2e maand

Dag 1

Ik weet niet of Zijn bedoelingen tegenover Haar wel helemaal eerbaar zijn.

Toen Hij vanavond na mijn voeding in hun bed dacht dat ik ingedommeld was, probeerde Hij me opzij te duwen en dichter naar Haar toe te schuiven.

Dat zat me helemaal niet lekker. Ze is per slot van rekening mijn moeder.

Dag 2

Vanavond probeerde Hij het weer. Ik moet het Haar nageven, Ze moedigde Hem op geen enkele manier aan. Ze duwde Hem zelfs weg en vroeg kribbig of Hij nooit aan iets anders dacht. Hij zei dat Hij wel degelijk vaak aan iets anders dacht, maar het was nu toch al weer maanden en maanden geleden, ja toch, verdomme? Zij antwoordde dat de dokter had gezegd dat ze ermee moesten wachten. Tot de controle van zes weken na de bevalling. “Dat is tenslotte nog maar tien dagen.” Uit de manier waarop Hij naar de woonkamer en de drankfles toekloste bleek overduidelijk dat Hij tien dagen heel wat langer vond dan Zij.

Dag 7

Geëxperimenteerd met een nieuwe manier van huilen.

Het klinkt een stuk doordringender en ik doe wat schudden en snikken tussen het gebrul door.

Het werkte voortreffelijk. Ze kreeg meteen weer die paranoïde blik in Haar ogen.

Toen deed ik net alsof ik honger had, maar verloor alle belangstelling voor de tepel zodra deze werd aangeboden, en begon weer te brullen. Volgens de nieuwe methode natuurlijk. Ze stapte regelrecht naar dat boek. Tegen de tijd dat Hij van kantoor kwam, had Ze in de inhoud gevonden wat Ze zocht: ‘Derde-maandskoliek’. Dat bevalt me wel. Klinkt goed. Leuk om een officieel klinkende medische verklaring te hebben voor het feit dat ik gewoon een klein ettertje ben. En het geeft mij bovendien een vrijbrief me de komende weken allerafgrijselijkst te misdragen.

Dag 10

De gang van zaken staat me helemaal niet aan. Ik hoorde Haar vanavond heel lief tegen Hem doen in hun slaapkamer. Daar heb ik meteen een stokje voor gestoken door een keel op te zetten, mijn nieuwe manier van brullen natuurlijk.

De hele nacht heb ik last van derde-maandskoliek gehad. Ik liet geen tien minuten achter elkaar voorbijgaan zonder hartverscheurend gekrijs. Ik kan dan misschien niet verhinderen dat ze aan elkaar zitten, maar ik kan er wel voor zorgen dat ze te moe zijn om er echt lol in te hebben.

Dag 11

Doorgegaan met al het mogelijke doen om ze doodmoe te maken.

Dag 12

Vandaag moest Ze op nacontrole, in het ziekenhuis. En Zij was zo brutaal mij niet mee te nemen. Liet me achter bij Haar moeder, om het nog erger te maken. Maar dat gaf me wel de kans wat slaap in te halen, zodat ik er vanavond weer goed tegenaan kan. Tussen de middag kwam Ze stralend terug (of tenminste zo stralend als iemand met een voedingsbeha eruit kan zien) en vertelde dat de dokter Haar weer zo gezond als een vis had verklaard.

Haar moeder zei dat ze blij was dat te horen en voegde eraan toe dat ze wel iemand kon bedenken die nog blijer zou zijn dat te horen. Ook grof! Nou ja, in elk geval gaf die opmerking me de tijd mijn campagne voor te bereiden.

Ik begon pas met het serieuze krijswerk toen Hij van kantoor kwam. Vanaf dat moment zorgde ik ervoor dat of de een of de ander bij me was, de godganse nacht. Denk maar niet dat ze lang genoeg alleen met elkaar waren om gebruik te maken van haar gezondheidsverklaring…

Dag 13

…tenzij ze een supersnelle ontmoeting voor elkaar kregen tussen 3.14 en 3.17 toen ik even indutte. Maar als dat zo was, dan zullen ze vast te moe zijn geweest om ervan te genieten.

