u daar dan uit op?’
Pounder gromde als een bijterige waakhond. Zijn bleke gezicht werd bedenkelijk rood.
'Sir, we hadden van u het bericht gekregen dat een raket van de Aziatische Federatie op het
zelfde tijdstip als de Stardust zou zijn gestart. Als dat schip eerder boven aankwam en als het
landde op de plaats waar onze raket moest neerkomen, kan het een goed voorbereide
radiostoring op onze frequentie hebben veroorzaakt.'
'Dat zou op nauwkeurige bekendheid aan de zijde van die mensen duiden, gelooft u ook niet?'
vroeg Kaats sceptisch.
'Natuurlijk,’ antwoordde Pounder opgewonden. 'Dat uit te vinden is een taak voor de geheime
diensten. Ik ben een rakettenman, kolonel! Ons programma stond vanzelfsprekend al sinds
maanden vast. Ik leg er nogmaals de nadruk op, dat een radio storing alleen door een
stationaire maaninstallatie kan zijn veroorzaakt, vooropgesteld, dat het om een aanval ging.
Motieven kunnen er genoeg zijn, nietwaar! We hebben onze afstandsbesturingimpulsen
uitgezonden via het krachtigste radiostation ter wereld. Als men zou hebben getracht ze vanaf
de aarde te verstoren, zouden we er toch doorheen gekomen zijn. De stoorzender kan alleen
daarboven staan.'
Pounder ging abrupt zitten. Hij scheen verontwaardigd. Allan D. Mercant keek hem zwijgend
aan. Zijn voorhoofd was nu gerimpeld.
'Wij nemen het geval over in het kader van de internationale contraspionage,' besloot hij. 'We
zullen heel gauw weten of de commandant van de Stardust een betreurenswaardige vergissing
heeft gemaakt, of dat vreemde belangengroepen zich er in hebben gemengd. Buiten dat
kunnen er nog andere mogelijkheden bestaan. Ik denk aan gebreken aan boord van de raket.'
Professor Lehmann hief zijn magere hoofd op. Hij zocht naar woorden, tot hij nijdig snauwde:
'Meneer Mercant. De Stardust heeft geen gebreken. Het ligt aan geen enkele schakeling. Het
zou te ver voeren hier op de talloze bewijzen in te gaan. We hopen alleen nog dat de
17
bemanning zich zal melden. Als de mannen heelhuids zijn aangekomen, zal Rhodan een
manier vinden. De ontvangers van ons ruimtestation staan afgestemd. Als Rhodan er in slaagt
de vereiste visuele verbinding met de aarde tot stand te brengen, kan hij ook seinen. Tot dan
moeten we afwachten. We hebben geen andere keus.'
'Hoe lang zal het duren voor het zusterschip van de Stardust startklaar is?' vroeg de chef van
de geheime dienst.
'Minstens twee maanden,' antwoordde Pounder met nadruk. 'Als mijn mannen nu nog leven,
zullen ze tegen die tijd gestikt zijn. Hun zuurstofvoorraad is in het gunstigste geval voldoende
voor vijf weken, bij uiterste zuinigheid misschien zes weken. Dat is het maximum. Probeer er
achter te komen wat daarboven voor smeerlapperij is gebeurd. Wij zullen, indien nodig, een
onbemande capsule bij de maanzuidpool laten landen. Of die verzorgingsvlucht zal lukken, is
echter zeer de vraag. De capsule van mijn mannen moet beslist gevonden worden. We zitten
in een wanhopige situatie.'
Allan D. Mercant maakte vlug een einde aan de vergadering. Er viel op het ogenblik niets
meer te zeggen. De Stardust was en bleef spoorloos. Een berg van problemen stapelde zich
voor de mannen op.
Voor de chef van de geheime dienst het vertrek verliet zei hij met een raadselachtige
glimlach: 'Mijne heren, het spijt me zeer, maar de bewuste Aziatische maanraket is kort na de
start in de lucht geëxplodeerd.'
Pounder sprong op. Bleek, niet in staat zijn mond open te doen, staarde hij naar Mercant. De
kleine man wreef met zijn hand over zijn gezicht.
'Het spijt me werkelijk. U zult dus goedschiks of kwaadschiks naar een andere oorzaak
moeten zoeken. Er is géén ruimteschip tegelijk met de Stardust gestart! Mag ik vragen, waar
die stationaire maanzender dan vandaan moet komen? Een en ander in deze kwestie is mij niet
erg duidelijk. U zult niettemin van mij horen.'
Zachter voegde hij er aan toe:
'Wij geloven namelijk ook niet aan een vergissing van de commandant. Wanneer u de onberispelijke werking van de raketinstallatie afdoende kunt bewijzen, staan we voor een enorm
probleem. Ik verzoek u de bewijsstukken zo spoedig mogelijk aan de wetenschappelijke
afdeling van de internationale contraspionagedienst te willen zenden. We moeten tot een
overtuigend resultaat komen.'
'Rhodan heeft geen fout gemaakt!' verzekerde Pounder. 'U kent onze mensen niet, sir. We
zullen u bewijzen dat de zelfbesturingsautomaat van de Stardust ingeschakeld werd. Dat
hebben we nog op het laatste ogenblik aan de heftige verandering van de valhoek kunnen
vaststellen. We kunnen u zelfs door elektronische berekeningen opgeven met welke
stuwkrachten is gewerkt. Als dat niet genoeg is!...'
Allan D. Mercant vertrok. Peinzend stapte hij op het landingsdak van het ministerie voor de
ruimtevaart in zijn helikopter.
Hij keek in de wolkenloze junihemel boven Washington.
'We gaan moeilijke tijden tegemoet, Kaats,' mompelde hij. 'Er wordt van mij beweerd dat ik
een bepaald instinct heb. Dat heeft zich enige minuten geleden aangemeld.'
Kaats kneep zijn ogen half dicht. Dat klopte - Mercant had dat eigenaardige instinct. Hij rook
gevaren en moeilijkheden zoals een jachthond een vers spoor ruikt. Er werd beweerd dat deze
man een buitengewoon brein bezat met buitengewone gaven. Daarom was hij dan ook chef
van de internationale contraspionagedienst geworden.
Ze hadden 24 uur moeten wachten, tot de radioactiviteit van de grond, door de absorberende
werking van de verstoven chemicaliën, voldoende was afgenomen.
Toen de tellers nog op slechts enkele plaatsen een waarde van iets minder dan 35 milliröntgen
aangaven, had Perry Rhodan als eerste het ruimteschip verlaten.
18
Het was stil en zonder luid gejuich gebeurd.
Ze hadden elkaar zwijgend een hand gegeven en elkaar in de ogen gekeken. Het was
volkomen zeker dat zij de eerste mensen waren die ooit de maanbodem hadden betreden.
Een van de landingspoten was bij de harde landing beschadigd. Verder had de Stardust geen
ernstige schade opgelopen, De motor kon, als gevolg van de nog sterke straling, niet
geïnspecteerd worden. Bij een kort proefdraaien had hij echter feilloos gefunctioneerd. Er
scheen dus niets kapot te zijn.
De grote dynamo werkte eveneens feilloos. De reactor liep absoluut precies, en de gecombineerde luchtverversing en airconditioninginstallatie leek zo prima in orde als maar mogelijk
was.
De schade aan de instrumenten was te verwaarlozen. Erger was de beschadiging van
landingspoot vier. Die zou gedemonteerd en met speciaal gereedschap gerepareerd moeten
worden. Reginald Bull schatte de duur daarvan op minstens zes dagen. Molybdeenstaal was
nu eenmaal een buitengewoon moeilijk te bewerken metaal.
'We fiksen het wel!' had hij gezegd. 'Het zal zweet en hard werken kosten, maar we fiksen het
wel.'
Ongeveer 26 uur na de noodlanding hadden ze de enorme baal kunstvezelstof van de grote
luchttent uit het laadruim gehaald.
De inhoud van een kleine persluchtfles was voldoende om de speciale tent tot een staalhard
lijkend bouwwerk op te blazen. De geringe buitendruk had ook zijn voordelen.
Nu stond de lange werkplaats netjes verankerd op de steenachtige bodem De hoogglanzende
buitenkant weerkaatste het onverstoorde licht van de zon. Ze waren bezig de airconditioning
te installeren en de luchtsluis aan te brengen.
Deze constructie was op de aarde onder natuurgetrouw nagebootste omstandigheden
beproefd. Alleen meteoren konden gevaarlijk worden, anders niets.
Het gemakkelijkst was de nauwkeurige berekening van hun standplaats geweest.
Daar ze, in verband met de vele rondvluchten om de maan, over uitstekende kaarten
beschikten, hadden ze de plaatsbepaling correct kunnen uitvoeren.
Volgens die berekeningen was de Stardust een kleine 82 kilometer voorbij de maanzuidpool
geland, De zon was als een sikkel te zien, en keek nog juist over de maanhorizon.
De kraters in de omgeving van de landingsplaats waren bekend en geregistreerd. Evenals de
kleine hoogvlakte tussen twee hoge muren. Het was een onwaarschijnlijk toeval dat de raket
bij de blinde val hier op de maanbodem was terecht gekomen. Hij had evengoed tussen de
steile rotswanden van het ringgebergte neer kunnen komen. Dan zou het waarschijnlijk
afgelopen zijn geweest. De aarde was niet meer zichtbaar. Die hing ver achter de zichtbare
horizon, zodat aan radioverbinding niet te denken viel. Rhodan had deze moeilijkheid met een
jongensachtig trekken van zijn lippen gebagatelliseerd.
Niemand aan boord van liet ruimteschip was er door gedeprimeerd. Alleen Flipper was wat
stiller geworden.
Rhodan had dit bedenkelijke feit stilzwijgend in zich opgenomen. Flipper dacht te vaak aan
zijn huis, aan zijn vrouw en aan de komende baby. Het was een reden tot ongerustheid,
wellicht zelfs tot ernstige bezorgdheid, Rhodan had zich voorgenomen zijn bijzondere
aandacht aan de bolwangige reus te schenken.
Perry Rhodan draaide zich om. Hij deed het langzaam en voorzichtig, daar hij ondanks zijn
zware uitrusting aanmerkelijk minder woog dan op de aarde. Hier bezat ieder lichaam slechts
het zesde gedeelte van zijn aardse gewicht; een gevolg van de geringe zwaartekracht van de
maan.
Rhodan stond op een van de talrijke toppen van het ringgebergte. De wanden liepen steil naar
de vlakke kraterbodem af, die ook weer door twee kleine trechters werd verstoord. Het waren
19
de typische kentekenen van meteoorinslagen, waaraan het luchtloze hemellichaam
onbeschermd was blootgesteld. En dat sedert miljoenen jaren!
Ongeveer 400 meter lager stak de spitse neus van de Stardust in de ruimte, De sikkel van de
boven de horizon uitstekende zon lichtte fel en onbarmhartig. De vol beschenen voorzijde van
het gesteente nam de warmte alweer op. Hier, dichtbij de zone van de schemering, was liet
nog enigszins dragelijk.
Rhodan maakte zich om deze dingen niet erg bezorgd Hij kende de gevaren en moeilijkheden
heel goed, en had zich er op ingesteld.
De technische perfectie van de aardse wetenschap maakte dingen mogelijk, die twintig jaar
geleden nog zeer twijfelachtig hadden geleken.
Rhodans ruimtepak was een micromechanisch wonderwerk van de eerste orde, alleen daaraan
al hadden duizenden schrandere koppen gewerkt. Het ene radertje moest in het andere grijpen,
het ene gebied van de wetenschap moest naadloos in het andere passen. Het was een
mammoetwerk voor de gehele mensheid, dat was zeker. Zijn pak was in orde. Tevreden
knikkend richtte hij zijn blik op het uitgestrekte, oneindig troosteloze landschap.
Dit gebied was niet zo gespleten en gescheurd als andere gedeelten van de maan. Maar ook
hier geen teken van leven. De scherpe afscheiding tussen het felste zonlicht en de diepste
duisternis tekende het landschap met spookachtige contouren. Er waren geen schaduwen in de
ware zin van het woord geen weldadige overgang tussen zonlicht en schemering.
Waar de zonnestralen niet meer vielen, werd het zonder overgang nacht. Hier mankeerde ook
de beschermende luchtlaag. De temperaturen waren dan ook bepaald extreem, alles
terneerslaand.
Ver weg, door de zo nabije horizon niet meer te zien, lag de bekende omgeving van de pool.
Perry Rhodan had een goede reden om die, hoge kraterwand te beklimmen. Van een niet in
het landschap passend voorwerp was niets te zien.
De Stardust en de als een spiegel glanzende druktent waren weliswaar ook vreemde
voorwerpen, maar die kende hij. Die hoorden er nu bij.
Een onmerkbaar glimlachje speelde om zijn lippen. Sceptisch, typisch zelfbeheerst, vroeg hij
zich af met welk recht hij dit vaststelde. Hij kwam tot de conclusie dat het een aanmatiging
van zijn menselijk verstand zou kunnen zijn.
Wat de mens met moeite en pijn veroverd had, placht hij ook vast te houden en als zijn
eigendom te beschouwen. Daarom hoorde de Stardust bij het landschap!
Rhodan lachte zachtjes toen hij zich op deze gedachtegang betrapte. Op dat moment kraakte
het in de kleine luidspreker van zijn bolvormige helm. Een ietwat bezorgde stem vroeg met
een krakend geluid:
'Wat is er aan de hand? Hé, Perry, wat is er? Heb je moeilijkheden?'
Rhodan grijnsde stilletjes voor zich heen en kneep bedachtzaam zijn ogen half dicht.
'Perry, geef toch antwoord! Wat is er?' riep Bully harder. Hij had natuurlijk, door
de ingeschakelde microfoon, Rhodan horen lachen.
'Ik heb de vrijheid genomen te lachen,' antwoordde Rhodan in de kleine microfoon. 'Als je er
niets op tegen hebt . . . ?'
Er volgde een ruwe vloek en een hevig gehoest.
'Hij staat helemaal alleen bovenop een maankrater en lacht,' zei Bully verontwaardigd. 'Heb je
het gehoord, Flipp? Hij staat daar boven te lachen.'
'Laat hem maar lachen,' klonk een brommerige stem. 'Ik probeer al een half uur wanhopig m'n
afschuwelijk jeukende rug met alle tien mijn vingers te krabben. Geen kans, jongen! Precies
daar waar ik me zou willen krabben, hangen die driemaal vervloekte zuurstofflessen.'
Bully bulderde van het lachen. Rhodan draaide de volumeregelaar iets naar links.
Het geluid dat de roodharige voortbracht had doden kunnen wekken.
'Hé, Perry, hoe is de lucht daarboven?' riep Bully in de microfoon.
20
'Er komt onweer,' antwoordde Rhodan droog.
Bully zweeg verbluft, door Rhodans eigenaardige humor.
'Dat komt doordat de lucht op de maan zo sterk geladen is, Bully,' voegde hij er zachtjes aan
toe.
'Aha, begrepen, commandant. Zoiets moet je weten.'
'Dat bedoel ik juist. En daar ik principieel m'n best doe, me ook op de maan correct uit te
drukken, zou ik nu niet van een rechtstreekse luchtlijn, maar van een 'direct visuele lijn' willen
spreken, oké? Dus, beste vriend - hoever ben ik naar schatting in 'directe visuele lijn' van
jullie verwijderd?'
'852 meter,' klonk Dr. Manoli's stem geamuseerd. 'Ik zit namelijk voor de radartaster,
waarmee ik je tot op de centimeter nauwkeurig heb gemeten. Knap, hè?'
'Meer dan dat,' lachte Rhodan. 'Oké, Bully, hier is een opdracht voor jou. Ik verzoek je
dringend die netjes en precies uit te voeren. Neem je MPi, stel het reflexvizier op tienvoudige
vergroting in, afstand 850 meter, en schiet een half magazijn leeg op dat grote rotsblok dat op
het hoofd van een reus lijkt. Ongeveer 50 meter links van mij. Begrepen?'
Dat was een korte en veelomvattende opdracht. Rhodan hield niet van uitgebreide
verklaringen.
'Begrepen,' bevestigde Bully kort. 'Mag ik vragen wat die grap te betekenen heeft?'
'Ik spot zelden met ernstige zaken. Ik wil weten hoe de raketprojectielen in miniatuurvorm
werken. Ik interesseer me het meest voor de schok en de springkracht. Begin maar en let goed
op de terugslag onder de hier heersende zwaartekrachtverhoudingen.'
'Helemaal geen terugslag,' beweerde Bully koeltjes. 'Ieder projectiel heeft z'n eigen
aandrijflading volgens het raketprincipe. Er zijn geen hulzen. Projectiel en slagsas gaan er
samen vandoor. Aanvangssnelheid 2480 meter per seconde. Er kan geen terugslag zijn. Je
kunt hier nauwkeurig schieten. Ik heb me uitvoerig laten inlichten.'
'Knap,' spotte Rhodan. 'Begin en - zie mij niet voor dat rotsblok aan.'
Bully lachte hikkend. Flipper keek stom naar hem, toen hij het zware wapen met de korte lade
en de buitensporig dikke loop van de grond opnam. Rhodan had duidelijk opdracht gegeven
de Stardust niet zonder wapen te verlaten. Reginald Bull stond voor de half afgewerkte
druktent. Een eindje verder, nauwelijks 30 meter, stak de raket in de maanhemel. Hij stelde
heel zorgvuldig het reflexvizier in. Tienvoudige vergroting, afstand 850 meter.
Het rode merkteken van de elektrische ontsteking lichtte op. Het eerste projectiel gleed in de
ontstekingskamer van de loop. De moderne projectielen hadden het betrekkelijk kleine kaliber
van zes millimeter. Ze waren ongeveer een vinger lang, en hun springkracht moest enorm
zijn.
Bully aarzelde enige ogenblikken. Het doel was een heel eind weg, ofschoon het in het
lichtvizier met sprongen naderbij kwam.
'Nou vooruit,' klonk het bevelend. 'Waar wacht je op? Stel je maar voor dat deze steenklomp
onze afstandbesturing gestoord heeft. Nou?'
Bully vloekte hardop. Eindelijk begreep hij waar Rhodan heen wilde. Het experiment kreeg
een diepere betekenis. De gedachte aan een overbodig spelletje verdween.
'Ik vuur de eerste tien schoten afzonderlijk af, als je het goed vindt!' zei hij bars. 'Eerst eens
kijken hoever ik met die spuit kom.'
'Oké. Begin maar.'
Bully zette de kolf van het wapen tegen zijn schouder. In het sterk vergrotende vizier
verscheen het rotsblok. Bully bedacht dat de te overbruggen afstand voor de akelig snelle
projectielen niets betekende. Het zou niet nodig zijn boven het doel te richten. Door de
geringe zwaartekracht van de aardsatelliet en de ontbrekende luchtweerstand zou de
kogelbaan een nagenoeg rechte lijn zijn. Het vizier was voor deze omstandigheden
21
geconstrueerd. Bully had evengoed over een afstand van enige kilometers kunnen schieten.
