19
Laarsjes die mijn leven zullen veranderen
“Gek van de vijftiger jaren, zeker?” zei het meisje in de schoenenwinkel.
“Hoezo?”
“Vijftiger jaren, de jaren vijftig, snapt u?” zei ze en ze keek naar mijn pakje en mijn jas. “Zoekt u tenenknijpers, zoiets als deze?” zei ze, en liet me een paar schoentjes met naaldhakken en spitse neuzen zien.
“Punters,” zei ik. “Die noemden we in mijn tijd punters.”
“Wanneer was uw tijd?” vroeg ze.
“Negentienzevenenvijftig,” zei ik.
“O, dus de vijftiger-jarennostalgie is niets voor u?”
“Nee, ik ben authentiek. Kunt u mij misschien gemakkelijkzittende enkellaarsjes laten zien? Iets waar ik in kan rennen?”
Ik ben weg van mijn laarsjes. Ik kijk er steeds naar en strijk dan over het zachte leer. Ik vind het mooi zoals de veters het leer stevig om mijn voeten en enkels laten sluiten. Ik zou er zo tien kilometer mee kunnen rennen of er een ballet mee kunnen dansen, of ermee tegen een rotswand op kunnen klimmen.
“Ik wil ze aanhouden,” zei ik tegen het meisje. Ze pakte mijn briefje van vijftig pond en mijn oude gympjes aan en gaf me dertig pond en één penny terug, en een plastic tas met mijn afgetrapte gymschoenen. De laarsjes zijn zo zacht dat ze nu al de vorm van mijn voeten hebben aangenomen. Ik kan al mijn tenen zien, en de kleine eeltknobbel op beide voeten. Ik ben weg van mijn laarsjes. Ik ben van plan om zwarte schoensmeer voor ze te kopen. Deze laarsjes zullen mij uit de gevangenis houden, werk voor me vinden en mijn leven veranderen.