Dag 15

Zaterdag. Haar ouders kwamen weer op audiëntie. Ze vonden nog steeds dat ik sprekend op Haar lijk toen Ze een baby was. Ze brachten weer een cadeautje voor me mee – een bengelding om aan de zijkant van mijn wiegje te hangen. Wanneer je aan de ring eronder trekt – zoals ze onnodig vaak demonstreerden – speelt het ‘Raindrops keep falling on my head’. Voor mij hoeft het niet.

Ze vroegen ook of ze de datum van de doop al hadden vastgesteld. Mijn ouders zeiden dat die nog niet helemaal vaststond.

Hoe langer dat wordt uitgesteld hoe liever het me is. Ik ril bij de gedachte dat die vreselijke naam die ze me gegeven hebben, het fiat van de kerk krijgt.

Dag 16

Zondag. Zijn ouders kwamen op audiëntie. Ze vonden nog steeds dat ik sprekend op Hem lijk toen Hij een baby was. Zij brachten ook weer een cadeautje voor me mee – en ja hoor, je raadt het al – het was een bengelding voor aan de zijkant van de wieg. Als je aan de ring eronder trekt speelt het ‘Raindrops keep falling on my head’. Hadden ze niet op zijn minst een ander deuntje kunnen uitzoeken?

En toen Zijn ouders vroegen: “Weet je zeker dat baby die nog niet heeft?” antwoordde Ze: “Nee hoor.”

Zij vroegen ook naar de doop.

Het valt me wel op dat mijn ouders de beide grootouderparen nooit tegelijkertijd uitnodigen.

Dag 17

Het bevalt me niets. Volgens mij begint Ze eraan te wennen mij om zich heen te hebben. Ik hoorde vanmorgen een telefoongesprek toen Ze dacht dat ik sliep. “O, we zouden het enig vinden te komen eten,” kweelde Ze. “Ach nee, de baby is geen enkel probleem. Slaapt tegenwoordig overal doorheen. We nemen gewoon het reiswiegje mee en zetten dat ergens in een slaapkamer of zo en denken er verder niet aan tot we naar huis willen.”

Daarna had Ze de brutaliteit te zeggen: “Alleen door het feit dat we een baby hebben laten we ons sociale leven niet in de war sturen.” Oef! Wat een uitdaging!

Dag 18

Ik speelde met de gedachte een dezer dagen mijn eerste lachje te doen, maar na wat Ze over dat etentje zei, kunnen ze ernaar fluiten.

Dag 22

Bijna in de fout gegaan en per ongeluk gelachen na mijn ochtendvoeding. Ik wist er nog net op tijd een boertje van te maken.

Dag 23

Ze heeft het boek weer ingekeken en ontdekt dat baby’s hun eerste lachje produceren tussen een maand en zes weken. Ze zijn nu doodongerust omdat ik dat niet heb gedaan.

Het probleem is, dat hun bezorgdheid zo komisch is dat ik de grootste moeite heb mijn mondhoeken naar beneden te houden.

Dag 25

Dit was de avond van het etentje, en ik kan in alle bescheidenheid stellen dat het onbetwistbaar een triomf is geworden. Voor mij dan.

Ze hadden zich helemaal opgedoft voor de gelegenheid. Zij droeg een nieuwe jurk, die Hij als beloning voor haar had gekocht omdat Ze haar figuur zo gauw weer terug had na de bevalling. (In feite ben ik een beetje nijdig over de snelheid waarmee Ze afgeslankt is na mijn komst. Nou ja, ik troost mezelf met de gedachte dat Haar heupen waarschijnlijk voorgoed breder zijn, en wat de zwangerschapsstriemen betreft…ach, daar zit Ze levenslang aan vast, waar of niet?)

In de auto deed ik net alsof ik sliep en ze probeerden me de gang van hun vrienden binnen te smokkelen met het licht uit.

Maar net toen hun vrienden zich over me heen bogen en in extase fluisterden hoe mooi ik was, besloot ik een volledige ontwaakscène te spelen. Ik voelde dat Haar spieren zich spanden, maar ik kalmeerde de zaak met een bekoorlijk gegorgel, waarna ik zuchtte, mijn duim in mijn mond stopte en ogenschijnlijk weer in slaap viel.

“Ach, wat een allerliefst kindje.” Daar waren ze het allemaal over eens.

Ze installeerden me in een slaapkamer en lieten me achter met een gefluisterd: “Gun jij pappie en mammie een fijne avond met andere grote mensen, dan krijg je een heerlijke voeding van mammie wanneer we weer thuiskomen.”