De trefkans was enorm groot.
Flipper hield zijn adem in toen Bully het ontstekingscontact aanraakte. Er volgde helemaal
geen geluid. Op de aarde zouden een helder, onbeschrijflijk schel fluitend geluid en een
scherpe knal te horen zijn geweest. Hier gebeurde alles in een spookachtige stilte.
Alleen kwamen uit de ovale gasafvoer openingen in de korte loop heldere vlammen. Ze
doofden onmiddellijk. Het leek alsof er niets was gebeurd.
Bully was verbaasd.
'Iets gemerkt?' vroeg hij ademloos. 'Verduiveld, aan die vreemde schieterij moet je wennen. Ik
heb niets gevoeld.'
'Ik wel,' klonk het droog. 'De steensplinters kwamen tot hier terecht. Het projectiel was al hier,
vóór jij je vinger goed en wel gekromd had. Onbegrijpelijk snel. Er zit een dertig centimeter
groot en even diep gat in het rotsblok. Dat is sterk! Het is graniet. Probeer het eens met een
lange stoot. Het wapen schiet nauwkeurig.'
Bully bleef doordrukken. De felle vlammen van de raketprojectielen staken in zijn ogen.
Rhodan zag van waar hij stond een buitengewoon fel, witlichtend kogelspoor. Het werd
gevormd door de gloeiende, uit vaste stof bestaande lading van de kleine projectielen. Toen ze
in de diepe duisternis dicht onder de rand binnendrongen, ontstond daar een fonkelende
vuurlijn. Bully's magazijn was leeg vóór hij de stand van zaken goed had begrepen.
Van het rotsblok waren nog slechts jammerlijke resten over. De weggesprongen steensplinters
vielen tergend langzaam op de grond.
Rhodan had de vele explosies duidelijk kunnen volgen. Ze hadden geen geluid en geen
drukgolven voortgebracht. Slechts de opspattende steensplinters en de vuurflitsen hadden erop
geduid.
'Mooi,' zei hij voldaan. 'De uitrustingsafdeling heeft ons aardig speelgoed meegegeven, dat
moet ik zeggen. Hoe lang heb je doorgedrukt, Bully?'
'Misschien twee seconden,' klonk het mateloos verbaasde antwoord. 'Maar het magazijn is
leeg! Man, 90 schoten in dat ogenblikje.'
'Klopt precies. De vuursnelheid is ongeveer 50 schoten per seconde. Oké, proef geëindigd. Ik
kom naar beneden. Eric, hoever ben je met het eten?'
'Jullie kunnen komen. Ik heb m'n best gedaan.'
Perry Rhodan keek nog een keer om zich heen en liet zich toen omlaag glijden.
Zijn grote sprongen voerden hem gemakkelijk over scheuren en oneffenheden in de bodem.
Voor een man die aan gewichtsloosheid gewend was, had de geringe zwaartekracht van de
maan geen verrassingen meer.
Twintig minuten later stond hij voor de druktent. De luchtsluis was klaar en de airconditioning op het grote aggregaat van het ruimteschip aangesloten.
'De vulling kost ons een paar liter vloeibare zuurstof,' merkte Flipper op. 'Is het verantwoord
dat kostbare gas op die manier te verspillen? Ik vraag me af of we het niet op een dag voor de
centrale van de Stardust nodig zullen hebben. Onze voorraad is beperkt.'
Rhodan bleef voor hem staan. Flipper stak nog enige centimeters boven de lange man uit.
'Flipp, je maakt je onnodig bezorgd. Voor de reparatie van de landingspoot hebben we ruimte
en bewegingsvrijheid nodig. Ik zou niet graag in een ruimtepak geperst aan molybdeenstaal
willen werken, en ik zou ook niet graag in deze gapende leegte staan.'
Flipper knipoogde naar de donkere, onwaarschijnlijk heldere sterrenhemel.
'Ik bedoel maar,' mompelde hij, en er verscheen een verlegen glimlachje om zijn lippen.
'Je hebt zeker aan de terugreis naar de aarde gedacht?' vroeg Rhodan bedaard.
'Aan de baby, hè?'
Flipper zweeg. Hij kneep zijn mond dicht.
22
'Oké, dat is te begrijpen. Maar je moet er niet te vaak aan denken. Ons programma staat vast.
We hebben het lang genoeg over gekauwd. We maken niet eerder een meldingsvlucht vóór de
Stardust helemaal in orde is. We mogen niet riskeren van hier te starten en direct daarna aan
de andere kant van de pool te landen, want de beschadigde poot zou een nieuwe belasting wel
eens niet kunnen uithouden. We zouden natuurlijk een paar kilometer omhoog kunnen gaan
en met een korte zwenkmanoeuvre in een directe visuele lijn met de aarde kunnen komen.
Maar dan zouden we, zoals ik al zei, weer moeten landen. De Stardust zou daarbij zo ernstig
beschadigd kunnen worden, dat we hem met het boordgereedschap niet meer zouden kunnen
repareren. In die situatie zou ik mij beslist ook afvragen of we zuurstof mochten verspillen
voor de vulling van de druktent. Nu kunnen we het nog, is dat duidelijk?'
Rhodan glimlachte zwakjes. Flipper tuurde nog steeds in de ruimte omhoog.
'Duidelijk, volkomen duidelijk,' antwoordde hij hol. 'Maar er is nóg een vraag bij me
opgekomen! Zou het niet beter zijn direct voor de terugreis te starten? We hebben een
noodlanding gemaakt, oké! Waarom zouden we het ons moeilijk maken met de reparatie van
die landingspoot? We kunnen op aarde met behulp van de draagvlakken landen. We landen
met het landingsgestel ingetrokken. Die kapotte poot is dan geen bezwaar. We komen in ieder
geval op de grond.'
Hij keek Rhodan met schitterende ogen aan. Deze verloor noch zijn geduld noch zijn helder
oordeel. Alleen zijn stem werd een nauwelijks merkbare nuance scherper.
'Flipp, je voorstel zou natuurlijk uitvoerbaar zijn, maar het zou tevens gelijk staan met desertie. Ik zal het zó zeggen: we hebben hier een taak te vervullen, en een geknakte landingspoot
zal mij niet tot de start verleiden. Trouwens . . .' zijn gezicht werd uitdrukkingloos, 'ik heb het
onprettige gevoel dat we niet onbetwist in de ruimte zijn gekomen. Er is hier iets dat we eerst
moeten ophelderen.'
Flipper beheerste zich onmiddellijk. Zijn blauwe ogen smeekten om vergiffenis.
Bully begon te grijnzen. De kwestie scheen afgehandeld te zijn.
'Oké, vergeet maar wat ik heb gezegd,' zei hij, zijn keel schrapend. 'Het was maar een idee.
Na het eten zullen we te weten zien te komen waar we die stoorzender moeten zoeken. De
eerste gegevens heb ik al gevonden. Ik zal ze straks in de computer stoppen.'
'Ik ben erg benieuwd,' antwoordde Rhodan. 'Mooi, laten we nu eens gaan kijken wat onze
medicijnman bij elkaar heeft gekokkereld.'
Een verontwaardigd gesnuif klonk in de helmtelefoons. Dr. Manoli legde omslachtig uit
waarom de zo veelvuldig geroemde kookkunst van grote meesters gelijk stond aan de simpele
kennis van chemische proeven. Het klonk niet slecht maar toch leek er iets niet te kloppen.
Rhodan bleef voor de nog zwak radioactieve zone onder de motor van de Stardust staan. Voor
hem hing de wijdmazige kooi van de uitgezwaaide hijsinstallatie. De lange arm van de kraan
stak uit het openstaande luik van het laadruim, vlak onder het verblijf voor de bemanning.
Rhodan had de uitklapbare sporten langs de buitenwand van het ruimtevaartuig niet willen
gebruiken. Ze zouden dan, tussen de uitgespreide landingspoten door, te dicht langs de sterk
nastralende motor zijn gekomen.
'Iemand zal van het aanstaande heerlijk genot moeten afzien,' merkte Rhodan met een
ingehouden gegrinnik op. 'Ach, Bully, jij wilt wel zo vriendelijk zijn intussen de buitenwacht
te nemen. Over een goed half uur kom ik je aflossen. Daarboven op de rand is een mooie
plaats. Kijk goed uit. We houden radiocontact.'
Reginald Bull zei niets. Een vage aanduiding in Rhodans stem had hem genoeg verraden. Hoe
rustig de commandant van buiten ook leek, binnenin hem woedde de onrust. Voordat Bully
met zijn wapen schietklaar vertrok, teemde hij nog: 'Eén vraag: denk je nog aan dat bericht
over die bemande raket van de Aziatische Federatie, die kort voor ons gestart zou zijn?'
'Je hebt het gesnapt,' bevestigde Rhodan. Zijn wenkbrauwen gingen omhoog.
23
'Het zou kunnen dat iemand zich persoonlijk van onze val wil overtuigen. Volgens mij moet
die stoorzender in de buurt van de pool staan. Kijk dus goed uit! Onze automatische
frequentiepeiler tast doorlopend alle gangbare golflengten af. Als we vreemde geluiden
zouden horen, zou hier iets gaan veranderen.'
Hij keek quasi verveeld om zich heen. Boven hen, in de cabine van de raket, begon Dr.
Manoli te rillen. Hij voelde zich plotseling erg onbehaaglijk. Hij behoorde tot de mannen die
moeite en gevaar in het belang van het wetenschappelijk onderzoek op zich namen.
Het zag er echter heel anders uit, wanneer het hier tot verrassende, verwikkelingen zou
komen. Daarvoor was Manoli niet de man. Door ernstige gedachten geplaagd, luisterde hij
naar het zoemen van de kraanmotor. Rhodan en Flipper kwamen in de kooi naar boven.
Op de ingeschakelde beeldschermen was Bully's kleiner wordende gestalte te zien. Tenslotte
verdween hij in de donkere schaduw van een overhangende rots.
Enige ogenblikken later klonk een fluitend geluid in de luchtsluis. De drukcompensatie
werkte. Toen ze binnenkwamen, toonde Manoli een krampachtig glimlachje.
'Hallo!' zei hij zwakjes. 'In de peiler was niets te horen. Alleen jullie gepraat.'
Rhodan trok zijn ruimtepak uit. Flippers gezicht was nat van het zweet. Kreunend van genot
krabde hij zijn jeukende rug.
'Hè-è-è...' zuchtte hij. 'Dat is als een hemel op aarde.'
'Op aarde zullen ze ons wel als verloren beschouwen,' merkte Manoli zachtjes op. Flipper
zweeg.
'Ja,' gaf Rhodan gelaten toe, 'dat zullen ze zeker. Maar niet lang meer, dat verzeker ik je. Na
het eten beginnen we met het demonteren van de landingspoot.'
Manoli dacht aan zijn vrouw, Flipper aan de baby. Ze spraken er niet over, maar ze wisten het
van elkaar. Ze verkeerden in een situatie die alleen door een sterke hand en een vaste wil kon
worden beheerst. Rhodan bezat beide.
Ze waren alleen op een vreemde wereld zonder lucht, zonder water en zonder leven.
De dunne molybdeenstalen beplating van de platte rupsbandwagen zou ongetwijfeld een
beschieting met middelzware wapens hebben doorstaan; ze gaf echter geen gevoel van
veiligheid en geborgenheid.
Vlak achter de stalen wand begon het niets, het absoluut luchtledige van de ruimte, met alle
ongewisheden en gevaren. Het was niet zozeer deze dodelijke dreiging die de zenuwen van de
mannen afmatte, als wel de onuitsprekelijk troosteloze, vreemde omgeving, de gloeiende
sikkel van de fel witte zon en de optornende kraterwanden tussen kale, met diepe kloven
doorploegde vlakten.
Het waren de grillige kammen en randen van het gebergte, waaraan de tand des tijds nooit had
geknaagd.
De meest onherbergzame aardse woestenij zou daarbij vergeleken levend en veelbelovend
zijn geweest.
Dit alles zette de vier maanpioniers onder zware psychologische druk. De gevaren voor
lichaam en geest moesten onder alle omstandigheden op de koop toe worden genomen. Of je
aanvaardde ze en overwon ze met een stoïcijnse koelbloedigheid, óf je ging er aan te gronde.
Er bestond geen medicament tegen de dreigende, afmattende invloeden van deze planeet.
Juist uit deze overwegingen had Rhodan besloten Clark G. Flipper en Dr. Manoli in het
ruimteschip achter te laten. Afgezien van het feit dat minstens twee man bij de Stardust
moesten blijven, vertrouwde de commandant de zenuwen van Flipper en Manoli niet.
Flipper had de duidelijk gestelde, schriftelijk vastgelegde opdracht gekregen, de Stardust naar
eigen oordeel te starten en hem binnen het bereik van de afstandbesturing van het ruimtestation te brengen, indien hij, Rhodan, niet binnen 18 dagen terug zou zijn.
Kapitein Flipper had zwijgend geknikt. Hij was zonder meer in staat de volautomatische raket
in de ruimte te brengen en de nodige schakelingen te verrichten.
24
Voor de reparatie van de beschadigde landingspoot hadden ze maar vijf dagen nodig gehad.
De montage en uitrusting van de rupswagen had nog eens 24 uur gevergd.
Na een ruime slaapperiode onder invloed van psychonarcotine waren Rhodan en Reginald
Bull vertrokken. De rupswagen was onder de moeilijkste omstandigheden beproefd. Er kon
niets aan mankeren. Elk onderdeel was vele malen door zeer gespecialiseerde vakmensen
beproefd en gecontroleerd.
De rupswagen was een onbewapende vrachtauto voor gebruik op het terrein, met een ruime
vier persoonscabine, waarvan de doorzichtige staalplastic koepel desgewenst afgeschermd
kon worden. De kleine laadbak achter de drukkoepel bevatte nu enkel uitrustingstukken en
reserveonderdelen. Rhodan was niet van plan op deze rit een van de vele exploratieopdrachten
uit te voeren. Het ging hier om hun leven, maar in de eerste plaats kwam het erop aan het
grondstation te verwittigen. De zender van de rupswagen kon met volle energie werken. Met
een zendsterkte van 12 kW moesten ze het ruimtestation gemakkelijk kunnen bereiken.
Ze waren nu 24 uur onderweg. Slechts 5 uren daarvan hadden ze aan slapen besteed en daarna
had Perry Rhodan de wagen met de sneldraaiende elektromotoren over de volgende
bodemverheffing gejaagd.
De zonnesikkel was inmiddels merkbaar ronder geworden. Ze waren niet ver meer van de
pool. Daar zouden ze ook de aarde kunnen zien.
Ze hadden hun ruimtepakken aan, maar de helmen op de rug teruggeklapt. De drukkoepel van
de wagen was even stevig als de centrale van de Stardust. De speciale kunststof kon slechts
door ruw geweld vernield worden. Reginald Bull keek met half dichtgeknepen ogen voor zich
uit. De hoge toppen van de bergen bevielen hem niet. Hij keek weer op de speciale kaart.
'Het Leibnitz gebergte, geen twijfel mogelijk,' zei hij gespannen. 'Stop even!'
Rhodan schoof de stroomglijschakelaar op nul. De beide elektromotoren sloegen af. De
generator onder de sterke af schermkap regelde de kernreactie tot op een minimum.
Rhodan veegde het zweet van zijn voorhoofd, en begon zwijgend de donkere glazen van zijn
zonnebril op te poetsen. De ultraviolette stralen werden onaangenaam.
Ook hij keek naar het gebergte daarginds. De punt van zijn tong gleed langs zijn gebarsten
lippen.
'Nog een kleine acht kilometer, verder niet. Je vergist je hier ontzettend met afstand schatten.
Voor ons ligt de Husemann krater die vanaf de aarde nog niet te zien is. Na nog eens vijftien
kilometer moeten we over de pool heen zijn, maar niet op deze koers. We moeten meer naar
links, naar het oosten, anders komen we in de uitlopers van het Leibnitz gebergte terecht. Dat
zou geen pretje zijn.'
Bully's wijsvinger tikte op de kaart. Zijn brede gezicht maakte onder de baard van enige
dagen een vermoeide, gezwollen indruk. De rit begon een marteling te worden. Rhodan had
als een wildeman gereden. Als ze een rechte koers hadden kunnen aanhouden, zouden ze
allang in de omgeving van de pool zijn geweest. Ze hadden echter voor ontelbare hindernissen
moeten omrijden. De in de kaart getekende lijn van de door hen gevolgde route leek op het
gekrabbel van een zwakzinnige. Rhodan schraapte hees zijn keel. Zwijgend reikte hij Bully de
waterfles.
'Oké, we buigen af. Het Leibnitz gebergte is ongenaakbaar. Ik zou niet graag in een ravijn
terechtkomen. We staan hier voor de oostelijke uitlopers. Het eigenlijke bergmassief strekt
zich verder naar het westen uit. We komen er wel door.'
Bully dronk met diepe teugen. Een drukkend stilzwijgen heerste in de cabine, die Rhodan nog
verder met het glanzende, bladmetalen scherm afdekte. De zon bedoelde het te goed. Ze
mochten niet te veel warmte opnemen. Het probleem was, de hitte weer kwijt te raken.
Eindelijk merkte Bully somber op:
'Er gaat iets gebeuren. M'n nek jeukt. Er móét gewoonweg iets gebeuren. Hier, kijk hier eens!'
25
Hij tikte weer op de kaart. De nieuwe koers moest hun precies langs een cirkeltje voeren, dat
de wiskundige Clark G. Flipper had ingetekend.
'Jaaa, ik weet het!' zei Rhodan loom. Een raadselachtige grijns speelde om zijn mond.
Bully keek hem strak aan. Zijn lippen waren droog en ruw en op vele plaatsen gebarsten.
'We zouden eigenlijk met een grote boog om dat punt heen moeten rijden en er eerst voor
zorgen dat onze radiomelding op de aarde aankomt. Dan kunnen we verder zien. Hoe denk jij
erover?'
Rhodan staarde enige ogenblikken in de verte. Toen keek Reginald Bull in een gezicht met
diep gegroefde lijnen.
Rhodans ogen flikkerden als een verse breuk in grofkorrelig staal.
'Problemen zijn er om opgelost te worden. We schieten er verduiveld weinig mee op de
kwestie met zwakke uitvluchten af te doen. Ik geef de voorkeur aan een snelle operatie. Dus
nemen we de kortste weg. Het zal er nog zeer op aankomen welke partij het snelst is. De
andere heeft ook onder deze omstandigheden te lijden, waarschijnlijk nog meer dan wij.'
