4
Opwinding in Badger’s Gopse Street
Greta stond bij het fornuis rijstepap op te warmen, toen Maureen door de keukendeur naar binnen stormde; rechtstreeks vanuit de duisternis het felle TL-licht in. “Coventry heeft Gerald Fox vermoord!”
“Coventry?”
“Ja!”
“Gerald Fox vermoord?”
“Ja!”
“Heeft Coventry Gerald Fox vermoord?”
“Ja!”
Een uitbarsting van vreugde weerklonk in de keuken. Bevend en geschokt, maar ook blij en opgewonden, begonnen de beide vrouwen te praten. Ze gingen na of Coventry eerder in haar leven agressief gedrag had vertoond. Greta kon zich die ene keer herinneren dat Coventry haar had afgesnauwd.
Greta had gezegd dat Derek Coventry niet waard was, omdat Coventry volgens Greta jonger, mooier, aardiger en vele malen interessanter en intelligenter was dan Derek.
Coventry had zeer geërgerd geantwoord dat zij en Derek getrouwd waren toen zij een onwetende tiener was zonder vaste baan, die nog thuis woonde en zich aan de regels van haar ouders moest houden. Derek, daarentegen, was zesentwintig, al gesetteld, had een baan met perspectief en stond al op de wachtlijst van het gemeentelijk huisvestingsbureau.
Hierop zei Greta: “Geweldig, hoor!” Coventry was Greta’s huis uitgerend en had de voordeur achter zich dichtgeslagen. Teleurstellend misschien, omdat er verder niets dramatisch was voorgevallen, maar het was toch iets. De beide vrouwen voelden zich belangrijk en waren zich bewust van hun status in deze dramatische gebeurtenissen; ze waren tenslotte de beste vriendinnen van Coventry.
Ze gingen naar de woonkamer en keken toe hoe de auto’s van verschillende instanties voor het huis van de familie Fox stilhielden. Greta telde ze: drie ambulances; vijf politiewagens; één wit politiebusje; een brandweerwagen (had Coventry zich ook nog schuldig gemaakt aan brandstichting?); drie personenauto’s met daarin zes mannen in burger; en een gammele lelijke eend waar een opzichtig geklede maatschappelijk werker in zat. Iets dergelijks had de straat niet meer beleefd sinds die keer dat er een bruiloft was en de mannelijke leden van de twee families met elkaar slaags raakten en zo het verkeer een tijdlang ophielden. Greta en Maureen gingen naar buiten en voegden zich bij de andere straatbewoners die zich verdrongen achter het plastic lint van de politieafzetting. Zo nu en dan draaide iedereen zijn hoofd om, om naar het huis van de familie Dakin te kijken, waar de echtgenoot van de moordenares elk moment thuis kon komen van zijn werk.