Ik hield me koest in afwachting van het goede ogenblik voor maximale ontwrichting. Ik hoorde ze een glaasje drinken. Toen kwam mijn hoorde beweging, onspannen gebabbel klonk van beneden toen ze naar de eetkamer liepen. Ik telde tot tien en toen ging ik er op volle kracht tegenaan. In een oogwenk was Zij boven en ik uit het reiswiegje en in Haar armen. Ik had toen meteen mijn derde-maandskoliek-troef kunnen uitspelen, maar ik besloot die nog even in reserve te houden.

In plaats daarvan voerde ik mijn kreun- en persnummer op. Dat moet de luier zijn, waar of niet? Dus stoof Ze met me de badkamer in, deed mijn trappelzak open, trok efficiënt mijn luier naar beneden en was verrast toen die niet eens nat bleek te zijn. Het uitkiezen van het juiste moment is een van de belangrijkste vaardigheden in het leven, en ik moet zeggen dat ik erg trots was op het moment dat ik uitkoos voor mijn volgende aanval. Een snel kreun- en-persnummertje werd beloond met twee voltreffers, niet alleen op de trappelzak en het badkamerkleedje, maar ook op haar nieuwe jurk. Ben ik een scherpschutter of niet? Wacht maar tot ik vast voedsel krijg!

Dat was het patroon voor de rest van de avond. Ik huilde zodra ik werd neergelegd en krijste wanneer ik werd opgepakt. Ik deed een volmaakt nummer van een baby in de terminale fase van de derde-maandskoliek. En ik slaagde erin nog drie luiers onklaar te maken, plus alle meubels binnen mijn bereik. Mijn ouders hielden het tot kwart voor tien uit, toen pakten ze mijn spullen bij elkaar en bliezen diepvernederd de aftocht.

“De baby is geen enkel probleem” – nou, met dat zinnetje zullen ze niet gauw nog eens op de proppen komen!

Dag 26

Als edelmoedige overwinnaar produceerde ik vandaag mijn eerste lachje.

Ze keek zo doodongelukkig na de afstraffing van gisteravond dat ik het niet kon laten. Ik wachtte tot Hij ‘s-avonds thuis was. Hij had een pesthumeur. De vorige avond had Hem maar al te duidelijk gemaakt wat een verandering ik in hun sociale leven zal teweegbrengen. Hij was dan ook niet erg aardig tegen mij, en tegen Haar ook niet. Dus snotterde Ze een beetje toen Ze me in bed legde, en daarom besloot ik Haar op te vrolijken met dat eerste lachje.

Ze kon het eerst niet geloven. Ze pakte me alleen maar op en mompelde: “Last van een boertje?” Ik lachte nog eens. Niets.

Om haar pijnlijk trage begrip een beetje op te jutten, voegde ik een vrolijk gegorgel toe aan het vertrekken van de lippen, en eindelijk had Ze het door. “Baby lacht!” schreeuwde Ze luidkeels. “Baby lacht!”

Dat had het gewenste effect. Hij kwam de trap opstormen en tuurde sentimenteel in mijn wiegje.

Ik begon prompt te brullen.

Hij zal Zijn eerste lachje moeten verdienen.

Dag 27

Ik lach nog steeds alleen maar tegen Haar, niet tegen Hem. Zij is gevleid. Hij heeft de pest in. Ik krijg aardig door hoe die emotionele chantage werkt. Volgens mij kan ik in de toekomst uren onschadelijk plezier beleven aan het uitspelen van de een tegen de ander.

Dag 28

Verrek. Ik heb me verslapen, en er is geen enkele twijfel aan dat ze goed gebruik hebben gemaakt van dat extra onbewaakte halfuurtje. Ik kan tenminste geen andere verklaring bedenken voor Zijn maffe grijns en dat domme gegiechel tegen elkaar toen ik eindelijk naar hun bed toe werd gebracht. Dat zal ik ze betaald zetten, daar kun je van op aan. Ik krijste ontroostbaar, wilde niet eten en toen ik dat eindelijk wel deed, zoog ik zo hard dat Ze er flinke pijn aan Haar tepels aan overhield. Het spijt me wel, maar mijn territorium is hier in het geding. Zulke dingen moeten meteen in de kiem worden gesmoord (één spruit is wel genoeg).