'Wij zijn echte helden!' bromde Bully. 'Oké, ik zal me van nu af aan met de infrarood-zoeker
bezighouden. Bij de geringste impuls zul je moeten rijden als de duivel in eigen persoon.'
Zijn hand ging onwillekeurig naar zijn wapen. Ze hadden nu ook de zware volautomatische
bij zich. Die werkten volgens hetzelfde principe als de grote machinepistolen.
Rhodan schakelde in. De rupswagen schoot vooruit. Toen ze om de kraterwand heen waren
gereden, kwamen ze op een uitgestrekte, met los gesteente bedekte vlakte. Achter de
rupsbanden wolkte het stof op. De losse stofdeeltjes bleven vreemd onbeweeglijk boven de
grond zweven, tot ze tergend langzaam weer neerdaalden. Niets had beter op het ontbreken
van wind kunnen duiden.
Na nog eens zes uren was de zon in haar geheel te zien. Het ging snel, door de geringe
oppervlaktekromming van de maan. Nadat ze het kritische punt zonder bijzondere voorvallen
gepasseerd waren, overschreden ze de grens vanwaar de aarde te zien zou zijn. Even later
dook de grote aardsikkel op. Bijna vol en heel goed te herkennen. Hoewel ze nog laag boven
de noordelijke horizon stond, moest een radioverbinding beslist mogelijk zijn,
Rhodan wierp een korte blik naar rechts. Ze hadden de laatste uren niet veel gezegd.
Bully grijnsde en floot schel en vals. Rhodan stuurde de wagen tegen een steile helling op. De
rupsbanden woelden zich in de grond en de motoren begonnen harder te gieren. Ze kwamen
boven op een klein rotsplateau. Rechts van hen stak een donkere rotswand steil omhoog.
Maar in de verte hing de glanzende aardbol. Het was gelukt. Ze zeiden niet veel. De uitputting
stond op hun gezichten getekend. Snel, bijna overhaast, werden de nodige handgrepen
verricht. Ze hadden allebei het onbestemde gevoel dat het de hoogste tijd was om te handelen.
Rhodan schoof de parabool richtstraal antenne uit, en Bully schakelde de reactor met vol
vermogen op de zender. De buizen liepen warm terwijl Rhodan de antenne zo nauwkeurig
mogelijk richtte. De aarde hing precies in het draadkruis.
Aarzelend, met een onhandige beweging, draaide Rhodan de schakelaar om. Voor hem
dansten de wijzers van de controle-instrumenten. De installatie was prima in orde. Hij trok de
microfoon dichter naar zijn mond.
'Klaar?' vroeg Bully schor. Hij stond gebogen in de cabine, met de zware raketautomaat in
zijn hand.
Rhodan knikte. Eveneens zwijgend schakelde hij de ontvanger in. In de luidspreker werd het
normale stoorgeruis van de ruimte hoorbaar. Geen spoor van het helse kraken en fluiten van
een opzettelijke storing.
Een vermoeid glimlachje speelde om Rhodans lippen. Toen schakelde hij over op zenden.
Langzaam sprak hij in de microfoon:
'Majoor Perry Rhodan, commandant van de Stardust-expeditie, roept grondcontrole NevadaFields. Meldt u alstublieft - majoor Perry Rhodan, commandant Stardust-expe ... !'
26
Het kwam zo onverwacht als een donderslag bij heldere hemel. De groene flikkering werd een
intensieve lichtflits waardoor de met een ruk opgeheven gezichten van de mannen een
spookachtige kleur kregen.
Vlak boven hen, op een paar meter afstand, gloeide de antenne in een groenachtig, fluorescerend vuur, zó intens, dat Rhodan kreunend zijn pijnlijke ogen in zijn handen verborg.
Het gebeurde ongekend snel en bovendien volkomen geluidloos. Een grote halve bol van
flakkerende vlammen welfde zich over de rupswagen. De zon werd een vaag lichtend
voorwerp, en de omgeving vervaagde.
Voordat Bull zijn ontzette waarschuwingskreet kon uitstoten, begon het in de ingebouwde
radio-installatie te kraken. Een knetterende lichtflits schoot uit de plasticbekleding. Bijtende
rookwolken drongen uit de kast naar buiten. Kleine vlammetjes dansten om schroeiende
isolatoren.
Rhodans voet schoot nog juist op tijd uit. Hij verbrak de verbinding met het reactorstroomaggregaat. Bully merkte nauwelijks dat Rhodans hand tegen zijn helm sloeg.
Toen hij de verse zuurstof kuchend in zijn longen zoog, begon hij weer helderder te denken.
Zijn geschreeuw verstomde.
Perry Rhodan bleef onbeweeglijk in zijn stoel zitten. De gebeurtenissen leken ongemerkt aan
hem voorbij te zijn gegaan. Het raadselachtige lichten was even plotseling opgehouden als het
begonnen was. Er was niet de geringste flikkering meer te zien.
Slechts een totaal gesmolten antenne en de brandende radio-installatie wezen op een gebeurtenis die hun begrip te boven ging. Bully zocht wild in alle richtingen naar een tegenstander,
zijn wapen dreigend gereed, maar nergens was iets te bekennen.
Het felle sissen van de droogschuimblusser deed hem opnieuw ineenkrimpen.
Rhodan besproeide de vernielde installatie met zo'n onverschillig gezicht, dat kapitein Bull
begon te vloeken. Hij deed het intensief en overluid. Zijn lippen bewogen echter nauwelijks in
zijn gezwollen gezicht.
De brandhaard werd verstikt. De airconditioning zoog de rook weg. Verse zuurstof stroomde
in de cabine. De gebeurtenis had enige liters kostbare ademlucht gekost.
Rhodan maakte zijn helm open. Bedaard, zonder enige uitdrukking op zijn gezicht, tuurde hij
omhoog. Toen liet hij zijn stem weer horen, vibrerend als een natrillende mandolinesnaar.
'Uit, definitief afgelopen! Daar hadden ze alleen nog op gewacht.'
'Lieve hemel - wat was het?' fluisterde Bully. Uitgeput liet hij zich in zijn stoel zakken. 'Wat
was het?'
'Een buitengewoon leuk soort radiostoring. Maar vraag me niet hoe ze het hebben gedaan.
Wat dat betreft ben ik zo onwetend als een zuigeling. Ik heb geen flauw idee! Ik weet alleen
dat dat licht bij mijn eerste gepiep plotseling verscheen. Dat betekent dat ze met een volautomatische peiler op de loer hebben gelegen. Het apparaat is onmiddellijk ingeschakeld. Dat is
alles.'
Bully nam langzaam een tablet geconcentreerd voedsel. Zijn ogen waren half dichtgeknepen.
De bekwame ingenieur in hem werd wakker; dat deel van zijn hersenen waarin een hele
voorraad moderne elektronica opgestapeld lag.
'Verder maak je het toch nog best, hè?' informeerde hij. 'Ik had je altijd als een helder
denkende modelleerling van de academie voor de ruimtevaart beschouwd.'
'Nu niet meer?' vroeg Rhodan, terwijl er een bittere trek om zijn mond kwam.
'Op het ogenblik niet. Je praatte zo-even net als de beroemde superman in het stuiversblaadje.
Wat betekent hier een 'volautomatische peiler'? Weet je wel watje daarmee hebt gezegd? Man,
we hebben met een scherp gebundelde richtstraal gewerkt! Hoe kunnen ze de impuls dan zo
prompt gepeild hebben? De antenne was in de lege ruimte gericht. Maar dat is nog niet alles.
Heb je soms ook een verklaring voor dat groene licht? Kun jij je voorstellen met welke
krachtbronnen daar gewerkt wordt?'
27
'Dat moet je mij niet vragen, want ik zou je een krankzinnig antwoord geven.'
'We zaten onder een klokvormig scherm,' vervolgde Bully hardnekkig. 'Ik heb het heel goed
gezien. Er schoot een groene lichtstraal uit - en toen was onze antenne er al geweest. Perry, ik
zeg je dat zoiets niet bestaat! Ik zou anders alles kunnen begrijpen, werkelijk alles! Ik zou
voor mijn part zelfs gestuurde elektrische ontladingen hebben geaccepteerd. Maar hier staat
mijn verstand bij stil.'
Rhodan verroerde zich niet. Alleen zijn ogen vonkten.
'We hebben het dus gedroomd, hè? Ik zou in jouw plaats hebben gezegd, dat mijn verstand
daarmee de uiterste grens van z'n bevattelijkheid had bereikt! Iemand heeft onmiddellijk mijn
uitzending gehoord, en toen gehandeld. Hoe hij het heeft gedaan, interesseert mij pas in de
tweede plaats, omdat ik het voorval met mijn technische kennis niet kan verwerken. Het lijkt
mij belangrijker dat iemand er op uit is ons tot gevangenen van de maan te maken. Ik verwed
er m'n hoofd om dat we met de Stardust nog geen kilometer omhoog zouden komen. Vraag
niet waarom, ik voel het eenvoudig. Nee - ik weet het. Wat blijft ons nu nog over?'
Reginald Bull werd nog bleker. Lijkwit staarde hij de commandant aan, wiens lichte ogen
donker waren geworden.
'Jij bent de nuchterste kerel die ik ooit ontmoet heb!' zei hij slikkend. 'Heb je niets anders te
zeggen?'
'Nee! Ik constateer alleen de feiten. Onoplosbare vragen rangeer ik onmiddellijk op een
zijspoor. Daar moeten we niet over praten.'
Bully schraapte zijn keel. De kleur keerde op zijn wangen terug.
'Oké, laten we ons hoofd maar in het zand steken,' antwoordde hij somber glimlachend. Zijn
blik zocht de omgeving af. Die was nog even eenzaam en woest.
'Toch wil het er bij mij niet in! Als het me niet krankzinnig leek, zou ik aan een magnetisch
veld denken. Maar hoe moet dat in een praktisch luchtledige ruimte tot stand gebracht
worden? Geen polen, helemaal niets! Wie wil ons hier uitschakelen? En waarmee?'
'Misschien is de raket van de Aziatische Federatie een paar uur voor ons geland. Naar dat
groene licht te oordelen, moeten ze een volkomen nieuwe apparatuur aan boord hebben.'
Rhodan keek zijn vriend scherp aan.
Bully grijnsde. Zijn enorme handen bungelden als lastige aanhangsels tussen zijn knieën.
'Laten we ophouden met dat zinloos gepraat, makker! Dat geloof je zelf niet. Ik ben nu al
bijna zó ver dat het me allemaal koud laat. Maar ik slik een roestige spijker in als de Chinezen
zoiets hebben uitgevonden. Dat zou alles in de schaduw stellen. Goed, goed, ik hou m'n mond
al. Zo, en wat ben je nu van plan?'
Rhodan glimlachte bijzonder vriendelijk. Een dusdanig vertrekken van zijn lippen betekende
voor Bully het eerste alarmsignaal! Hij kende die lange man, met zijn magere gezicht.
'Er heen rijden en kijken, en zorgen dat ik net een tiende seconde sneller ben dan de ander. Ik
zie geen andere mogelijkheid meer. Als we passief blijven, zullen we over enkele weken
stikken. Als we starten worden we zo zeker als iets neergehaald.'
'Onderhandelen?' vroeg Bully onzeker.
'O ... graag zelfs! Het is alleen de vraag of er met die lui te onderhandelen valt. Wat er
gebeurd is, wijst daar niet op. Waarom, in 's hemelsnaam, waarom hebben ze ons onze melding niet laten uitzenden? Voor wie kan dat gevaarlijk zijn? De hele mensheid zal intussen wel
weten dat de Stardust op de maan is geland. Daarom is het meer dan zinloos, onze radiomelding zo drastisch te onderbreken. Het lijkt wel op de daad van een krankzinnige! Volkomen
onlogisch, ongegrond! Als ze hadden geprobeerd ons van kant te maken, zou ik er nog enige
zin of motief in hebben gezien. Maar dat schijnen ze niet van plan te zijn. Waarom niet?'
Bully begon weer schel te fluiten.
'In laatste instantie zullen ze ons toch afmaken,' beweerde hij. 'Maar heel langzaam. Als onze
zuurstof opgebruikt is ... !'
28
Hij zweeg en trok zijn voorhoofd in rimpels. Toen voegde hij er vlug aan toe:
'Oké, commandant, ik zal de nieuwe koers in de kaart tekenen. Laten we maar meteen
proberen het raadsel op te lossen. Binnen acht uur zijn we daar.'
Hij draaide zijn stoel om, toen Rhodan zei: 'We gaan eerst acht uur slapen! En dan gaan we
ons netjes scheren. Ik wil er niet als een wilde uitzien.'
Bully staarde hem niet begrijpend aan.
'Scheren?' steunde hij. 'Zei je scheren?'
'Aziaten hebben niet zo'n sterke baardgroei als wij. Ze zouden er aanstoot aan kunnen nemen,'
antwoordde Rhodan vreemd glimlachend.
Reginald Bull rilde. Waar dacht de commandant aan?
Een kleine dertig kilometer aan de andere kant van de pool had de infrarood-zoeker
gereageerd. Er moest een sterk warmte uitstralend lichaam in de buurt zijn. Het punt lag juist
binnen het begrensde gebied dat kapitein Flipper als waarschijnlijke standplaats van de
stoorzender had berekend.
Ze waren uit de rupswagen gestapt en naar de rand van de gespleten rotswand gelopen. Het
ringgebergte stak meer dan 600 meter omhoog. Het was een geweldige krater die vanaf de
aarde nooit te zien was.
Een klautertocht van een half uur bracht hen voorbij het laatste punt dat hun het uitzicht
belemmerde. Ze bevonden zich nog steeds aan de voet van de kraterwand, maar meer
noordelijk.
Het draagbare peiltoestel had steeds duidelijker aanwijzingen gegeven. Ze moesten de andere
raket hebben gevonden. O p datzelfde ogenblik zeeg Reginald Bull ineen.
Hij zakte, zich op zijn handen steunend, in geknielde houding op de grond. Zijn waanzinnig
gelach werd door de microfoon opgenomen en door de helmzender uitgestraald. Perry Rhodan
gaf geen kik. Hij had instinctief dekking gezocht, maar nu vocht hij met al zijn wilskracht om
zijn zelfbeheersing. De aanblik alleen zou al voldoende zijn geweest om de gespannen
zenuwen van de mannen de genadeslag te geven.
'Nee ... nee, dat niet, dat niet ... !' kreunde Bully in de microfoon. Telkens weer dezelfde
woorden.
Rhodan sprong naar voren. Zijn gebalde vuisten ontspanden zich. Ruwer dan nodig was trok
hij zijn vriend in de beschutting van een rotsblok. Bully ontwaakte uit zijn verbijsterende
verdoving.
Bevend staarde hij Rhodan aan.
Het zweet op zijn gezicht deed zijn helm beslaan. Rhodan schakelde de kleine ventilator in.
Bully had het nodig.
'Rustig, niet je hoofd verliezen. Bedaar, in 's hemelsnaam! Niet praten! Als ze dat groene licht
op onze antennes richten, is het afgelopen. Hou je rustig!'
Ook Rhodan nam zijn toevlucht tot stereotype woorden. Ze waren, voortdurend herhaald,
misschien eentonig, maar alleen al hun klank had uitwerking. Rhodan was er op voorbereid
geweest, maar de heftigheid waarmee de dingen zich plotseling aan hem opdrongen, was ook
hem bijna te machtig geworden. Ze waren niet meer alleen! Ze waren nooit alleen geweest!
Deze erkenning bracht hem van zijn stuk. Hij had het gevoel voor een eindeloos hoge muur te
staan.
Perry had nog enige ogenblikken nodig om zich te vermannen. Het wilde bonzen van zijn hart
werd minder. Zijn omfloerste blik verhelderde. Maar hij ontspande zijn stevige greep om
Bully's bovenarm nog niet. Hij begreep dat zijn vriend meer tijd nodig had. Het was beslist de
hevigste schok die kapitein Reginald Bull ooit te verwerken had gekregen.
29
Voorzichtig stak Rhodan zijn bolvormige helm boven het rotsblok uit. Zijn blik zoog zich aan
het kolossale voorwerp vast. Zijn laatste twijfel verdween. Nee, dit was geen droom meer!
Voor hem lag een grenzeloos reële werkelijkheid.
Hij zweeg tot Bully zich uit zichzelf meldde. Rhodan dacht er niet meer aan het
radioverkeer te verbieden. Hij besefte dat het zinloos was.
'Je hebt het geweten, hè? Je hebt het al urenlang geweten,' fluisterde Bully. 'Daarom moest ik
me dus scheren. Hoe heb je het geweten, Perry?'
'Niet opwinden, jong, dat dient nergens toe,' fluisterde Rhodan hees. 'Dit ruimteschip is beslist
niet in Azië gebouwd! Het komt zelfs niet van de aarde. Ik kreeg een vermoeden, toen dat
groene licht kwam. Geen mens kan zo'n magnetisch veld tot stand brengen, niemand zou onze
uitzending op een dergelijke manier kunnen onderbreken. Beheers je, jongen. We zullen het
moeten aanvaarden. We hebben geen andere keus.'
Bully richtte zich op. De glazige blik verdween uit zijn ogen. Hij tuurde eveneens voor zich
uit.
'Ze hebben een geforceerde landing gemaakt,' zei hij even later. 'Ze hebben de halve
kraterwand weggeschampt, en wel met zo'n kracht dat je er nauwelijks aan mag denken. Wie
zijn dat? Hoe zien ze er uit? Waar komen ze vandaan? En...'
Bully perste zijn lippen op elkaar voor hij met een sombere, wantrouwige klank in zijn stem
de zin afmaakte '... en wat willen ze hier?'
Die vraag bracht Rhodan tot leven. Hij was weer tot koel oordelen in staat. Zijn lippen
trokken.
'Dat zullen we wel merken,' meende hij. 'Nu wordt een schijnbaar zinloze daad zinvol!
Natuurlijk moesten ze onze melding onderbreken. Naar 't schijnt vinden ze het niet prettig dat
hun aanwezigheid hier, op aarde bekend zou worden. Ze hadden waarschijnlijk aangenomen
dat we dit reuzending bij onze landing al opgemerkt hadden. Daarmee wordt de zaak logisch,
of niet soms?'
De zaak werd stellig logisch! Rhodan bekeek het voorwerp plotseling met andere ogen. Zijn
hersenen signaleerden het gevaar met versterkte zenuwimpulsen. Ditmaal bekeek hij het
vreemde ruimteschip met de nuchtere ogen van de wetenschapsmens.
Aan de gladde oppervlakte van de kogelvormige reus was niets te zien. Geen uitrondingen en
geen zichtbare opening. Ter hoogte van de middellijn tekende zich alleen een dikke ring af.
Het gevaarte stond onbeweeglijk voor de doorbroken kraterwand. Er was geen schrammetje
op te zien en toch was het zeker dat het door de wand heen gekomen was.
De hele constructie rustte op korte, op zuilen gelijkende, landingspoten. Ze waren in een
cirkel opgesteld en blijkbaar uit het onderste gedeelte van de romp neergelaten of uitgeklapt.
Meer zagen ze niet. In het felle licht van de invallende zonnestralen schitterde het materiaal
van de romp bleekrood. Als ze de bovenkant wilden zien, moesten ze hun hoofd ver in de nek
leggen. Ze waren tamelijk dichtbij de standplaats van het ruimteschip, achter de, het uitzicht
belemmerende kraterwand uitgekomen.
Ook Reginald Bull was zichzelf weer meester. Dat bewees zijn hese, beheerst klinkende stem.
'Absolute bolvorm, de meest ideale constructievorm voor een groot ruimteschip, als je
tenminste over de goede motoren beschikt. Lieve hemel, dat ding is wel vijfhonderd meter
hoog! Minstens vijfhonderd meter! Het is bijna nog hoger dan het ringgebergte. Het is om gek
te worden! Hoe kunnen ze zo'n gevaarte de lucht in krijgen? Of liever gezegd - de ruimte in!
Ik begin een flauw idee te krijgen van de machines die ze daar ingebouwd moeten hebben. Je
moet er niet aan denken, als je niet door de grond wilt zakken.'
Zachter voegde hij er aan toe: 'En we waren nog wel zo trots op ons resultaat! Wij hebben met
een nietig ding de maan bereikt, ha ha! Met een kleinduimpje dat er net met de hakken over
sloot komt. Maar de Melkweg ligt voor ons, en dan komt eerst nog ons eigen zonnestelsel.
30
Kun jij je voorstellen, wat wij trotse mensjes bij die lui daarboven vergeleken eigenlijk maar
zijn?'
'Als je nou apen zegt, ontplof ik!' zei Rhodan koel.
'Een dergelijk woord had ik al op m'n tong,' grinnikte Bully zwakjes. 'Jij bent een erg trotse
kerel, hè?'
'Ik ben trots op mijn mens zijn, op ons ras, op onze snelle ontwikkeling en op onze toekomst.
We hebben de maan veroverd, maar we zullen ook nog eens de sterren veroveren. Dat
onwaarschijnlijke ruimteschip daarginds bewijst nog lang niet dat de inzittenden intelligenter
zijn dan wij. Het kan de erfenis van duizenden werkzame generaties zijn, iets dat hun gewoon
in de schoot is gevallen. Iets niet weten is meestal niet hetzelfde als dom zijn. We moeten
goed weten of we de onwetenden gelegenheid om te leren hebben gegeven. Zo ja, dan hangt
het weer van de kennis van hun leraren af. Ze kunnen niet meer in hun hersenen opnemen dan
hun leraar hun heeft meegegeven. Wij mensen zijn een jong, sterk ras. Onze hersenen zijn net
sponsen. Er gaat nog van alles in, let maar eens op. Maar dat wil nog niet zeggen dat jij jezelf
nu opeens een halfaap moet vinden.'
Rhodan was werkelijk kwaad geworden. Hij scheen het gevaarte dat voor hem lag, vergeten te
zijn.
Bully lachte, en greep voorzichtig naar het machinepistool.
'Laat dat,' waarschuwde Rhodan. 'Daarmee kun je onze problemen niet oplossen. We zullen
ons in ieder geval moeten schikken in het feit dat we niet de enige intelligente levende wezens
in het heelal zijn. Voor mij is dat bepaald geen verrassing. Mensen zoals wij moeten zich met
dat idee beziggehouden hebben. Iedereen die de aarde verlaat, moet er eenvoudig aan gedacht
hebben. De verhoudingen liggen anders dan we denken.'
'Het zou mij aangenamer zijn, als dit een armzalige raket van de Aziatische Federatie was,'
fluisterde Bully. Toen, uitdagend: 'En wat gaat er nu gebeuren? Gelukkig voer jij het bevel.
Een brandende nieuwsgierigheid begint langzamerhand in me wakker te worden.'
'In mij allang,' antwoordde Rhodan met nadruk. 'Het is haast niet te begrijpen. Bovendien ziet
het er naar uit dat die knapen ons niet direct naar het leven staan. Ja - en er is nog iets!'
Hij tuurde weer naar de versplinterde rotswand.
'Een behoorlijke commandant zal nooit op die manier landen, hè? Ik in ieder geval niet. Maar
als je bij een landing een halve berg wegschampt, mag je toch wel aannemen dat het niet
vrijwillig is gedaan. Naar mijn mening lijkt het erop dat de onbekenden een noodlanding
hebben gemaakt. Dat maakt ze buitengewoon menselijk, nietwaar?'
Rhodan grinnikte om zijn eigen bewering.
'Daarginds klopt iets niet. Aangezien mij de mooie karaktereigenschap wordt toegekend, een
goed verliezer te zijn, zullen we de zaak eens van dichterbij gaan bekijken.'
Hij richtte zich in zijn volle lengte op. Om zijn lippen lag een spottend glimlachje.
'Ben je gek? Ga liggen,' siste Bully. 'Dat is toch dwaasheid?'
'Helemaal niet. Bedenk eens hoe wij er aan toe zijn. We komen hier niet meer vandaan. Als
generaal Pounder een andere raket stuurt, zijn wij allang dood, en de volgende bemanning zal
het net zo vergaan. Hier valt niets meer te overleggen. Misschien dringt de diepere zin van
deze woorden ook in jouw dikke schedel door.'
Bovendien brandde de nieuwsgierigheid in Rhodan. Het was de onoverwinnelijke primitieve
drift van de mens: de eeuwige rusteloosheid en de dringende vraag: 'Wat ligt er achter de
volgende berg?'
Rhodans ogen werden plotseling klein. Er had iemand gelachen. Het was een heel kort,
nauwelijks hoorbaar geluid geweest, maar er had iemand gelachen.
Bully richtte zich op, met zijn wapen in de aanslag. Zijn gezicht was weer vertrokken.
'Heb jij dat ook gehoord?' fluisterde hij ademloos. 'Er zit iemand op onze frequentie.
Vervloekt ... !'
31
'Wat had je dan gedacht?' klonk het rustig. 'Waarom zou ik hier een half toneelstuk met
uitgebreide dialogen hebben opgevoerd, denk je? Natuurlijk luisteren ze mee! Dat ze onze
armzalige helmzenders niet gestoord hebben, is een bewijs voor hun intelligentie. Ze weten
heel goed dat we daarmee de aarde niet kunnen bereiken. Dat is een overweldigend
eenvoudige logica. Kom mee.'
Bully bleef roerloos staan. Zijn wapen bengelde los in zijn handen. Temend, met een koele
ondertoon, antwoordde hij:
'Ga voor mijn part. Ik heb niet veel zin om intelligente inktvissen of dergelijke monsters vol
vertrouwen in de vangarmen te lopen. Ik blijf hier!'
Rhodans gezicht veranderde van uitdrukking.
Jij hebt teveel romannetjes gelezen, beste vriend. Een inktvisachtig levend wezen zal nooit
ruimteschepen bouwen, ook niet als het tegen alle verwachting in intelligent zou worden.
Verwar fantasie niet met gezond verstand. Dit is een reële zaak, niets meer en niets minder. Er
zijn genoeg knappe mannen op aarde die vreemd intelligent leven zonder meer als mogelijk
beschouwen. Maar ze denken niet aan schrikbeelden. Praat dus geen onzin en ga mee! Moet
ik je er nog eens op attent maken dat we geen andere keus meer hebben?'
'Misschien wel,' mompelde Bully ontdaan. 'Ik voel er gewoon niets voor om als een hulpeloos
blatend schaap in dat ding te stappen. Dat druist tegen mijn instinct in, begrijp je dat?'
'Natuurlijk. Verstandige argumenten begrijp ik altijd temeer daar het menselijke instinct voor
het onbekende waarschijnlijk het aller verstandigste is wat de schepper in ons heeft verankerd.
Dat is allemaal goed en wel; maar we moeten onder bepaalde omstandigheden ook in staat
zijn, het onderbewust opwellen van gevoelens tegen te gaan. Je kunt mij volgen. Ik zal het, je
in dit geval niet bevelen.'
Rhodan draaide zich om. Met lange, regelmatige passen stapte hij uit de dekking te
voorschijn. In zijn denken en voelen had de zuivere logica de overhand gekregen. Hij wist dat
er geen andere uitweg meer was. Dus aanvaardde majoor Perry Rhodan de consequenties.
Zijn machinepistool bengelde aan de riem over zijn rechterschouder. Zijn handen hingen slap
naast zijn lichaam. Rhodan was niet van plan de ontmoeting tussen een mens en een vreemde
intelligentie in een uiteenzetting met de wapens te laten ontaarden. Dat zou een kwalijke
begroeting zijn geweest; onwaardig en beschamend voor een man met een helder en
verdraagzaam verstand.
Hij voelde een soort leegte in zich opkomen. Hoe dichter hij bij het gigantische vaartuig
kwam, des te meer besefte hij het onuitsprekelijk benauwende van de ontmoeting. De
onbekenden hadden het initiatief genomen, daar viel niet aan te twijfelen! Ze hadden steeds
slechts indirect gehandeld. Rhodan kwam tot de gemotiveerde slotsom, dat de radiostoring
veeleer wees op voorzichtigheid van de zijde van de tegenstander, dan op moedwillige
vernieling. Die gedachte stelde hem enigszins gerust. Hij vertrouwde op het ongetwijfeld
overheersende verstand, dat hem zeker concessies zou doen.
Hij had zich geducht in de afstand vergist. Het reuzenruimteschip was veel verder weg dan hij
verondersteld had. Steeds dreigender rezen de wanden voor hem op. Ze werden dreigend en
benauwend.
Toen hij een paar honderd meter in het schitterende zonlicht had afgelegd, kon hij het ruimteschip niet meer in zijn volle omvang overzien. Het was waarschijnlijk meer dan 500 meter
hoog. De landingspoten bestonden uit omvangrijke zuilen met enorm grote steunplaten aan de
onderzijden. Hij glimlachte zwakjes, toen de gelijkenis met de constructie van de Stardust
hem opviel. De vreemdelingen hadden blijkbaar dezelfde gedachtegang als de mens, zeker op
technisch-wetenschappelijk gebied.
Hij hoorde Bully's vlugge ademhaling in zijn helmtelefoon. Direct daarna dook de schaduw
van zijn vriend op.
Reginald Bull voegde zich, zonder een woord te zeggen, bij hem. Hij zei niets.
32
Rhodan knikte hem zwijgend toe. Het was een gebaar dat onder de drukhelm erg vreemd leek.
Bully grijnsde zwakjes terug. Ondanks zijn zelfbeheersing kon hij het flikkeren van zijn ogen
niet verbergen. Hij deed er ook geen moeite voor.
Steeds langzamer werden hun passen. Boven hen doemde de onmetelijke bol op. De zon
bereikte nog slechts een gedeelte van de grond onder het bollichaam.
Waar de diepe duisternis begon, bleef Rhodan eindelijk staan. Hij keek naar boven, zijn hoofd
ver achter in zijn nek en zijn bovenlichaam achterover gebogen.
Nu zag hij de grote gapende openingen onder de reeds eerder opgemerkte ring om de
middellijn. Het was een enorme, meer dan 70 meter brede ring.
'Als ze nu starten, gaan we in atomen op,' zei hij rustig. Zijn hand wees naar boven. 'Dat
zullen wel straalpijpopeningen zijn, aangenomen dat ze volgens dat principe werken. Die
verglaasde plekken op de grond er omheen zijn waarschijnlijk witgloeiend geweest. Ik schat
het startgewicht van de bol onder aardse zwaartekrachtverhoudingen op ongeveer twee
miljoen ton. Hoe brengen ze zo'n gevaarte omhoog?'
'Ik adviseer een vuurwerkraket,' merkte Bully sarcastisch op. Een doffe woede steeg in hem
op. Ze schenen helemaal geen notitie van hen te nemen. Een innerlijke stem in hem
mompelde weer iets van 'apen'. Bully kon er zich met de beste wil niet tegen verzetten. Hij
bezat niet het buitengewone zelfvertrouwen van zijn vriend. Bully zocht zijn heil in zijn
ietwat abstracte humor. Dat was in beginsel zijn laatste toevlucht, wanneer hij met helder
denken niet verder kwam.
Rhodan behield zijn zelfbeheersing. Hij vermoedde dat in het ruimteschip druk geconfereerd
werd. Waarschijnlijk stonden ook de onbekenden voor een verbijsterende situatie. Ze wisten
natuurlijk dat ze het met die twee mensen makkelijk konden klaarspelen. Een druk op een
knop zou waarschijnlijk voldoende zijn geweest.
Juist dat feit beschouwde Rhodan als een goed teken! Als de vreemdelingen geen volkomen
tegenstrijdige ethica bezaten, als ze het begrip verdraagzaamheid kenden, in welke vorm dan
ook, zouden ze eenvoudig niets kunnen doen. Ze konden slechts kiezen tussen verder zwijgen
of een teken van leven geven. Dus wapende majoor Rhodan zich met geduld.
Bully reageerde anders. Na enige ogenblikken zei hij luid en ironisch:
'Onder jullie schip staan twee verschrikkelijke monsters met honger in hun buik en dorst in
hun keel. Ook goedendag. Mijn naam is Reginald Bull. Jullie zijn zo vriendelijk geweest ons
tot een noodlanding te dwingen. We komen met de rekening.'
Bully zweeg. Onder andere omstandigheden zou Rhodan gelachen hebben. Nu begon zijn
keel uit te drogen. Bully's onverzoenlijke aard leek hier bepaald niet op zijn plaats. Ze zeiden
niets meer. Rhodan voelde slechts de neiging ook zijn wapen te grijpen. Bully had zich allang
aan de raketautomaat vastgeklampt. Rhodan beheerste zich. Zijn verwijtende blik ontlokte aan
Bully een grimmig schouderophalen.
Het felle lichtschijnsel kwam even plotseling als enige uren tevoren het groene licht. Rhodan
schrok hevig. Tegen zijn wil, als door een magneet aangetrokken, zwaaide het automatisch
pistool in de kromming van zijn arm. Hij gebruikte een ruwe uitdrukking. Inwendig bevend
schoof hij het wapen over zijn schouder terug.
'Weg met dat ding,' siste hij. 'Hoe vaak moet ik je dat nog zeggen!'
In de wand van de bol was een opening ontstaan, waaruit een fel licht kwam. Het was
volkomen geruisloos gegaan, zoals alles op de maan. Nooit tevoren had Rhodan de
geluidgeleidende lucht zozeer gemist als in deze ogenblikken. Er zakte iets uit de opening.
Toen de onderkant de grond raakte, bleek het een volkomen gladde baan te zijn. Verder
gebeurde er niets.
Rhodan liep voorzichtig naar het zwak lichtende opper vlak toe, en bleef er dichtbij staan.
'De uitnodiging,' zei hij zachtjes. 'Hm, geen treden! Ruim dertig meter hoog. De Stardust zou
er op kunnen liggen.'
33
'Zeker een kleine intelligentietest,' snoof Bully nerveus. Hij keek telkens omhoog, maar er
was geen levend wezen te zien.
Rhodan stapte op het, onder een hoek van 45 graden hellende oppervlak. Toen hij voelde dat
hij opgeheven werd, strekte hij onwillekeurig zijn armen uit. Hij verzette zich tegen het
gevoel dat hij zou vallen, tot hij bemerkte dat daarvan geen sprake was. Zijn schoenen raakten
de baan niet, doch zweefden enige millimeters boven de fluorescerende stof, en hij gleed
omhoog alsof hij op een roltrap stond.
Bully schold. Zijn handen wilden hun houvast niet loslaten, en hij kwam op handen en voeten
achter Rhodan aan. Zachtjes werden ze in het grote ruim gevoerd, waar het felle licht scheen.
Toen de deuren dichtgingen, hoorden ze weer niets. Ze waren in het vreemde ruimtevaartuig.
'Niemand zal het van ons geloven,' fluisterde Bully. 'Niemand! Dat wil zeggen, als we ooit
nog eens met iemand zullen praten. Wat ga je nu doen?'
'Onderhandelen, m'n verstand gebruiken. Wat anders? De situatie lijkt niet onwerkelijk meer
als je haar als vanzelf sprekend beschouwt.'
Ze hoorden het scherpe sissen van binnendringende lucht. De eerste geluiden werden
waarneembaar. Het was echter nog zeer de vraag of dit gasmengsel ook voor mensen geschikt
was om in te ademen. Rhodan begreep dat ze aan een proef werden onderworpen. Als hij nu
op goed geluk zijn helm zou hebben geopend, zou dat als een punt in zijn nadeel hebben
gegolden. Hij kon niet weten wat in het ruim werd geblazen. Hij hield dan ook zijn mond tot
de binnendeuren opengingen.
Ze zagen een hoge, gewelfde gang, die bij een licht uitstralende schacht eindigde. Ze liepen
verder. Er viel nu niets te overleggen. Het gevaarte leek uitgestorven te zijn. Het was een
onwerkelijke situatie. Bully wist dat hij de zenuwspanning op zijn hoogst nog vijf minuten
zou kunnen uithouden. Dan zou hij zijn zelfbeheersing verliezen. Hij zou willen schreeuwen,
razen of amok maken. Als hij maar iets had kunnen doen.
Toen zei een duidelijke stem in de onberispelijke uitspraak van een leraar Engels: U kunt uw
veiligheidskleding openen. U kunt de lucht inademen.'
Rhodan blies met een fluitend geluid zijn ingehouden adem uit. Zwijgend opende hij zijn
helm ...
Hij noemde zich 'Crest'. Dit ras kende geen onderscheid tussen voor – en achternaam. Hij was
erg lang en mager, minstens een hoofd groter dan Perry Rhodan. Hij had twee armen en twee
benen, een mager lichaam en het bezielde gelaat van een heel oude man, van wie de huid
onwaarschijnlijk jong en strak was gebleven. Onder het hooggewelfde voorhoofd zaten twee
grote, doordringende ogen. Naar de huidkleur te oordelen, had hij tot een stam van eilandbewoners kunnen behoren. Die indruk werd evenwel verstoord door de albinoachtige rode
kleur van zijn ogen en zijn witachtige haar. Hij straalde iets vreemds, iets onwerkelijks uit,
ofschoon hij uiterlijk veel op een mens leek. De eigenlijke verschillen zaten waarschijnlijk in
niet onmiddellijk te herkennen details.
Rhodan vermoedde een volkomen andere organische opbouw. Maar hij ademde zuurstof in.
Het was drukkend heet in het grote vertrek. Het bijzonder felle, schitterende licht was
blauwachtig. Waarschijnlijk lag het in zijn grensbereik al in het ultraviolette deel van het
spectrum. Ze kwamen waarschijnlijk van een planeet met een zeer felle, zeer warme en blauw
licht uitstralende zon. De verlichting en de onaangenaam hoge temperatuur duidden daarop.
Dat was alles wat Rhodan direct had begrepen.
Maar - er was nog iets geweest dat hem direct was opgevallen. Crest scheen uitgeteerd en
zwak te zijn. Zijn bewegingen leken nogal hulpeloos. Hij maakte de indruk van een doodzieke
man.
Rhodan dacht aan de weggevaagde bergtop. Was die gebeurtenis aan een zwakke intelligentie
te wijten?
34
Er waren nog twee wezens in het vertrek, eveneens van het mannelijk geslacht.
Rhodan hield zijn ogen gedurende enige seconden half dichtgeknepen. Nooit tevoren had hij
een zo lethargisch gedrag gezien. De kerels waren zo onverschillig, versuft en zonder enige
interesse, dat het zelfs een slecht waarnemer onmiddellijk zou zijn opgevallen. Bij hen
vergeleken leek de verzwakte Crest nog sterk en levendig.
De twee andere wezens hadden niet eens het hoofd omgedraaid toen de voor hen toch zo
vreemde bezoekers binnenkwamen. Ze lagen stompzinnig op hun brede, platte ligstoelen en
staarden verheerlijkt naar de ovale beeldschermen van een toestel waarvan Rhodan de
betekenis niet begreep. Hij zag een voortdurend aan-en uitflitsen van kleuren dwars over de
schermen, waarbij zich, in een talloze verscheidenheid, abstracte geometrische figuren
vormden, en een schel gezoem en gepiep hoorbaar was.
Rhodan begon iets te vermoeden. Er was iets niet in orde in dit zo volmaakt lijkende
reuzenruimteschip. In het grote vertrek hing een tastbaar fluïdum van slaperigheid en
onverschilligheid. Men deed alsof de mensen er niet waren. Crest had een van de andere
mannen aangesproken. Hij liet een heel beminnelijk en beleefd glimlachje zien. Na een vaag
antwoord had de ander zich weer naar zijn beeldscherm gewend.
Bully keek verbaasd om zich heen. De situatie wijzigde zich evenwel abrupt toen zij het
vertrek binnenkwam. Rhodan schrok inwendig van de koelte en de afwijzende arrogantie die
ze uitstraalde. Ze negeerde hem en Bully na één gevoelloze terloopse blik.
Ze was even groot als Rhodan, en had dezelfde roodachtige ogen als Crest. Op aarde zou ze
als een unieke schoonheid hebben gegolden. Maar die vluchtige gedachte verdween snel uit
Rhodans brein. Daarvoor in de plaats kwam het scherpe waarschuwingssignaal van zijn
onderbewustzijn. Deze vrouw met haar smalle, afwijzende gezicht was gevaarlijk; en wel
gevaarlijk omdat ze blijkbaar niet bereid was haar verstand te gebruiken. Voor haar waren de
twee mensen niets meer en niets minder dan een soort voorwereldlijke, hersenloze insecten.
Dat was de indruk die als een pijnlijke impuls tot Rhodan doordrong. Nog nooit had iemand
hem zo'n onverschillige minachting, zo'n volkomen gebrek aan interesse laten voelen. Hij was
bleek geworden en had zijn vuisten gebald. Ze droeg een nauwsluitend, op een overall
gelijkend kledingstuk, met op de borst enige roodachtige fluorescerende symbolen. Pas later
vernam Rhodan dat dit rang onderscheidingstekens waren. Crest, die zeer menselijk scheen te
voelen, had haar in zijn duidelijk Engels als 'Thora' voorgesteld. De zo ziekelijk uitziende
man met zijn fascinerend jeugdig gezicht, toonde de gladde manieren van een beminnelijk
edelman.
Daarmee belandde Rhodan in een situatie van de meest scherpe tegenstellingen. Hier onbegrijpelijke lethargie, daar beleefdheid en tenslotte ijzige afwijzing. Het waren de vreemdste
ogenblikken in zijn leven. Bully vergeleek ze met een dans op een vat buskruit. Hij klemde
zich vast aan de gedachte dat hun wapens niet waren opgeëist. Ook dat was meer dan vreemd!
Crest had hen lang en aandachtig opgenomen, maar hij deed het zo openlijk en opvallend, dat
het helemaal niet beledigend of vernederend leek.
Rhodan had tot dusver vrijwel niets gezegd. Stijf rechtop had hij in het tamelijk kale vertrek
gestaan, waarvan de wanden met een groot aantal beeldschermen en dergelijke toestellen
bedekt waren.
Crest had zich met een hulpeloos glimlachje op een ligstoel laten neerzakken. Hij haalde
moeilijk adem. Toen herkende Rhodan voor het eerst de uitdrukking van ongerustheid in de
ogen van de jonge vrouw.
Ze zei iets op scherpe toon tegen de andere twee mannen. Een van hen hief zich half van zijn
ligstoel op, en keerde toen glimlachend naar zijn abstract vermaak terug.
Rhodan begreep dat het de allerhoogste tijd was. Bully hield deze spanning niet langer uit.
Zijn bleke gezicht en de grijns als van een marionet om zijn verstijfde lippen wezen daarop.
35
Crests omschaduwde ogen verhelderden. Hij scheen te voelen dat de mens er genoeg van
kreeg. Rhodan had zelden zo'n nieuwsgierigheid in de ogen van een schepsel gezien. Crest
scheen letterlijk op een verlossend woord te wachten.
Welke positie bekleedde hij aan boord van dit ruimteschip? Welke macht oefende deze vrouw
uit?
Rhodan deed een paar passen vooruit. Zijn helm bengelde in de scharnieren. De vrouw
draaide zich onmiddellijk om. De bliksemsnelle greep naar haar brede gordel was als een
waarschuwing. Rhodan ontmoette haar blik. Al straalde de hare afwijzing uit, de zijne bezat
een zodanige kilte, dat ze opeens eerder verwonderd dan onaangedaan getroffen leek. Bully's
starre grijns ontspande. Zijn ogen werden klein. Hij kende Rhodan! Hij was omgezwaaid. Of
het zou nu tot een bliksemsnel gevecht komen, óf het geval zou redelijke vormen aannemen.
Rhodan liep langs haar. Ze week achteruit alsof ze door een giftig insect werd aangeraakt.
Crest keek gespannen toe. Toen Rhodan vlak voor hem stond, sloot hij zijn ogen.
Nog nooit had Bully de commandant zo zacht horen spreken.
'Sir, ik weet dat u mij zult kunnen begrijpen. Hoe en waardoor dat komt, lijkt mij op het
ogenblik niet belangrijk. Ook onze huidige situatie is van minder belang. Mijn naam is Perry
Rhodan, majoor bij het ruimteleger van de Verenigde Staten van Amerika, commandant van
het aardse ruimteschip Stardust. U hebt mij tot een noodlanding gedwongen, maar daar wil ik
nu niet op ingaan.'
'Als u nog één stap dichterbij komt, sterft u!' sprak een duistere, van mateloze woede half
verstikte stem.
Rhodan luisterde met trillende zenuwen. Hij draai de zich langzaam om en toonde zijn
beroemde glimlach.
Ze had schijnbaar een verandering ondergaan. De lange vrouw leek door een flikkerend licht
omhuld. Een mengsel van verbazing en grenzeloze verontwaardiging tekende zich in haar blik
af. Rhodan begon het langzaam te begrijpen. Ze bezat blijkbaar zulk een superioriteits - en
rassenwaan, dat ze zijn nadering als een godslastering beschouwde. Rhodan veranderde zijn
opvatting over haar duidelijke minachting. Zij was het hoog ontwikkelde levende wezen, hij
was de mens uit het stenen tijdperk. Dat was het. Hij had de situatie begrepen.
Crest scheen te voelen wat er in Rhodan omging.
'Het spijt me,' zei hij zwak. 'Het was niet mijn bedoeling de moeilijkheden uit de weg te gaan.
Wij waren niet op uw komst voorbereid. Volgens mijn informaties moest de derde planeet van
dit zonnestelsel een onontwikkelde oerwereld met primitieve schepsels zijn. Die schijnen na
onze laatste onderzoekingsvlucht veranderd te zijn. Wij zijn echter niet hierheen gekomen om
contact met u op te nemen.'
'Ga ogenblikkelijk weg,' onderbrak Thora. Haar gezicht gloeide. 'Wat u doet is tegen de
voorschriften. Het is mij verboden om te gaan met creaturen beneden de ontwikkelingstrap C.
Ga ogenblikkelijk weg.'
Het beeld dat Rhodan zich van de situatie had gevormd, stortte ineen. Ze waren dus
'creaturen'. Machteloze woede welde in hem op.
'Waarom hebt u ons dan eerst hier binnengelaten?' vroeg hij somber. 'Waarom? Wat heeft dat
te betekenen?'
'Dat is op mijn initiatief gebeurd,' zei Crest. 'U zult dat niet zo direct kunnen begrijpen. U
behoort tot een erg jong ras. Door mijn ziek worden heb ik de wet kunnen ontduiken. Daar is
een speciale bepaling voor nodig. We mogen met onontwikkelde schepsels contact opnemen,
zodra het bestaan...'
'Ik begrijp het,' onderbrak Rhodan. 'Ik begrijp het volkomen. Heeft u hulp nodig?'
Thora lachte minachtend, maar toch scheen ze opeens weer ongerust te zijn.
'U bent erg jong en erg energiek,' mompelde Crest. 'Zijn alle wezens van uw ras zo?'
Rhodan vertrok zijn mond. Daar kon hij staat op maken!
36
'Hebt u geen dokters aan boord, sir? Waarom wordt u niet geholpen?'
'Er bestaat geen remedie tegen,' beweerde Thora kortaf. 'Ga nu weg. U hebt me al genoeg
vernederd. Crest heeft u gezien. Daarmee is mijn welwillendheid uitgeput. Ik voer het
commando over dit ruimteschip.'
Bully mompelde: 'Hun?'
Hij was stomverbaasd. Hij had zich de eerste ontmoeting met vreemde intellectuelen anders
voorgesteld. Het was allemaal zo onwerkelijk, zo operetteachtig.
Rhodan zette als antwoord zijn helm af. Zijn ogen gloeiden. Hij negeerde haar eenvoudig.
Crest werd nog oplettender. Zijn blik werd onderzoekend.
'U weigert?' fluisterde hij, niet begrijpend. 'Weet u niet met wie u te doen hebt?'
Rhodan werd uitgesproken grof. Met bijtend sarcasme antwoordde hij:
'Heel goed zelfs! Ik ben toevallig in het bezit van een goed stel hersenen, ofschoon de
commandante alle moeite doet om dat feit te betwisten. Ik weet bijvoorbeeld dat ik te doen
heb met een ruimteschip vol slaapkoppen. Als ik aan uw wetenschappelijke ontwikkeling
denk, komt het mij op z'n minst vreemd voor dat uw ziekte niet behandeld wordt. Men schijnt
zich er niets van aan te trekken. U en de commandante zijn hier blijkbaar de enigen die tot
helder denken in staat zijn. Bovendien heb ik zo het gevoel dat ik met de hopeloos
gedegenereerde nakomelingen van een in vroeger tijden hoog ontwikkeld ras te maken heb.
Het spijt me, maar bekijk die twee mannen daarginds eens nuchter! Op de aarde zouden ze in
een gesticht voor zwakzinnigen worden opgesloten.'
Plotseling draaide Rhodan zich om. Zijn wapen dreigde met opgloeiende ontsteking.
Thora was bleek geworden. Achter haar waren plotseling twee gonzende metalen gestalten
opgedoken. Rhodan kende slechts de aardse robots, de elektronische rekenautomaten. Dit
waren volmaakte machines met menselijke vormen en geniaal aangepaste werktuig - en
wapenarmen. Ze waren er plotseling, met dreigende bolvormige hoofden zonder ogen.. Uit
veelledige houders staken de mondingen van onbekende apparaten.
'Begrijp me goed,' klonk Rhodans stem, 'onprettige dingen moeten soms gezegd worden. U
weet heel goed dat wat ik heb gezegd waar is. Als het u niet aanstaat dat het door een wilde
werd gezegd, had u ons niet in uw ruimteschip moeten laten.’
Zijn vinger lag om de trekker. Reginald Bull had dekking gezocht achter een stoel.
Ze leek sprakeloos. Met een bleek gezicht keek ze naar de monding van Rhodans wapen.
'Hoe durft u ... !' hijgde ze, haar handen krampachtig dichtknijpend. 'Hoe durft u in een
onderzoekingsschip van het "Grote Imperium" zulke woorden uit te spreken! Ik zal u laten
vernietigen als u niet onmiddellijk weggaat.'
'Goed, akkoord,' antwoordde Rhodan. 'Maar laat mij dan ongehinderd met mijn ruimteschip
starten. Het is maar een aardsatelliet. We zouden hier niet kunnen leven.'
'Het spijt me. Maar ik kan u niet toestaan het bericht over onze aanwezigheid onder de wezens
van de derde planeet te verspreiden.'
'Prachtig! Dus u wilt ons laten stikken? Wij bezitten niet het technisch verstand van uw
voorvaderen, dat u blijkbaar zo terloops heeft geërfd. Wij kunnen geen zuurstof uit stenen
halen, en geen levensmiddelen uit stof. Wij zijn pas begonnen met het veroveren van de
ruimte.'
De reactie op deze woorden zou hij voor onmogelijk hebben gehouden. Crest sprong met een
scherpe uitroep op. Hij scheen plotseling alle zwakte te hebben vergeten.
'Wat zei u daar? Waar bent u mee begonnen?'
'Met het veroveren van de ruimte,' herhaalde Rhodan onverstoord. 'Bevalt die uitdrukking u
niet? Wij zullen onze gang gaan en op zekere dag zullen wij ook zulke reuzengevaarten
bezitten. Veel vlugger dan u ooit voor mogelijk zou hebben gehouden.'
'Wacht even, alstublieft,' kreunde Crest.
37
Rhodan richtte zich verbaasd op en liet zijn wapen zakken. Tussen de zieke en de
commandante ontwikkelde zich een zo vurig gesprek, dat hij zichzelf overbodig voelde.
Voorzichtig trok hij zich naar Bully terug.
'De meest idiote situatie die ik ooit in m'n leven heb meegemaakt,' fluisterde hij gejaagd. 'Wat
is er nou weer aan de hand? Vreten die twee elkaar op? Moeten we niet verdwijnen nu het nog
tijd is? Die robots bevallen me helemaal niet. Wat denk jij van de toestand?'
Bully's vragen volgden elkaar met grote snelheid op. Hij had te lang in een passieve houding
moeten afwachten. Rhodan keek hem doordringend aan en fluisterde zachtjes:
'Het komt mij voor dat daar over ons lot wordt beslist. Hij heeft macht en invloed, dat staat
vast. Anders zou ze zich niet zo koest houden. Een duivelin. Ik begrijp het nog niet helemaal.
Hoe komt het dat ze onze taal zo correct spreken? Wat betekent "Grote Imperium"? Je zou
denken dat de mensheid al duizenden jaren onbewust aan de rand van geweldige gebeurtenissen heeft geleefd. Dat is griezelig. Bovendien zal dit niet het enige ontwikkelde ras in het
heelal zijn. Ik zie enorme mogelijkheden. We blijven hier. Hou je kalm, ouwe jongen! Dit is
een geweldig spel, al lijkt het belachelijk. Die lui denken en praten in heel andere begrippen.
Ze nemen dingen als vanzelfsprekend aan, bij het noemen waarvan aardse staatslieden
huilkrampen zouden krijgen. Laat nooit je verbazing blijken. We moeten met ze meepraten.
Wij zijn hier de vertegenwoordigers van de mensheid, en die mensheid zou ik graag groot,
eensgezind en sterk zien. Begrijp je dat?'
'Volkomen,' teemde Bully. 'Maar ik wil ook graag blijven leven.'
'Ik vermoed dat Crest een grote beslissing neemt. Kijk dat eens! Ze wordt hoe langer hoe
kleiner en zenuwachtiger. Ik voel dat er iets gaat gebeuren. Kijk eens!'
De commandante scheen buiten zichzelf te zijn. Haar fascinerende ogen hadden een rode
kleur gekregen. Crest zei nog iets. Het klonk streng en zeer beslist.
Toen richtte ze zich in een zo gebogen houding op, dat Rhodan onwillekeurig aan een
eerbetoon moest denken.
Hij ving haar raadselachtige blik op. Ze was bleek en blijkbaar zeer pijnlijk getroffen. Zonder
overgang draaide ze zich om, en verdween, vergezeld door de twee dreigende robots.
Toen waren ze alleen. De twee ongeïnteresseerde gedaanten op de brede ligstoelen telden niet
mee, althans niet voor Perry Rhodan.
Crest was uitgeput in zijn stoel teruggezakt. Het zwakke gebaar van zijn hand deed Rhodan
vlug op hem toelopen. Met een gevoel van welgemeende bezorgdheid boog hij zich over de
vreemdeling heen. Toen hij hem van zo dichtbij zag, begreep hij dat hij werkelijk een heel
oude man voor zich had. De gladheid van zijn huid verborg veel.
'Sir, ik heb een uitstekende dokter in mijn ruimteschip,' zei hij vlug. 'U moet onderzocht en
behandeld worden. Ik heb niet de indruk gekregen dat men u hier behulpzaam kan zijn. Hoe
lang bent u al op de aardse maan?'
Crest herstelde zich enigszins. De scherpe, vermoeide trekken ontspanden zich.
'Sedert een tijd die u vier maanden noemt,' fluisterde hij. 'Het was een toeval, een onvrijwillige noodlanding. Wij hebben van de gelegenheid gebruik gemaakt om de op uw planeet
overheersende taal te leren. Het zal u onwaarschijnlijk toeschijnen, maar wij bezitten andere
hersenen dan u. Wij vergeten nooit iets. Ons gedachten-centrum is te vergelijken met een
fotografisch toestel. We hebben natuurlijk uw radio-uitzendingen afgeluisterd. Het was heel
eenvoudig, en we waren blij dat we niet op de derde planeet zelf geland waren. U staat op het
punt een enorm vergrijp tegen de wetten van het verstand te begaan.'
'Ja, atoomoorlog,' antwoordde Rhodan somber. 'De toestand is verschrikkelijk gespannen. Het
spijt me, sir, dat te moeten bekennen. Maar wees ervan verzekerd dat de mensen de oorlog
niet willen.'
'Ze doen het toch maar. Daarom zijn we tot de conclusie gekomen dat we in uw ras nog altijd
een primitief leven moet en zien. Ik ben nu van mening veranderd. U bent jong, energiek en
38
zeer goed in staat iets op te nemen. Ik heb u na zorgvuldige waarneming in de ontwikkelingsklasse D gerangschikt. Het is mij toegestaan een dergelijk besluit te nemen. Thora heeft
opdracht gekregen de hogere waardering van uw ras in het positronisch archief te vermelden.
Ik ben de wetenschappelijke leider van deze expeditie. Ik geloof althans dat u het zo zou
noemen. Thora is alleen met het commando over het ruimteschip belast. Begrijpt u dat? Kent
u zulke onderscheidingen in het gezag?'
Rhodan antwoordde bevestigend. Juist de mensen kenden ze maar al te goed.
'Uw ontwikkelingen vielen het klasseringsdepartement van het Grote Imperium direct op.
Levende wezens, die reeds met de verovering van de kosmos zijn begonnen, kunnen door een
bevoegd man van de wetenschap van het Imperium in een hogere klasse worden geplaatst.
Dat heb ik gedaan. Daarmee zijn Thora's argumenten komen te vervallen. Wij mogen met u in
contact treden.'
Hij glimlachte flauwtjes. Stille triomf blonk in zijn ogen. Rhodan had het uiteindelijk
begrepen. Reginald Bull beoordeelde zijn krampachtige houding heel juist. Rhodan was ervan
overtuigd een enorme stap vooruit te hebben gedaan.
'U hebt hulp nodig, sir,' herhaalde hij. 'Laat mij onze dokter gaan halen. We moeten iets doen.'
'Later. Luister eens. Ik geloof trouwens niet dat u mij kunt helpen. Al lijken we uiterlijk op
elkaar, ik zal toch een totaal andere anatomie hebben. Onze organische opbouw zal eveneens
verschillend zijn. Toch voldoet u aan de hoofdwet van het Imperium. Uw gelijkenis met ons is
zeer sterk, u bezit verstand en het is u gelukt de door u ontdekte krachten van de atoomkern
nuttig te gebruiken. U hebt nog niet de fout begaan, die krachten voor vernietiging te
gebruiken. Ik ben een vooraanstaand geleerde van het Grote Imperium, een van de zeer
weinige mannen wier wil en levenskracht behouden zijn gebleven. Verbaast u zich nu nog
over Thora's standpunt?'
Bully keek met een onbehaaglijk gevoel naar de apathische gedaanten aan de andere kant van
het vertrek. Het eigenaardige programma scheen gewijzigd te zijn. Een wilde orkaan van
geluiden was plotseling te horen. De geometrische figuren veranderden nog maar weinig.
'Is dat de reden?' vroeg Rhodan rustig. 'Degeneratie?'
'Uw oordeel is juist. Mijn ras is, volgens uw tijdrekening, enige miljoenen jaren oud. Vroeger
waren we net als u: veroveringszuchtig, hard en weetgierig. Het verval is enige duizenden
jaren geleden begonnen. Het Grote Imperium werd versplinterd. Intelligente wezens van een
ander ras kwamen tegen onze macht in opstand, en het sterrenrijk begon te wankelen. Wij
waren altijd heel goedaardige heersers geweest, volkomen in tegenstelling tot andere
intelligente rassen. Nu zijn we aan het eind gekomen. Het rijk is in verval, men vecht om de
absolute macht. Meer dan vijftig hoog ontwikkelde rassen voeren verschrikkelijke oorlogen in
de diepten van de Melkweg. U weet dat niet. Uw zon ligt ver van die gebeurtenissen. U
bevindt zich in een onbeduidende zijarm van de Melkweg.'
'En wat doen jullie ertegen?' vroeg Bully.
'Niets, niets meer,' antwoordde de oude man gelaten. 'We zijn zwak en willoos geworden. Ik
behoor tot de heersende dynastie op Arkon, evenals Thora. Arkon is een wereld, meer dan
34.000 lichtjaren van hier verwijderd. U rekent immers met lichtjaren?'
Rhodan was bleek geworden. Dit kolossale getal trof hem als een slag.
'Dus u beoefent de ruimtevaart met snelheden groter dan die van het licht?'
'Natuurlijk. Al enige duizenden jaren, volgens uw tijdrekening. Wij kennen de aarde al
duizend jaar. Toen zijn we er voor het laatst geweest. Daarna begon de decadentie van de
Arkoniden. De onderzoekingsvluchten werden afgeschaft en de ruimteschepen bleven in de
havens liggen. Men staat op het standpunt dat aan een natuurwet niet te ontkomen is. We
denken nog en maken nog plannen; we ontwikkelen op zuiver geestelijk terrein prachtige
plannen ter verwerkelijking van een nieuw Imperium, maar daar blijft het bij. We hebben niet
de energie en de wilskracht om die vluchtige ideeën ook te verwerkelijken. Men ziet zeer
39
belangrijke dingen over het hoofd. Het rijk vervalt meer en meer. De heersende dynastie op
Arkon is zelf decadent geworden. Men zoekt het mooie en vreedzame, maar beschouwt het
als verloren. We zijn te oud. We zijn eenvoudig versleten. En, . . .' Crests ogen vernauwden
zich '... en tot dusver hebben we geen ander ras ontdekt dat zo was als wij vroeger waren. U
bent een grote uitzondering. Daarom heb ik u in een hoge klasse gerangschikt. Dat is mijn
recht en mijn plicht.'
De wetenschapsmens in Rhodan werd wakker. Voor hem bestonden nog talloze vragen en
onbegrijpelijke raadsels.
'U zegt dat u al vier maanden hier bent. Waarom, in 's hemelsnaam, bent u niet weer gestart?'
Crest knikte bedachtzaam. Zijn blik werd nog doordringender en onderzoekender.
'Dat is de vraag van een buitengewoon energiek intellect. Waarom we het niet hebben
gedaan? De noodlanding op uw maan is te wijten aan een motorstoring. Men bekommert zich
niet meer om het onderhoud van onze ruimteschepen. Het is maar een klein mankement, maar
we hebben geen reserveonderdelen aan boord. Die zijn eenvoudig vergeten, zoals alles wat
van belang is vergeten wordt. Men heeft er gewoonweg niet aan gedacht, dat is alles. We
zitten hier dus vast. We wachten en wachten maar, en er gebeurt niets. Mijn ziekte verhindert
mij het werk zelf te doen. We hebben dringend onderdelen nodig, maar ik geloof niet dat we
die op uw wereld zouden vinden.'
'Wij zullen ze maken,' zei Bully. 'Laat ons maar zien wat u nodig hebt, en u krijgt alles.
Onderschat ons niet, sir! De knapste koppen van de aarde zullen op maximum toerental lopen.
Wij halen de sterren voor u van de hemel, als u ons maar zegt wat we er voor nodig hebben.
De aardse industrie is een mammoetmachine. Wij kunnen alles, hoort u, alles!'
Dat waren zeer optimistische woorden en ze zweepten Crest op.
'Ik geloof u,' fluisterde hij opgewonden. 'U moet Thora er voor winnen. De vrouwen van ons
ras hebben minder van het verval te lijden gehad dan de mannelijke wezens. Daardoor komt
het dat veel belangrijke posities door vrouwen worden bekleed. Dat is nu al eeuwen zo, terwijl
de vrouw vóór die tijd haar huiselijke plichten had. Thora bezit nog een helder en scherp
verstand. U, majoor Rhodan, bent daarvoor de juiste man. Ze is bang voor u, wat mij zeer
verbaast.'
Rhodan slikte. Dat was het dus. Bully grijnsde. De situatie was bepaald niet duidelijker
geworden.
'U moet zich er niet over verwonderen dat ik geheel in uw begrippen spreek,' betoogde Crest.
'Het is altijd mijn taak geweest met vreemde intellectuelen te onderhandelen. Ik ben gewend
mij zeer snel in de mentaliteit van een bepaald ras in te leven. Daarom was uw komst voor mij
volstrekt niet verrassend, Het was voor mij vanzelfsprekend. U bent zeer onder de indruk. U
wist tot dusver niet dat u niet het enige intelligente ras in het heelal bent. Mij zijn veel
dergelijke gevallen bekend. De verschijning van superieure wezens is altijd een schok. Daar
bent u echter al overheen.'
'Wat doen die twee daar eigenlijk?' vroeg Rhodan gespannen. De eigenaardige muziek was
alweer veranderd. Het was nu een doordringend gefluister geworden.
Crest wendde met moeite zijn hoofd om.
'Het verderfelijke simulatorspel. Het is een maatstaf voor het geestelijk en lichamelijk verval.
Miljarden Arkoniden liggen dag in dag uit voor de beeldschermen. Het is een soort fictief
beeldspel, dat door een of andere meester is uitgedacht. Erg ingewikkeld. Het is de visuele en
akoestische verduidelijking van de gedachtegang. Mijn ras gaat daar geheel in op. Het wordt
steeds erger. Er zijn maar vijftig bemanningsleden aan boord. Ik zie ze maar zelden, maar als
ik ze zie, liggen ze in extase voor de beeldschermen. Onze decadentie voltrekt zich niet in het
kader van een zedenverval, maar in een volkomen verslappen van de wilskracht. Men wordt
onverschillig voor alles. Men windt zich nergens meer over op en interesseert zich nergens
40
meer voor. Het werk van een nieuwe kunstenaar gaat altijd voor. Men heeft er oneindig veel
voor over om van een nieuwe schepping van de kunst te genieten.'
'En hebben ze u heel gewoon vier maanden hier laten zitten?' vroeg Rhodan.
'Zonder iets te doen? Zonder, een poging te doen om een geneesmiddel te vinden? Dat moet
voor uw bemanning toch een kleinigheid zijn?'
Het zou eenvoudig zijn als iemand zich ervoor zou kunnen inspannen. We hebben genoeg
geneesmiddelen aan boord, maar ik ben overvallen door een ziekte die bij ons onbekend is. Er
zou een grondig onderzoek voor nodig zijn. Maar aangezien dat tijd, moeite en intensieve
arbeid vereist, gaat het eenvoudig niet. Er zijn vooraanstaande kunstenaars aan boord, die
voortdurend nieuwe abstracte werken scheppen. De orde aan boord wordt door de robotbemanning gehandhaafd. Uw noodlanding, majoor Rhodan, is eveneens door de automaten
bewerkstelligd. Het betreft de normale veiligheidsmaatregelen. Het positronische brein had
bepaald, dat wij niet met u in aanraking mochten komen. Dus verrichtte het de
dienovereenkomstige schakelingen. Het is heel eenvoudig.'
'Heel eenvoudig,' kreunde Rhodan. Hij was verbijsterd. 'U beschouwt dingen als eenvoudig
die ons als sprookjes voorkomen. Trouwens - wat is positronisch? Wij hebben enorm
productieve elektronische rekenmachines. Een positron is een uiterst kort levend ding.'
Crest lachte. Er verscheen zoiets als vaderlijk medelijden in zijn ogen. Bully slikte een ruwe
uitdrukking in.
'U zult het nog wel eens begrijpen. We kunnen niet meer starten. Mag ik om uw hulp vragen?'
Rhodan werd eensklaps de commandant en - de mens. Zijn grenzeloze verbazing was voorbij.
Hij begon met de kille precisie van een machine te overleggen.
'Ik weet uit de laatste geheime berichten, dat het uitbreken van een waarschijnlijk verschrikkelijke oorlog tussen de westerse wereld en het machtsblok van de Aziatische Federatie slechts
met de allergrootste inspanning zal kunnen worden vermeden. Ook ik kan u niet in enkele
ogenblikken uitleggen waarom die oorlog nauwelijks kan worden vermeden. De oorzaak moet
voornamelijk in de verschillende ideologieën worden gezocht. U kent dat waarschijnlijk niet,
maar op de aarde is het zo. Nu een vraag op de man af, sir.'
Crest zuchtte diep.
'Een vraag op de man af!' herhaalde hij. 'Zo'n formulering heb ik sinds mijn jeugd niet meer
gehoord. Bij ons worden geen vragen op de man af meer gesteld. Maar wat wilt u vragen?'
'Hebt u voldoende machtsmiddelen tot uw beschikking om een vernietigend conflict met
atoomwapens te kunnen verhinderen? Zo ja, wat hebt u?'
'Welke atoomwapens?' vroeg Crest gespannen.
'Twee soorten, sir. Kernsplitsingprocessen en kernfusiereacties.'
'Splitsingsprocessen kunnen door de volledige absorptie van de vrije neutronen verhinderd
worden. Ik ken die eeuwenoude methode van de primitieve kernsplitsing. Zonder neutronen,
zoals u die deeltjes noemt, gaat het niet.'
'Zeer juist, sir. Dat weten wij ook, maar wij kunnen een dergelijk effect niet bereiken. Hoe
staat het met het fusiewapen? De waterstofbom?'
'Ook al een eeuwenoude methode, die wij allang hebben opgegeven. Het anti neutronenscherm is niet geschikt om het samensmelten van de kernen te verhinderen.'
'Juist, sir. Maar wij kennen tot dusver slechts de zogenaamde "warme" ontsteking. Dat
betekent dat alle machtsgroepen op aarde genoodzaakt zijn de waterstoflading van de zware
bommen met behulp van een kernsplitsings-thermaalontsteker tot reactie te brengen. Wanneer
de als fusiestoot dienende splitsinglading niet functioneert, kan het nooit tot een fusie van
lichte kernen komen.'
'U bent een man van de wetenschap. Heel goed. Ik garandeer u een volkomen falen van die
wapens, vooropgesteld dat u nog met de primitieve soort fusie inleiding werkt. Er is slechts
een klein toestel voor nodig.'
41
'Voor de hele aarde?' vroeg Rhodan bevend.
'Het is maar een kleine planeet, en mijn ruimteschip vertegenwoordigt een zeer grote macht.
Het zal wel lukken.'
Rhodan slikte krampachtig. Hij durfde Bull niet in diens opengesperde ogen te kijken. Het
begon de technicus langzamerhand te duizelen. Die vreemdeling sprak over wereldschokkende dingen zoals een aardse jongen over de volgende voetbalwedstrijd.
'Dan is er alles voor te zeggen, sir, u voor behandeling naar beneden te brengen. U moet zich
direct door Dr. Manoli laten onderzoeken. Hij zal vaststellen wat u eigenlijk scheelt. Hij is erg
goed in het stellen van een diagnose. Misschien kunt u hem enig materiaal over de organische
gesteldheid van uw lichaam ter beschikking stellen, en over uw stofwisseling. Ik denk dat hij
dat zal moeten weten.'
'Ik zal er als de bliksem met de rupswagen heenrijden,' verzekerde Bully onrustig.
'Lieve hemel, als ik niet op tijd kom, drukt Flipper op de startknop en dan is de hel los.'
'U hoeft er niet heen te rijden,' fluisterde Crest. 'Spreek met Thora. U weet nog niet waartoe
wij in staat zijn, majoor Rhodan...'
Kapitein Clark G. Flipper beefde. Hij keek, volkomen van zijn stuk, in de cirkelronde centrale
van het reuzenruimteschip om zich heen.
Thora sloeg hem met een spottende blik gade. Dr. Eric Manoli was allang verdwenen. Hij had
zich met de ontwakende ijver van de onderzoeker in de letterlijke zin van het woord op Crest
gestort. Er waren nog enige andere mannen in de centrale. Ze boden een hulpeloze,
meelijwekkende aanblik, hoewel Crest had beweerd dat ze nog tot de actieve schepselen van
zijn ras behoorden.
Rhodan had bepaald meer de indruk dat ze met alle vezels van hun geringe wilskracht naar
het volgende beeldprogramma verlangden. Ze schenen alleen maar aan de simulator schermen
te denken, ofschoon ze het uniform van het Grote Imperium droegen.
Zo zagen dus de nakomelingen van een eens machtig sterrenras er uit. Het was nauwelijks
voorstelbaar dat hun voorvaderen eens een galactisch rijk hadden opgebouwd. Crest had
weliswaar verzekerd dat de expansie van de Arkoniden vreedzaam verlopen was, maar in dat
opzicht kwam bij Rhodan wel enige twijfel op.
Hij kon zich niet voorstellen dat zo'n kolonisatie zonder bloed en tranen zou hebben
plaatsgehad. Dat was nu allemaal voorbij. Ze stonden praktisch voor het overschot van een
groot volk, welks technisch-wetenschappelijke erfenis niet meer werd benut. Het duizelde
Rhodan, als hij aan de zogenaamde bergingsmanoeuvre terugdacht.
Thora was alleen in de met verbijsterende toestellen gevulde centrale geweest.
De vele robots telde Rhodan niet mee, ofschoon zij in de laatste instantie het werk hadden
gedaan.
Flipper was bijna gek geworden toen de Stardust door een griezelige macht werd gegrepen.
Hij rilde nog als hij er aan terug dacht.
'Het was afschuwelijk,' had hij met verstikte stem gezegd. 'Onze eenzaamheid was al
nauwelijks te verdragen. Eric en ik hielden om beurten de wacht. We hielden voortdurend
rekening met het mogelijk opduiken van een Aziatische verkenningspatrouille. En we dachten
nog meer aan jullie en aan de afgesproken radioboodschap. Toen kwam opeens die ruk. Iets
tilde het ruimteschip van de grond, alsof het een veertje was. We zagen niets en we hoorden
niets. Toen heb ik in paniek op starten geschakeld. Ik ben, buiten de automaat om, op volle
kracht gegaan, maar het gaf allemaal niets. Integendeel - de reactor hield opeens op te werken
en toen was het afgelopen met de aandrijfkracht. Ze hebben de Stardust met een sprong over
de krater heen getrokken. Enige ogenblikken later zagen we het reuzenschip, maar toen waren
we al zo zacht geland, dat we nauwelijks een schok voelden. Ik was dolblij toen ik Bully's
gezicht zag. Jullie hebben verder toch geen verrassingen meer?'
42
Maar die hadden ze wel. Thora had direct daarna een korte verklaring van het verschijnsel
gegeven. Die verklaring hield in dat ze met een heel 'gewoon' transportveld voor de
verplaatsing van materieel stabiele lichamen te maken hadden gehad. Dat was op Arkon
gebruikelijk.
Ze had haar woorden zorgvuldig gekozen, maar de ironie er in niet kunnen verbergen. Ze had
nog niet vergeten. Waarschijnlijk kon ze dat niet zo vlug. Voor haar waren de mensen
onderontwikkelde creaturen, waarmee men alleen met het oog op de lastige situatie mocht
samenwerken. Dat had ze aanvaard, maar meer ook niet.
Ze stonden in een klein voorvertrek op Dr. Manoli te wachten. Hij had voldoende gegevens
gekregen om zich te kunnen voorstellen hoe het er in het lichaam van een Arkonide uitzag. In
ieder geval, daarvan was Rhodan zeker, had Manoli een zeer ongewoon medisch probleem op
te lossen. Er zouden talloze moeilijkheden rijzen. Van geen enkele dokter ter wereld kon
worden verwacht dat hij in een vlaag van onwaarschijnlijke helderziendheid in een volkomen
vreemd organisme thuis zou raken. Dat was een studieterrein op zichzelf, nog afgezien van de
enorme gevaren die een eventuele behandeling met zich mee zou brengen. Het zou eenvoudig
een riskant spelletje met het leven van een vreemde zijn.
Geen mens kon precies zeggen hoe hij op aardse geneesmiddelen zou reageren.
Dr. Manoli was echter een man op wiens oordeel men kon vertrouwen. Als onmiddellijke
hulp niet mogelijk was, moesten de knapste koppen van de wereld worden ingeschakeld.
Rhodan was vastbesloten, indien nodig, de gezamenlijke farmaceutische industrie van de
wereld aan het werk te zetten. Dit levende wezen moest gered worden, hoe dan ook!
Doc Manoli was al tien uur met hem bezig. Niemand kon hem helpen. Zij waren geen medici.
Thora werd onrustig. Ze scheen te begrijpen dat ze voor een beslissend keerpunt in haar leven
stond. Haar verwarde voorstellingen van de bekwaamheden van de mensen maakten het voor
haar nog somberder.
Rhodan sloeg haar aandachtig gade. Ze deed alle moeite haar innerlijke angst achter haar
bijtende spot en minzame neerbuigendheid te verbergen. Maar ze voelde dat de grote man met
zijn ironisch fonkelende ogen haar doorzag. Voor Thora zou alles eenvoudig zijn geweest als
de vreemde intelligente wezens niet zo sprekend op de wezens van haar eigen ras hadden
geleken. Dat verwarde en deprimeerde haar onwillekeurig, en stelde haar voor een
noodsituatie. Met niet op mensen gelijkende schepsels zou ze het zonder meer hebben
klaargespeeld.
Maar dit was een ander geval. Ze voelde Rhodans vaste wil om geen haarbreed toe te geven.
Hij wilde erkend worden, hij wilde eveneens als een intellectueel worden beschouwd. Hij
machtigde zich eenvoudig het recht aan, zich met haar te vergelijken. Dat bracht haar aan de
rand van een gevoelscrisis. Ze begreep plotseling dat het mensenras een zeer bijzondere plaats
in het heelal innam. Nog nooit eerder was ze door iemand zo openlijk en uitdagend benaderd.
Ze was gewend zonder voorbehoud gehoorzaamd te worden. Dat scheen deze man niets te
kunnen schelen. Hij had haar met zijn impertinente grijns woedend gemaakt. Toen had hij
haar als een dom schepsel behandeld. Thora was buiten zichzelf.
Ze richtte zich hoog op, toen Rhodan weer naar haar toe kwam. Haar woedende blik deed
hem vriendelijk knikken. Merkte hij niets, of wilde hij het niet merken?
Blijkbaar niet. Ze vond het schrikwekkend.
'Ik heb weer een paar zeer duidelijke vragen,' zei Rhodan. 'Of liever gezegd – ik houd mij met
een zeker probleem bezig. Vertelt u me eens, kent men op uw wereld betaalmiddelen? Ik
bedoel geld of ruilmiddelen, die men kan aanbieden om iets te krijgen?'
'Bij een galactisch handelsverkeer tussen meer dan tienduizend bewoonde planeten, kun je
daar nauwelijks buiten!' antwoordde ze spottend.
'Heel goed,' lachte hij onverstoord. 'Ik zal Crest nu toch naar de aarde moeten brengen. Wij
hebben aan boord van mijn nietige raket noch de nodige geneesmiddelen noch de vereiste
43
onderzoekinstrumenten, terwijl onder de gegeven omstandigheden een operatie noodzakelijk
zou kunnen zijn. Wat hebt u als betaling aan te bieden? Als u bankbiljetten, kredietbrieven of
zoiets hebt, zou het niet interessant zijn. Daar zouden wij niets mee kunnen beginnen. Dus
wat hebt u? Hoe staat het met waardevolle grondstoffen? Kunststoffen of dat soort dingen?'
'Ik heb normale ruilmiddelen voor ontwikkelingswerelden van de klasse C en D aan boord.
Het zijn werktuigen met eigen energiebron, volledige robotbediening en een garantie van
ongeveer tachtig jaren volgens uw tijdrekening. Het zijn machines, voor alle bedrijfstakken.
Bovendien kan ik micromechanische artikelen aanbieden, zoals draagbare elementtasters,
grondhervormers, zwaartekrachtneutralisatoren voor éénpersoonsvluchten en...'
'Hou toch op, ik word er gek van,' kreunde Flipper. 'Dat is toch krankzinnig! U zet de wereld
op z'n kop. Ze zullen u om uw wondermachines vermoorden.'
'Dat is uw zaak. Ik heb alleen ongevaarlijke dingen voor primitieve intellecten aan boord.'
'Wat hebt u eigenlijk voor zogenaamd echte intellecten?' vroeg Rhodan. 'Goed, laat maar. Ik
kan het me wel voorstellen. Zorg er nu alstublieft voor dat de Stardust wordt uitgerust. Pak
alles in wat Crest nodig heeft. En . . .' hij zweeg even '... vergeet de speciale toestellen niet.
Dat is van groot belang. Denk aan onze bespreking.' Ze keek hem peinzend aan. Er kwam
zoiets als respect in haar op.
'U riskeert uw leven, weet u dat? Maar ik waardeer uw motivering! Het zou inderdaad beter
zijn. Tenslotte ken ik de barbaarse reacties van minder ... ik bedoel. . .'
'Zeg het maar,' moedigde Rhodan glimlachend aan. 'Het deert mij niet meer. Ik beschouw u in
dat opzicht als een zieke, die niet goed weet wat ze zegt, vergeet het maar. Begint u nu
onmiddellijk met het laden. Gooi alles wat nog in het laadruim van de Stardust ligt er maar
uit. Maar ga niet boven een nuttige lading van zestig ton. Ik heb een moeilijke landing in het
vooruitzicht. Of denk er nog eens over na! Geef ons een van uw grote tenders. Daarmee zijn
we in een uur op de aarde.'
'In vijf minuten,' verbeterde ze. 'Het spijt me. Hier houdt mijn welwillendheid op. Behalve
Crest en enige toestellen zal niets ooit de grond van uw aarde raken. Ik mag het niet doen. Ik
heb mijn orders.'
'Crest heeft ons op een hogere trap geplaatst.'
'Dat is uw geluk, anders hadden we niet eens kunnen praten. Maar ik mag geen tender naar
uw atmosfeer sturen. Het positronisch brein staat het niet toe. Ik kan de beslissingen van de
grote automaat niet opheffen. Wij hadden een andere taak te vervullen. Ik wilde hier niet
landen. Mijn doel lag ergens anders, nog enige lichtjaren verder.'
Op dat ogenblik kwam Doc Manoli te voorschijn. Hij zag er bleek en vermoeid uit. Zijn
vluchtig gebaar was als een verdediging.
'Vraag niet teveel, het was buitengewoon vermoeiend. Ze verschillen niet zoveel van ons als
ik had gevreesd. De regeling van de organen is duidelijk, zij het dan ook verschillend. Het
geraamte wijkt eveneens af. Maar hun bloed is net als het onze. Daardoor kon datgene
optreden wat ik al vermoedde toen ik hem zag. Het betreft een duidelijk geval van leukemie.
De samenstelling van het bloed bewijst dat onomstotelijk. Ik heb alle mogelijkheden van ons
boordlaboratorium uitgeput. Het anti-leucaemie-serum is twee jaar geleden eindelijk
ontwikkeld. Voor die tijd was de ziekte ongeneeslijk. Ik hoop nu alleen nog maar, dat ons
serum bij Crest werkt. Onder bepaalde omstandigheden kan het rampzalig zijn. Het kan, maar
het hoeft niet! De Arkoniden zijn biologisch zeer nauw met ons verwant. Het is leukemie, op
m'n woord!'
'Rhodan scheen ontsteld te zijn. Thora vroeg angstig naar de oorzaak. Ze was plotseling al
haar superioriteit kwijt.
'Begin,' zei Rhodan ruw. 'Vraag niet zoveel maar begin met laden. Het wordt tijd. De duivel
zal jullie sufferds halen, al bevalt jullie de uitdrukking niet. Het is een schande, en voor een
44
mens haast onbegrijpelijk, dat zulke hoogstaande intellecten zich met een spelletje voor
zwakzinnigen bezighouden. Begin. Of hecht u geen waarde aan Crests gezondheid?'
Ze dacht even na voor ze met uitdrukkingloze stem antwoordde:
'U vraagt zich natuurlijk af, wat wij in dit deel van de ruimte zoeken. Nu, ik zal het u zeggen.
We trachten het bestaan van onze laatste grote genieën te redden. Het is ons niet gelukt het
leven met biologische middelen in stand te houden. We hebben gedeeltelijke resultaten
bereikt, meer niet. Het is mijn taak naar een van vroegere ontdekkingsreizen bekende planeet
te vliegen, waarvan de bewoners het geheim van de instandhouding van het leven kennen. Dat
staat gelijk aan verlenging van het leven. Crest is onze belangrijkste man. Bovendien lijdt hij
niet aan de algemene decadentie. Red hem! Doe alles wat maar enigszins mogelijk is. Ik zal u
alle steun geven. Alle, majoor Rhodan, en dat zegt niet weinig! Als u in moeilijkheden komt,
behoeft u mij slechts via het speciale toestel op te roepen. Ik zal uw raadgevingen in acht
nemen. U moet weten, dat ik alle macht van aardse bevelhebbers met één druk op een knop
voor eeuwig kan wegvagen. Met mijn ruimteschip zou ik uw hele zonnestelsel kunnen
vernietigen. Elk van mijn energiekanonnen zou al voldoende zijn om een klein continent in
een gloeiende oceaan te veranderen. Denk daaraan en roep mij tijdig op.'
Ze ging weg zonder nog een woord te zeggen. Kapitein Flipper was lijkbleek geworden.
'Al had ik nog nooit iets geloofd dan zou ik dat toch onmiddellijk, zonder voorbehoud
aannemen,' fluisterde hij hees. 'Lieve hemel, waar zijn we in terechtgekomen? Waar zal dat
toe leiden? Washington zal op z'n kop staan.'
'Misschien ook niet!' merkte Bully zo veelbetekenend op, dat Flipper ervan schrok.
'Hoe bedoel je dat?'
'Zomaar!' Bully keek zijn commandant met glazig glanzende ogen aan. Toen Flipper naar de
uitgeputte Manoli ging, vroeg Reginald Bull met slepende stem:
'Zeg eens, wat heb jij eigenlijk? Hier klopt toch iets niet, hè? Wat heb je zo geheimzinnig met
Thora besproken?'
'Misschien heb ik haar wel een huwelijksaanzoek gedaan,' antwoordde Rhodan toonloos. Zijn
blik hield een waarschuwing in. Hij had alweer de ogen van een genadeloze veroveraar. Tot
die conclusie kwam Bully tenminste.
'Je hebt er toch niets op tegen, wel?'
Nee, kapitein Reginald Bull stelde geen vragen meer. Integendeel, hij werd plotseling erg stil.
Robots marcheerden voorbij. De Stardust werd volgens een zeer zorgvuldig uitgewerkt plan
uitgerust met goederen uit het reuzenarsenaal van het bolvormige ruimteschip. Het waren
apparaten met een gezamenlijk gewicht van 60,3 ton, berekend volgens aardse
zwaartekrachtverhoudingen.
Rhodan ging naar Crest toe. Met een opmonterend lachje zei hij:
'We vertrekken, sir. Helaas weigert Thora, zoals eerder, een tender ter beschikking te stellen.
Is daar niets aan te doen? Ik zal u in de Stardust aan aanzienlijke druk moeten blootstellen.
Wij kennen geen middel voor het opheffen van de massatraagheid. Dat betekent dus een zeer
hoge versnellingskracht.'
'Ik heb geen invloed op dergelijke beslissingen. U zult echter niet meer van die krachten te
lijden hebben. Er wordt een neutralisator aan boord gebracht. U zult niets voelen.'
Rhodan slikte weer. Hij begreep dat hij langzamerhand zou moeten afleren zich te verbazen.
De Arkoniden schenen alles te kunnen wat voor de aardse wetenschap nog in verre,
nevelachtige verten lag.
'Het is ze gelukt, het is ze gelukt!'
Telkens weer dezelfde woorden. Generaal Pounder, chef van de afdeling ruimteonderzoek en
commandant van Nevada -Fields, scheen geen andere te kunnen vinden. Geboeid staarde hij
naar het grote beeldscherm van de radartaster.
45
De Stardust was na een vliegtijd van veertien uur in de bovenste luchtlagen van de aardatmosfeer gedoken. Op dit ogenblik begon hij aan zijn derde rem ellips.
De hoge valsnelheid was nog in de lege ruimte tot 5 kilometer per seconde afgeremd. De
capaciteit van de nieuwe motor met kernchemische aandrijving was volstrekt niet overschat.
De nog voorradige brandstof stond nog manoeuvres toe, die met chemische middelen
onmogelijk zouden zijn geweest.
Dicht boven de eerste luchtmoleculen was het ruimteschip omgewenteld. De automaten
werkten onberispelijk en betrouwbaar. Een tweede panne scheen uitgesloten te zijn. Majoor
Rhodans bericht over de oorzaken van zijn lange stilzwijgen had ietwat eigenaardig geklonken. Zoals hij door de radio beweerde, waren er enige complicaties in de motorschakelingen
opgetreden. Nadere gegevens kon hij pas na de landing verstrekken.
Enige seconden geleden was de Stardust weer binnen het meetbereik van de grote stations van
Alaska en Groenland gekomen. De hoogte bedroeg toen nog 183 kilometer en de snelheid iets
meer dan 800 kilometer per uur.
Pounder draaide zich geërgerd om. De gedrongen man had door een kuchje zijn aanwezigheid
kenbaar gemaakt.
Allan D. Mercant, chef van de geheime dienst van de NAVO, had zich niet laten overhalen
het hoofdschakelstation te verlaten. Hij wist wel dat hij hier stoorde, hetgeen hem echter niet
stoorde. Drie uur geleden was hij plotseling opgedoken.
Zijn metgezellen waren stilletjes weggegaan en toen waren plotseling de tanks van de vijfde
speciale divisie aangekomen. Nevada-Fields was nog nooit eerder zo grondig afgegrendeld
geweest.
Er landden bovendien zware transportvliegtuigen met specialisten.
De rijksrecherche, afdeling binnenlandse veiligheid, had zijn beste manschappen ingezet. Er
werd met een enorme macht aan manschappen en zware wapens op de landing van de
Stardust gewacht.
Generaal Pounder had geraasd, maar Allan D. Mercant glimlachte even vriendelijk als altijd.
'Het spijt me, generaal. U hebt de lawine zelf aan het rollen gebracht. Ik zou nu heel graag
willen weten wat daarboven werkelijk is gebeurd. De berichten van de commandant klinken
ietwat eigenaardig, nietwaar?'
'Daarom hoeft u nog geen hele specialistendivisie met tienduizend man op te roepen,' had
Pounder verontwaardigd geantwoord.
Het speet de chef van de veiligheidsdienst. Hij vond het noodzakelijk. Pounder had er even
aan gedacht zijn vier risicopiloten via de radio een kleine wenk te geven.
Het was evenwel onmogelijk gebleken, daar plotseling enige onopvallend geklede mannen in
de radiocentrale waren verschenen.
Pounder begreep er niets van. De technici en de geleerden waren nerveus en door de chef van
de militaire veiligheidsdienst van Nevada-Fields voorlopig buiten gevecht gesteld.
'Wat wilt u nu weer?' vroeg Pounder opgewonden. 'U ziet toch dat de Stardust volgens plan
landt.'
'Niet meer!' antwoordde Mercant. De vriendelijke glimlach was verdwenen.
'Afwijking, kijkt u zelf maar. Wat betekent dat, generaal?' Pounder draaide zich met een ruk
om. Daar kwam ook al het onrustbarende bericht van de afstand besturingsautomaat. Lampen
flitsten aan en het sterke gonzen stierf weg.
'Contact verbroken,' schreeuwde de mechanische stem. 'Piloot neemt handbesturing van de
raket over.'
'Is Rhodan gek geworden!' brulde Pounder buiten zichzelf. Met grote sprongen rende hij naar
de microfoon. Het beeldscherm was leeg. Rhodan had ook die verbinding uitgeschakeld.
'Rhodan, hier generaal Pounder. Wat heeft dat te betekenen? Waarom onderbreek je de
afstandbesturing? Rhodan, antwoord! Rhodan . . !'
46
Er kwam geen antwoord. De generaal werd bleek. Hulpeloos staarde hij de naderbij komende
chef van de geheime dienst aan. Allan D. Mercant had zijn goede humor verloren. Zijn
blauwe ogen flikkerden grimmig.
'Ziet u wel!' zei hij koel. 'Ik dacht het wel. Er klopt iets niet. Waarschuw de luchtverdediging.
Als Rhodan niet onmiddellijk zijn koers verandert, laat ik het vuur openen. Breng hem aan
zijn verstand dat hij op die hoogte voor ons nieuwe afweergeschut gemakkelijk bereikbaar is.'
Op hetzelfde ogenblik piepte het noodsignaal van de Stardust uit de ontvanger.
Het was een volkomen normaal SOS, zonder verder gebruik van een code.
Telkens opnieuw klonk het radiosignaal. In het hoofdkwartier van Nevada-Fields brak de
eerste paniek uit. Mannen keken elkaar sprakeloos aan. Waarom seinde Rhodan het internationale noodsignaal? Hij had vele andere mogelijkheden om een werkelijke noodsituatie door
te geven. De radiotelefonie was daartoe al voldoende geweest.
Waarom seinde hij SOS en nog wel op de internationale frequentie? Allan D. Mercant kwam
in actie. Met enige bevelen liet hij de continentale alarmtoestand afkondigen.
De sinds weken paraat staande mannen van de raketbeveiliging renden naar hun gevechtsposities. Op dat tijdstip zweefde de Stardust met onverminderde snelheid boven het Noord
Siberische schiereiland Taimyr.
Daar veranderde hij opnieuw van koers. Onder onophoudelijk uitzenden van het noodsignaal
ging Rhodan op een zuidelijke koers over. Hij vloog dwars over Siberië heen.
In het hoofdkwartier van de opperbevelhebber van het Oostblok werd op het laatste ogenblik
het reeds gegeven bevel om te vuren ingetrokken. Men had ontdekt met de onschuldige
Stardust te maken te hebben. Een hand trok zich van de rode schakelaar terug. Het had niet
veel gescheeld of zevenduizend atomaire lange afstandraketten waren de lucht in geschoten.
Het zou de situatie van 'oorlog door een misverstand' zijn geweest.
Maarschalk Petronskij keek zwijgend naar de beeldschermen van zijn infraroodstations. De
Stardust vloog met een waanzinnige snelheid in zuidelijke richting over Siberië. Ondertussen
kwam hij steeds lag er. Elektronische superautomaten berekenden de waarschijnlijke
landingsplaats. Als de Amerikaanse raket deze koers en valsnelheid behield, zou hij in de
buurt van de Mongools Chinese grens middenin de Gobi-woestijn op de grond terechtkomen.
Maarschalk Petronskij had het ruimteschip zonder veel moeite kunnen neerschieten. Maar hij
was een helder denkend rekenaar, en deed het niet.
In plaats daarvan ging de grote zender van zijn hoofdkwartier aan het werk. Hij gaf
persoonlijk de bevelen.
De commandant van het 22ste Siberische legerkorps kreeg gedetailleerde orders. Enige
minuten later kregen de divisiecommandanten nog gedetailleerder speciale bevelen. In het
bijzonder de 86ste, volledig gemotoriseerde grens bewakingsdivisie in het gebied Obotuin Chure werd in beweging gezet.
De vierde, Mongoolse luchtlandingsdivisie onder luitenant generaal Chudak kreeg bevel om
in actie te komen.
Daarmee had maarschalk Petronskij alles gedaan om de Amerikaanse maanraket op te
vangen, vooropgesteld dat hij nog binnen Mongolië aan de grond zou komen.
Als hij aan de andere kant van de grens op het grondgebied van de Aziatische Federatie zou
landen, zouden wel enige ernstige problemen rijzen. De maarschalk eiste onmiddellijke
verbinding met Moskou. Die kreeg hij ook.
Aan het eind van zijn uiteenzettingen merkte hij kort op: '... we kunnen wel aannemen dat een
ernstige defect aan de scheepscomputer is ontstaan. De Stardust wordt ongetwijfeld door de
chef-piloot van het ruimteleger met de hand bestuurd. De manier van navigeren wijst daarop.
Ik heb er geen snelle jagers op afgestuurd. Ik stel voor, de landing af te wachten, en dan de
noodzakelijk blijkende stappen te ondernemen. Ik verzoek in dit geval speciale volmacht.'
47
Petronskij kreeg zijn volmacht, maar hij had geen rekening gehouden met majoor Perry
Rhodan.
Onmiddellijk na het terugkeren in de aardse atmosfeer was de raket op de beproefde manier in
een aerodynamische gunstige glijvlucht overgegaan.
De sterke, deltavormige draagvlakken hadden het gewicht overgenomen. De roeren begonnen
voortdurend beter te werken. De hoge snelheid nam, door de ontstaande luchtweerstand,
vanzelf af. Maar het was bij deze manier van landen noodzakelijk de duiksnelheid langzaam
en geleidelijk te verminderen. De temperatuur van draagvlakken en raketneus lag, aan de
buitenzijde, in de buurt van 870 graden Celsius.
De automatische zender seinde onophoudelijk SOS op de internationale noodfrequentie.
Daarmee had Rhodan bereikt dat de Stardust niet onder vuur werd genomen. Natuurlijk waren
alle oostelijke machtsgroepen er buiten gewoon op gebrand de Stardust nader onder de loep te
nemen. Daarvoor was onder alle omstandigheden een gaaf ruimteschip nodig. Met in atomen
opgegane resten was niemand gediend.
Perry Rhodan landde de raket in de grote, steenachtige landstreek bij het Noordchinese
Goshunmeer. Ofschoon het een zoutmeer was, werd het door de zoetwater rivier Moringol
gevoed. Het gebied lag middenin de woeste, centrale Gobi, een eindje ten zuiden van de
Mongoolse grens, op ongeveer 1020 oosterlengte en 38' noorderbreedte.
Rhodan landde de Stardust als een vliegtuig. De enorme speciale wielen raakten keurig de
grond en enige ogenblikken later wees de spitse neus van het teruggekeerde ruimteschip naar
de dichtstbijzijnde bedding van de Moringol.
Het gonzen van de hulp landingsautomaat verstomde. Rhodan nam zijn verstijfde handen van
het normaal lijkende stuurwiel. Nadat de Stardust eenmaal de gevaarlijke momenten van de
duikmanoeuvre had overwonnen, was het niet erg moeilijk meer geweest hem als een zwaar
transportvliegtuig te landen. De aarde had datgene wat de maan niet had: een dragend
luchtomhulsel.
Rhodan had zich met een korte beweging uit de opgeklapte ligstoel bevrijd. Zijn hand ging zo
snel naar de open wapenhouder, dat kapitein Flipper niet meer tot handelen kwam.
Verstijvend keek hij in de loop van het automatisch raketpistool. Bully bleef onbeweeglijk in
zijn stoel zitten. Dr. Manoli verroerde zich niet, en Crest, die op de vijfde stoel was
vastgesnoerd, toonde een gespannen belangstelling. Het was Flipper die bij de koersafwijking
in een onzinnige woede en wanhoop te keer was gegaan. Hij had zich echter niet uit zijn stoel
kunnen bevrijden daar Rhodan de automaat waarmee de riemen werden losgegespt,
geblokkeerd had. Onmiddellijk probeerde Flipper, met een wanhopige inspanning, de achter
hem ingebouwde wapenkast te bereiken.
'Laat dat, Flipp,' waarschuwde Rhodan, 'laat dat! We zijn weer thuis. Als ik jou was zou ik
niet teveel riskeren.'
Flipper staarde hem met een bleek gezicht aan. Zijn lippen beef den.
'Thuis?' herhaalde hij scherp. 'Zei je thuis?' Hij lachte schel. Zijn gezicht vertrok in zinloze
woede.
'Vuile verrader, je bent middenin Azië geland. Je moet het allang van plan zijn geweest,
anders zou je niet zo doelbewust naar deze eenzame streek zijn gevlogen. Je hebt de koers
heel nauwkeurig berekend. Dat is het dus! Je wilt de Stardust aan de Chinezen uitleveren.
Hoelang loop je al met dat mooie plannetje rond? Wat krijgt de beroemde piloot van het
ruimteleger van de U.S.A. voor de verleende diensten? Ik . .
'Houd je mond, Flipp, ogenblikkelijk,' viel Rhodan hem in de rede.
Hij was bleek geworden. Zijn grijze ogen schitterden gevaarlijk.
'Flipp, je kunt gaan wanneer je wilt. Niemand zal je tegenhouden. Jij zult je baby zien, en Eric
zal zijn kinderen een heleboel te vertellen hebben. Maar zeg nooit dat je mij als een
landverrader beschouwt.'
48
'Waarom ben je dan hier geland?' vroeg Bully rustig. Er lag een verstarde grijns op zijn
gezicht en zijn ogen waren half dichtgeknepen. Kapitein Bull twijfel de nog.
Maar Rhodans wapen was niet mis te verstaan.
'Ik zou graag willen dat jullie een ogenblik naar mij luisterden,' zei Rhodan nadrukkelijk. 'Ik
heb nog nooit iets zonder reden gedaan. Ook nu niet!'
'O, nee?' kreunde Flipper wanhopig, en rukte uit alle macht aan de gesloten magneetgordel. 'Je
hebt ons bedrogen. Je hebt ons gedwongen aan het spelletje mee te doen. We waren
machteloos.'
'Natuurlijk,' antwoordde Rhodan bedaard.
Crest glimlachte. Hij wist wat Rhodan van plan was. Ook de commandante was ingelicht.
'Jullie moeten zo langzamerhand begrijpen dat de Stardust een bijkomstig, volkomen
onbelangrijk ding is geworden. Zelfs als hij in Chinese handen zou vallen, zou dat nog
onbelangrijk zijn. Op de maan staat een ruimteschip, en in dat schip zitten mensen, die van nu
af aan het enig belangrijke vormen. Zij kunnen een vernietigende atoomoorlog verhinderen.
De Stardust speelt een volkomen ondergeschikte rol, hoewel ze in Moskou en Peking en ook
in Washington nog denken dat hij het wonder van alle wonderen is. Die mening berust
eenvoudig op onbekendheid met de ware stand van zaken. Als onze leidende figuren konden
vermoeden wat wij op de maan hebben beleefd, zouden ze de raket met een handbeweging als
te verwaarlozen afwijzen. Belangrijk is enkel en alleen het intellect dat wij naar de aarde
hebben gebracht. Alleen Crest telt nog, want hij is de vertegenwoordiger van een ongekend
superieure wetenschap. Met hem is de kennis van de laatste geheimen van de natuur naar de
aarde gekomen. In zijn fotografisch geheugen liggen dingen verborgen, die onze wereldruimtevaart van vandaag op morgen een moeizame ontwikkelingsperiode van meer dan 5000 jaren
laten overslaan. Je zult wel inzien dat het hier niet meer om de Stardust gaat. Het gaat om
Crest, om de vreemde intellecten van de Melkweg en om de eenheid van onze mensheid.
Voor mij zijn het allemaal mensen, onverschillig welke huidkleur, welk geloof en welke ideologie ze hebben. De eeuwig misleiden zullen ontwaken en die van goede wil zijn, zullen
opgelucht ademhalen. Het zou de grootste fout van alle tijden zijn, Crest aan een bepaalde
natie uit te leveren.'
Flipper sloot zijn openstaande mond. Hij scheen meer dan verbijsterd te zijn.
Hulpeloos keek hij om zich heen.
'Nevada-Fields zal nu al door speciale troepen van de beveiliging afgegrendeld zijn. Onze
mensen zijn niet dom. Ze kunnen wel op hun vingers natellen dat wij op de maan iets heel
bijzonders hebben beleefd. De machthebbers van het oosten zijn daarentegen nog van mening
dat het een onvrijwillige noodlanding is geweest. Ik denk er niet aan, de steunpilaar van een
eeuwenoude cultuur en de absolute beheerser van een hoogstaande wetenschap aan de
onverbiddelijke jagers van een geheime dienst organisatie uit te leveren. Laten we eerlijk zijn!
Als we volgens de regels waren geland, zouden ze Crest al geïsoleerd hebben. Dat zou
volkomen vanzelfsprekend zijn geweest. Ze zouden erg beleefd en attent en voorkomend zijn
geweest, maar hij zou nu al een gevangene zijn. Crest heeft persoonlijk de voorwaarde
gesteld, vrij en volstrekt ongedwongen te kunnen handelen. Hij verpersoonlijkt de derde
macht op aarde. Hij is ziek en hulpbehoevend. Ik beschouw het als mijn plicht hem alle
moeilijkheden te besparen. Hij heeft ook als vreemde intellectueel het recht op vrijheid. Hij
verwacht bovendien een eerlijke behandeling. Onverschillig waar we geland zouden zijn:
iedere grote mogendheid zou zich, om zijn overweldigende kennis, alle tien vingers hebben
afgelikt. Iedere mogendheid zou koortsachtig haar best hebben gedaan zijn kennis voor eigen
belangen te verwerven. Ik ben er niet bepaald van overtuigd, dat een volkomen eenzijdige
opeenhoping van kennis voor de mensheid erg goed zou zijn geweest. Zijn aankomst in de
States zou, als onvermijdelijke consequentie, tot catastrofale moeilijk heden hebben geleid.
De Aziatische Federatie zou zich plotseling bedreigd hebben gevoeld. Ze zouden gedreigd
49
hebben; ze zouden eveneens van zijn kennis hebben willen profiteren. Een ultimatum zou het
andere hebben uitgesloten. Het zou tot verwikkelingen over de hele wereld zijn gekomen. Dat
wil ik nu juist vermijden. Ik ben een mens, en ik wil mij menselijk, dat wil zeggen fatsoenlijk
gedragen. Niemand zal Crest als een citroen uitpersen en dan met een spijtig schouderophalen
beweren, dat het om die of die reden beslist noodzakelijk was. Als hij de mensheid iets van
zijn kennis wil schenken, moet hij het vrijwillig en ongedwongen doen. Daar zullen we
allemaal van profiteren. Vóór alles heb ik echter, door hem zijn bewegingsvrijheid te geven,
de garantie gekregen dat het nooit tot een atoomoorlog zal komen. Ik neem aan dat jullie nu
zult inzien dat de Stardust onbelangrijk is geworden. Ik ben hier in deze onbewoonde streek
geland om Crest, voor de komst van de gealarmeerde troepen, gelegenheid te geven een
speciaal apparaat te monteren. Dat is alles. Meer heb ik in deze kwestie niet te zeggen.'
'Je zou mijn riem los kunnen maken,' zei Bully rustig. Hij keek om naar de vreemdeling en
fronste zijn voorhoofd.
'Ik zal hem helpen. Je begrijpt zeker wel dat het hier binnen een uur zal beginnen te knallen?'
'Laat maar knallen. Hier, op deze plek, zal eens een grote stad ontstaan. Hier zullen eens
ruimteschepen gebouwd worden die sneller zullen zijn dan het licht, en hier zal de kiem voor
een werkelijk verenigde mensheid gelegd worden. Hoe denk jij erover, Bully?'
De zwaargebouwde man lachte. Het ging een beetje gedwongen, maar de onrust was van hem
geweken.
'Ik ken de mensen,' zei hij langzaam. 'Ze bedoelen het niet zo kwaad, maar ze zijn toch wel op
hun voordeel uit. Ik vind het beter als Crest zijn bewegingsvrijheid houdt. Meer heb ik ook
niet te zeggen.'
'Dr. Manoli. . .'
De dokter hief zijn hoofd op. De kleur keerde op zijn wangen terug.
'Je optreden is volkomen logisch en gemotiveerd, Als Crest garandeert dat hij zijn kennis tot
nut van de gehele mensheid zal gebruiken, heb ik geen bezwaren meer. Het zou zeer zeker
een misdaad zijn als hij een bepaalde mogendheid zou bevoorrechten.'
'U kunt volkomen gerust zijn,' fluisterde de vreemdeling. 'Daar denk ik niet aan. Ik verzoek u
alleen, mij onder geen beding aan een politiek georganiseerde groep uit te leveren. Dan zou ik
in verschrikkelijke moeilijkheden komen.. Majoor Perry Rhodan heeft deze landingsplaats op
mijn verzoek gekozen.'
'Hoe willen jullie je beveiligen?' riep Flipper buiten zichzelf. 'Volgens mij is het een smerige
streek, ik . !'
'Flipp, als we op Nevada-Fields geland waren zaten we nu al gevangen. Onze mensen zouden
geen andere keus hebben gehad, want we zouden onze belevenissen onbewust of onder dwang
kunnen, rondbazuinen. We handelen met een goede en - zoals ik denk - zuivere motivering.'
'Ik ben officier van het ruimteleger. Ik ... !'
'Dat was ik ook. Maar nu, onder deze omstandigheden, ben ik nog slechts een mens, die de
verenigde mensheid groot, eensgezind en sterk wil zien. Vind jij dat een misdaad?
Afzonderlijke naties worden onbelangrijk. Hier geldt alleen nog de planeet aarde. We zijn van
nu af aan gedwongen kosmisch te denken. Heb je nog niet begrepen hoe onuitsprekelijk
belachelijk de aardse geschillen in het kader van het Grote Imperium zijn? Begrijp je niet dat
we zo gauw mogelijk eensgezind moeten worden? Een vreemd intellect spreekt van de derde
wereld van het zonnestelsel, maar niet van die of gene natie. Van kosmisch standpunt zijn we
gewoon aardbewoners, maar in geen geval Amerikanen, Russen, Chinezen, of Duitsers. We
staan op de drempel van een nieuw tijdperk. Daar moeten we ons op instellen. Ik leg er
nogmaals de nadruk op: Crest mag onder geen beding in handen van een bepaalde
machtsgroep vallen. We blijven hier.'
Bully stond voorzichtig op. Met een beledigde blik mompelde hij: 'Dat had je me al op de
maan kunnen vertellen, ouwe! Ik wist toch wel dat daar iets geheimzinnigs was. Goed, laten
50
we beginnen. Crest, je zal je moeten inspannen. Als de eerste legereenheden opduiken, helpt
alleen nog een reële bescherming. Met mooie woorden over de menselijke eenheid en over
onze toekomstige betekenis als mensenras hou je geen kogel tegen. De hoge pieten van de Air
Force zouden zich tranen lachen, en jij zat meteen in de verhoorkamer. Dus begin.'
'Ik zal aan boord blijven tot de nodige medicijnen hier zijn,' verklaarde Dr. Manoli toonloos.
'Het is mijn plicht als arts en als mens, een zieke te helpen. Zeer zeker in dit geval. Het zou
onze grootste fout zijn, zo kort na de eerste ontmoeting met vreemde intellecten overijld en
kortzichtig te handelen. Je hebt gelijk; het gaat hier niet meer om nationale voordelen.'
Kapitein Flipper zweeg. Als verstard zat hij op zijn stoel. Crest hief zich moeizaam op, en
Rhodan borg het wapen op.
'Flipp, we menen het goed. We hebben de beste voornemens. Lieve hemel, we zijn toch geen
misdadigers! Zou het ooit verkeerd kunnen zijn in het belang van het mensenras alles te
riskeren? Dat geloof ik niet. Nogmaals: we staan voor een nieuw tijdperk. Het is nu zaak, juist
en met verantwoordelijkheidsgevoel te handelen. Niemand zal Crest krijgen, mijn woord
erop!'
Rhodan opende de zware schotten van de luchtsluis. Aardse lucht stroomde de cabine in. Het
was warme, droge, lucht, precies goed voor Crests longen.
Rhodan stapte naar buiten. Er was nog niets van troepen. te zien, maar het kon niet lang meer
duren. Rhodan vermoedde wel welke koortsachtige opwinding nu op de afzonderlijke
commandoposten zou heersen. Ze wisten nog niet wat de Stardust naar de aarde had gebracht.
Niemand dacht nog aan die macht, maar het zou niet lang meer duren.
Onafzienbare moeilijkheden begonnen zich op te stapelen. Rhodan deed zijn ogen dicht. Er
tekende zich iets voor hem af. Het was een nog verwijderd, nevelig beeld; maar hij zag
gigantische, door mensen gebouwde ruimteschepen langs de hemel snellen, en hij hoorde het
dreunen van motoren die deze ruimteschepen een snelheid groter dan die van het licht gaven.
Hij zag een aardse centrale regering, en hij zag vrede, welvaart en galactische erkenning. Het
was een visioen, maar hij nam het met al zijn zintuigen in zich op.
In het laadruim van de Stardust begon een raadselachtige machine te brommen.
De derde macht nam het werk op.
Perry Rhodan glimlachte tegen de blauwe hemel. Langzaam trok hij de rangonderscheidingen
van zijn overall, had zijn afscheid genomen.
51